125e Jaargang. 1882. Y ril N° 152. 30 Juni, Oil blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. A d verten tien 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicilé G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz. Middelburg 29 Juni. Kruislijn contra Snoklijn. MIDDELRllRGSCHE COURANT. O8 Nu binnen kort weder het proces kruislijn contra snoklijn" in de staten-vergadering aan de orde komt, en hij dff beweging, welke dit onderwerp in het 4e district heeft opgewekt, komt het ons nuttig voor de gedachtenwisselingen in herinnering te brengen, welke op twee opvolgende algemeene vergaderingen derZeeuwsche Landbouw- maatschappij, in 1879 en '80, daarover gevoerd zijn. Wij putten die uit het dezer dagen uitge geven, door ons reeds aangekondigde, driejarig Verslag der genoemde maatschappij. Het eerst werd het punt aan de orde gesteld op de onder voorzitterschap van den heer J. M. Kake- beeke den 17en Juni 1879 te Hulst gehouden algemeene vergadering. Omtrent die beraadslaging meldt bedoeld Verslag het volgende: Het eerste punt: »Het nut der kruislijnen hoven de éenlijnige paardenleisels," wordt ingeleid door den heer A. G. V. Hombach die, om de bedoeling van het door hem opgegeven onderwerp en het hooge belang daarvan voor de landbouwers dadelijk in het licht te stellen, aanvangt met de vraag wat is in het algemeen het doel van eene lijn, van een teugel Het antwoord moet immers luiden te komen tot een zeker punt, een doel, dat men bereiken wil. Spreker meent, dat met het »utom en aerorn" op geen meter na te voorzeggen is waar men zal aanlanden en dat, al ware het om deze reden alleen, de éenlijnige paardenleisels reeds onvoldoende moeten worden geacht. Doch er is meer. Hij herinnert hoe, met zijn weten, twee menscbenlevens door die éenlijnige leisels verloren zijn gegaan en dat, waar de afrit, zoo als bijv. in den Kruispolder, te steil is, voldoende besturing onmogelijk en het breken van arm of heen onvermijdelijk is. Bijna overal elders in Zeeland worden dan ook de kruislijnen gebezigd, en aan pogingen om ze ook in de afdeeling Hulst algemeen ingang te doen vinden, heeft het afdee- lingsbestuur het niet laten ontbreken. De afdeeling heeft een 60 tal ontboden die alle gretig werden gekocht, zoodat de afdeelingskas er zelfs nog een klein voordeel uit haalde. En wat was het gevolg Enkelen hebben ze maar gebruikt. Vraagt men nu, wat is de reden daarvoor Spreker houdt zich overtuigd dat het bij de landbouwers niet aan goeden wil ontbreekt, maar dat het afstuit op den onwil der knechts en weet er niets meer op, dan aan het hoofdbestuur de vraag te onderwerpen of het niet gewenscht zou zijn, in een politieregle- ment eene bepaling op te nemen, waarbij de kruis lijn verplichtend wordt gesteld. De heer C. Dieleman betoogt de moeilijkheid der invoering en wijst o. a. op de verkregen er varing dat, bij diepe slagen, door kruislijnen de koppen der paarden bij elkander worden gebracht zóo, dat de dieren geen kracht meer kunnen uit oefenen. De heer Boel verklaart een voorstander van de kruislijnen, doch een tegenstander van de invoe ring bij politie-reglement te zijn, omdat hij op vrijheid gesteld is, en die vooral hij de bewer king van den akker onontbeerlijk acht en geëer biedigd wenscht te zien. De voorzitter licht toe dat niet het verplicht gebruik op het land, maar op de wegen, bedoeld is. De heer Hombach wil gaarne een deel der be zwaren van den heer Dieleman toegeven, doch toont aan dat de weinige kennis van het gebruik der kruislijnen, in dit geval het gespen, de oorzaak is, zoodat diens voornaamste bedenking \an Worden opgeheven. Spreker betoogt verder d$t de vrjjheid goed is en zeker door niemand me'er dan door hem wordt gewaardeerd; doch dat niet het belemmeren van vrijheid, maar het bevor deren van veiligheid in zijne bedoeling ligt en dat het verlies van menschenlevens en paarden te voor komen, toch ook wel van eenig belang mag worden geacht. De heer Ch. Groeneveld de Kater meent, dat het blind vooroordeel is hetwelk de invoering van nieuwigheden, hoe aanbevelenswaardig ook, bemoei lijkt. Spreker acht het noodig mede te deelen dat in zijne afdeeling in Schouwen voor den ploeg één ljjn, maar voor den wagen sedert 30 jaren nergens anders dan kruislijnen worden gebruikt en dat door iedereen het groot gemak daarvan, voor paarden en bestuurders, wordt erkend. ï)e heer F. Moes gebruikt de kruislijn mede sedert 10 jaar en bevestigt, uit eigen ervaring, foet door dop. hooi' Hombach gesprokene omtrent het gespen. Toch rijzen hij hem bezwaren tegen de invoering bij politiereglement. Spreker gelooft dat zulks geheel verkeerd zou zijn en bovendien onnoodig is. Wordt toch eenmaal overtuigend bewezen dat iets goed is, dan komt het vanzelf en de verbittering wordt vermeden, die de invoering door dwang, zelfs van het allerbeste, natuurlijk verwekt, De heer De Kroo wil ook een enkel woord zeg gen en zijne overtuiging uitspreken dat in Walche ren, waar zelfs voor den ploeg bijna algemeen de kruislijn wordt gebruikt, iederen dag de een of ander om hals zou geraken bij het bezigen van de enkele lijn. De heer Hombach stelt voor, het hoofdbestuur uit te noodigen te trachten, in het belang van menschenlevens en paarden, door een of ander mid del de algemeene invoering der kruislijnen te be vorderen, waaromtrent de voorzitter nader overleg belooft; terwijl besloten wordt, uithoofde ook in de afdeeling Oostburg nog niet overal de meerdere voortreffelijkheid der kruislijnen wordt erkend, op de algemeene vergadering in 1880 dit onderwerp opnieuw aan de orde te stellen. Op deze vergadering, die den 19n Juni 1880 onder voorzitterschap van mr. C. J. Pické te Groede gehouden werd, werd de gedachtenwisseling geopend door een tegenstander der kruislijnen, de heer M. Luteijn Mazure, die zich als volgt uitliet Een onbedacht oogenblik in het besturen dei- paarden eenig vreemd voorwerp op of aan den weg; het breken van een of ander; maar bovenal schichtige jiaardenziedaar de oorzaken van het op hol gaan, waartegen de kruislijn als een panacea wordt voorgesteld. In het 4e district wordt de kruislijn weinig gebruikttoch hoort men daar weinig van ongelukken, en daarom verdient de vraag de ernstigste overweging hoe men het minst op hol geraakt Ter beant woording daarvan haalt spreker onderscheidene technische beschouwingen aan en trekt daaruit de conclusie dat hij zelf, schoon rijdende met een stok-oud paard, nog wel een kneltuig zou moeten gebruiken, indien tegen alles moest worden ge waakt. Als een der vele gevallen, waarin men volgens spreker de kruislijn niet kan aanwenden, noemt hij den Waleploeg en zet de bezwaren uiteen, verbonden aan verwisseling van tuig op het land en de groote onkosten van dubbel tuig, door hem, alleen voor het 4e district, op ƒ20000 geschat. Al geeft de heer Mazure nu ook al gaarne de bewering toe van den heer Hombach, dat de richting het best door de kruislijn wordt aange geven en men derhalve met de kruislijn het zekerst rijdt; toch blijft hij de meening toege daan dat men, in het algemeen belang, niet mee voeren maar ontwikkelen niet reglementeeren, maar overtuigen moet. De heer Bijbau meent uit het gesprokene te mogen opmaken, dat kruislijnen dus inderdaad boven de enkele leisels worden gesteld en minder gevaar opleveren. Het zal bekend zijn, zegt spreker, dat gedeputeerde staten niets anders dan veiligheidsmaatregelen op het oog hebben, doch wil gaarne ter geruststelling nog mededeelen, dat de kruisljjn alleen op de wegen, niet bij den landbouw verplichtend zal zijn. Hij gelooft dan ook, met den heer Mazure, dat zij bjj den Wale ploeg eene onmogelijkheid is. Wordt het gebruik hij landbouwwerktuigen alzoo niet, en alleen op de wegen voorgeschreven, dan vertrouwt spreker dat zij ook het onderhoud der wegen ten goede komen zal, daar het slingeren, vooral van zware vrachten, bij de enkele leisels veelvuldig voorko mende, daarop nadeelig werken moet. Spreker wil gaarne erkennen dat niet te veel moet wor den gereglementeerd, maar houdt zich toch over tuigd dat, als het moet worden overgelaten au Ion plaisir en rekening gehouden met mogelijk vooroordeel, de kruislijn in het 4e. district wel nooit zal worden ingevoerd. De heer S. A. de Smidt, uit Axel, gelooft dat een reglement te dezer zake, ook met opzicht tot de openbare wegen, geheel onnoodig is. In België bestaat zulks ook niet; hij levering van granen enz. worden daar nog andere vrachten dan hier met de enkele lijn vervoerd, de kruislijn is er ten platten lande zoo goed als niet in gebruik en toch wordt daar nooit van ongelukken gehoord. De heer Snouck Hurgronje heeft wel eenshoo- ren beweren, dat de boerenknechts hier even goed met een lijntje kunnen rijden als elders met de kraislijn. Het is mogelijk, zegt hij, doch wie de schamppalen op de hoeken der wegen beziet, zou licht in twijfel geraken. Spreker is dan ook meermalen getuige geweest dat de paarden zoo goed werden bestuurd, dat de achterste wagen wielen tusschen hemel en aarde zweefdendat stukken van de palen werden geslagen, ja zelfs de palen uit den grond. Zijn overtuiging is dat hier de paarden rijden, doch niet worden bestuurd en dat het aan de wijsheid der paarden hier dik werf te danken is, dat men geen ongeluk krijgt. Moge het gebruik der kruislijn hij slechte wegen minder gemakkelijk zijn, op hetere wegen rijdt men er zooveel beter mee. Maar het is iets nieuws, de hoeren zullen moeten leeren en de paarden ook. Rijdt maar eens met twee roe paarden, na een paar dagen gaat het wel en wil men maar probeeren, dan zal het beter gaan dan men denkt. De voorzitter der afdeeling Oostburg, de heer Iz. van Houte, zegt verbaasd te staan over de voordeelen, die hier aan het gebruik der kruislij nen worden toegekend. Het krijgt wel eenigszins den schijn of de kruislijn naar den hemel voert en de enkele lijn naar de hel. Spreker wenscht op te merken, dat de kruislijn niet verhinderen zal dat de wielen tusschen hemel en aarde zwe ven, wanneer de voerman onverschillig, ongeschikt, of wellicht erger is en hij houdt zich overtuigd dat, in negen en negentig gevallen van de hon derd, niet de lijn, maar onachtzaamheid de oor zaak van eenig ongeluk is. De algemeene voorzitter vermeent dat het be handelde onderwerp alsnu voldoende is toegelicht, zoodat, ook na de bespreking te Hulst, door ieder eene opinie daaromtrent kan zijn gevormd, naar mate hem de argumenten ter eene ot ter andere zijde meer afdoende voorkomen. Dit eene wil spreker niet nalaten nochtans te constateeren, dat namelijk uit de verzekering van het geacht lid van gedeputeerden gebleken is, dat hij het ont werpen van een noodzakelijk geachten veiligheids maatregel in het belang van het algemeen, toch ook nu, als altijd, gezorgd werd om de daarbij betrokken landbouwbelangen, zooveel slechts mo gelijk is, te ontzien. De telephonische verbinding tusschen Middel burg en Yeere wordt morgen, 30 Juni, geopend. Yan 's morgens 8 tot 12 uren en 's namiddags van 2 tot 6 uren is het publiek in de gelegen heid te correspondeeren. Des Zondags en op feestdagen is de verbinding gesloten. *Tei- Xeuïen, 28 Juni. Bij de publieke veiling, op heden, van de scheepstimmerwerf met hellingen, loodsen en verdere gebouwen alhier, werden daar van koopers de heeren Den Bouwmeester, Borsius en Yan der Leije, te Middelburg, voor 4250, benevens 350 voor de op die werf aanwezige gereedschappen en andere goederen. De tweede kamer heeft, zooals wij in ons vorig nommer kortelijk vermeld hebben, in hare zitting van gisteren aangenomen het wetsontwerp bevattende nadere bepalingen tot voorkoming van aanvarin gen of aandrijvingen op zee; het wetsontwerp tot onteigening van gronden voorden spoorweg Rotter dam Maassluis het wetsontwerp tot afschaffing van den ijk der weegwerktuigen. Een amendement der commissie van rapporteurs op laatstgenoemd ontwerp om, ook den ijk der gasmeters af te schaf fen, werd met 41 tegen 21 stemmen verworpen. Deze verwerping mag als een beleefdheid beschouwd worden, in extremis door de kamer toegediend aan den demissionairen minister van waterstaat, die nog vóór weinige dagen tot behoud van den gasmeter-ijk met nadruk in 't krijt is getreden. Nadat reeds verschillende gelijksoortige verkla ringen zijn hekend gemaakt van personen die den heer J. S. G. Gramberg, scheepsdokter aan boord van de Nemesis, vroeger gekend hebben, wordt nu ook door den heer C. J. M. Nagtglas, oud- gouvemeur der vroegere Nederlandsche bezittingen ter kust van Guinea, in het Nieuws van den Dag verklaard, dat de genoemde oud-officier van ge zondheid verscheidene jaren onder zijne bevelen gediend, steeds met ijver zijne dienstplichten vervuld en nooit misbruik van sterken drank gemaakt heeft. De Belgische Moniteur bevat een koninklijk besluit waarvan de vertaling aldus luidt Herzien Ons besluit van den 24en April 1881, in uittreksel opgenomen in den Moniteur van den 28eB derzelfde maand, waarhij de graven Ferdinand, Philippe en Gérard de Marnix gemachtigd worden, onder voorbehoud van rechten, aan hun geslachts naam toe te voegen dien van de Sainte-Aldegonde. Gezien een verzoekschrift, ontvangen aan het ministerie van justitie den 126*1 April 1882, waarbij de graven Gaëtan en Gérard de la Sainte Alde- gonde, wonende te Parijs, en andere leden van hetzelfde geslacht, verklaren zich te verzetten tegen Ons voornoemd besluit j „Overwegende dat het verlangen der impetranten De Mamix gegrond is geweest hierop, dat zij tot voorvader hebben Gérard de Marnix, baron de Pottes enz., broeder van Philippe de Marnix, heer van Mont-Sainte-Aldegonde, een der hoofden van de Belgische verbondenen in de 16e eeuw, wiens mannelijke afstamming sedert 1599 is te niet gegaan; Overwegende dat de genoemde Philippe de Marnix, hij zijne tijdgenooten bekend onder de namen van Marnix de Sainte Aldegonde, Sainte- Aldegonde of Aldegonde, onder deze zelfde aan wijzingen in de geschiedenis tot op onze dagen is vermeld geworden »Dat onder deze omstandigheden, Ons besluit van den 24en April 1881 de impetranten niet ge machtigd heeft den naam aan te nemen van een vreemd geslacht, maar alleen om aan hun geslachts naam, zonder dat daaruit eenige verwarring kon voortspruiten, toe te voegen de historische aan duiding, onder welke een lid van hun eigen geslacht zich beroemd heeft gemaakt »Dat het recht der regeering om aldus te han delen, in het openhaar belang, niet kan worden betwist Gezien de artikelen 4, 5, 6 en 7 der wet van 11-21 Germinal An XIr »Op voorstel van Onzen minister van justitie, »Hebben besloten en besluiten »Art. 1. Het verzet aangeteekend door de graven Gaëtan en Gérard de Sainte Aldegonde, alsmede door andere leden van hun geslacht, tegen Ons besluit van den 24e' April 1881, wordt niet toe gelaten, »Art. 2. Onze minister van justitie is belast met de uitvoering van dit besluit." In de tweede afdeeling van het Landhuishoud- kundig congres te Wageningen heeft gisteren eene belangrijke gedachtenwisseling plaats gehad over de meteorologie met betrekking tot den land bouw. De heer Yan Hasselt, directeur der filiaal inrichting van het Kon. Ned. Meteor, Instituut te Amsterdam, leidde die in. Hij herinnerde aan de diensten, welke de me teorologie reeds bewijst aan de scheepvaart, de wijl die tevreden is met eene voorspelling van windrichting en kracht. De landbouw daarentegen stelt andere eischen, heeft meer behoefte aan voor spelling van regen en temperatuur. De synoptische weerkaarten bewijzen te dien opzichte reeds eenigen dienst, want de daaruit afgeleide depressie en hooge drukking wijzen regen aan of vast weder. Zoo doende wordt gegeven het algemeen karakter van het weder, maar plaatselijke toestanden brengen daarin verandering. Noodig is het dat men zelf leere, ook met behulp van werktuigen, welke ge volgtrekkingen uit den algemeenen toestand zijn af te leiden. Het best is dat in elke gemeente iemand zich met de locale waarnemingen belast en die in verhand brengt met de algemeene waar nemingen. De meteorologische berichten kosten 20 in de drie maanden, wat, indien men zich combineert, geen bezwaar kan geven. Het Insti tuut kan van waarschijnlijkheden spreken, maar kan bij geen mogelijkheid zeggen of het b. v. in de Veluwe zal regenen en in Brabant niet. Dat moet door plaatselijke waarnemingen worden aangetoond. Dan kunnen signalen van de kerk torens werkelijk nut stichten. De heer Amersfoordt wees erop dat het instituut eerst des middags te 4 uren gereed is met zijne berichten. Moeten ze naar de gemeenten worden getelographeerd, dan komen er telegraaf- en boden kosten bij. Eigen observaties zijn aanbevelens waardig, gelijk hij die zelf doet op de Badhoeve, naar een systeem dat hij beschrijft. Indien post en telegraafwezen vereenvoudigd en minder kost baar gemaakt worden, kan van het verspreiden van dergelijke waarnemingen veel nut worden getrokken. Signalen aan de kerktorens verwerpt hij niet, maar bij de groote afstanden zullen die signalen bezwaarlijk zijn waar te nemen. Beter vereenigt hij zich met het stelsel van eigen waar neming in elke gemeente, door den vorigen spre ker aanbevolen. De heer Hartog klaagt er eveneens over dat de weerberichten den landbouwer te laat bereiken. Ze zijn ook voor hem te uitvoerigaan de zooge naamde voorspellingen heeft hij voorshands ge noeg; de overige kolommen zouden kunnen weg blijven. Dat geeft ook besparing van kosten hij de overseining. Hij beveelt ook de statistiek aan, als middel van weervoorspelling. De heer Van Hasselt antwoordt, dat de meteo rologie nooit populair zal worden, wanneer de landbouwer van niets anders weten wil dan van het onderschrift der berichten, de verwachtingen

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 1