N° 120.
125e Jaargang.
1882.
Dinsdag
23 Mei.
FEUILLETON.
Burgerlijke Stand.
Middelburg 22 Mei.
HET FREULESHUIS.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijA verkrijgbaar a 5 Cent;
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels/" 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Phrijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich
enz.
GEMEENTERAAD.
MIDDELRIJRGSCHE COURANT.
De burgemeester van Middelburg maakt bekend,
dat op Woensdag den 24en Mei 1882, des na
middags te half twee uur, een openbare zitting
van den gemeenteraad zal plaats hebben.
Middelburg, den 19en Mei 1882.
De burgemeester voornoemd
PICKÉ.
De wethouder, ambtenaar van den burgerlijken
stand te Middelburg, brengt ter kennis van_ de
belanghebbenden, dat op den 29en en 30en Mei a.
de aangiften van de plaats gehad hebbende ge
boorten en overlijden kunnen geschieden tus-
schen 12 en 1 uur 's namiddags.
Middelburg, den 22en Mei 1882.
De wethouder voornoemd,
A. J. VAN PEKELEN.
De Londensche correspondent der N- P- Ct.
geeft van den brand van het havenhoofd te Queen-
boro de volgende beschrijving, gedagteekend van
Zaterdag.
Bij mijn jongste bezoek aan Queenboro deed ik
terloops den heer Churchward, chef der afdeeling
tractie, opmerken, dat een brand in het havensta
tion, ondanks de nabijheid der zee, wel den spoe-
digen ondergang dei' gebouwtjes ten gevolge
hebben zou. Hij bon dat geenszins ontkennen en
fluisterde mij toe, dat zulk een „opruiming van
hinderpalen" niet te eenenmale als een ramp zou
kunnen worden beschouwdDaarover zullen de
meeningen nogal uiteenloopen. De brandverzeke
ring-maatschappijen, op wie de schade voorname
lijk zal neerkomen, zullen het gevoelen des heeren
Churchward nauwelijks deelen. Ik heb Queenboro
altsos als een pis aller beschouwd, en onlangs nog
weer, bij de komst des konings, leedwezen uitge
drukt, dat de kortzichtigheid der poorters van
Sheerness de LondenChatham en Doverspoor-
wegmaatschappij genoopt heeft den dienst van
daar naar Queenboro te verleggen.
Thans bestaat een welkome gelegenheid om de
gepleegde dwaasheid weer goed te maken. Handelt
de poorterij van Sheerness snel en krachtig, dan zal
zij weder de voordeelen deelachtig kunnen worden,
welke hare overdreven voorzorg verloren deed
gaan. De spoorwegmaatschappij zal nu misschien
gemakkelijker te vinden zijn dan weleer. De
wederopbouw der noodige installatie op Queen-
boro's havenhoofd zal onvermijdelijk veel geld en
tijd kosten. Sheerness is er, en het gebrekkige
aldaar kan gemakkelijker, op minder omslachtige
en kostbare wijze, worden aangevuld en verbeterd.
Hoofdvereischte voor Scheerness is echter spoedig,
krachtig en liberaal te handelen, om de Londen,
6
Novelle van
GUSTAV Zü PUDLITZ.
III.
s>Nu ja, het zou te doen zijn, want op geld
komt het niet aan. Mooie, oude boomen hebben
wij. Die poel kan tot een mooien vijver uitge
graven wordenvergezichten zijn er ook te maken.
Ik heb al andere dingen mogeljjk gemaakt. Maar
die man verbeeldt zich dat hij met zijn geld alles
koopen kan en dat gaat toch, Goddank, nog niet.
De natuur laat niet met zich schacheren. En
wij kunnen buitendien niets beginnen, zoolang
wij het Preuleshuis niet hebben, en dat is niet
te krijgen.
»Het Preuleshuis?" riep Albert uit. „Ja
mijn waarde kunt gij mij misschien zeggen wat
er eigenlijk met dat P.euleshuis is? Ik herinner
mij uit mijn kindsheid dat het altijd als iets
rampzaligs, iets vijandigs beschouwd werd, of
liever ik heb den indruk behouden, alsof het zoo
iets. ware; want in mijn tegenwoordigheid werd
er nooit over gesproken. Dat had ik geheel ver
beten en nu komt het mij weer even duidelijk
Chatham en Doverspoorwegmaatschappij tegemoet
te komen, alvorens deze zelf definitieve maatre
gelen neemt. Gaat zij eenmaal weder te Queen
boro aan 't bouwen, dan is voor Sheerness de
kans weder, en ditmaal voorgoed, verkeken. De
stoomvaartmaatschappij Zeeland zal allerminst
tegen de wederverlegging van den maildienst naar
Sheerness bezwaar hebben. Zij zal tegen de in
aantocht zijnde concurrentie met Grain, eene andere,
d. w. z. betere, landingsplaats behoeven dan het
armzalige Queenboro. Sheerness biedt vele voor
deelen, o. a. ook dit, dat het een badplaats is, en
een badplaats met een toekomst. Kwamen de
booten uit Vlissingen daar aan, dan zou ft voor
menige Hollandscke of Duitsche familie eeu reden
kunnen worden er een dag of een paar dagen den
zilten zeebries in te ademen.
Wat den brand zelf betreft, de hoofdzaak heb
ik u reeds per draad medegedeeld. Te vier uren
uitgebroken, stonden binnen een ongeloofelijk
korten tijd al de houten gebouwen (eigenlijk niet
veel beter dan loodsen), in lichte laaie. Eigen
spuiten heeft de heer Churchward niet tot zijn be
schikking'. De brandweer van Queenboro moest
dus te hulp komen, maar dit is gemakkelijker
gezegd dan gedaan. Het havenhoofd is nog een
groote Engelsche mijl van de stad verwijderd, en
een straatweg bestaat slechts ten deele. Ik kan
mij dus best voorstellen, dat de spuitgasten van
Queenboro moeite zullen hebben gehad om hun
machine naar het brandende perron te sleepen.
Twee omstandigheden verhaastten de rampeen
felle oostenwind en dan dit, dat al het hout
der gebouwen des perrons en der landings
plaats zelf waren toebereid door het dusgenaamde
„creosoot-proces." De brandweer kon ook hitter
weinig uitrichten en nagenoeg alles wat waarde
had werd door de vlammen verteerd. Bij de lan
dingsplaats lagen, toen de brand begon, twee sche
pen de mailboot Prins Hendrik en de schoener
Census, uit het naburige Whitstabe, bezig om een
lading te lossen. Beide vaartuigen werden door
de vlammen aangetast, de Prins Hendrik aan den
achtersteven. De brand op de Census breidde zich
bliksemsnel uit en met moeite redde zich de man
schap.
Een gelijk noodlot bedreigde de Vlissingsche
mailboot. Gelukkig kwam de gouvernementssleep
boot Sampson haar te hulp. Daar de Prins Hendrik
haast geen stoom ophad en zich dus niet roeren
kon, sleepte de Sampson haar eenigen afstand de
rivier op. Daar begon zij met een krachtig-stra-
lende slang het brandende gedeelte der mailboot
te bespuiten, met het gevolg dat men de vlammen
weldra meester werd. Zoo ik hoor is de schade
aan de Prins Hendrik niet zeer aanzienlijk, en ft
is een geluk dat ze aan het lot der Census is kunnen
ontsnappen.
Heden was ik aan het hoofdbureau der Londen-
Chatham- en Dover spoorwegmaatschappij om te
hooren welke voorloopige maatregelen genomen
worden om staking van dienst te voorkomen. De
Manager was afwezig juist te dezen dage, maar
men zou mij later het genomen besluit doen weten.
en onveranderd voor den geest, als het huis daar
onveranderd achter het boscbje ligt."
De oude heer begon hartelijk te lachen.
»lk wilde u juist om eenige inlichtingen
vragen en nu zie ik dat gij nog minder weet
dan ik. Ik heb ten minste van alles gevraagd
en gevolgtrekkingen gemaakt, en zal wel zoo
tamelijk achter de waarheid gekomen zijn, want,
eigenlijk is het de eenvoudigste zaak van de wereld.
»Het Ereuleshuis is een instelling die voor on
geveer twee honderd jaren, door de omstandig
heden der adellijke families op het platteland, in
het leven geroepen werd, en die in der tijd waar
schijnlijk zeer doelmatig en nuttig is geweest
doch in onzen tijd zoo onzinnig en onpractisch
werd dat zij noodzakelijk moest verdwijnen, tot
op enkele uitzonderingen na, zoo als hieronge
veer zooals de paalwoningen hun tijd overleefd
hebben. Nu is zij net als een dorre boomstam,
waaraan enkele uitspruitsels van fletsch groen
van een nog niet gebeel uitgestorven leven ge
tuigen, en die blijft staan in een omgeving,
waarin hij volstrekt niet meer thuis boort."
»Dat is dus de indruk dien bet Freulesbuis
op u gemaakt heeft!" riep Albert uit. „Gij
geeft dien in opgeschroefde beelden weer, en ik
ben er even wijs door als ik was."
»Het is toch zeer eenvoudig" hernam de
oude heer. „Toen de Marksche landadel door de
karigheid van den grond en de gebrekkige be
bouwing daarvan, hoe langer hoe meer achteruit
ging, werd het zeer moeiljjk om voor de onge-
Gisteren avond zijn passagiers en goederen over
Dover vervoerd en van morgen ook over Dover
naar hier gekomen. Vertraging had volstrekt niet
plaats. -JCerder kwam men nog vroeger aan, het
geen de kortere afstand van Vlissingen tot Dover
verklaart.
Des namiddags.
Ik ontvang van den manager der London, Chat
ham en Dover-spoorwegmaatsehappij een dépêche
van dezen inhoud
„Voorloopig zal de dienst via Vlissingen per
Dover geschieden. We zullen de volgende week
nadere beschikkingen treffen."
In ft Handelsblad vinden wij nog het volgende
Heden sprak in de Engelsche Episcopaalsche
kerk te dezer stede de heer D. Greenfield over
zijn gelukkige redding uit den brand te Queen
boro. De heer Greenfield komt voor een maand
hier den dienst in de kerk waarnemen. Vrijdag
vertrok hij' van Londen, en ging met een vroegen
trein naar Queenboro om bij tjjds op de boot te
kunnen gaan, teneinde rustig in kooi te liggen
eer bet schip naar zee vertrok. Hij was de eenige
passagier die reeds om half vier aankwam en na
dat hem zijn kooi was aangewezen, ging hij in
een rustig hoekje op dek zitten lezen. Plotseling
wordt hij door het geroep en het harde loopen
van een paar matrozen opgeschrikt. Hij kijkt op
en ziet een dikke zwarte kolom rook van de land
zijde over het schip strijken. Hij houdt de han
den voor de oogen om die te beschermen, en te
gelijk lekken de vlammen reeds over zijn handen,
welke ze blakeren en wonden. Voor vluchten
naar de landzijde was geen tijdde vlammen
sloegen over bet schip, en een matroos over de
verschansing in de rivier ziende springen, volgde
de beer Greenfield hem na. De stroom liep zeer
sterk en het was onmogelijk het land te naderen.
Een half uur lang zwom de Engelsche predikant
rond eer hij gezien werd, toen een Hollandsch
matroos hem een eind touw toewierp en aan boord
van zijn schip in veiligheid bracht.
Dit verbaal, dat de beer Greenfield beden aan
het einde der godsdienstoefening deed, daar hij
nog te geschokt was voor een gewone predikatie,
maakte diepen indruk op de toehoorders.
De gemeenteraad van Middelburg zal op Woens
dag den 24en Mei a. des namiddags te Ij uur een
openbare vergadering houden ter behandeling dei-
volgende zaken. Ingekomen stukkenaf- en
overschrijving op de gemeente-begrooting 1881
id. op de begrooting van het bestuur der gods
huizen 1881 en op die van het burgerlijk armbe
stuur oninbare posten en restitutie van inkomsten
en hondenbelasting 1881rekening der plaatselijke
gezondheids-commissie over 1881rekening der
gasfabriek 1881kohier der hondenbelasting 1882
voordracht ter voorziening in de vacature van
onderwijzeres op school E; concept-strafverorde
ningen.
In de heden namiddag gehouden vergadering
der kamer van koophandel alhier werd rapport
huwde dochters te zorgen. De oudste zoon erfde
het goed, de jongere broeders hadden hunne ker
kelijke inkomsten en hunne officiersplaatsen in
het leger en voor eenige dochters zorgden de
damesgestichten wel, maar dat was niet voldoende.
Toen nam men zijn toevlucht tot het Freuleshuis.
Men bouwde een kleine woning, een tuin en het
recht op weide voor een koe, het noodige koren,
hout enz. Dat had alles in dien tijd weinig
waarde en legde het goed een bijna onmerkbaren
last op. In dat Freuleshuis trokken na den dood
der ouders een of twee ongetrouwde dochters en
die konden daar in die hoogst eenvoudige tijden
toch fatsoenlijk leven. Thans schijnt dit onmo
gelijk, ofschoon wij hier een voorbeeld hebben,
dat bet toch nog gaatwant hier leeft nog een
overoude bewoonster van bet Ereuleshuis, zeker
de laatste, want zjj is de laatste van haar naam,
maar ook een der taaiste; want zij geeft geen
haar breed van baar rechten op, boe onmogelijk
het ook bijna wordt om die te doen gelden.
Fliegner, de laatste eigenaar van Zarchow, was een
neef van mijn overleden vrouw en hij zocht mij
altijd op wanneer hij in de residentie kwam voor
de wolmarkt of andere zaken, en dan klaagde hij
steeds zijn nood over dat Freuleshuis, dat hij
verwenschte. Hij moest zjjn beste weiland afstaan
voor die éene koe en een zeer nuttige besproeiing,
waarvan bij zich veel goeds beloofde, laten varen
omdat de freule juist daar bet recht van weiden
voor baar koe had. Zij verlangde de paar vrach
ten, die haar toekwamen, altjjd als kjj zijne paar-
uitgebracht door de commissie, in wier banden
gesteld is bet schrijven van de kamer te Zierikzee,
houdende verzoek om ondersteuning van baar aan
den minister van financiën gericht verzoek betref
fende de vaart naar Zierikzee over onvrij terrein.
De commissie adviseert dat de kamer zich, naar
aanleiding van bedoeld adres, zal wenden tot den
minister, met het verzoek zoodanige wijziging in
het kon. besl. van 27 Febr. 1820 (Stbl. n° 48) te
brengen, dat er bewesten de haven van Zierikzee
eene rechte lijn worde aangegeven als scheiding
tusschen vrij en onvrij terrein, zoodanig dat de
vaart tusschen Zierikzee en Middelburg en tusschen
Zierikzee en Rotterdam, onder alle omstandigheden
vrij blijve.
Eveneens werd rapport uitgebracht omtrent bet
door de voorloopige commissie der Vereeniging ter
bevordering van Handel en Zeevaart te Dordrecht
aan den minister van waterstaat ingediend adres,
waarbij verbetering van dé waterwegen naar zee
voor Rotterdam en andere Maassteden wordt ver
zocht. De commissie adviseert dit verzoek niet
te ondersteunen, op grond dat de daarin behandelde
zaak, naar hare meening, meer de speciale Dordt-
sche dan de algemeene Nederlandsche belangen
op het oog heeft.
Een verzoek van de kamer van koophandel te
Kampen, om een door haar aan de regeering in
gediend adres, omtrent den invoer van vee in
Engeland, te ondersteunen, werd voor kennisge
ving aangenomen, op grond dat reeds door den
minister aan andere kamers is bericht dat
hij meent zich onder de bestaande omstan
digheden van nadere stappen te dezer zake te
moeten onthouden.
Van eene commissie uit het Aardrijkskundig
genootschap is een schrijven ontvangen, waarin
het gevoelen der kamer wordt gevraagd over de
uitzichten van eene vaart op Siberië. Wijl de
kamer van oordeel j.s dat eene dergelijke vaart
voor Middelburg g'cen resultaat zal opleveren,
werd dit schrijven niet verder behandeld.
Een dag of wat geleden zou ft bericht een be
spotting geleken hebben; maar sedert gisteren
doet het ons genoegen te weten, dat de Middel-
burg8che Bad en Zweminrichting op Woensdag den
31en dezer weder geopend wordt. Mogen het
frissche kanaalwater en de gezonde en nuttige
zwemkunst dezen zomer weder aan velen ge
noegen verschaffen!
Verseke, 21 Mei. Door den uitgebreiden
oesterhandel op Engeland ontstaat hier meer en
meer behoefte aan kennis der Engelsche taal. Om
hierin tegemoet te komen, besloot Vrijdag de
gemeenteraad voor de vacature op de school
op bet dorp een onderwijzer op te roepen
met akte voor het Engelsch, op een traktement
van ƒ700. De te benoemen persoon zal bovendien
alleen de voordeelen van het onderwijs in genoemde
taal genieten, aangezien het niet op de school zal
gegeven worden, maar belangstellenden bet zich
door privaatlessen zullen kunnen verschaffen.
den het meest noodig had en wat het ergste Was,
zij weigerde de kleine lijfrente, die voor haar
op het goed ingeschreven stond, tegen de beste
andere verzekering te laten aflossen en belette
aldus alle financiè'ele schikkingen die hem had
den kunnen redden, want hij is wezenlijk door
het Freuleshuis te gronde gericht. Ik heb op
verzoek van den heer Fliegner eens met mijnheer
uw vader over die zaak gesproken, maar die was
ook woedend op het Freuleshuis en wilde er niets van
hooren. Het had de beste koopers van het goed
afgeschrikt, daar niemand dit blok aan het been
bet Freuleshuis met toebehooren wilde overnemen.
Verbeeld u, niemand kon den kleinsten tuin ach
ter het huis aanleggen, want hij stuitte dadelijk
op dat krot en kon niet verder. Onze Nabob
verbeeld zich dat hij alles met zijn geld in orde
zal krijgen, maar hij zal hier nog verwonderd staan.
»De eigenzin eener oude jongejuffrouw en daar
enboven baar familietrots en adellijke hoogmoed
laten zich niet afkoopen en eigenlijk is het goed.
Er moet toch nog iets zijn dat geen koopwaar op
de markt geworden is. Pas op, hier lijdt de Na
bob schipbreuk, of bet zou moeten zijn dat gij
als bemiddelaar optradtwant die oude dame
moet zoo wat uw oud- of overoud-tante zijn en
misschien doet zij tegen haar gewoonte iets om
haar achterneefje pleizier te doen; want tot nog
toe heeft zij alles aan haar stijfhoofdigheid ten
offer gebracht. Voor zoover ik gehoord heb is zij
een zeer hoosaardig wezen, dat niemand goed do§A
of iets gunt,"