Benoemingen en besluiten.
Marine en leger.
Rechtszaken.
Gemengde Berichten.
De werkzaamheden aan den nieuwen waterweg
(verbreeding van De Zoom) zijn sedert een achttal
dagen aangevangen. Met het uitgraven is men
tot op ongeveer 6 meter diepte gekomen en stuit
thans op hinderpalen, die misschien oorzaak zijn
dat de kosten meer zullen bedragen dan men
aanvankelijk verwacht had.
De in verband met de slechting der vesting
nieuw aan te leggen boulevard van de voormalige
Steenbergsche naar de Wouwpoort krijgt eene
breedte van 50 meter en wordt beplant met vier
rijen boomen. Het thans bestaande plantsoen
tusschen de stad en boulevard, zoomede de water
partijen met het eilandje, westwaarts van de
spoorbaan naar Roosendaal, zullen blijven bestaan
en tot park worden ingericht.
De secretarissen van gemeenten met eene be
volking van minder dan 3000 zielen in Noord-
Brabant, hebben een adres aan de gedeputeerde staten
gezonden, waarbij zij aandringen op verhooging
hunner jaarwedden, die niet in overeenstemming
zijn met de werkzaamheden aan hunne betrekking
verbonden.
De heer Salomon, secretaris der Vereen, t. be
scherming van dierengeeft in het Vaderland eenige
inlichtingen omtrent den voorgenomen schietwed
strijd op duiven, alias duivenmoord, welke bij de
wedrennen te Bussum plaats zal hebben, doch vrij
algemeen verontwaardiging wekt.
»Dit schieten, schrijft de heer S. gaat
niet uit van de Ned. Harddraverij- en Renvereeni-
ging. Eenige heeren, die dat onzedelijk feest orga
niseerden, hebben aan het bestuur van bovenge
melde vereeniging het gebruik van een stuk
terrein tot dit doel aangevraagd, doch in de
eerstvolgende bestuursvergadering moet hieromtrent
nog worden beslist, zoodat het nog niet zeker is,
of dit „duivenmoorden" bij gelegenheid der feesten
te Busaum wel zal plaats hebben. Wij hopen
van niet."
Bij de periodieke aftreding van een commissaris
en een commissaris-plaatsvervanger der Ned. Han
delmaatschappij is in de vergadering van aandeel
houders te Leiden gekozen: tot commissaris de heer
mr. S. Vissering, die deze benoeming heeft aange
nomen. De aftredende commissaris, de heer P. I.
de Fremery, had verzocht niet meer in aanmer
king te komen. Als commissaris-plaatsvervanger
werd opnieuw gekozen de heer J. Scheltema.
Het duiken tot onderzoek van het wrak van de
Adder zal geschieden door den duiker B. C. Wel
tevreden, die het wrak gevonden heeft, onder
toezicht en leiding van den luit. ter zee le klasse
Njjgh, die met de Naerebout op de plaats blijft
liggen.
In tegenwoordigheid van een groot aantal be
langstellenden, waaronder ook verscheidene post
duiven-liefhebbers, werden Zondag morgen 100
oorlogsduiven te Zierikzee losgelaten te 7 u 16 m.
Ofschoon de regen had opgehouden en de Z.-W.
wind maar flauwtjes was, maakte de bewolkte
lucht de gelegenheid vrij ongunstig. Na betrek
kelijk lang over de stad te hebben gezweefd, heb
ben toch de meeste duiven de reis aanvaard.
De 18 eerst te 's Gravenhage aangekomen duiven
waren die van de heeren v. d. Spek om 8. 59.30 u.,
Boelen 9. 38 u., Terlaak 9. 38 u., Doeleman 9.44 u.,
Verbeek 9. 49 u., Boelen 9. 49. 30 u., Terlaak
9.49. 30 u., Dollekamp 9. 52. 30 u., Aerents 9. 52 u.,
Mooenens 9. 56 u., Boelen 10 u., Idem 10 u.,
Mooenens 10. 3 u., Idem 10. 5 u., Aerents 10. 6.
30 u., Ehenle 10. 12. 30 u., Dollekamp 10. 23. 30
u., de Waal 10. 40 u. (alles voorloopige opgave,
behoudens rectificatie). Van de Delftsche duiven
is nog geen bericht ontvangen.
Enkele duiven schijnen in de omgeving van
Zierikzee te zijn achtergebleven. Ze zijn herken
baar aan het stempel van het departement van
oorlog. (ZZ. Nsb.)
Verbeterin g.
Uit eene nadere inlichting blijkt ons, dat het
vertrek van de Adder uit IJmuiden in de Zeepost
niet vermeld is geworden. Men gelieve dus deze
veronderstelling uit onze beschouwing van gisteren
te doen wegvallen.
slaap. Gij hebt hem zoo vriendelijk ontvangen,
dat hjj in zijn oude gewoonte vervallen is."
«Daar doet hij wel aan!" zeiBettina. Laat
ons geen leven maken, maak hem niet wakker."
«Gij zijt wel goed, mejuffrouw, maar de
avondlucht wordt koel."
«O! gij hebt gelijk. Hjj zou kou vatten.
Wacht ik zal een mantel voor hem gaan halen."
„Ik geloof, mejuffrouw, dat het beter zou
zijn om hem zachtkens te wekken, zoodat hij niet
merkt dat gij gezien hebt dat hij sliep."
«Dat is goed. Laat mij begaan. Suze, laat ons
samen zingen, eerst heel zachtjes, en dan verheffen
wij van lieverlede onze stemmen. Komaan."
Volgaarne. Maar wat
Laat ons Iets Kinderlijks zingende woorden
zijn toepasselijk.
En zjj begonnen
Als ik twee vleugelkeus hadde
En een klein vogelijn waar enz.
Hare zachte welluidende stemmen klonken aller
liefst in de nachtelijke stilte. De priester hoorde
nietshjj verroerde zich niet. Jean was opgetogen
over dit concert en zei bij zichzelf
«Ik hoop maar dat oom niet te gauw wak
ker wordt
Ondertusschen werden de stemmen hoe langer
hoe helderder en luider
Maar in mijn slaap vlieg ik tot u,
'k Ben steeds bij u in mijn gedachten.
Pater Constantijn verroerde zich nog altijd
niet.
onderwijs. Benoemd tot onderwjjzer bjj den
cursus tot opleiding van gymnastiek-onderwijzers
verbonden aan de rjjks kweekscholen voor onder-
wjjzerste Deventer dr. J. J. le Roy en G. J.
Mullers jr.; te Groningen dr. A. Th. Folkersma,
J. Eden en C. A. M. van Riet.
burgemeestersBenoemd tot burgemeester van
Nieuweschans H. Mulder, secretaris dier gemeente,
en van Callantsoog en Zjjpe G. C. Hulst.
belastingen. Benoemd tot ontv. der dir. bel.
enz. te Weert c. a. J. J. G. van Wieheren, com
mies ter inspectie te Middelburg.
(Zie laatste berichten van gisteren).
telegraphie. Op verzoek eervol ontslag ver
leend als telegrafist 2" kl. aan jhr. S. Tjarda van
Starkenborgh Stachouwer.
De luit. t z. le kl. W. C. A. Ziegenkirt von
Rosenthall, uit Oost-Indië in Nederland terugge
keerd, is op non-activiteit gesteld.
De 2e luit. der mariniers P. J. van Trooijen
wordt geplaatst aan boord van Zr. Ms. wachtschip
te Hellevoetsluis.
Het état-major van Z. M. stoomschip Bonaire,
dat Zondag middag naar de Middellandsche Zee
vertrokken is, bestaat uit de volgende officieren.
Luit. t/z le kl. jhr H. M. van der Wijck, koin-
mandantid. J. C. Sickens, le officier, luit" t/z 2e
kl. P. J. L. de Gijzelaar, F. C. baron Mulert en
J. H. J. L. baron Sweerts de Landas Wijborgh;
officier v. gez. 2e kl. dr M. Rutgers van der Loeff
en de officier v. adm. 2e kl. W. E. Muller.
De luit.-kol. C. W. T. von Jeetze, is van het
3e reg. inf. te Bergen op Zoom, overgeplaatst naar
Nijmegen, teneinde op te treden als kommandant
van de vereenigde bataljons van het 5e reg. inf.
aldaar.
Het vonnis, waarbij de herbergier J. v. d. D.,
te Goes, beklaagd van op zjjn stoep niet te heb
ben opgehangen een gewaarmerkt afschrift der
bekomen vergunning en een exemplaar der drank
wet, door den kantonrechter te Goes is ontslagen
van rechtsvervolging, bevat de volgende overwe
gingen
dat art. 13 der wet van 28 Juni 1881,
St. bl. 97, voorschrijft«In elke localiteit,
waar krachtens vergunning sterken drank in het
klein wordt verkocht, moet een door den gemeen
te-secretaris gewaarmerkt afschrift der vergunning,
alsmede een gedrukt exemplaar dezer wet duide-
ljjk leesbaar zijn opgehangendat eene aandach
tige beschouwing van de bepalingen der wet tot
de gevolgtrekking leidt, dat het woord localiteit,
waar dit in genoemde wet voorkomt, niet overal
in dezelfde beteekenis is gebezigd, daar het op
vele plaatsen de beteekenis van vertrek, kamer,
aanhoorigheid van een gebouw of inrichting aan
neemt, op andere plaatsen daarentegen blijkbaar
op het geheele gebouw of de geheele inrichting
doelt;
dat alzoo de beteekenis van dat woord in het
le lid van artikel 13 onderzocht en uit den aard
en het doel der bepaling dient verklaard en op
gemaakt te worden;
dat het aldaar gegeven voorschrift om een afschrift
der vergunning en een exemplaar der wet duide-
ljjk leesbaar op te hangen, klaarblijkelijk ten doel
heeft den met het opsporen van de overtredingen
der drankwet aangewezen personen de controle op
het verkoopen van sterken drank in de toegelaten
kamers, vertrekken of aanhoorigheden, die alle in
het afschrift der vergunning zjjn vermeld, gemak-
keljjk te maken, terwijl het voorhanden zjjn van
een exemplaar der wet bij het doen van waar
schuwingen en het constateeren van overtredingen
van groot nut kan zijn;
dat dit voorschrift niet tot waarschuwing van
het publiek strekt, aangezien toch art. 19 alleen
de drankkoopers straft, als het gebouw of de in
richting het in het 2e lid van art. 13 gevorderde
opschrift mist en niet zjj stafbaar zjjn, die, wan
neer dit opschrift maar niet ontbreekt, sterken
«Wat slaapt hjj gerustzei Suze," het is
zonde om hem wakker te maken."
»Het moet toch! Nog harder Suze, nog
harder
Nu galmden zjj luidkeels
De slaap verwijlt niet, al vraagt liet een prins,
Dus ontwaak ik, eer nog de dageraad komt.
De priester schrikte wakker. Na eèn oogenblik
van verlegenheid herstelde hjj zich echter terstond.
Blijkbaar had niemand gemerkt dat hjj ge
slapen had. Hjj rekte zich in het geniep even
uit en hjj was gered.
Een kwartier later begeleidden de zusters hare
gasten tot aan het kleine zjjhekje van het park,
aan den kant van het dorp, op honderd passen
afstands van de pastorie. Toen zij het hekje na
derden, zei Bettina op eens tot Jean
»0, 'tis waar, van drie uren af heb ik u
iets te vragen. Van morgen bij onze aankomst
ontmoetten wij op den weg een lang, mager
jongmensch, met een blonden knevel, op een zwart
paard, die ons in het voorbjjgaan groette."
»Dat is Paul de Lavardens, een vriend van
mij. Hjj heeft reeds de eer gehad aan u voorge
steld te worden doch slechts terloops. Hij
verlangt ook zeer bjj u aan huis te mogen komen."
»Nu, breng hem dan dezer dagen eens mee,"
zei mevrouw Scott.
»Naden25en", riep Bettina. «Vroeger niet!
vroeger niet! voor dien tijd willen wij niemand
zien behalve u, mjjnheer Jean maar het is
zonderling, ik weet niet hoe het komt
drank in het klein hebben gekocht in een vertrek,
kamer of aanhoorigheid, waarin bedoeld afschrift
en exemplaar niet zjjn opgehangen;
dat alzoo het ophangen van een enkel afschrift
der vergunning en van éen enkel exemplaar dei-
wet geheel aan het doel der bepaling en den geest
der wet beantwoordt;
dat het laatste lid van art. 13 dan ook het te
rugzenden van het in het eerste lid bedoelde af
schrift en niet van de afschriften voorschrijft
dat alzoo de aard en het doel van het voorschrift
medebrengt aan de woorden „elke localiteit" in
het le lid van art. 13 de beteekenis van elk ge
bouw of elke inrichting toe te kennen;
overw., dat alzoo het niet ophangen van een bjj
het le lid van art. 13 der drankwet bedoeld af
schrift der vergunning en exemplaar der wet op
eene stoep, welk feit den beklaagde bjj dagvaar
ding is ten laste gelegd en hierboven is verklaard
wettig en overtuigend bewezen, als zoodanig niet
oplevert eene overtreding van artikel 13 der wet
van 28 Juni 1881, St. bl. 97
overw., dat dit feit ook niet bij eenige andere
wettelijke bepaling is verboden, alzoo niet ople
vert misdaad, wanbedrijf of overtreding en be
klaagde te dier zake behoort te worden ontslagen
van alle rechtsvervolging, de kosten te dragen
door den staat.
Rechtdoende enz.
Naar men ons mededeelde, zal het O. M. zich
van dit vonnis in cassatie voorzien. GCt.)
Door den kantonrechter te Rotterdam is
eene beslissing genomen in eene strafvervolging
tegen den heer C. te Kralingen, wegens het los
laten loopen van een kwaadaardig dier (een hond).
De advocaat, mr M. Pels, beweerde dat deze hond
geen kwaadaardig dier was; maar bovendien,dat
de dagvaarding nietig was, dewijl daarin als dag-
teekening der overtreding het jaar 1800 genoemd
werd, toen de heer C. onmogeljjk honden of
andere gedierten kon laten losloopen, dewjjl hjj
nog niet geboren was.
De kantonrechter mr Hazenberg besliste echter,
dat deze door den rjjksveldwachter begane schrjjf-
f'out de dagvaarding niet nietig maakte en ver
oordeelde den beklaagde tot eene boete van 5.50
of een dag gevangenisstraf.
Hansweert, 24 Juli. Zondag morgen ont
dekte schipper S. Dijkstra, voerende het Ned.
tjalkschip Vrouw Myra, geladen met zaad, van
Antwerpen naar Neuss, toen hjj van Wemeldinge
wilde vertrekken, dat er water in zijn schip stond.
De schipper besloot het schip in de buitenhaven
te halen en aan den Oosthavendam aldaar aan
den grond te zetten om het lek te kunnen op
sporen. Men heeft dit echter niet kunnen ont
dekken, doch vermoedt dat het zich bevindt in
het vlak van het vaartuig. Men heeft het schip
voorloopig kunnen dichten, zoodat de schipper de
reis kan voortzetten.
Aan de eerste passage in Den Haag is nog
niet begonnen, of reeds is het plan voor een
tweede gereed. Deze zal van de Spuistraat naar
de Eerste Wagenstraat loopen. De grond ervoor
is beschikbaar. Door den architect W. B. van Lief
land is een sierlijk en doelmatig plan voor deze
passage ontworpen. In dit plan is begrepen het
bouwen van veertig fraaie winkelhuizen met boven
woningen. De uitvoering kan zeer spoedig tegemoet
worden gezien.
Jaarlijks maken de leerlingen van de hoogste
klasse der fabrieksschool te Enschede, onder geleide
van hunne onderwijzers en de commissarissen dier
school, een uitstapje naar Munster. Den 2en dezer
had dit pleiziertochtje weder plaats. Dit reisje
wordt geheel en al bekostigd door fabrikanten.
Voor de jeugdige fabriekarbeiders biedt zulk een
tocht zeer vele genoegens aan. Na aankomst te
Munster trok de stoet door de hoofdstraten en
werden de merkwaardigste gebouwen bezichtigd.
In den Dierentuin wachtte hen een smakelijk ont
bijt. Vervolgens ging men een kjjkje nemen in
't Museum boven de restauratiezaal. Na een
poosje gerust te hebben, trok men weder door
Munster, om de Uberstrasser-, Dom- en Lamberti-
kerk te bezichtigen. Een welbereid middagmaal
in den Dierentuin smaakte allen na deze flinke
wandeling overheerljjk. Na het diner werd het
zoo zoetjes aan tijd om 't station op te zoeken.
Toen des avonds de trein aan 't station te En
schede kwam, was den leerlingen eene aangename
verrassing bereid, daar zij door de muziek der
stedeljjke schutterjj en eenige jongelieden met
fakkels en lampions werden opgewacht. Nu zette
de stoet zich in beweging, tot men op de Groote
markt stand hield. Hier werd door den heer
T. P. Scholten, een der commissarissen, eene har-
teljjke toespraak gehouden, waarbij hjj den wensch
uitsprak dat deze genoegelijke dag nog lang in
dankbare herinnering mocht blijven. Nog geheel
vervuld van het gesmaakte genoegen keerde men
huiswaarts. (Ar. li. Ct.)
maar gjj zijt reeds niemand meer voor ons. Het
compliment is misschien niet mooi ingekleed,
maar vergis er u niet in, het is een compli
ment. Mjjn bedoeling is buitengewoon vrien-
deljjk te zijn."
»En dat zjjt gjj ook, mejuffrouw."
«Des te beter, als ik het geluk gehad heb
mjj goed te doen verstaan. Tot weerziens,
mijnheer Jean, tot morgen."
Mevrouw Scott en haar zuster keerden naar het
kasteel terug.
»Ja, Suzie, beknor mjj maar Ik ver
wacht het, ik heb het verdiend."
»U beknorren, waarom?"
(Wordt vervolgd.)
Een menschenvriend, die reeds zeven achter
eenvolgende jaren bij zijn vertrek uit de badplaats
Zandvoort eene som van 500 schonk aan het
badhuis voor minvermogenden aldaar, zond ook
dit jaar dezelfde som aan commissarissen over die
inrichting.
Dinsdag 18 Juli jl. werd te Hoorn een eigen
aardig feest gevierd door tien oude vrouwtjes (de
elfde was ongesteld), waarvan 3 meer dan 80 jaren
tellen. Het gold het 200jarig bestaan van het
Claas Stapels Vrouwenhofje. 18 Juli 1682 werd
de eerste steen gelegd door jonker Martinus Blok
ker, eenigen zoon van Joan Blokker, «premier
regeerende burgemeester en raad der stad Hoorn"
en van Julli 'Anthonia Livius. De stichters waren
Jan Jansz. Koekebakker, doopsgezind, Pieter Bos,
gereformeerd, beiden kooplieden, en Claas Stapel,
notaris, remonstrant. Zjj behoorden waarschjjnlijk
tot de secte der collegianten en hadden uit eigen
middelen 10,430 bjjeengebracht, zijnde de be-
noodigde som tot het stichten van genoemd hofje,
dat, ondanks vele wederwaardigheden, die het
soms met ondergang bedreigden, zjjn tweede eeuw
feest heeft beleefd. (II. Ct.)
Op den te Dillenburg opgerichten Willems
toren wordt thans een tentoonstelling gehouden
van oudheidkundige voorwerpen uit de tijden, dat
het hertogdom Nassau en het vorstenhuis van
Oranje samen verbonden waren. Zjj omvat om
streeks 1400 nommers, waaronder 400 portretten
en afbeeldingen, 400 oorkonden en boeken; verder
meubels, voorwerpen van kunst en smaak, sieraden
enz. Voor beoefenaren van geschiedenis en oud
heidkunde biedt de tentoonstelling veel aantrek
kelijks, vooral voor ons land, dat met Dillen
burg verbonden is door historische herinneringen,
die ieder vaderlander dierbaar zijn.
Op Moeara-Baroe (Java) is een kaaiman
(krokodil) gevangen, die eenig in zjjn soort was.
Het dier was niet bijzonder lang, maar wat het
aan de lengte verloor won het daarentegen in de
breedte. Het was zeker anderhalf meter breed.
Een staart had het nietdie scheen afgekapt te
zijn, maar het had een muil waar wel een paard
in kon.
Toen men het dier opensneed, werden in zijne
ingewanden, onder andere voorwerpen, een ring,
een paar spjjkers en ook een horloge gevonden.
Een zeer belangrjjk stuk aangaande de emi
gratie der Russische Joden naar Amerika vinden
wjj in de Times, welker correspondent te Phila
delphia seint dat door den heer Moses A. Dropsie,
president van het Joodsche comité te Philadelphia,
de volgende brief is gericht aan het Londensche
comité
«Mijne heeren. De emigratie van behoeftige
Russische Joden naar dit land heeft zulke ver
houdingen aangenomen, dat de vergelijkender wjjze
kleine Joodsche bevolking der Vereenigde Staten
niet kan voldoen aan de daardoor gestelde eischen.
Behalve de groote sommen die reeds besteed zijn
voor het alhier vestigen en plaatsen der immi
granten, zullen er gedurende de volgende twee
jaren nog aanhoudend behoettigen zich tot ons
wenden. De Joden van dit land hebben thans niet
minder dan 20,000 dollars uitgegeven, en waar-
schjjnljjk zal in het volgende jaar eene geljjke
som benoodigd zjjn om hen te helpen, die reeds
hier zjjn en die nog uit Rusland komen. Met het
oog op die omstandigheden zjjn wij tot het be
sluit moeten komen geene verdere verantwoorde
lijkheid in deze zaak op ons te nemen. De eenige
weg die openstaat is de behoeftige immigranten
over te laten aan onze gewone armenwet. De ree-
derij die ze aanvoert is, om de gemeente voor
overlading met armen te vrjjwaren, voor iederen
passagier voor 144 dollars aansprakeljjk. De ree-
ders zullen dus gaan weigeren dit soort immi
granten naar onze haven te vervoeren.
«Volkomen bewust van onze verantwoordelijk
heid in deze zaak en ernstig verlangende ons deel
van het werk te doen, verklaren wjj plechtig dat,
wanneer gjj voortgaat, zooals gjj tot nogtoe hebt
gedaan, er noodeloos lijden en gebrek wordt ver
oorzaakt. Om dit te vermjjden zenden wjj u
morgen met de stoomboot een aantal behoeftige
immigranten terug, en aan deze gedragslijn zullen
wij ons voortaan houden. Anders te doen zou
eene vermeerdering teweegbrengen van hen die
in den naderenden winter gebrek moeten lijden,
en dat gevolg willen wij trachten te vermjjden.
Als president van het comité alhier tot onder
steuning van de immigranten, acht ik het mjjn
plicht dit aan uwe achtbare commissie mede te
deelen, vertrouwende dat deze beschouwingen
kalm zullen overdacht en overwogen worden."
Het is dus nu uitgemaakt dat Amerika geen
débouché meer is voor de verjaagde Russische
Joden, want hunne Amerikaansche geloofsgenooten
zenden ze terug. Indien westelijk Europa hen
allen moet opnemen, zou het waarschijnljjk in
het belang van sommige staten zijn, indien bij
internationale regeling voor eene behoorljjke ver
deeling dezer uitgewekenen werd gezorgd.
Bij de wet van 1 Juni 1878 werd, onder
den naam Caisse des lycées, colleges et écoles
ter beschikking van den Franschen minister van
onderwijs eene som van fr. 120.000.000 gesteld
om voor de helft als subsidie, voor de andere helft
als voorschot te worden gegeven aan de gemeen
ten voor den bouw van scholen en aankoop van
schoolmeubelen. Verleden jaar werd wederom 100
millioen in dat fonds gestort en er is ten behoeve
van 17.699 gemeenten zooveel uit geput, dat nu
slechts 20 millioen meer overig is. De nieuwe
wet van 28 Maart jl. heeft door het voorschrijven
van den leerplicht grootere eischen aan de school
lokalen gesteld, zoodat de aanvragen om subsidie
of voorschot nog voortdurend inkomen. Daarom
heeft de regeering nu wederom een wetsontwerp
ingediend om 120 millioen voor hetzelfde doel
aan te wijzen, éen derde voor subsidie en twee