Laatste Berichten, Gemengde Berichten. Onderwijs. Kerknieuws. Marine en leger. Weerkundige waarnemingen. Verkoopingen en aanbestedingen. Voor dat onderhoud van den oostelijken toren, die zoo zwak staat, dat hij in den storm van 14 October heusch gewaggeld heeft, vroegen en verkregen burgemeester en wethouders in dezelfde vergade ring een crediet van 1000, hoezeer daarbij, zoo wel als vroeger bij het opmaken der begrooting, duidelijk bleek, dat het eigendomsrecht van de gemeente onzeker is en in dezen toren de klok hangt, waarvoor de kerk geen huur wil betalen. Dat nu het recht der gemeente onzeker is, leert 1. De volgende bepaling uit de staatsregeling van 1798 „De Torens, aan de Kerkgebouwen gehegt, bene vens de Klokken, met derzei ver huisingen, worden verklaard, eigendommen te zijn en te blijven der Burgerlijke Gemeenten, staande ten allen tijde onder derzelver beheering en onderhoud" 2. een arrest van den hoogen raad, van 19 Maart 1847, beslissende dat, krachtens deze zinsnede, de burgerlijke gemeenten niet geworden zijn eigena ren van alle torens, maar alleen van die, welke aan de. kerken gehecht waren, zoodat die, welke op de kerken stonden, het eigendom van de ker kelijke gemeenten zijn gebleven. Zoo duidelijk als voor den hoogen raad, was echter de gedenkwaardige dwaasheid van 1798 niet voor de vroede mannen dier dagen, die in hun torenjagenden ijver niet alleen de torens aan, maar ook die op de kerken in bezit namen, iets wat de kerk, beseffende dat ze daardoor van het onderhoud bevrijd werd, stilzwijgend schijnt te hebben toege laten. 't Raakte ook geen puntje van de leer. Zonder nu, bij den neteligen stand der zaak, aan de kerk om niet het luiden van een quaes- tieuse klok te misgunnen en zonder ergenis over het onderhouden door de gemeente van een quaes- tieusen toren, lijkt het ons toch jammer, dat het geschil, eenmaal aan de orde, niet zuiverder ge steld en geen stap nader bij eene beslissing ge bracht is. Bij het bestuur der vereeniging Willem Barents ia een briet ontvangen gedagteekend Vardö, den 20 Juni jl., van den luitenant ter zee le kl. C. Hoffman, bevelhebber van de Willem Barents. Na eene beschrijving van het vertrek uit IJmui- den op den 9en Mei jl. en van de eerste dagen in zee, vervolgt het reisverhaal aldus Den 21 Mei op 60° NB. gekomen, is er overeen komstig de instructie een aanvang gemaakt met de meteorologische waarnemingen, die van toen af geregeld om de twee uren werden voortgezet. Op het einde der eerste wacht van 26 Mei werd de Noorder poolcirkel gepasseerd. De zon was om half elf ondergegaan, doch het bleef reeds geheel dag. Alles wat tot de verlichting van het schip behoort is dan ook voor eenige maanden opgeborgen. Het kraaiennest was weder in het tuig beves tigd en velen begonnen reeds reikhalzend naar het ijs uit te zien. Het vorige jaar waren wij bij het ijs denzelfden dag dat wij den poolcirkel passeer den; nu zouden er echter nog vele dagen ver- 'oopen. Met. oostelijke winden zeilden wij noordwaarts. Hoewel de thermometer nog een graad of 3 C. aangaf, werd het koud en guur. 28 Mei ging de zon niet meer onder, doch den 31 zagen wij voor het eerst de middernachtszon aan den onbewolkten hemel. Den 29 woei het een dubbelgereefde marszeils- koelte uit het oosten, waarna het stil werd. De oostelijke wind kwam echter spoedig weder door en liep den len Juni naar het ZO. en ZZO., waardoor wij koers konden sturen op Bereneiland. Sommigen begonnen al plannen te maken voor het geval dat wij daar zouden kunnen landen, doch er was buiten het ijs gerekend. 3 Juni, des avonds 8 uur, werden de eerste stukken ijs geziende wind liep plotseling om naar het N.O. t. O. ener werd dus Noord gestuurd. Des nachts te half 2 uur kwamen wij voor groote massa's drijfijs, te dicht gepakt om erin te zeilen. Met Noordelijken wind werd er dus langs, en toen het zichtbaar werd erin gestuurd, hetwelk echter niet lang doenlijk was. maar zij zullen u wel geld zenden, veel geld, en gij zult het aannemen ook, daar hebt gij gelijk in. Ziet gij wel dat gij niet neen zegt Er zal een goudregen over de geheele landstreek stroomen. Er zal beweging en leven komen rijtuigen met vier paarden, bals en vuurwerk. En hier in dit bosch, in deze laan, zal ik misschien binnenkort Parijs terugvinden. Ik zal er de twee amazones met de twee rijknechtjes, waarvan ik zooeven sprak, terug vinden. Als gij wist hoe bevallig die twee zusters er uitzien, te paardOp een ochtend heb ik het heele bosch van Bologne achter haar door gereden. Ik zie haar nog. Zij hadden hooge grijze hoeden opkleine zwarte voiles, heel strak om het gelaat getrokken, en lange amazone-kleeden uit éen stuk, met éen enkelen naad midden in den rugde dames moeten prach tige figuren hebben om die amazones te kunnen dragen Want gij begrijpt, mijnheer de pastoor, met zoo'n kleed is geen bedrog mogelijk." De pastoor lette sedert eenigen tijd niet meer op hetgeen Paul zei. Het rijtuig was een vrij lange, rechte laan ingeslagen en aan het einde van die laan zag de pastoor een ruiter in galop aankomen. »Kijk eens," zei hij tot Paul, »gij hebt beter oogen dan ik. Is dat niet Jean, daar ginds?" »Wel ja, dat is Jean; ik herken hem aan zijn grijze paard." Paul hield veel van paarden en keek altijd eerst naar het paard en dan naar den ruiter. In derdaad het was Jean en toen hij den pastoor en Paul in de verte zag wuifde hij met zijn kepi, waaraan twee gouden galons blonken. Jean was Den volgenden morgen zagen wij bij den rand van het ijs een Noorsch scheepje, dat de vlag heesch. Wij stuurden uit het ijs erop aan, en de kapi tein kwam, nadat wij bijgedraaid hadden, spoedig aan boord. Het was de Freyakap. Nilssen, van Hammerfest, sedert 28 April hier op de robbenvangst. Hij ver telde mij, dat het ijs bewesten Beren-eiland N.W. en Z.O. lag. Aan deze opgaven kan men echter niet veel waarde hechten, daar hij op dat oogenblik ten minste volstrekt niet wist waar hij was, daar die Noorsche scheepjes zonder tijdmeters en dus zoo wat op het gevoel varen. Nadat ik een brief van den kapitein medegeno men had, brasten wij weder vol en stuurden van de O.N.O. langs het drijfijs, dat ineengepakt lag, echter niet dicht, zoodat men er hier en daar in kon varen. Op de eerste wacht passeerden wij een dichten stroom, bestaande uit zwaar ijs, hier en daar hoog op elkander geschoven. Het ijs was verscheidene voeten dik met sneeuw bedekt. Nadat den 2eI1 Juni de breedte van Noord-Kaap gepasseerd was, .werden, wanneer wind, zee en ijs zulks toelieten, van tijd tot tijd loodingen geno men met temperatuurobservaties op verschillende diepten en gevischt met dreg of kor. De beide volgende dagen werd nu, meest met Noordeljjke winden, door en langs het ijs ge stuurd van de O.N.O. Het ijs lag meer en min der dicht, overal echter water ertusschen. Toen den 6den het ijs mij minder dicht voor kwam, stuurde ik er met den koers N.N.W. in. Spoedig werden de schollen groot, doch alle zeer vlak; vele lagen slechts even boven de opper vlakte der zee. Na er ruim 6 Duitsche mijlen ingevaren te hebben, lagen zij echterzóo dichtbij elkander, dat het schip er tusschen vastliep en door de bemanning, op het ijs staande, moest af gezet worden, om de terugreis door het ijs te kunnen aanvaarden. Hier hadden wij tot nu toe onze grootste breedte van 74j°, want daarna wa ren wij steeds door het ijs gedrongen Z.O. te sturen. Overal groote massa's drijfijs, waarvan de kan ten met dichte stroomen gesloten waren. Nergens ontmoette ik echter die dichtgepakte massa's, die ik verleden jaar zag en waar men als het ware met geen mes tusschen kon komen. 10, 11 en 12 Juni was ik bij drijfijs, dat zich ongeveer Zuid uitstrekte. Het ijs lag vrij dicht ineen, doch was in zeer kleine schollen verdeeld. De buitenkant ervan bestond uit zulke kleine stukken, dat ik er mijlen ver doorzeilde, zonder ergens voor uit te wijken. Al dat ijs zal natuur lijk spoedig verdwenen zijn. Toen ik op71|° N.B. en 36f° O.L. het ijs nog steeds Zuid-Oostwaarts zag, besloot ik nogmaals in 25° lengte het ijs aan te loopen, om te zien welke veranderingen er in het verloop van een dag of veertien hadden plaats gehad. Ik zeilde dus weder Westwaarts en bereikte den 16den op 74^° N.B. en 24j° O.L. gepakt drijfijs met enkele wakken erin, een mijl of 5 noorde lijker dan waar het den 4den lag. Na het ijs aldus verkend te hebben, stuurde ik met den koers Z.Z.O. op Vardö aan, waar ik des avonds te 9 uur van den 9den Juni het anker liet vallen. De gezondheidstoestand liet aan boord niets te wenschen over. Tliolen, 5 Juli. Op Vrijdag 28 Juli zal te Stavenisse, onder voorzitterschap van den heer L. A. Bybau, gehouden worden de tweede alge- meene onderwijzers-vergadering in het arrondisse ment Tholen. Naar wij vernemen hebben vier lidmaten der N. H. gemeente te Nieuw- en St. Joosland, bij deurwaarders-exploit hun lidmaatschap opgezegd. luitenant bij het regiment artillerie, dat te Sou- vigny in garnizoen lag. Eenige oogenblikken later stond hij bij het rij tuigje en richtte het woord tot den pastoor. »Ik kom bij u van daan, oom, en Pauline zei dat gij naar Souvigny waart voor de verkoo- ping. Wie heeft nu het kasteel gekocht »Een Amerikaansche dame, mevrouwScott." »En De Witte Kroon Dezelfde mevrouw Scott." »En Rozenburg Mevrouw Scott." »En de bosschen ook mevrouw Scott »Zooals gij zegt," hernam Paul. »En ik ken haar, die mevrouw Scott, nu zal het eerst pleizierig worden te Logneval. Ik zal u aan haar voorstellenmaar het spijt mijnheer den pastoor want een Amerikaansche is natuurlijk Protes- tantsch." »Ach, dat is waar, arme oom. Nu maar, daar zullen wij morgen over praten dan kom ik bij u eten. Ik heb het reeds aan Pauline gezegd. Ik heb nu geen tijd, want ik heb de week en ik moet om drie uren in de kazerne zijn." »Otn stroo te geven?" Jaom stroo te geven. Tot weerziens, Paul. Tot morgen, oom." De luitenant galoppeerde weg en Paul liet zijn paardje weer draven. »Die Jean is toch een goede jongen," zei hij. »0 ja." »Er bestaat niets beters op de wereld dan Jean »Neen, niets beters." De 2e luit. C. J. Pické, die van het 3e reg. vesting-artillerie gedetacheerd was aan de le af- deeling der krijgsschool voor officieren te Breda, is overgeplaatst bij het 2e reg. veld-artillerie te 's Hage. De logeerkamers in het Hotel Paulez te 's Gravenhage waren eergisteren in grooten getale besproken door een reisgezelschap van 76 Ameri kanen, waaronder meer dan 50 jonge dames, die onder leiding van een geneesheer, dr. Lormis, een tocht door Europa maken. De leden van het gezelschap bezochten gezamenlijk de merkwaar digheden der residentie en omstrekenalsmede Scheveningenvanwaar zij in drie tramrijtui gen stadwaarts terugkeerden. Gisteren middag vertrokken de 76 reizigers met hunne talrijke bagage naar België, waarna zij ook Duitscbland en Oostenrijk zullen doortrekken. Zeven herten zijn voor Z. M. den koning uit Indië aangebracht per stoomschip Prins Alexander. Ze zijn Maandag in de Soerensche bosschen losgelaten. Naar men uit Breda meldt, is de persoon, die Zondag uit Vlissingen derwaarts werd ge bracht als verdacht van de mishandeling van den veldwachter te Prinsenhage, weder op vrije voeten gesteld, aangezien hij met die mishandeling niets gemeens heeft, en evenmin verdacht wordt de schuldige te zijn van den te Gooreind (België) gepleegden moord op een lljarig meisje. Daar entegen is toevallig Zondag, tusschen Geertruiden- berg en Made, de dader van het eerstbedoelde misdrijf in arrest genomen en naar Breda over gebracht. NR. Ct.) Tijdens de huwelijksplechtigheid van de dochter van den Spaanschen gezant, die eergis teren in de Roomscbe kerk in de Parkstraat te 's-Hage plaats vond, moeten eenige zakkenrollers met goed gevolg hun handwerk hebben uitgeoefend op eenige personen, in het gebouw aanwezig. De politie doet onderzoek. Men vermoedt dat de daders voor deze gelegenheid van elders kwamen. In het verslag der Bataviasche havenwerken van Tandjong Priok is te lezen, dat in de door graving naar de groote rivier een groot aantal palen, onder de fundamenten van het fort Dia mant, van het oude kasteel gevonden en uitgetrok ken worden. Dit djatie-hout, dat 250 jaar onder den grond is geweest, is prachtig bewaard en heeft een geheel buitengewone hardheid gekre gen. Naar wij vernemen, worden er blokjes van gezaagd voor plaveisel van bruggen. De trommels, die bij het Fransche leger onder het ministerie Farre waren afgeschaft, zijn weder in eere hersteld, zoodat bij de groote revue op het nationale feest van 14 Juli, de Parijsche bevolking wederom het zoo ongaarne gemiste ge roffel der trom zal hooren. Op een groot feest van de Engelsche afschaf fers in het Crystal Palace te Londen klaagde een der sprekers zijn nood, wijl de buffetten in het paleis open waren en er sterke drank werd ver kocht, zoodat de bijeenkomst in eene herberg werd gehouden. Ook besprak hij de door tegenstanders gemaakte opmerking dat niemand in het Vereenigd Koninkrijk zoovele herbergen in eigendom bezit als de staatskerk. Hij weersprak dit niet, maar achtte het jammer dat op die wijze, door het voorbeeld der kerk, de handen der Christenen in den strijd tegen den sterken drank waren gebonden. - Te Parijs wordt wederom zeer geklaagd over de onveiligheid op de straten. In den nacht van Zaterdag op Zondag geschiedden vijf aanrandingen met ernstige verwonding. Het doel is in den regel diefstal. Een ander ongerief is het dat personen die de hand aan zich zeiven willen slaan, daartoe het middel kiezen om van de openbare monumen ten af te springen. Reeds is daarom het beklim men der colonne Vendome verboden, zoodat een eerzaam man die Parijs en de Parijzenaars uit de De priester keerde nog eens om, om Jean na te kijken, die reeds tusschen het geboomte ver dween. Ja toch, gij zijt nog beter, mijnheer de pas toor." »Neen, ik niet, ik niet." »Nuweet ge wat, mijnheer de pastoor, er is niets beters op de wereld dan gij met u beiden, gij en Jean. Dat is de waarheid. Hé, wat een heerlijke weg om te draven. Ik heb hem Ni- niche genoemd." Paul raakte even met de punt van zijn zweep de zijde van Niniche aan, die als een pijl uit een boog voortsnelde, zoodat Paul in verrukking uit riep »Maar zie toch eens, hoe mooi hij de bee- nen oplicht, mijnheer de pastoor kijk eens hoe mooiEn zoo gelijk, het is als een machine. Buig een weinig voorover, dan ziet gij het beter." Om Paul pleizier te doen boog de priester een weinig voorover om te zien hoe hoog Niniche zijn beenen oplichttemaar hij dacht aan heel iets anders. II. De luitenant van de artillerie heette Jean Rey- naud. Hij was de zoon van den dorpsdokter die op het kerkhof te Logneval rustte. Toen pater Constantijn in 1846 bezit kwam nemen van zijn parochie, woonde er een dokter Reynaud, de grootvader van Jean, in een lief huisje, aan den weg naar Souvigny, tusschen het kasteel van Log neval en dat van Lavardens. hoogte wil beschouwen, elders zijne toevlucht moet zoeken. Nu sprong er Maandag ook een man van de zuil op het Bastille-plein, zoodat het noodig zal worden traliewerk om den omgang dier zuilen te maken. De Duitschers zuchten niet alleen onder hunne inkomende rechten maar ook onder de wijze van toepassing. Een Keulenaar, die veel van Zwit- serschen honig houdt, liet zich een pond of wat uit Zwitserland zenden. Om de honig tegen be derf te vrijwaren was ze verpakt in dicht gesol deerde blikjes. Nu bedraagt het recht op honig 1.80 per 100 kilogram, maar dit was den be lastingman, die de blikjes in handen kreeg, wat weinig. Hij sloeg zijn register eens na en vond daar; voedingsmiddelen in hermetisch gesloten blikjes ƒ36 per 100 kilogram." 't Was gevonden. De berekening luidde een kist, bruto 12 kilogr. tarra 20%, netto 9.6 kil. tegen ƒ36, is 3.45 aan inkomrechten. De ontvanger betaalde en at duren honig, doch de opmerking van een der dagbladen schijnt gerechtvaardigd of .het niet geraden zou zijn voor te schrijven dat voortaan honig in zak ken of netjes moet verzonden worden, opdat men de werkelijk op honig voorgeschreven belasting kunne heffen. 6 Juli des morgens te 8 uren. NAMEN DER PLAATSEN. Ba- rom. stand. Wind- richt. Toe stand Tem pera- kracht, i lucht, j Delfzijl Groningen Den Helder Vlissingen Maastricht 749.9 750.2 749.7 752.5 755.0 ZW zw ZW zzw zw z. bew. regen z. bew. z. bew. betr. 17 I6 -4- 16 17 16 Eene depressie bevindt zich ver van ons en Westwaars. De laagste barometerstand in 't centrum is 740 m. m. Een centrum van booge drukking is ver van ons en ZO. waarts. Grootste verschil gisteren avond 8 u. M. 3.7 H. heden morgen 8 M. 2.3 H. Het afwijkingsverschil werd ongunstiger en grooter. Barometer-aanwijzing te Utrecht te half éen 751.8 m. m. Verwacht ZW. wind, buiig weder. Thermometerstand te Middelburg. 5 Juli. 's avonds 11 uren 57 gr. 6 a 's morgens 8 uren 61 gr. 's middags 1 uur 65 gr. 's avonds 5 uren 62 gr. Eerste Kamer. Aangenomen werden de wetsontwerpen tot wijziging der registratie- en zegelwetten, tot verbinding van de Voor-Zaan met het Noordzeekanaaltot verbetering van den Ouden iJsel; tot aanleg van scheepvaartkanalen in Gro ningen tot onteigening voor den spoorweg Lich tenvoordeGroenlo. In den loop der discussiën verklaarde de minister van financiën, dat de gewone middelen dit jaar weder 2 millioen boven de raming zullen opbren gen, welke reeds 2 millioen hooger was dan de opbrengst van het verleden jaar. Het gewone budget geeft dus geen reden tot zorg, doch niet temin is versterking der middelen noodig, vooral ten behoeve der gemeente-financiën. Na aankondiging eener interpellatie van den heer Van Stirum over de verbetering van den waterstand op de Waal, zijn tegen morgen de overige wetsontwerpen aan de orde gesteld. Londen, Admiraal Seymour ontving van de Engelsche regeering de instructie om aan de Egyptische regeering te doen weten dat het op werpen van forten en alle andere de vloot be dreigende maatregelen niet langer zal geduld worden. Worden die werkzaamheden niet dadelijk gestaakt, dan zullen de forten worden gebombar deerd. Door de conferentie werd gisteren besloten de Porte tot interventie in Egypte uit te noodigen. Gisteren werd alhier in het openbaar te koop aangeboden Een pakhuis en erf, te Middelburg, a an de Hoog straat, wijk I. n°. 141, verkocht voor 670.50. Een huis en erf aldaar, aan de Bogardstraat, wijk D n°. 32, opgehouden op 675. Een huis en erf aldaar, aan de Latijnsche schoolstraat, wijk D n°. 27, opgehouden op ƒ450. Marcel, de zoon van dien dokter, voltooide te Parijs zijne studiën in de medicijnen. Hij was zeer ijverig en zeldzaam begaafd. Bij het toelatings examen was hij de eerste hij besloot te Parijs te blijven om de fortuin te beproeven en alles be loofde hem een schitterende loopbaan, toen bij in 1852 de tijding kreeg van den dood van zijn vader, die plotseling aan een beroerte overleden was Marcel spoedde zich naar Logneval, buiten zich zelf van droefheid; want hij aanbad zijn vader. Hij bleef een maand bij zijne moeder en begon daarna te spreken voor de noodzakelijkheid om naar Parijs terug te keeren. »'tls waar," zei zij, gij moet weg." »Wat, moet ik weg? Wij moeten weg. Denkt gij dan dat ik u alleen lüer zal laten Gij gaat mede." (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 2