N° 141.
125® Jaargang,
1882.
17 Juni.
Zaterdag
Middelburg 16 Juni.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Ad ver ten tien: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels f 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor liet Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
ERIOHT.
Zij die zich voor 1 Juli op deze
Courant abonneeren, ontvangen de nog
in dit kwartaal verschijnende nommers
gratis.
MIÖDELBIIRGSCHE COURANT.
De majoor der genie K. Eland, directeur dei-
tweede afdeeling der krijgsschool, geeft in het jong
ste nr. van het Militair Blad eene beschouwing
over de plannen van den tegenwoordigen minister
van oorlog, met betrekking tot de hervorming dei-
vestingwet van 1874.
De schrijver betuigt zijne instemming met het
voornemen van den minister om eene stelling in
te richten ten Zuiden van het Hollandsch Diep,
alsmede met de voorgenomen slechting der nog
overgebleven werken hij Nijmegen.
Daarentegen, gaat hij voort, zouden wij
met leedwezen Doesborgh, Geertruidenberg, Neuzen
en Ellewoutsdjjk uit de rij der vestingwerken zien
verdwijnen. Omtrent Neuzen en Ellewoutsdijk blijkt
uit de discussiën bij de vestingwet van '74, dat er
hoofdzakelijk twee redenen waren om ze te be
houden; de eerste, dat de Schelde eene Nederland-
sche rivier is, of althans voor een gedeelte op
Nederlandsch gebied stroomt, en dus hare neutra
liteit behoort te worden gehandhaafdde andere
dat we die vestingwerken moeten behouden, hoofd
zakelijk ten gerieve van België, omdat onze onaf
hankelijkheid met die van dit land staat of valt.
Wij moeten derhalve Engeland de gelegenheid laten
om België te hulp te komen en dit doel bereiken
wij het gemakkelijkst door de Schelde open te
houden voor Engeland en die rivier desnoods voor
anderen te sluiten. Dit kan wel is waar geschieden
door een aanzienlijke vloot, maar met minder
schepen en veel zekerder kan het plaats hebben
bjj het behouden van Neuzen en Ellewoutsdijk.
Naar onze meening moet daarbij worden gevoegd
dat het zeer wenschelijk is, vasten voet te houden
in dit gedeelte van Zeeland; bij eene of andere
moeiljjkheid met België zou het verlaten der eeni-
ge aldaar aanwezige vesting ons wel eens ten
zeerste kunnen berouwen.
»Van Neuzen een zeehaven te maken, a Vinstar
van Antwerpen, komt ons nog al hersenschimmig
voorYlissingen is daar om te bewijzen, hoe wei
nig kunstmatige hulpmiddelen op dit gebied uit
werken.
Geld behoeft het behoud ons niet te kosten
hijzonder hinderlijk zijn de vestingwerken niet,
zoodat alles er voor pleit om de Schelde niet ge
heel te verlaten."
(Zie onder Staten-Generaal het over. dit onder
werp opgemerkte in de afdeelingen der tweede
kamer.)
Uit een bericht dat de commissie uit de tweede
kamer voor de spoorweg-enquête in de volgende
week hare werkzaamheden gaat hervatten, schijnt
te blijken dat aan eene bijeenkomst der kamers,
althans van de tweede, vooreerst niet gedacht
wordt. De stenografen kunnen toch het gelijk
tijdige werk voor de enquête en de zittingen niet
bjjhouden, en van daar dat heide tot dusver nim
mer geljjkt|jdig zijn geweest.
De opbrengst der rijksmiddelen over Mei jl.
heeft 8,545,417 bedragen, tegen 8,781,145 in
het vorige jaar.
De afgeloopen maand is dus voor de schatkist
niet voordeelig geweestde raming is wel met
110,000 overtroffen, maar bij Mei 1881 is de
opbrengst in Mei 1882 235,000 ten achter ge
bleven. Gaat men na, waaruit die achteruitgang
is voortgevloeid, dan vindt men de verklaring
grootendeels in de mindere opbrengst van het
successierecht en van den accijns op het gedistil
leerd. De erfenissen brachten 175,000 minder
in kas, en het gedistilleerd 60,000 minder. Ook
de registratie leverde b|jna 60.000 minder op
en de suikeraccjjns ging 49,000 achteruit. Het
zeldzame verschijnsel deed zich mede voor, dat de
posterijen trots de invoering van den postpak
kettendienst 12,000 minder opbrachten dan
in Mei 1881. Door hoogere inkomsten uit andere
middelen, o. a. 60,000 uit de directe belastingen,
werden die nadeelige verschillen slechts eeniger-
mate opgewogen.
De uitkomst in de v|jf verloopen maanden van
Jiet dienstjaar is dientengevolge ongunstiger dan
die van de vier eerste maanden des jaars was.
Aan de raming ontbreekt nog ruim 1 millioen,
waarvan echter de helft, voor rekening der directe
belastingen komende, later wordt aangezuiverd.
Het successierecht is bij de raming reeds ƒ558,000
ten achter, wat wellicht nog wordt ingehaald, en
ruim wordt opgewogen door de 61 ton welke
de registratie reeds meer heeft gegeven. Maai
de 8 ton, of 9 pet., die minder dan geraamd was
uit het gedistilleerd z|jn ontvangen, zullen ver
moedelijk niet worden ingehaald. Men mag die
vermindering veilig beschouwen als een gevolg
van de drankwet.
Vergeleken met de vijf eerste maanden van
1881 is 750,000 meer ontvangen. Daarvan komt
150,000 voor rekening van de directe belas
tingen, 3 ton uit de accjjnsen, 94,000 uit de
indirecte belastingen, 64,000 uit de domeinen,
82,000 uit de posterijen en 56,000 uit de
loodsgelden.
Wat de afzonderlijke accijnsen betreft, vindt
men alleen achteruitgang Dij het gedistilleerd, dat
in de 5 afgeloopen maanden 130,000 minder
inbracht. Daarentegen gaf suiker 270,000 meer,
wijn 8000, zout 50,000, zeep 28,000,
bieren en azijnen 17,000 en geslacht 55,000
meer.
De vooruitgang hij de indirecte belastingen
spruit grootendeels voort uit de registratie, die
met ruim 1 ton steeg en de zegelrechten, die
bjjna 80,000 meer opbrachten; daarentegen
kwam 90,000 minder uit het successierecht.
De stand van zaken is dus wel niet onbevre
digend, maar niet zoo gunstig als in het vorige
jaar. (Hbl).
De gedeeltelijke vernieuwing der buizenleiding
van de gasfabriek alhier is thans afgeloopen.
Dank zij den spoed waarmede de werkzaamheden
verricht z|jn, is het werk ongeveer een maand
vroeger voltooid dan men had gerekend.
Vlissingfen, 16 Juni. De mailbooten der
stoomvaartmaatschappij Zeeland beginnen van
morgen avond af weder op en van Queenboro
te varen.
De Haarl. Ct. bevat een uitvoerig verslag van
de rede, door den voorzitter der Mij t. b. v. land
bouw en veeteelt in Zeeland op de algemeene ver
gadering te Cortgene uitgesproken. W|j ontkenen
daaraan, tot aanvulling van ons bericht van eer
gisteren, het volgende.
Het aantal leden der maatschappij is, van 2394
in 1880, tot 2536 in 1881 gestegen, terwijl het
cijfer van 1882 nog niet volledig bekend is. Het
hoofdbestuur heeft besloten deel te nemen aan de
in het volgende jaar in Nederland te houden
internationale landhouw-tentoonstelling. In de
vergadering van het hoofdbestuur is de wensche-
lijkheid uitgesproken, dat de bjjdragen voor die ten
toonstelling mild zouden vloeien, kracht zoekende
ook in het kleine, zelfs in het dubbeltje, het
kwartje of de twee kwartjes van de goedgezinden.
De gelegenheid tot bjjdragen staat bij alle ge
meentebesturen open, en ieder, die zelfs het gering
ste daar brengt, heeft de zekerheid van het zijne
te hebben toegebracht om de tentoonstelling te
doen gelukken.
Het hoofdbestuur heeft getracht te zorgen, dat
zooveel mogelijk in de provincie wandelleeraars
voordrachten hebben gehouden. Teleurstellend is
het, dat niet overal die pogingen tot het geven
van onderricht zjjn gewaardeerd en z|j in sommige
streken door slechts weinigen werden aangehoord.
Van daar dat het hoofdbestuur zich zelts gedron
gen heeft gevoeld om van gedeputeerde staten
minder subsidie te vragen. Er zijn stemmen op
gegaan om de proefnemingen geheel te staken;
maar het hoofdbestuur heeft begrepen, dat dit
niet gewenscht zou zjjn, te minder daar men in
een gedeelte van Zeeland op den goeden weg is,
Of het te danken is aan den heer G. A. Vorster-
man van Oyen, te Aardenburg, die door zjjn ont
zaglijken jjver, met opoffering van tijd en moeite,
leerlingen tot het ontvangen van landbouwonder
wijs dringt, of wel aan meer belangstelling bij de
landbouwerszonen aldaar, zeker is het, dat in het
najaar in het voormalig 4e district weêr een nieuwe
cursus voor dat onderwjjs wordt opgericht met
48 leerlingen.
Voorts moest spreker eene smartelijke snaar
aanroeren. Hjj kon nameljjk niets gunstigs zeggen
van den oogst van het vorige jaar. De schoone
verwachtingen, die men zich daarvan tijdens de
vorige algemeene vergadering te Goes nog voor
spiegelde, toen alles een bljjden oogst voorspelde,
zijn teleurgesteld. Dit is echter geene reden voor
den landbouwer om den moed te verliezen. Had
men de mislukking te wijten aan menschen, dan
had men te doen met een vijand, dien men kon
bestrijden, maar had men ook reden om zich te
verbitteren. Nu evenwel is eene hoogere macht
de oorzaak, ongetwijfeld met wijsheid beschikt,
en daarom kunnen wij het er voor houden, dat
het kwaad in vele opzichten een zegen is voor
de industrie. Doorgaand succes verslapt vaak en
tegenspoed hardt.
De mindere oogsten der laatste jaren en de
concurrentie met den landbouw uit Amerika en
elders hebben, gelijk van zelf spreekt, de pacht
waarde der landerijen doen dalen. Evenwel niet
overal. In sommige streken van Nederland zjjn
die prijzen staande gebleven, ja zelts gestegen,
zooals in Zuid-Holland en Friesland. En ook in
Noord-Holland zouden z|j gestegen zjjn, als daar
niet in de laatste tien jaren zulk eene opdrijving
had plaats gehad, dat zij onmogeljjk hooger op
gevoerd konden worden. Maar dat zij ook daar
niet méér gedaald zijn, is aan dezelfde reden als
voor Zuid-Holland en Friesland toe te schrjjven.
En volgens spreker is daar de daling voorkomen
kunnen worden door de uitbreiding, die aan de
zuivel-productie is gegeven. Gaat men de versla
gen na, dan ziet men, dat in den tijd van 30 jaren
de breedte in weiland is toegenomen met 13,000
hectaren en het aantal hoornvee met 47,000 stuks
in Zuid-Hollandin Friesland de weiden met
15,000 hectaren en het hoornvee met 24,000 stuks,
en dat nog wel in twee provinciën, die zoozeer
door de ziekte onder het rundvee geteisterd z|jn.
Ook de warmoezerij in andere gedeelten van ons
land, voornamelijk de aardappel-teelt, heeft zeer
groote uitbreiding ondergaan.
En wat geschiedde in Zeeland Hoe was daar
de verhouding tusschen bouw- en weiland In
Zeeland is Dij uitzondering de toestand geheel
anders in de verhouding tusschen bouw- en wei
land, boschland enz. In het jaar 1880 bijv. be
stond in Zeeland 58 pc. van de geheele iritge-
strektheid der provincie uit bouwland, tegen 20 pc.
weiland. Maar in Friesland 15 pc. bouwland
tegen in Zeeland 58 pc., en 59 pc. weiland tegen
20 pc. in Zeeland.
In Zuid-Holland had men 23 pc. bouwland tegen
58 pc. in Zeeland, en 52 pc. weiland tegen 20 pc.
in Zeeland.
En toch is het in Zeeland niet overal hetzelfde.
In Walcheren, met uitzondering van Nieuw- en
St Joosland, heeft men 67 pc. weiland tegen 33 pc.
bouwland; in Tholen 75 pc. bouwland tegen 25
pc. weiland, en in Noord-Beveland 67 pc. bouw
land tegen 33 pc. weiland (juist het omgekeerde
van Walcheren).
De gevolgen zijn, dat, waar de verhouding gun
stiger is en men zich op meer productie toelegt,
men in Walcheren nog beste prijzen ziet, toe te
schrijven aan de uitbreiding der zuivelproductie.
De pachtprjjzen zijn in de veehoudende streken
meer algemeen verhoogd dan in de landbouwende
gewesten, geljjk.spreker met verschillende officieele
aanhalingen aantoonde.
En als men dat alles nu weet, dan rijst de
vraagZal men nog langer op den ouden weg
voortgaan Of zal men zich door het aanleggen
van kunstweiden, het bevorderen van zuivelberei
ding en uitbreiding van den veestapel eene betere
toekomst trachten te verzekeren Wat heeft men
in Zeeland gedaan Toen de meekrap achteruit
ging, heeft men geen equivalent gezocht in uit
breiding van den veestapel, maar in de cultuur van
suikerpenen, de ruïne voor een land, met het
daaraan verbonden allerverderfelijkst voorschot-
systeem. Vóór het jaar 1865 was de suikerpenen-
cultuur in Zeeland te nauwernood bekend en nu
reeds zijn 6000 hectaren met suikerpenen bezet.
Welke reden kan er voor de landbouwers in
Zeeland zijn, om de elders gegeven les niet na te
volgen Is dan de zuivelbereiding zoo improduc
tief? Zijn de boterprijzen gedaald? Zijn de
kaasprijzen of de melkprijzen gedaald Neen, dat
alles is nog goed, zal men antwoorden. Welnu,
is dan de oplossing niet gegeven Alle artikelen,
die van de koe komen, het is eene waarheid, gaan
altijd grif van de hand. Spreker gelooft ook, dat
vele landbouwers verstandig zouden hebben gedaan
met hunne tegengevallen erwtjes en boontjes niet
te rjjden naar de Beurs, maar ze aan hunne
beesten te geven. Men kan gerust zeggen, dat
men tegenwoordig zoeken moet, uit den veestapel
te halen wat men uit den korenzak niet krijgen
kan.
Ook is het t|jd om zich meer op de warmoezerij
toe te leggen. De bewering, dat de grond daartoe
hier niet geschikt zou z|jn, is onjuist, want wat
nu goede tuingrond is, is vroeger ook bouwland
geweest. Het bekende vruchtbare Westland is
ook niet altijd tuingrond geweest. De groote
massa muren met druiven dagteekenen ook niet
uit den tijd der Batavieren, maar ze zijn lang
zamerhand gekomen, en hij, die eenmaal zulk een
muur heeft, breekt dien nooit weêr af.
Ook onze transport-middelen zijn tegenwoordig
uitnemend, niet het minst voor de verzending naar
Engeland, die „holle maag" voor alle landbouw-
artikelen. Zoo h|jv. de Zeeuwsche Exvort-Maat-
schappij, die een eerljjke en trouwe makelaar voor
de landbouwers is. Er zijn wel is waar nog velen
hunner, die in die Maatschappij geen vertrouwen
stellen en het hoofd schudden, maar de vraag is
is dat verstandig
Spreker leest een en ander uit het eerste jaar
verslag der Export-Maatschappij voor, ten bewijze
van haar groot nut. Onder anderen ziet men er
uit, dat men zelfs uit Groningen via Vlissingen
naar Londen door haar ter markt verzendt, en
ziet men daar er voordeel in, dan zal er toch
zeker ook voor de Zeeuwsche landbouwers wel
voordeel in gelegen zjjn. Proefneming met ver
zending door de Maatschappij verdient ten minste
aanbeveling.
De heer Marlet heeft de landbouwers in weste
lijk Zeeuwsch-Vlaanderen gewezen op de noodza
kelijkheid van te breken met den ouden slenter
geest. En dit is ook zoo. Het is meer dan tijd,
dat de bakens verzet worden. Het hoofdbestuur
zal daarom ook niet nalaten een equivalent te
zoeken voor het verlies aan granen en meekrap,
onder anderen door te trachten naar een middel
om de suikerpenen, als z|j, in een wanmolen tot
moes gemalen, naar de fabrieken gezonden worden,
tot een zegen te maken, terwjjl zij nu, met het
verderfelijk voorschot-systeem, voor velen een
vloek z|jn.
Maar vooral is de uitbreiding van den veestapel
en de zuivelproductie het middel tot verheffing
van den Zeeuwschen landbouw.
Ten slotte wekte spreker een ieder op om te
doen wat hij vermag, de een door raad, de ander
door voorbeeld, velen door de daad, om te trachten
de schoonste aller industrieën, die thans in de
weêr zijn, verder op te bouwen.
Den 19en dezer zal te Veenendaal in Gelderland
eene vergadering gehouden worden van gedepu
teerde staten dier provincie en verscheidene water
schapsbesturen van de Geldersche Vallei. Reeds
jaren bestaan er voor de afwatering dier Vallei
geschillen tusschen Utrecht en Gelderland. De
thans bestaande afwatering is ellendig en de
schade, daardoor jaarlijks den landbouw toege
bracht, zeer groot. Deskundigen zijn van meening,
dat daarin slechts door de oprichting van een groot
waterschap verandering kan gebracht worden.
In de gisteren te Amsterdam gehouden alge
meene vergadering van aandeelhouders der Expl.
rrfi van Staatsspoorwegen, is het dividend bepaald
op 13.45 per aandeel van 250, hetgeen, gelijk
wij gisteren reeds hebben medegedeeld, in het jaar
verslag was voorgesteld.
Voorts werd het voorstel van het bestuur om
een contract te sluiten met de maatschappij Zeeland
tot het aanschaffen van een nieuw stoomschip
als de Prins Hendrik, eveneens goedgekeurd.
Hetzelfde is ook het geval met het voorstel tot het
sluiten eener nieuwe leenine van ƒ6.000.000.
Ook de liberale kiesvereeniging De Grondwet en
de vereeniging Algemeen Belang hebben thans dr.
Wolterbeek Muller candidaat gesteld voor het
lidmaatschap van den gemeenteraad van Den Haag.
Overweging verdient zeker de volgende, in de
Haarl. Ct. voorkomende opmerking
Meer en meer ziet men in onzen tijd Dij de be
volking van het platteland en der kleine steden
een streven om zich naar de groote centra van
verkeer te verplaatsen. Mogen voor velen de
middelen om een bestaan te vinden aldaar misschien
ruimer aanwezig zijn, zeer zeker z|jn op die plaatsen
de beste gegevens voor de opvoeding van kinderen
te vinden en in het algemeen voor alles wat op
het gebied des geestes ligt. Dit voor oogen hou
dende, hebben de steden van den tweeden en
derden rang de keuze om öf intijds de bakens te
verzetten en aan de groote eischen, die ons school
wezen stelt, tegemoet te komen, öf het getij te
laten verloopen en een weinig belovend bestaan
voort te sleepen. Veel hangt dus van het gemeen
tebestuur eener stad af, want al ligt de keuze voor
de hand, niet overal zijn de stoffelijke middelen
voorhanden, en vooral geestkracht, die groote hef
boom bij alle ondernemingen, Dlijft niet zelden
hij de goede bedoeling ten achter.
De Woensdag-avond te Amsterdam gehouden
vergadering van houders van Spaansche fondsen
heeft op voorstel van het bestuur der Vereeniging