BUITEHUHP. ADVERTENTIEN. Algemeen Overzicht, Belgische hrieven. Zeetijdingen. Handelsberichten. Graanmarkten, enz. Prijzen van Effecten. De lieer Gladstone over de expe ditie naar Egypte. Wjj moeten, na de lezing van het verslag, nog terugkomen op de laatste zitting van het huis der lords en op hetgeen lord Salisbury daar heeft gesproken. Nadat de grootzegel-bewaarder, lord Carlingford, de veranderde wet bad ingeleid, zeide de leider der conservatieven dat zijne inzichten omtrent dit onderwerp onveranderd waren. Het beginsel dei- wet was eene poging om oproer en geweld door omkooperjj te keeren, en dit precedent zal voor het vervolg niet vergeten worden door het volk van Ierlanddit precedent van plundering op staatsgezag zal tegen de regeering worden aange voerd, als in later dagen nieuwe eischen in deze richting zullen worden ontwikkeld door slim be raamde opwinding en geweld, als de regeering nog verder zal voortdringen op dit pad der onzede lijkheid. Zelfs de eerste minister koesterde de hoop niet, dat zijne maatregelen voor Ierland vol doende en afdoende zouden zijn, ofschoon hij de richting nog niet heeft aangegeven, waarin verdere wetgeving zich moet bewegen. In eene gisteren gehouden bijeenkomst van conservatieve pairs, zoo eindigde lord Salisbury, is echter besloten dat men, met het oog op den staat van zaken in Ierland, geen verdere oppositie tegen de wet zou voeren. Hij deelde die meening niet en zou, als hij kon, de gansche wet willen verwerpen; doch wijl hij in eene kleine minderheid was, zou hij geene stemming uitlokken. Zoo heeft lord Salisbury's heftigheid en humeiu- de uitwerking gehad, die men reeds hoofdschud dend voorspelde, toen hij de leiding der partij op zich nam. De Times betreurt het dat hij zich uit eene onhoudbare positie niet goedsmoeds en met waardigheid heeft weten te redden. De vorm ware wel te vinden geweest voor een protest, dat het hem mogelijk maakte de leider der partij te blijven en blijk te geven dat hij aan de partij discipline weet te gehoorzamen. Het is eene zeer ongewone belijdenis van een partijhoofd, dat hij in eene kleine minderheid is onder zijne x>olitieke vrienden nopens een ontwerp dat hij zelf als zoo hoogst belangrijk kenschetst. Daaruit blijkt dat hij zijne uiterst vijandige houding tegen deze wet heeft aangenomen zonder te weten hoevelen hem zouden volgen. En eene charge doen zonder te weten hoeveel man men achter zich heeft, is mis schien een teeken van grooten moed, maar het is geen verstandig oorlog voeren. De Daily Telegraph vergelijkt den markies bij die schrikwekkende aanvoerders van vroeger dagen, die geen kwartier gaven noch namen, terwijl de conservatieve lords gedachtig zijn aan het rijmpje, He that fights and runs away May live to fight another day. Maar erger dan deze spot en harder dan de loftuitingen van de Daily News wegens zijne standvastigheid, is voor lord Salisbury het kalme oordeel van de invloedrijke Standard. Zulk een protest, zegt zij, is zonder voorbeeld in de parle mentaire geschiedenis en in de geschiedenis van lord Salisbury als leader. De gezindheid der partij is niet altijd dezelfde als die van haar hoofdmaar zelden gebeurt het dat het hoofd daarvan eene zoo duidelijke verklaring aflegt naar buiten, Doch het is lord Salisbury's eigen schuld. Zijne vroe gere verklaringen waren te beslist om nu door- zwijgen te worden uitgewischt. De kracht, het bijtende en de schitterende keurigheid van zijn stijl hebben zoo dikwerf zijne partij gediend, dat zijne kracht als debater boven allen twijfel staat. Maar nu hebben zijne gaven hem in eene positie gebracht, waaruit hij wel met fatsoen, maar niet zonder ongemak, is te voorschijn gekomen. De gloed waarmede hij zich in het debat over deze wet wierp, ware zeer verblijdend geweest, indien hij zich tot de tweede lezing, de bespreking dei- hoofdbeginselen, had bepaald. Maar bij de over weging van onderdeelen en het verdedigen van amendementen is welsprekendheid niet altijd nut tig, en nimmer kan het verstandig zijn om aan den indruk van het oogenblik de macht op te offeren, om tot een practisch vergelijk te komen en terug te trekken uit eene onhoudbare stelling. Met dit vonnis schijnt de edele markies verval len verklaard van zijne waardigheid als leader. Wat men na den dood van lord Beaconsfield vreesde, is nu gebeurd. Zijne onbesuisdheid beeft lord Salisbury eene leelijke part gespeeld. Ofschoon de volledige tekst van des sultans pro clamatie nog niet bekend is, geeft men reeds met zekerheid den korten inhoud op. Het stuk verklaart dat de eenige wettige vertegenwoordiger van het souverein gezag in Egypte is de khedive. Reeds vroeger had Arabi onwettig dat gezag getrotseerd, waarop hij echter vergiffenis vroeg en verkreeg; terwijl zijn souverein hem toen eene onderscheiding gaf als blijk van hooge goedkeuring over zijn terugkeer. Doch nu heeft wederom Arabi zoover zijn plicht vergeten, dat hij orders uitgaf, en eene houding aannam tegen de wet en boven zijn rang, zelfs durvende Ons, den sultan, te bedreigen en teekenen van vijandigheid te toonen door weer stand tegen de Britsche regeering, den vriend en bondgenoot van den sultan." Daarom wordt Arabi verklaard een rebel te zijn, en allen die hem onder steunen, aansporen of gehoorzamen, zijn met hem rebellen tegen de souvereine macht en zullen als zoodanig worden behandeld. Deze proclamatie wordt gericht aan allen, opdat het als de wil des souvereins zal bekend zjjn, dat gehoorzaamheid en trouw enkel verschuldigd zijn aan den khedive, als vertegenwoordiger van den sultan. Dat is alles wat de Engelschen kunnen verlangen. De Fransche premierde heer Duclerc, heeft eene zeer politieke keuze gedaan voor de nog open portefeuille van openbare werken, welke hij'toe vertrouwde aan den heer Hérisson, lid der radicale linkerzijde. In eene vergadering van deze partij heeft de heer Hérisson onlangs zeer sterk verde digd dat zij zich niet moest stellen tegenover, maar samenwerken met de overige republikeinsche krachten in de kamer. De lord-mayor van Londen, tot wiens gewich tige bezigheden, behalve de rechtspraak in ge vallen waarvan hij dikwijls niet veel begrijpt, ook behoort om in het jaar van zijne ambtsbe diening aan een zeker getal autoriteiten op gezette tijden lekker eten te geven, had Woensdag het ministerie te gast. Op den toost, welke werd uitgebracht op „Harer Majesteits ministers", antwoordde de heer Gladstone. Hij behandelde de beide groote vraag punten in Engelands staatsleven van dezen tijd: Ierland en de oorlog in Egypte. Omtrent dit laatste onderwerp legde hij de redenen bloot, welke de Engelsche regeering hebben bewogen handelend op te treden. Beter dan in het parle ment, waar zij aan allerlei critieken blootstaan, achten de Engelsche ministers de gelegenheid van een feestdiseh om de overwegingen bloot te leggen, waarop hunne handelingen in gewichtige zaken rusten. Aan die after-dinner redevoeringen wordt dan ook in den regel zeer veel gewicht gehecht. De minister drong erop aan dat de positie van Engeland aangaande deze expeditie niet verkeerd zou begrepen worden. De door Engeland verde digde belangen zijn geene specifiek Engelsche: zij raken iederen staat van Europa, ja de gansche beschaafde wereld. Egypte is nu de poort geworden tusschen het oostelijk en het westelijk halfrond, de wereldhandel hangt van die poort meer af dan van een enkel ander punt op den aardbol. De nijverheid en de ondernemingsgeest van het gan sche menschelijk geslacht eischen dat die poort zal openblijven, en daarvoor moet het land waarin zjj gelegen is, onder eene vreedzame, ordelijke en wettige regeering staan. „Laat het wèl begrepen zijn, ging de minister voort, waarom, en ook waarom niet, wij naar Egypte gaan. »Wij gaan niet om oorlog te voeren tegen Egypte's volk, maar om het te verlossen uit de verdrukking eener militaire tirannie, die thans iedere vrije stem verdooft, iederen arm des volks ketent. „Wij gaan niet om den Mohamedaanschen gods dienst te beoorlogenwant het is een der hoogste eigenschappen des Christendoms om verdraag zaamheid te oefenen, en wij weten dat waar de Britsche regeering is gevestigd, dezelfde vrijheid die wij eischen voor de uiting onzer godsdienstige overtuiging, wordt verleend aan de belijders van elk ander geloof op den aardbol. »Wij gaan niet om den wasdom der politieke vrjjheid in Egypte tegen te gaan. Deze heeft onze sympathiewant wij hebben geen grooter belang in Egypte dan dat Egypte welvarend zij, en Egypte kan op geene andere wijze zoo goed en zoo krachtig zijne welvaart bevorderen, dan door het genieten eener wijze, geregelde en was sende vrijheid. „Ik geloof dat het waar is, en bovendien geloof ik dat men overtuigd is dat het waar is, dat Engeland naar Egypte gaat met reine han den, met zuivere bedoelingen, zonder geheim streven, zonder iets te moeten verbergen voor andere volkeren der aardedoch daarentegen m*t een ten volle erkend doel en met het bewustzijn dat wij gerechtigd zijn van andere mogendheden te eischen wat ik geloof dat zij bereid zjjn ons te schenken, ja wat zij ons reeds hebben ge schonken, hun vertrouwen, hunne welwillend heid en hun hartelijke wenschen voor het spoedig slagen der Britsche wapenen. „Ik ontken niet dat er in Egypte nog iets anders dan de militaire tirannie valt te vernietigen, en zij die de jongste geschiedenis van dat land hebben nagegaan en gevolgd, zullen dat goed begrijpen. Indien wij tien jaren achteruitgaan, dan was er geen land in de wereld, waar de bevolking, een nijvere en goede bevolking, door en door gemakkelijk te regeeren en gehoorzaam aan de wet; er was geen land ter wereld waar de bevolking onderworpen was aan eene meer wreed aardige, knellende en wispelturige dwingelandij. Sinds dien tijd is, door de tusschenkomst uit het buitenland en de Europeesche wijze van be heer, die met vele politieke moeilijkheden, maar ook met vele practische resultaten gepaard ging, sinds dien tijd is zonder twijfel eene ont zaglijke verbetering gebracht door de bevrijding der landbouwers van onderdrukking. »Doch er is geene lange bewijsvoering vereischt 0111 deze bjjeenkomst voor oogen te stellen dat er in Egypte eene soort van lieden is, werktuigen van vroegere onderdrukking en die daarbjj wèl voeren, die nu ingenomen zijn met de heer- schende militaire dwingelandijdewijl, bjj de be vestiging van dien toestand, onder zjjne sombere schaduw alle misbruiken en wreedheden zouden herleven, welke door het Europeesch beheer deels uitgeroeid, deels verzacht zjjn. „En daarom is het waar dat, zeker niet het volk, maar eene zekere klasse in Egypte buiten de militaire partij, ongaarne de zegepraal der Engelsche wapenen zou zien. Wjj echter hebben niet de minste reden om te twjjfelen dat wij voor eene goede zaak gaan strijden. Zij is de zaak van het wettig gezag, gepaard met practische hervormingen en met den wensch om vrije staats instellingen in Egypte te bevorderen, en wjj hebben niet den minsten grond om te betwijfelen dat onze krachtsinspanning spoedig met een vol ledig succes zal worden bekroond." Brussel, 11 Augustus 1882. De clericale partij is volstrekt niet ingenomen met de benoeming van den heer Xavier Olin tot minister van openbare werkenzij voorziet dat zij in dezen jongen en opgewekten minister eene tegenpartij heeft gekregen, die haar goed te woord zal staan en zich de kaas niet van het brood laten nemen. De clericalen zjjn toch al niet erg vroolijk. Het onderhoud hunner confessioneele scholen kost handen vol geld, en de geloovigen, die men vroeger nog kon troosten met het voor uitzicht dat de verkiezingen eene katholieke meerderheid in de kamer zouden brengen, en dat er dus een einde aan die telkens gevraagde bjj- dragen te zien was, trekken nu leelijke gezichten als men om geld komt. Ook wordt de toestand zoo gespannen, dat de bisschoppen er ernstig over spreken of het niet raadzaam zou zijn zich maar neer te leggen bij de noodzakeljjkheid en aan de geesteljjkheid te ver oorloven om daar, waar geene katholieke scholen bestaan of uit eigen krachten kunnen bestaan, gebruik te maken van art. 4 der onderwijswet en godsdienstonderwijs buiten de schooluren in de gemeentescholen te geven. Het zal onze hooghartige prelaten heel wat kosten om te bukken; maar uit Rome dringt men er des te krachtiger op aan, wijl in Belgiè' voor een aantal jaren de meerderheid der liberalen verzekerd schjjnt. Zelfs de meest onverzoenljjken onder de cleri calen worden genoodzaakt rekening te houden met de natuurlijke gevolgen van den toestand. Zoo heeft de heer Woeste, een der jjveraars van de rechterzjjde, in een katholiek geschrift een zeer merkwaardig artikel geschreven, waarin men het volgende leest Wij moeten hier doen opmerken dat, overeenkomstig de aansporingen tot gematigdheid, onophoudelijk door den Heiligen Vader gegeven en dikwerf door het Vaticaan vermeld in zijne gedachtenwisseling met onze regeering, de Belgische bisschoppen, de meeaten schriitelijk, de anderen, zegt men, mondeling, nieuwe instructies hebben gegeven, die, naar de vergelijking van den tekst leert, aan merkelijk zachter te zijn dan de vorige. Politieke harts tocht ontzegde haar dat karakter, maar ik heb door god geleerden hooren beweren dat de verschilpunten talrijk ïijn en den grond der zaken betreffen. Reeds zijn, overigens, de instructies van den len September 1879 in de practijk verzacht de kardinaal van Mechelen, de nieuwe instructies bekend makende, heeft in een vooraf spraak doen uitkomen dat bij »in de vele gevallen die aan zijne uitspraak waren onderworpen, groote toegevendheid had gebruikt." Die toegevendheid is na dien tijd in de meeste diocesen nog meer op den voorgrond getreden en zal, men kan erop rekenen, nog toenemen door de onoverwinnelijke kracht der feiten. In een onzer diocesen ik aarzel niet het te zeggen is de bisschop op dit pnnt reeds even vrijgevig als men in Frankrijk is De wjjsheid der volken zegt dat men een gou den brug moet bouwen voor geslagen vjjanden. Ik zie geen enkele reden waarom niet de regeering van hare zjjde een stap zou doen, als de bedoe lingen der katholieken ernstig gemeend bljjken. De regeering kan dan zekere bepalingen buiten werking stellen, die gemaakt zjjn om der geeste ljjkheid het bewijs te leveren dat, als zjj wilde voortgaan met de wet te miskennen, den staat middelen ten dienste staan om haar al de kracht te laten gevoelen, die in eene staatswet ligt verscholen. Vlissing-en, 12 Ang'. Gepasseerd de Nederl. schoener Zuurdijk, gezagv. Olthof, van Gent naar de Oostzee. Bergen op Zoom, 12 Augustus. Boter per stuk 0.85, halve ƒ0.55; eieren per 26 stuks ƒ1.20. Amsterdam 11 12 Nederland. Cert. N. W. Sch. 2% pet. B77/8 67% dito dito dito .3 U 81% 81% dito dito dito .4 II 1035/g 1021/2 dito Obl. 1878 f 1000. 4 - 1023/4 102% België. Obligatiën 21 h H Trankrijk Origin. Inschr .3 II Hongarije. Obl. Leening 1867 II 94% fl 120 5 II 5 II 793/4 6 11 Italië. Cert. Adm. Amsterd. 5 II Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 II 64% «A3/8 dito Febr.-Aug. E II 64% 64% dito Jan.-luli 5 11 65% 65% dito April-Oct. 5 II 643/4 64% dito dito Goud 4 II Molen. Obl. Schatkist 1844 4 II 77 Portugal. Obl. Btl. 1853/80. 3 II 527/g 527/g dito dito 1881 5 II 90% Rusland. Obl. Hope C. 1798/1815 5 II Cert. Inschr. 5e Serie 1854. 5 II 541/2 543/g dito dito 6e 1855. 5 II 761/4 763/4 Obligatiën L862 5 II 81% dito 1864 1000 5 II 923/4 923/4 883/4 dito 1864 100 5 II dito 1877 dito 5 II 87 3613/16 dito Oostersche le serie. 5 II 5311% 533/4 flito dito 2e 5 II 54 54 dito dito 3e 5 II 531/2 dito 1872 gecon. dito 5 II 82% dito 1873 gecon. dito G II 82% 827/lfi dito 1850 le Leening dito 4% n 86 dito I860 2e Leening dito U/2 ii 81% 81% dito 1875 gecons. dito - U/2 ii 741/4 74 dito 1880 gecons. dito 4 11 66 65% Cert. Hope 81 Co. 1840 4 ii dito 2e, 3e, 4e Leen. 1842 44. 4 11 Obligatie-Leening 1867/69 4 ii 733/4 73% dito dito 1859. 8 r Cert, van Bank-Assign. 6 a Spanje. Obl. Buit. 1867/75 1% 285/8 287/8 dito dito 1876 2 44% 441/4 dito Binnenl. Esc. 5000-10000 U/4 26% 269/jg dito dito 1876 2 Turkije. Obl. Alg. Sell. 1865 5 10S/4 1) dito dito 1869 6 997/s Zweden. Obl. 1880 4 ®kypte. Obl. Leening 18764 539/i6 545% dito dito 1876 5 Vereen. Staten Obl. 1877.4 dito dito 187641/3 Brazilië. Obl. Londen 1865.5 100% dito Leening 1875. 5 101% dito 1863 1004% INDUSTRIEELS EN FINANCIEELS ONDERNEMINGEN Nederl. Afr. Hand.-V. aand. pet. 193 Ned. Hand. Maatsch. aand. re9contre5 1065/g Ned. Ind. Handelb. Aand. Stoomvaartm. Java Obl dito Zeeland Aand dito Obl5 a dito gegarand. dito4% Duitgchland. Ort. Rijksbank Adm. Amsterdam Oostenrijk. Aand. O. H. B. SPOORWEGLEENINGEN. Nederland. Holl. JJz. Spw. Obl. 18715 108% dito Maats, tot Exploitatie van Staats-Spw. Aand Ned. Cent. Spw. Aand. /"250. 391/4 40 dito gestemp. Obl. 250 68 681/s Ned. Ind. Spoorw. Aand. 146% Ned. Rijn.Spw. volgef. Aand. N.-Brab. Boxt. Obl. gestemp. 1875/8046 Zuid Ooster sp. Obl5 Hongarije. Theiss. Spoorw. Aand. fl. 200 5 104% dto dito Obl5 84 Italië. Victor Em. sp. Obl. 3 54% Zuid-ltal. Spw. Obl3 517/g 513/4 Oostenrijk. F. O. Sp. Obl 3 Polen. Wars.-Brom. Aand. 4 47 Warschau-Weenen dito. 551/4 551/4 Rusland. Gr. Sp. Maats. Aand. 5 120.1/4 1205/g dito Hypoth. Obligatiën 4% 90S/4 dito dito dito4 Baltische Spoorweg Aand. 3 u 4-81/4 483/j Chark-Azow Oblig. 100. 5 Jelez-Griasi dito5 82% 83 lelez-Orel dito f 10005 11 863/8 Knrsk.-Ch.-Az. Obl. 100. .5 79 80 Losowo-Sewastopol f 1000. 5 783/4 Morschansk-Sysran. Aand. 5 fiöS/4 Mosk.-Jarolslaw Obl. 100. 5 97% Mosk.-Kursk dito dito 6 Mosk.-Smol. dito dito 5 85% Orel-Vitebsk Obl. dito 5 83ö/g 833/g Poti-Tiflis dito 1000. .5 843/4 Riaschk.-Wiasm. Aand 5 583/4 59 Zuid West Spoorw.-Maats. 5 t, £>83/4 587/g Amerika. Cent. Pac. Obl. 6 llU/j dito California Oregon dito. 6 104% Chic. N.- W. Cert. Aand. dito dito le hyp. Cert 1000 7 121 dito Mad. Ext. Obl7 123ö/8 124 dito Menominee Ds. 500-1000 7 11 dito N.-W. Union, dito 7 1193/4 120 dito Winona St. Peter dito. 7 122% dito S.-W. Ob. Ds. 500-1000. 7 Illinois Cert. v. Aand St. Paul Minn. Man. Obl. 7 '06% Union Pac. Hoofdl. dito 6 u PEEMIE LEENINGEN. Nederl. Stad Amst. 100 3 pet. 1143/8 114 Stad Rotterdam3 191% Gemeente Crediet3 953/4 95% België Stad Antwerp. 1874 3 u 971/4 97 dito Brussel 1379 fr. 100 3 Hongarije. Staatsl. 1870 Oostenrijk. Staatsleening 1854 fl. 250 4 1OO3/4 dito 18605 1093/4 dito 1864 1463/4 1 47 Crediet lust. 1858 fl 100. Rusland. Staatsl. 1864 5 128 dito 1866 5 127 Spanje. Stad Madrid fr. 100 3 45% Turkije. Spoorwegl3 1, 11% 11% Prijzen van coupons en losbare obligatiën. Amsterdam 11 Augustus. 12 Augustus. Oostenrijk. Papier21.10 21.10 Oostenrijk. Zilver21.12% 21.10 Diverse in 11.671/2 11.67% 11 met affidavit u 11.971/2 11.97% Portugeeschen 12.04 12.04 Fransche47.65 47.45 Belgische47.65 47.45 Pruisische58.70 53.75 Hamb. Russen11 11 Russen in Z. Rn 1.19 1.19 Poolsche per Z. R11 Spaansche Bnitenl47.65 47.65 11 Binnenl2.28 2.28 Amerik. in dollars2.46 2.46 Heden overleed na eene kortstondige ongesteld heid, ten onzen huize, JOHANNA JACOBA ARENDS BEUN, in den ouderdom van 73 jaren. Gedurende een tijdvak van 41 jaren was zij in onze familie als eene trouwe en eerlijke dienst bode werkzaam. Hare nagedachtenis zal hjj ons in gezegend aandenken bljjven. Middelburg, M. C. TEVEL. 11 Augustus 1882. J. A. TEVEL. Heden trof mjj en mjjne kinderen den gevoelig- sten slag onzes levens, daar het den Heer van leven en dood behaagde, mjjne innig geliefde echtge- noote en der kinderen zorgvolle moeder ESTHER ADRIANA YAN SPRANG, in den ouderdom van 54 jaren van onze zijde weg te nemen. Vlissingen, Ch. YAN DER POEL 11 Augustus 1882. en Kinderen. Yoor de bewjjzen van deelneming, ontvangen bij het overlijden van den heer F. C. MATZIN- GER, betuigen de broeder en behuwdzusters bun nen hartelijken dank. Middelburg, 12 Augustus 1882. Onder warme dankbetuiging voor de vele bljj ken van vriendschap, roepen we bij ons vertrek naar In sulinde, vrienden en bekenden een bar- telijlt vaarwel tot weeMieiw toe. a/5 Prins Hendrik. A. DEN HAMER 12 Augustus 1882. en Echtgenoote.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 3