N° 132.
125e Jaargang.
1882.
7 Juni.
W oensdag
Middelburg 6 Juni.
FEUILLETON.
HET FREULESHUIS.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/ni. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
MIDDELBURGS» COIIRAIVT.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Puhlicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
De belangstelling in de reizen van de Willem
Barents zal zeker weder verlevendigd worden dooi
de voor rekening van het Comité voor de IJszee-
vaart uitgegeven verslagen van haar vierden tocht,
in den zomer van 1881 gedaan. Het is een groot
formaat boekdeel van 140 bladzijden, door kaarten
en platen opgeluisterd. Terecht schrijft het co
mité in zijne voorrede
»Wjj behoeven niet meer op het nut dier tochten
voor zeevaart en wetenschap te wijzen. Laat de
groote commissie van deskundigen, die de wonderen,
uit de diepte der Noordelijke zeeën opgehaald,
thans onderzoekt, getuigen van hetgeen de Barents
voor een tak der wetenschap doet. Laat aardrijks
kundigen en meteorologen getuigen, wat ze doet
voor andere takken. Laat de minister van marine
verklaren, welke leerschool de IJszee nu als immer
is voor zeeliedenhoe de IJszee nog steeds mannen
vormt en zeeridders kweekt. Laat ons volk erken
nen hoe het nationaal bewustzijn geprikkeld is
door die tochten, waarvan Koolemans Beijnen de
heraut was in ons land. Terwijl vrijwilligers dei-
marine weder met toewijding en geestdrift naar
de IJszee trekken, doen wij een beroep op de
vrijwilligers uit ons volk, die het noodige geld
voor die tochten bijeenbrengen, om het groote doel
eveneens te blijven steunen door toe te treden tot
de vereeniging Willem Barents.
Het bestuur dier vereeniging beeft dit jaar nog
geen beroep gedaan op den bijstand onzer land-
genooten.
Het heeft prof. Buys Ballot, die voor zijn voor
treffelijk streven meer geld behoeft dan het be
trekkelijk weinige dat jaarlijks voor de Barents
voldoende is, vóór laten gaan. Maar we zijn er
van overtuigd, dat dit bet bestuur niet zal schaden.
Niettegenstaande een nagenoeg ledige schatkist,
werd de Barents toch weder uitgezonden, want
onderzoek van de IJszeeën baat alleen, wanneer
het geduldig jaar aan jaar wordt voortgezet. Het
beste helpt men door lid of donateur te worden
van de vereeniging Willem Barents en een jaar-
ljjksche contributie te geven. De kleine schoener
heeft reeds zooveel gedaan om ons oud prestige
imhet Noorden weer in eere te brengen, om En
gelsehen, Noren en Ruseen met eerbied van onze
zeelieden, onze geleerden, ons verleden te doen
gewagen, dat wij een beroep durven doen op de
liefde van ons volk voor vaderland en marine.
Blijft de Barents, »die spaander hout met een ge
dachte erin" steunenMoge de lezing van het
eenvoudig verslag dat de heer Yan Broekhuyzen
van den vierden tocht geeft, velen op nieuw doen
gevoelen welk een geest van onversaagdheid, van
ondernemingszucht, van zelfverloochening en liefde
voor het vaderland door deze tochten gekweekt
wordt."
Behalve de taak, die haar in 't algemeen is op-
IS
Novelle van
GUSTAY Zü PUDLITZ.
VII.
Wat valt daarbij ook te zeggen? Zij zal de
laatste zijn en als ik haar overleef zal ik ook
nog een paar bloemen op haar kist leggen. Dan
is het gedaan
Hij trad nu langzaam achteruit tot in de ope
ning van de deur, daar hij zag dat Albert met
gevouwen banden bij de kist zijner moeder stond.
De jonge man was diep bewogen. „Indien zij nog
leefde zei hjj shoe anders zou dan alles zijn
Terwijl zijn geboorteplaats tot nog toe niets
dan herinneringen aan jongensspelen bij hem
opgewekt had en zijn hart door niets bewogen
was, voelde hij thans een weemoed, waaruit hem
duidelijk bleek dat hij hier een thuis verloren had.
Hij voelde het verwijt dat hij uit de gemeen
schap dezer dooden gestooten was en geen recht
meer op deze groeve had. Zelfs de kransen der
oude tante schenen hem een vermaning te zijn,
en de gedachte dat haar hand de laatste zou
jvezen, die een vriendeljjken levensgroet aan de
gedragen, om voort te houwen op de kennis, die
in de vroegere tochten verkregen is omtrent den
toestand in de Noordelijke IJszee, beeft de be
manning van de Willem Barents ditmaal nog een
bijzondere opdracht te vervullen, die de gevaren
doet kennen, welke zij nu weder is tegemoet ge
gaan. De Engelsche poolreiziger Leigh Smith nl.,
die in het vorig jaar met de Eira naar zee is
gegaan, is tot heden nog niet teruggekeerdhem
zooveel mogelijk hulp te brengen, is aan de Ba
rents opgedragen. Wij lezen daaromtrent aan het
einde van het verslag, dat de Eira het laatst ge
zien is den 8ea Juli op de hoogte van Ganzenland
om de Noord koersende. »Nu is het mogelijk,
dat de heer Leigh Smith opnieuw zal getracht
hebben, evenals in het jaar te voren, Frans Jozef-
land te bereiken, doch het is even goed mogelijk,
dat hij, toen hij het ijs nog zuidelijk vond liggen,
teruggekeerd is om öf naar König Karlland of
wel door het westijs naar de Oostkust van Groen
land te gaan werken.
»Is het de Eira gelukt door het ijs in Barents-
zee te komen, dan zal zij vrij zeker, meer dan
verleden jaar, open water aan de Zuidkust aan
getroffen hebben, en heeft zij de Westkust bereikt,
zeer hoog Noordelijk hebben kunnen komen, om
dat door de O. winden van den nazomer, de
Westkust ijsvrij geweest zal zijn. Alsdan heeft
het schip in een of andere haven den winter
doorgebracht. Is de Eira niet geslaagd en is zij
in het pak in Barentszee bezet geraakt, dan
ondergaat zij het lot van de Tegethoff en wordt
zjj gevoerd waar het ijs heen drijft, dat, zooals
de Tegethoff geleerd heeft, afhankelijk is van de
windrichting. Het is dus zeer goed mogelijk, dat
de Eira in den nazomer van 1882 vrij komt;
doch zij zal dan waarschijnlijk door ijspersingen
veel geleden hebben, zoodat, zoodra zij in open water
komt, hulp haar zeer te stade zou komen. Wij
kunnen ons echter ook voorstellen, dat het schip
door persingen zóo geleden heeft, dat het gezon
ken is en de bemanning zich op het ijs gered
heeft, of wel dat, omdat het zich niet laat aan
zien dat de Eira zich uit het pak zou kunnen
werken, het schip in den nazomer verlaten en
met de sloepen de terugtocht ondernomen is. In
beide gevallen is het wenschelijk, dat schepen
aan den ijsrand kruisen, om zoo spoedig mogelijk
hulp te kunnen verleenen.
»Bij een vijfden tocht zal men daarop moeten
letten en beproeven bij het bepalen van den jjs-
rand in Barentszee, zich zooveel mogelijk te ver
gewissen of er menschen op het ijs te zien zijn."
Het zachte weder, dat wij dezen winter gehad
hebben, geeft hoop dat de W. Barents in 1882
in de Karazee zal kunnen doordringen en IJshaven
zal kunnen bereiken.
Moge de vijfde tocht weder een nieuw veld
van onderzoek openen en het aan de Barents ge
geven zjjn, nieuwe ontdekkingen te doen tot eer
van het vaderland.
Een fabrikant uit Tilburg schrijft aan het Hbl.
het volgende .-
dooden bracht, scheen hem een plicht op te leg
gen, die hij sedert lang niet meer gevoeld had.
Eensklaps richtte hij zich op, wierp een langen
afscheidsgroet in het gewelf en ging langs den
ouden man heen naar buiten. De met ijzer be
slagen deur viel in het slot en de warme zonne
schijn verblindde hem. Hij gaf den ouden Martin
dankend de hand en wilde heengaan, toen hij
Fransje in de deur van het schoolmeestershuisje
zag staan en na eenige aarzeling besloot hij naar
haar toe te gaan. Zij zag hem thans zonder ver
legenheid komen en zei
»Dat akelige gewelf had mij altijd vrees
ingeboezemd en ik had altjjd gemeend dat men
onder den blooten hemel vrijer lag, dichter bij
het leven en het levenslicht, dat niet van ons
scheidt, al zijn wij er ook van gescheiden. Maar
alles heeft toch zjjn beteekenis en bet stomme
samenblijven van diegenen die sedert eeuwen met
elkaar verwant zijn, was ook eene dierbare ge
dachte voor de achterblijvenden. Sedert ik nu
met freule Stine die kransen daarheen mocht
brengen, heb ik een beel ander gevoel gekregen
voor die oude groeve, waar ik vroeger altijd met
angst voorbij snelde. Menige zorg in het leven
komt ons veel onbeduidender voor dan vroeger,
wanneer men aan de dooden denkt. Dat beb ik
beden weer ondervonden. Het was zoo kinder
achtig van mij dat ik u, een vreemdeling, met
mijne kinderspelen lastig viel, zoo dwaas dat ik
er later verlegen over werd, daar gij toevallig
degeen waart, dien ik in mjjn eenzaamheid met
«Ten gevolge der verwerping van het handelstractaat
met Frankrijk, wordt het algemeen tarief op alle Neder -
Jandsche produclen toegepast, hetgeen gelijk staat met
verbod van invoer; de gevolgen biervan zijn in onze
fabrieksplaatsen Tilburg, Eindhoven en Geldrop allerbe
droevendst, daar minstens 10 groote fabrikanten, die bijna
uitsluitend voor Frankrijk hebben gewerkt, hun fabrikaat
belangrijk hebben moeten verminderen om niet in hun
goed te smoren en alzoo een tijd van ongehoorde malaise
beleven met een toekomst voor zich, die niets anders dan
stilstand en ellende brengen zal.
«Onze markten worden bijna uitsluitend door het bui
tenland voorzien, en onze eigen regeering snijdt voor onze
industrieelen geheel en al den pas af, om onze producten
op buitenlandsche markten te brengen. Een gunstiger
traotaat met Frankrijk zou voorzeker den bloei van ons
fabriekswezen bevorderen, duizenden onderdanen van ons
vaderland voor armoede behoeden en de welvaart van
Nederland verhoogen
«Het ware te wensehen dat ook andere industrieën
hunne grieven openbaar maakten, opdat een ieder er mede
bekend worde, hoe zwaar Nederland is getroffen
Het is, voegt het Handelsblad daarbij,
hoogst bedroevend, ja onverantwoordelijk, dat de
ministerieele crisis geen stap nader tot hare oplos
sing wordt gebracht, en derhalve de hervatting
der onderhandelingen met Frankrijk van dag tot
dag uitgesteld.
Hoe de staten-generaal zulk een toestand lijd
zaam kunnen dulden, is ons een raadsel. Indien
de tweede kamer te zeer verdeeld is om eehigen
krachtigen stap te doen, dan is de hoop toch ge
vestigd op de eerste kamer, die in deze tijden
zich verdienstelijk kon maken, door in een adres
aan Z. M. de koning te wijzen op de groote ge
varen en bezwaren van een sleepend gehouden
crisis.
Was bjj vroegere crisissen een onverwijlde op
lossing, ofschoon altijd gewenscht, minder drin
gend, thans is het anders, omdat de crisis is
in het leven geroepen door de verwerping van een
handelstractaat, en dientengevolge onze handel
en nijverheid ernstig zijn bedreigd.
Het schijnt echter dat noch de voorzitters der
kamers, noch een voldoend aantal leden, vereischt
om de kamers bijeen te roepen, in den toestand
iets bedenkelijks zien. Voor een jaar waren er-
wel leden, die een einde maakten aan de rust,
omdat er nog zoo veel te doen was. Is er thans
niet nog een krachtiger drangreden, nu de belangen
van handel en nijverheid door de voortduring der-
crisis worden bedreigd?
Naar wjj uit goede bron vernemen zal devoor-
loopige herstelling der aanlegplaats van de mail
booten der stoomvaartmaatschappij Zeeland te
Queenboro over eenige dagen zoo ver gevorderd
zijn, dat de passagiers, de post en de ijlgoederen
weder over die plaats vervoerd zullen kunnen
worden.
Zoo als reeds gemeld werd, (Ikf. Cf. van 2 dezer)
heeft het stads- en havenbestuur van Dover eene
onderhandeling met de LondonChatham—Do
verSpoorwegnri geopend om den dienst opVlis-
singen over die haven te behouden. Het is echter
mijn spelen nagevolgd had. Het was zoo een
voudig, zoo natuurlijk. Maar ik wilde toch niet
dat gij het mij zoudt nahouden. De sporen onzer
lotgevallen hebben elkaar gevolgd en gekruist
en de plek, waarop wij elkaar toen ontmoetten,
was ons beiden dierbaar en weemoedig tegelijk.
Ik wilde niet dat wij met kinderachtige verle
genheid van elkander zouden scheiden."
Zij had hem open aangestaard en kwam hem
voor als een lichte zonneschjjn na de duisternis
van het gewelf, als de regenboog die een paar
uren geleden op het onweder gevolgd was. Hij
stak haar de hand toe, die zjj eenvoudig aan
nam en geen van beiden had gemerkt dat de
oude Martin intusschen zacht zjjn huisje binnen
gegaan was.
„Ik dank u", zei Albert, „gij neemt mjj een
verontschuldiging van de lippen, die mijn onrecht
moest goed maken. Ik had tegenover u geen
geheim van mijn naam mogen maken. Dat had
mij toch niet lang geholpen, even als die goede
vrouw Martin mij terstond herkende."
„O," viel Fransje hem lachend in de rede,
„dat is met haar iets heel bjjzonders. Die vrouw
voelt de menschen om zoo te zeggen en dat is
nog toegenomen sedert zjj half blind en geheel
doof isen zij voelt ook of zij met vriendelijke
bedoelingen komen of niet. Zij hoort niet en
ziet bijna nietmaar zij weet precies wat zij zelf
voor de menschen voelt en daardoor kent zjj
hen uit elkaar. Zij wil daar niets bjjzonders in
zien en zegt, het komt alleen omdat zij den hee
niet zeer waarschjjnlijk dat aan deze voorstellen
gevolg zal worden gegeven.
Bjj de gisteren namiddag op het Molenwater
alhier gehouden oefening der dd. schutterij is de
heer H. Snijders op de gewone wijze door den
kommandant als 2e luitenant bij die schutterij ge
ïnstalleerd.
Het muziekkorps voerde bij die gelegenheid
eenige nommers uit.
Binnen eenige dagen zullen te 's Gravenhage de
afgevaardigden uit de verschillende vrijmetselaars
loges bijeenkomen, om een opvolger van prins
Frederik als grootmeester-nationaal van de vrij
metselaarsorde in Nederland te kiezen. Yelen
hopen, dat prins Alexander bereid zal worden
bevonden die waardigheid te aanvaarden.
Vlissingeu, 6 Juni. In de zitting van de
kamer van koophandel van gisteren werd besloten
1° de regeering aan te hevelen, het verzoek dei-
kamer te Dordrecht betreffende de verbetering der
waterwegen van Rotterdam en Dordt naar zee
langs Brouwershaven aan een nauwgezet onderzoek
te onderwerpen, uithoofde van de zeer aanzienljjke
geldbesparing die daarin wordt voorgespiegeld.
2° instemming te verleenen aan het adres van
de kamer te Zierikzee waarin zjj verzoekt dat de
scheepvaart van die stad naar het Keeten v. v.
vrijgesteld worde, van het toezicht der ambtenaren
van den in- en uitvoer, waar de vaarljjn overeen
klein deel onvrjj territoir loopt.
Oostburg-, 5 Juni. In eene gisteren alhier
gehouden vergadering van de vereeniging Volks
onderwijs, waar 39 leden tegenwoordig waren,
werd de jaarijjksche rekening door den penning
meester overgelegd, welke een batig saldo ople
verde en waaruit bleek dat de vereeniging telt
197 gewone leden en 30 donateurs. De periodiek
aftredende bestuursleden H. G. Hammacher en
J. Otto Risseenw werden als zoodanig herkozen.
Tot dijkgraaf van den Nieuwen Craaiertpolder
is benoemd de heer L. Lucasse, tot dusver ge
zworen, ter vervanging van den heer A. B.
Remjjn, die ontslag heeft genomen, en tot gezwo
ren de heer J. De Baar.
In de vorige week is te Rotterdam éen geval
van pokken voorgekomen, te Woerden 2 en te
Gouda 3 gevallen.
De N. li. Ct. ontvangt het volgend particulier
telegram uit Londen
»Naar luid van berichten uit New-York hier
ontvangen, beklagen zich de per stoomboot Ne
mesis (gecharterd door de Kon. Ned. Stoombootm
aangekomen landverhuizers ernstig over de be
handeling aan boord; de kajuiten waren bedompt
en smerig, het voedsel slecht en onvoldoende, het
water brak, de scheepsdokter voortdurend beschon
ken er werd ergelijke handel gedreven met het
voedsel enz. enz. Op reis waren diarrhaea, dy-
len dag zoo stil met hare gedachten zit en alleen
in haar herinnering met de menschen omgaat.
Het is wel mogelijk maar dat is het toch niet
alleen. Freule Stine is ook altjjd stil en alleen;
maar die ziet de menschen dadeljjk en verbeeldt
zich dat zij van niemand houdtmaar dat is
slechts uit vrees dat zjj iemand zal lief krijgen en
dat wil zjj niet."
Zjj waren van lieverlede op den weg gekomen
die achter het dorp omliep en gingen nu verder
het veld in. Fransje wilde omkeeren, maar
Albert weerhield haar.
»Door u heb ik voor het eerst een andere
voorstelling van mjjn oude tante gekregen", zei hjj
»en sedert ik nu die verwelkte kransen gevonden
heb, die haar hand op de kist mjjner moeder
legde, is het mjj als moet ik haar verschooning
vragen voor een lang gekoesterd vooroordeel en
niet slechts in gedachte, maar mondeling. Wilt
gij mij daarbjj helpen
Fransje bedacht zich een poos.
„Dat zal zoo gemakkelijk niet gaan!" ant*
woordde zjj. Wie weet of zij u in het geheel
wel zou ontvangen en dan zou het nog niet
gemakkelijk zijn den rechten toon te treffen. Met
een dankbetuiging moogt gij al aanstonds niet
beginnen. Wat zjj met overdreven nauwgezetheid
als een taak en niet als een liefdedienst doet,
dat zou zij ten minste zeggen, deed zjj niet voor
uw moedei, maar voor baar eigen nicht, en eigen*
ljjk ook niet voor haar maar voor de familie*
Daar gij nu, ten minste volgens uw naam, niet