N° 175 125e Jaargang. 1882. Donderdai 27 Juli. FEUILLETON. PATEH CONSTANT IJ Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. A d v'ertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité O. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz. Middelburg 26 Juli. Aan de industrieelen van Nederland. Uit het Fransch, MIDDELBIRGSCHE CO I RAM. [Ingezonden.) De vooruitstrevende 19e eeuw, zoo menigmaal genoemd de eeuw van stoom en electriciteit, zou niet ten onrechte, ook op den naam van die der tentoonstellingen aanspraak kunnen maken. Tenauwernood heeft het eene land bijeen ge bracht wat kunst of wetenschap in staat is op te leveren, of elders worden reeds de plannen be raamd om opnieuw den wetenschappelijken strijd te aanvaarden, die reeds menigmaal in verschil lende deelen van de wereld op hetzelfde oogenblik is gestreden. Geen wonder, dat daarom meer dan eens de vraag gesteld is of hier niet overvloed schaadt, of niet het doel wordt voorbijgestreefd, en eindelijk of niet weldra de strijd zal moeten worden opge geven uit gebrek aan strijdlustigen? De ondervinding leert dat tot de bevestigende beantwoording dier vragen de tijd gelukkig nog niet gekomen is, en dat, wel verre dat eenig gebied van kunst of wetenschap tot een tijdperk van rust of verpoozing zoude zijn genaderd, integendeel het onuitputtelijk menschelijk vernuft en de ruste- looze volharding allerwege en in elke richting naar vooruitgang blijft streven. De feiten zijn daar om het bewijs te staven dat iedere opvolgende tentoonstelling niet alleen een dankbare leerlinge was, maar ook hare meesteres is voorbij gestreefd. In een tijdsbestek van slechts weinige maanden werden te Parijs en Londen tentoonstellingen op het gebied der electriciteit gehouden, en de rap porten die daarvan tot ons zijn gekomen, doen ons verbaasd staan over den merkwaardigen voor uitgang dien de laatste, ondanks den korten tijd, reeds toonen kan. Deze opvatting wordt elders zonder tegenspraak gehuldigd en gretig wordt allerwege gebruik gemaakt van de gelegenheid, die Amsterdam thans aanbiedt om zich te meten in den edelen wed strijd. Talrijk zijn de aanvragen om plaatsruimte, zoowel door onze onmiddellijke naburen als door de bewoners der verst-afgelegen landengeen moeite wordt ontzien, geen kosten schrikken af om op waardige wijze mede te werken tot berei king van het groote doel. In dit opzicht zal de tentoonstelling van 1883 ongetwijfeld een gunstig resultaat opleveren. Het buitenland geeft bewijzen er in groote mate partij van te willen trekken. De vraag moet helaas nog gedaan wordenwat zal Neder land doen Zal de tentoonstelling ook voor ons dat gunstig resultaat hebben Zullen de industrieelen van Nederland, die verzuimd hebben den vreemde ling het goede voorbeeld te geven, zich nu haasten diens voorbeeld te volgen en zal de plaatsruimte, die nog korten tijd voor hen beschikbaar blijft, op waardige wijze worden ingenomen? 18 VAN LÜDOVIC HALÉVY. VI. Gij zult zeker zeggen dat ik te familiaar met dat jonge mensch hen geweest." »Neen, dat zal ik niet zeggen Dat jonge mensch heeft ook op mij van den eersten dag af een alleraangenaamsten indruk gemaakt. Hij boezemt mij vertrouwen in." »Mij ook." »Ik hen overtuigd dat wij goed zullen doen met hem ons te vriend te maken." »Wat mij betreft heel graag Des te liever omdat, ziet ge Suze, van al de jonge lieden die ik sedert onze komst in Frankrijk gezien heb en ik heb er heel wat gezien i hij de eerste is bepaald de eerste, in wiens oogen ik niet duidelijk gelezen heb: »Wat zou ik blij zijn als ik de millioenen van dat persoontje kon hu wen Dat was duidelijk in de oogen van al de pnderen te lezen maar in de zjjne niet. Wij willen niet wanhopen, maar er zal veel, zeer veel onzerzijds moeten geschieden, zal de plicht die thans, onafhankelijk en afgescheiden van alle rede neeringen en beschouwingen, op ons rust, naar behooren worden vervuld. Industrieelen van Nederland! Het geldt niet alleen het algemeen belang van Nederland, maar ook en vooral uw bijzonder persoonlijk belang.' Alleen van uwe krachtdadige medewerking, die niet' zal nalaten u zelf ten goede te komen, zal het afhangen of de klacht recht van bestaan heeft, dat wij dikwijls in den vreemde zoeken wat op eigen bodem te vinden is. De moeite en opoffering, die gij u thans te getroosten hebt, belooft in de toekomst een rijken oogst. Ongetwijfeld zal onze regeering het belang der Nederlandsche industrie ter harte nemen zij zal niet ten achter blijven in het verleenen van krachtige ondersteuning, zoowel zedelijk als stof felijk. Die steun zal ontegenzeggelijk den indus trieelen ten goede komen maar, men wachte er niet op, men stelle er zich niet afhankelijk van. Alleen eigen krachtsontwikkeling, vrij van be scherming, kan goede gevolgen hebben en de regeérings-suhsidie zal dan vooral van groote waarde zijn, wanneer zij in de eerste plaats zal kunnen strekken tot opluistering der Nederlandsche af- deeling. Met rassche schreden nadert het oogenblik, dat geheel de wereld het oog zal richten naar Amster dam, dat zich in feestdos zal tooien voor de waar dige ontvangst van de velen die van heinde en ver zullen toestroomen, niet enkel om ons te onderrichten, maar ook om met onze kennis zich te verrijken en hun voordeel te doen. De wereldhandel in 't bijzonder zal in de kolo niale en uitvoerhandel-tentoonstelling zoeken naar al hetgeen in de toekomst zijn macht en aanzien zal kunnen bevorderen. Zouden wij, die om ons verleden en voor onze toekomst zoozeer verplicht zijn ons met meer dan gewone krachtsinspanning tot den vreedzamen strijd toe te rusten, dien niet aanvaarden, te laat zouden wij, helaas tot schade en schande, moeten onder vinden, dat wij de beste gelegenheid, die ooit gegeven kan worden om te toonen wat Nederland vermag, ongebruikt en nutteloos laten voorbijgaan. Aan dat verwijt mogen wij ons niet blootstellen, want het zoude aanleiding geven tot een ander, namelijk, dat onze gastvrijheid zich zoo ver uitstrekt dat wij zelfs onze plaats aan den vreemdeling inruimen en dat de tentoonstelling zoo bij uitstek internationaal was, dat er voor nationale deelne ming geen plaats was, met andere woorden, dat onze nationale nijverheid tot het verleden behoort. Laten wij hopen dat het zoover niet komt en dat, als op 1 Mei 1883 de tentoonstelling wordt geopend, de Nederlandsche afdeeling blijken geve van groote krachtsinspanning der industrieelen. Namens het comité van uitvoering der 2' afdeeling van de internationale koloniale en uitvoerhandel-tentoonstelling, AUG" MESRITZ, secretaris. Zie zoo, daar zijn wij thuis. Wel te rusten, Suzie, tot morgen." Mevrouw Scott ging hare slapende kinderen omhelzen. Bettina leunde nog lang met de ellebogen over de balustrade van haar balcon en zei bij zichzelf. »Mij dunkt, ik zal deze streek wel lief krijgen. YII. Den volgenden morgen wachtte Paul de La- vardens Jean na de manoeuvres op de plaats der kazerne op. Hij gunde hem nauwelijks den tijd om af te stijgen en begon, zoodra hij hem onder vier oogen had Vertel mij eens van uw diner van gisteren. Ik had haar 's morgens gezien. De kleine mende de vier zwarte poneys, en zoo kranigIk heb haar gegroet. Hebt gij over mij gesproken Hebben zij mij herkend? Wanneer gaat gij met mij naar Logneval Maar antwoord mij dan toch 1" Antwoorden I Antwoorden 1 Op welke vraag het eerst?" »Op de laatste." „Wanneer ik met u naar Logneval ga »Ja Welnu, over een dag of tien. Zij willen voorloopig niemand zien." Veere, 26 Juli. Bij de opening van de stembriefjes gisteren ingeleverd ter benoeming van een raadslid alhier bleek, dat hij de herstemming uitgebracht waren 54 stemmen en wel op A. Volkers Jz. (antirev.) 23, M. J. van Beveren (lib.) 22, J, de Bree (niet-antirev.) 9 stemmen, zoodat A. Volkers Jz. als lid verkozen is. Bij deze stemming deed zich het geval voor, dat een kiezer aan het publiek gelegenheid schonk zijne dichterlijke gaven te bewonderen. Het werd vergast op een allerkeurigst versje, tintelend van frissche kiesche luim en fijne humor. Goes, 25 Juli. De heden avond gehouden vergadering tot het kiezen van twee candidaten voor den gemeenteraad werd door 45 personen bijgewoond. Tot candidaten zijn gekozen de heeren L. G. Kakebeeke, oud-luitenant ter zee, voor de vacaturè-Van Renterghem (jaar van af treding 1887, wit stembriefje) en C. Risseeuw, het gekozen, doch niet toegelaten lid, voor de vacatuve-Kakebeeke (jaar van aftreding 1883, rood stembriefje). De heer Hildernisse heeft 17 en mr P. van der Meer Mohr 6 stemmen op zich vereenigd. De candidatuur van den heer Kakebeeke draagt veler sympathie weg en zijne kans schijnt gunstig te staan. Minder is dit het geval met die van den heer Risseeuw; al vertrouwen wij ook dat zij die, met ons, het hoog spel, dat men gaat spelen, afkeuren, alle krachten zullen inspannen om te beletten, dat de vacante raadszetel door een anti liberaal worde ingenomen. IJzemlijlte, 25 Juli. Het IVwfe-departement alhier heeft besloten over te gaan tot de oprich ting van een volks-bibliotheek. Tot afgevaardigde ter algemeene vergadering werd benoemd de heer C. de Vos, wien opgedra gen werd zijne stem uit te brengen tegen het voorstel-Dordrecht tot oprichting van een standbeeld van Jan Nieuwenhuizen, den stichter der maat schappij. Dit is zoo ongeveer het eenig meldenswaardige uit ons goê gemeente, wanneer men ten minste niet spreken wil over het aanstaand muziekfeest. Vooral de markt zal dan fraai versierd zijn, en dat is noodig ook. Men heeft daar toch iets aan gedaan wat niet mooi staat, en alweder zijn het hoornen, wier lijdensgeschiedenis reeds lang duurt, die het hebben moeten ontgelden. Of men gedacht heeft dat een overvloedige bladerenkroon de aan dacht te veel van de aan te brengen versieringen zou afleiden, dan wel dat het gulle takkengestel te veel ruimte innam, genoeg, men heeft het goed groeiende plantsoen gesnoeid of liever misvormd. De uitkomst is, dat men nu niets ziet dan ontred derde overblijfselen van hoornen, de meeste pron kende met een uitstekend eind pan-lat, dat aan sommige, een eenigszins dragelijke houding moet geven. Mansweert, 25 Juli. Tengevolge van de aanhoudende regens breidt de ziekte in de aard appelen zich aanmerkelijk uit; ook in de latere »Dus gaat gij er ook pas over een dag of tien weer heen »0! ik, ik ga van middag om vier uren. Maai' ik tel niet meêik ben Jean Reynaud, het petekind van den pastoorDat is de re den dat ik zoo spoedig het vertrouwen van die twee lieve dames gewonnen hebik heb m jj ver toond onder de bescherming en den waarborg der kerk. Ed dan heeft men ontdekt dat ik kleine diensten kan bewijzen. Ik ken deze buurt zeer goed, men zal mjj als gids gebruiken. In éen woord, ik hen niemand, terwijl gjj, Paul de Lavardens, wèl iemand zjjtVrees dus niets, uw beurt komt met de hals en partijen, en als er geschitterd en gedanst moet worden. Dan ver schijnt gij in al uw glorie en trek ik mij in mijn niets terug." »Houd mij maar voor den gek, zooveel gij wiltmaar in die tien dagen zult gij zooveel verder komen, zooveel op mij vóór krijgen »Hoe dat! op u voor?" »Kom Jean, wilt gij mij nu wijs maken dat gij niet reeds op een van die dames verliefd zijt Is het mogelijk Zulk een schoonheid en rijkdom Odie rijkdom overtreft nog de schoonheid Zulk een weelde overstelpt mij, overbluft mij Die vier poneys met de witte rozen en die co- carde, ik heb er van nacht al van gedroomd En die kleine Bettina niet waar?" „Ja, Bettina." sBettina! Gravin Bettina de Lavardens! Klinkt dat niet lief? En welk een juweel van soorten is zij reeds ontdekt. Bij een gisteren woedend onweder vielen hagelsteen en ter grootte van knikkers, die veel schade aan het koolzaad en andere gewassen toebrachten. Vooral de moestui nen werden door deze hagelbui zeer geteisterd. De jaarlijksche gewone vergadering van de Am sterdamsche afdeeling van het Pensioenverbond was drukker bezocht dan gewoonlijk, vermoedelijk naar aanleiding van het hekend geworden feit, dat de bij K. B. van 26 Jan. 1881 benoemde staatscom missie haar rapport den 24 Juni II. aan Z. M. heeft ingediend. Men hoopte over den hoofdin houd van dat rapport nadere inlichtingen van het bestuur te ontvangen. Dewijl hieraan niet kon worden voldaan, doordien het nog niet in druk verschenen is, werd algemeen de wensch geuit, dat van regeeringswege spoedig tot de openbaar making zou worden overgegaan en dat men als gevolg daarvan binnen een niet te ver verwijderd tijdstip een of meer wetsontwerpen overeenkomstig den geest van het pensioenverbond de tweede ka mer zou zien bereiken. Reeds twee commissiën toch, samengesteld uit veelzijdig ontwikkelde mannen, hebben haar rapporten ingediend, zoodat men hoopt dat de regeering niet meer licht zal behoeven, om te gemoet te komen aan art. 1 van de door haar voor zes jaar goedgekeurde statuten, luidende: »Het doel der vereeniging is het ver krijgen van pensioen voor weduwen en weezen van deelgerechtigden in het pensioenfonds voor bur gerlijke ambtenaren." Wij nemen het aan buitenlandsche bladen nooit bijzonder kwalijk wanneer zij niet juist op de hoogte zijn van hetgeen in Nederland voorvalt. Alleen reeds het verschil in taal maakt het be komen van juiste berichten uit een klein land niet zeer gemakkelijk. De Antwerpsche Précurseur maakt het echter voor een naasten buurman soms wat erg. Eeni- gen tijd geleden berichtte hij dat onze tweede kamer een tractaat met Frankrijk goedgekeurd had, waarhij de wederzijdsche behandeling op den voet der meest begunstigde natie bedongen werd. Ieder weet dat daar geen woord van aan was. Nu weder komt onze buurman het volgende vertellen Chez nos voisins. De droogmaking van het zuidelijk deel van den zeeboezem de Zuiderzee, kan als voltooid beschouwd worden. Men is thans bezig, op de grens van het drooggemaakte gedeelte een vergaarboezem in het zand te graven, welke van een eement-bekleedsel voorzien zal worden. De werken aan dezen boezem, die 39 kilometers lang zal worden, zullen 7 tot 10 jaren duren." De Précurseur heeft misschien een „specialen correspondent" aan de Zuiderzee die de gave der clairvoyance bezit en aanschouwt wat mogelijk over 50 jaren te zien zal zijn Ongeveer drie jaar geleden werden door de afdee ling Gooiland der Ned. voor Tuinbouw en Plant kunde plannen beraamd om te Bussum een Arbo retum op te richten, dat iseene zoo volledig een man zou zij aan mij hebbenDe echtgenoot te zijn van een buitensporig rijke vrouw, dat is mijn bestemmingHet is niet zoo gemakkelijk als men denkt. Men moet de kunst verstaan om rijk te zijn en dat zal ik. Ik heb er het bewijs van geleverdik heb reeds heel wat geld zoek gemaakt en dan als mama mij niet tegengehouden had Maar ik ben bereid Om weer te beginnen. Owat zou zij gelukkig met mij zijn Ik zou haar een leventje bereiden als een tooverprinses. Zij zou in haar rijkdom den smaak, het talent van haar man herkennen. Ik zou er mijn leven aan wijden om haar uit te dosschen, op te sieren, te tooien en rond te leiden. Ik zou haar schoonheid hestudeeren om die te plaatsen in de omgeving, die voor haar past. Zij zou moeten zeggenals ik hèm niet had, zou ik er niet zoo lief uitzien. Ik zou haar niet alleen liefhebben ik zou haar amuseeren. Zij zou wat hebben voor haar geld, liefde en genoegen Kom Jean, wees nu eens goed op mij en neem mij vandaag meê naar mevrouw Scott." »Ik kan niet, dat verzeker ik u." Welnu, dan over tien dagen, maar ik waart schuw u dat ik dan mijn anker te Logneval neer leg en er niet meer van daan kom. Buitendien zal het mama pleizier doen. Zij is nog een beetje vooringenomen tegen die Amerikaanschen, en zegt dat zij haar niet wil zien maar ik ken haar I Den dag waarop ik haar, als ik 's avonds thuis kom, zeggen zal»Mama, ik heb het hart gesto len van een jong meisje, dat behept is m^ttwijvi

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 1