BUITENLAND. Laatste Berichten, ADVERTENTiËN, Algemeen Overzicht. Stoomtramwegen voor het platte land in België. Graanmarkten, enz. Prijzen van Effecten. ff ff "Sr i2'Aprii digden eerst voor de jury te pleiten op het onbe- wezene der feiten en dan, indien dit ia mislukt, bij den home secretary het pleidooi van krank zinnigheid te voeren. Dit buitengerechtelijk onder zoek door het hoofd van een der landsadministratiën is eene der tallooze anomalieën in de Engelsche rechtspleging, welke men verbeteren wil door de instelling van een hof van appel, dat een nieuw onderzoek der zaak kan bevelen. Maar deze hervorming van het strafrechtswezen zal zich nog wel eenigen tijd laten wachten. Amsterdam* Heden vertrokken de stoom schepen Madura, gezagv. Visman, naar Batavia, Amsterdam en Castor naar Amerika, met land verhuizers. Londen. Lord Spencer heeft de benoeming tot onderkoning van Ierland, in plaats van lord Cowper, aangenomen. Het kabinet beraadslaagt of de heer Parnell en de andere gevangen parlementsleden op vrije voeten zullen worden gesteld. Het Fransche Journal Ofjiciel bevatte gisteren een zeer belangrijk rapport van den minister van buitenlandsche zaken over een grootsch ontwerp van internationaal belang, een waardigen tegen hanger der breede opvattingen waardoor landengten gemaakt zijn en worden tot scheepvaartkanalen, om de verkeerswegen over de oppervlakte dei- aarde te verkorten. Het betreft het reeds door ons vermelde plan om ten zuiden van Algerië en Tunis eene binnenzee in het leven te roepen, die met de Middellandsche zee in verbinding zal staan door een kanaal van 240 kilometer, welks mon ding nabij Gabes aan de oostkust van Tunis zou vallen. Het plan doet een aantal bezwaren rijzen, welke slechts met zeer veel moeite te overwinnen zijn. Vooreerst de kosten, welke nog slechts bij ruwe benadering zijn te begrooten. Voor de goed making daarvan vragen de ondernemers van het plan, aan welker hoofd de heer Roudaire staat, den afstand van eene aanzienlijke strook gronds rondom den te maken waterplas, erop rekenende dat een groot deel van dien grond door de nabijheid der zee productief zal worden gemaakt. Voorts rekenen zij op de gelegenheid tot zout winnen en tot het uitoefenen der visscherij welke de nieuwe zee, zeventienmalen grooter dan het meer van Genève, zal opleveren. Men heeft het bezwaar geopperd of deze zee, weinig door regen, doch vooral door het water der Middellandsche zee gevoed voor het verlies aan water door uitdam ping, niet een zoutgehalte zal verkrijgen dat voor de visschen het leven onmogelijk maakt. De heer De Lesseps spreekt dat echter tegen, wijzende op het voorbeeld der Egyptische Bittermeren, welker zoutgehalte is verminderd sedert zij in verbinding staan met het kanaal van Suez. .In politieken zin heeft het ontwerp de groote beteekenis voor Frankrijk, dat zoowel Algiers als een deel van Tunis door dat nieuwe water zullen afgesloten zijn van de nomadische stammen der Sahara. De belangrijkste zijde blijft echter de economi sche. Wanneer het plan zal verwezenlijkt worden, zal eene groote uitgestrektheid zandgrond onder het water worden bedolven, maar daarentegen zullen oevers worden in het leven geroepen, welke den handel in goedkooper verkeer, dan nu mogelijk is, zullen stellen met vele rijke en vruchtbare oorden in Noordwestelijk Afrika, dat slechts wacht op verkeersmiddelen om Europa de rijke vruchten van zijn bodem te bieden. Das war also des Pudels Kern met de verove ring van Tunis, zal men zeggen, en misschien niet zonder recht. Het plan komt hoofdzakelijk ten bate der Fransche kolonie Algerië, maar Frankrijk zou er weinig aan hebben, indien Gabes, de monding van de binnenzee, niet in zijne han den was. Komt het echter tot uitvoering van het werk, dan is het te verwachten dat zoowel Engeland als Italië' den rechtsgrond der bezetting van Tunis aan een nieuw onderzoek zullen onder werpen, wijl Gabes dan een punt van groot be lang wordt. Dit alles ligt nog in de toekomst, want het plan zal heel wat voorbereiding kosten. De Fransche regeering heeft, om de concessie-aanvrage te on derzoeken, eene commissie van 48 leden benoemd, bestaande uit 8 senatoren, 8 kamerleden, 16 amb tenaren van de ministerieele departementen en van het bestuur in Algiers, en 16 uit verschillen den hoofde bij deze zaak wenschelijke deskundigen. Deze commissie zal vóór 1 Juli rapport uitbrengen, In de kamer spreekt men algemeen over een klein schandaaltje. Zooals men weet hebben de spoorwegmaatschappijen toegestemd om voor een kleinigheid in het jaar de kamerleden vrij te ver voeren, en men herinnert zich, dat de kamer zon der blikken of blozen dezen aalmoes aannam van de lichamen die door de regeeringen moeten gecon troleerd worden. Zeker lid voor Issoudun, de heer Leconte, is een liefhebbend of wellicht een be vreesd echtgenoot en heeft op zijne abonnements kaart M' doorgekrabt en er Mme voor in de plaats gezet, teneinde zijne wederhelft te laten reizen voor luttel gelds, terwijl hij zelf zijne ernstige plichten als volksvertegenwoordiger waarnam. Het geval is op zich zelf van niet veel gewicht, maar het maakt een pijnlijken indruk, wijl het publiek ziet dat zijne staatslieden niet alleen in het groot, maar ook in het klein knoeien. »Men mag van den volksvertegenwoordiger, zegt de Siècle, eene hooge zedelijkheid, eene volstrekte eerlijkheid verlangenminstens geno men zeker alledaagsche eerlijkheid. Of een wetge ver zich schuldig maakt aan bedrog in het hooge beursspel, zich mengende in een zeker soort van financieele ondernemingen, of de kleine schurkerij pleegt om eene maatschappij voor een kaartje te bestelen: in beide gevallen is hij zijn mandaat verder onwaardig." Elke gelegenheid die men vinden kan om op het deelgenootschap van poli tieke mannen aan weinig te vertrouwen financieele ondernemingen te wijzen, wordt door dit en andere ernstige bladen aangegrepen, wijl zij overtuigd zijn dat daarin een kanker voor het Fransche staats leven ligt. De Duitsche rijksdag heeft gisteren zijn president, den heer Von Levetzow, en de beide vice-presi- denten, Von Franckenstein en Ackermann, her kozen, zoodat wederom geen liberaal in het bureau zitting heeft. Uit eene discussie over den datum der volgende zitting bleek reeds dat de gemoederen ontstemd zijn. Vrijdag komt de rijks dag weer bijeen. In het Oostenrijksch-Hongaarsche ministerie staat eene verandering voor de deur. De heer Von Szlavy, minister van financiën en belast met het beheer van Bosnië-Herzegowina, heeft zijn ontslag gevraagd, wijl de Hongaarsche delegatie bij wijze van protest een paar millioen heeft door gehaald van het crediet voor den opstand in Her- zegowina. De openbare meening in Hongarije is over het algemeen zeer gekant tegen de Bosnische politiek van de regeering. Professor De Lavaleye, wiens beschouwingen omtrent het vage ontwerp tot vestiging van staats instellingen voor landbouwcrediet in België wij onlangs {Midd. Ct. van 19 April jl.) mededeelden, heeft ook zijn gevoelen uitgesproken over het tweede en meer belangrijke der regeeringsplannen voor het platteland, over de tramways vicinaux, aan te leggen voor rekening deels van den staat, deels van de provincie, deels van de gemeente. De minister van openbare werken stelt zich in zijne voordracht op het standpunt van een onder nemer, welke deze wegen tot zijn profijt zal ex- ploiteeren, evenals de staat dit ten aanzien der spoorwegen doet, doch hij moest de zaak veeleer beschouwen als eene subsidie aan het platteland. Want deze wegen zullen nooit den interest van het kapitaal opleveren. Indirecte winsten daaren tegen zullen ze door vermeerdering der waarde van de producten en daardoor van bouwgrond, bosschen, mijnen en steengroeven, in ruime mate afwerpen. Bij den aanleg van tramwegen op het platte land moet men ruiterlijk het beginsel aannemen, dat bij den aanleg van gewone buurtwegen heeft gegolden. Het is geene plaatsing van geld, welke rechtstreeksche vruchten afwerpt, doch men geeft het kapitaal uit in de hoop op de indirecte win sten. Voor de plattelandsgemeenten zouden deze be staan in 1°. vermindering der transportkosten van de producten van den bodem en daardoor vermeerde ring van het aandeel des voortbrengers in den marktprijs; 2°. een middel om door vermindering van pro ductiekosten met Noord-Amerika te concur- reeren 3?. verhooging der waarde van het vast goed 4°. verlaging van wacht voor meststoffen, ko loniale waren en manufacturen, welke de dorps bewoner uit de steden moet laten komen 5°. vestiging van nijverheids-ondernemingen op het platteland, zoodra er langs goedkooper weg kolen kunnen gebracht worden; 6°. exploitatie van mijnen en steengroeven, die eerst door een vervoermiddel tot hare waarde komen 7°. de landbouwers besteden den tijd en de paardekraekt die zij noodig hadden om naar de stad te gaan leveren, nu aan hun bedrijf; 8°. er zullen zich meer welgestelde lieden op het platteland vestigendie er welvaart en beschaving zullen verspreiden; 9°. er zal drukker verkeer tusschen de steden en het platteland ontstaan, zoodat alle deelen des volks meer dezelfde wijze van denken zullen aan nemen en een levendiger gevoel van solidariteit zich in het nationale leven zal openbaren. Eene algemeene vooruitgang der beschaving is het ge wone gevolg van verbeterde wegen. Ook voor den staat zijn voordeelen te wachten van den aanleg der tramwegen. Eerstens zullen zij meer reizigers en goederen doen toestroomen naar de staatsspoorwegen. Zij zul len eene aanmerkelijke vermindering brengen in de onderhoudskosten der gewone wegen, groot gemak opleveren voor den dienst der posterijen en de waarde van den grond, dus ook de grondbelasting, doen stijgen. Eindelijk komt de verkorte ver keersweg ook zeer ten bate van den administra tieven, rechterlijken en militairen dienst. Al deze gevolgen, ook als ze maar ten deele aan de verwachting beantwoorden, rechtvaardigen zelfs uit een streng economisch en financieel oogpunt de uitgave van staatsgeld voor dit doel. Hoe moet nu het denkbeeld worden toegepast? Terecht zegt de heer Jottrand in zijn rapport over de wet: verkeerswegen te land en te water, posten en telegrafen, muntstelsel, scholen, crediet- instellingen zijn de middelen van verkeer in alle richtingen van personen, denkbeelden, wetenschap pen, producten en geldswaarden, en dus behooren zij tot het gebied waar de staat kan en moet tus- schenbeide treden." De staat moet echter zijn taak zorgvuldig afba kenen. Evenals bij den aanleg van gewone we gen moet hij subsidie verleenen en minstens de helft van het benoodigde kapitaal geven, mits gemeenten en provincie de andere helft verschaffen. Hij stelt zich dan in staat om op alle aanvragen te ant woorden met een vast aangenomen beginsel en te zeggenzorgt gij voor de helft en gij kunt het alterum tantum bij mij vinden. Dan zal de staat niet licht te ver gaan. Want eer drie of vier plattelandsgemeenten het eens zijn over het be schikbaar stellen van eenig kapitaal en vooral over het aandeel dat ieder harer daarin behoort te dragen, gaat heel wat tijd verloren. De heeren Bisschofsheim en Wellens hebben reeds zes jaren geleden het plan geopperd om voorden aanleg dezer tramwegen eene nationale maatschap pij op te richten, in den geest der maatschappij voor gemeentecrediet, die den aanleg en de exploi tatie voeren zou ten bate der gemeenten, provin ciën en van den staat zonder eigen voordeel. Dit ontwerp houdt, naar het inzicht van den heer De Lavaleye, niet genoeg rekening met de nood zakelijkheid om in iedere onderneming de drijfveer van het persoonlijk belang te brengen, die onmis baar is om goedkoop te exploiteeren. Het belang der gemeenten als drijfveer om de wegen tot stand te brengen, bestaat zeker, maar de meeste gemeenten zullen het niet begrijpen, althans zeker niet er zoozeer van doordrongen zijn dat zij zonder krachtigen stoot van buiten tot samenwer king komen. Men zou het beste doen met eene exploitatie maatschappij op te richten zooals die in Nederland bestaat voor de staatsspoorwegen en zooals men er nu ook in Italië eene wil in het leven roepen. Men zou haar kunnen belasten met den aanleg der wegen voor rekening van de gemeenten en den staat maar voor het kapitaal dat voor de exploi tatie wordt vereischt, zou zij zelve moeten zorgen. Boven zekeren interest voor hare aandeelhouders zou de winst volgens te bepalen verhouding moeten verdeeld worden tusschen de eigenaars van den weg, staat, provincie en gemeenten, en de exploi- teerende maatschappij. Het schijnt de voorkeur te verdienen om deze wegen te maken op normale spoorbreedte, zoodat de spoorwagens zich op de lijnen der buurtspoor wegen kunnen bewegen. Maar vooral moeten weg en exploitatie zoo goedkoop mogelijk worden aangelegd. Men moet beginnen met de tramlijnen langs de bermen der gewone wegen te leggen en zooveel mogelijk alle kunstwerken te vermijden. De exploitatie moet geschieden zonder stations, zonder stationspersoneel en met ophouden langs den weg overal waar dit noodig zal blijken. Dat is het geheim van het go-ahead der Amerikanen. In den beginne maken zij hunne lijnen met eene verwonderlijke zuinigheid en eerst naarmate het verkeer toeneemt, brengen zij verbeteringen aan. Wil men dat de gemeenten zich met hart en ziel wijden aan den aanleg van tramwegen, dan moet men ze niet afschrikken door hooge sommen, want de storting van het kapitaal moet onmiddel lijk plaatshebben, terwijl de mogelijke voordeelen nog in het verschiet en in altijd voor tegenspraak vatbare gevolgtrekkingen liggen. Het bovenstaande samenvattende, kunnen wpj de slotsom trekken dat staatshulp bij den aanleg van tramwegen op de ontwikkeling der volkswelvaart geen minder grooten invloed kan uitoefenen dan de aanleg der staatsspoorwegen deed. Doch alleen onder voorwaarde lo dat de staat helpe zonder zucht om winst te behalen en subsidieere met het denkbeeld dat het geld is weggegeven en alles meevalt wat er in een of anderen vorm van terugkomt; 2o dat de bouw en de exploitatie met de uiterste zuinigheid plaats hebben 3o dat er eene maatschappij wordt opgericht om onder toezicht van den staat het denkbeeld tot rijpheid te brengen, doch met persoonlijk voor deel tot drijfveer, in den geest der Nationale Bank, niet bestuurd door administratieve ambtenaren des rijks. De voorwaarde van slagen, zoowel van de plan nen voor het landbouwcrediet als van de tramwe gen op het platteland ligt in een goede orga nisatie volgens de twee groote beginselen van eiken arbeidpersoonlijk belang en verantwoordelijkheid. Zwolle, 28 April. Tarwe 9.75 a 10.25 rogge 7.50 a 8; boekw. 6.75 a 7; gerst 6.25 a ƒ6; paardenb. 8 a ƒ8.25; aardapp. 1 a 1.50; alles per HL. Boter per stuk 0,90 a 1.10per 20 KL. of f vat prima qual. 22 a 24afw. soort 20 a 21 tweede soort 17.50 a 19. Eieren 2.60 a 3 per 100 stuks. Varkens. Biggen 1.30 a 2 per week; magere en drachtige varkens onveranderd, vette dito, le soort, 50 a 55 ets.2e soort 42§ a 45 ets., per KL. levend gewogen. Huiden. Notitie als vorige week. Toene mende vraag in kalfsvellen. Beugen op Zoom, 29 April. Boter per stuk .82§, halve .66, eieren per 26 stuks .80. STAATSLEENINGEN. Nederland. Cert. N. W. Seh. 2% pet. dito dito dito 3 dito dito dito 4. dito Obl. 1878 1000. 4 België, Obligatien2% Amsterdam, 28 29 April April. 66'/8 67 781/2 100% 1001/a 1003/4 IOOI/2 79 937/g - 783/4 - 993/4 100 82 n 63 633jy> 1r 631/g 637/g 64 6/|l/g 643/8 78 52% Ö07/8 951 4 54.7/a 76% 90% 888/4 871/ig 533/4 54 537/g 84 843/i 82% 753/4 663/4 523/4 91 951/3 55 761/2 87 537/g 54% 841/ig 84I/4 82% 75% «7 Frankrijk Origin. Inschr 3 Hongaiije. Obl. Leening 1867 i 1205 dito Goudleening5 dito dito fl 500 6 Italië. Cert. Adm. Amsterd. 5 Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 dito Fehr.-Aug. 5 dito Jan.-Juli 5 dito April-Oct. 5 dito dito Goud 4 Polec. Obl. Schatkist 1844 4 Portugal. Obl. Bti. 1853/80. 3 dito dito 18815 Rusland. Obl. Hope C. 1798/1815 5 Cert. Inschr. 5e Serie 1854. 5 dito dito 6e 1855. 5 Obligatien 1862 5 dito 1864 10005 dito 1864 1005 dito 1877 dito5 dito Oostersche le serie. 5 dito dito 2e r, 5 dito dito 3e 5 dito 1872 gecon. dito 5 dito 1873 gecon. dito 6 dito 1850 le Leening dito 4% dito 1860 2e Leening dito 4% dito 1875 gecons. dito 4% dito 1880 gecons. dito .4 Cert. Hope Co. 1840 4 dito 2e, 3e, 4e Leen. 1842,44. 4 Obligatie-Leening 1867/69 4 dito dito 1859. 3 Cert. van Bank-Assign. 6 Spanje. Obl. Buit. 1867/75 1% dito dito 1876 2 dito Binnenl. Esc. 5000-10000 1% dito di.to 1876 2 Turkije. Obl. Alg. Sch. 1865 5 dito dito 1869 6 Zweden. Obl. 1880 .4 Egypte. Obl. Leening 1876 4 dito dito 1876 5 Vereen. Staten Obl. 1877 4 dito dito 18764% Brazilië. Obl. Londen 18655 dito Leening 18755 dito 1863 1004l/2 INDOSTRIEELE EN FINANCIEELE ONDERNEMINGEN Nederl. Afr. Hand.-V, aand. pet. 244 2371/2 Ned. Hand.-Maatsch. aand. rescontre5 1111/2 111% Ned. Ind. Handelb. Aand. Stoomvaartm. Java Obl. dito Zeeland Aand1, dito Obl5 h dito gegarand. dito4% u Euitschland. Cert. Rijksbank Adm. Amsterdamu Oostenrijk. Aand. O. H. B. SPOORWEGLEENINGEN. 747h6 74% 283/4 28%6 45% 26% 11% 11% 13% 13%6 677/8 67% 1121/2 1007/g 101 Nederland. Hol!. JJz. Spw. Obl. 18710 V 1073/4 dito Maats, tot Exploitatie van Staats-Spw. Aand 116 Ned. Cent. Spw. Aand. /"250. n 47%6 473/8 dito gesterap. Obl. 250 73% 73% Ned. Ind. Spoorw. Aand. n 1411/a Ned. Rijn.Spw. volgef. Aand. it 151 N.-Brab. Boxt. Obl. gestemp. 1875/80 n 51 Zuid Ooster sp. Obl5 it 100 Hongarije. Theiss. Spoorw. 1031/2 t n 831/4 831/4 Italië. Victor Em. sp. Obl. 3 iJ 537/g n 51% 51% Oostenrijk. E. O. Sp. Obl 3 it 72 Polen. Wars.-Brom. Aand. 4 n Warschau-Weenen dito. H 66 053/4 Hasland. Gr. Sp. Maats. Aand. 5 it 1233/4 124 dito Hypoth. Obligatien 41/2 n 877/g dito dito dito4 n Baltische Spoorweg Aand. 3 ii 47% 471/4 Chark-Azow Oblig. 100. 5 ij 85 841/o Jelez-Griasi dito5 n 82 Jelez-Orel dito f 10005 tr Kursk.-Ch.-Az. Obl. 100. Losowo-Sewastopol 1000. Morschansk-Sysran. Aand. Mosk.-Jarolslaw Obl. 100. Mosk.-K.ursk dito dito Mosk.-Smol. dito dito Orel-Vitebsk Obl. dito Poti-Tiflis dito 1000. Riaschk.-Wiasm. Aand Zuid West Spoorw.-Maats. Amerika. Cent. Pac. Obl. dito California Oregon dito. Cbic. N.- W. Cert. Aand. dito dito le hyp. Cert 1000 dito Mad. Est. Obl dito Menomonee Ds. 500-1000 dito N.-W. Union, dito dito Winona St. Peter dito. 5 11 807/g - 5 n 81% - 5 5 61% - 6 n n 1013/g 1013/g 5 n 5 n 853/4 853/4 5 n 857/g 853/4 5 it 60% 5 n 57S/4 573/4 6 n 112% 112% 6 n 1029/jg 1021/2 dito S.-W. Ob. Ds. 500-1000. 7 120 Illinois Cert. v. Aand St. Paul Minn. Man. Obl. 7 Union Pac. Hoofdl. dito 6 PREMIE LEENINGEN. Nederl. Stad Amst. 100 3 pet. Stad Rotterdam3 Gemeente Crediet3 België Stad Antwerp. 1874 3 dito Brussel 1879 fr. 100 3 Hongarije. Staatsl. 1870 B Oostenrijk. Staatsleening 1854 fl. 250 4 dito 18605 dito 1864 Crediet Inst. 1858 fl 100. Rusland. Staatsl. 3 864 5 dito 1866 5 - 1151/4 1173/4 117% 1073/4 100 931/0 971/s 1193/4 133 108 99% 951/4 96% 94 101 108 144 1507/g 143% Spanje. Stad Madrid fr. 100 3 Turkije. Spoorwegl3 493/4 14 1293/4 497/g 14 Prijzen van coupons okligatiën, Amsterdam 23 April. Oostenrijk. Papier20.90 Oostenrijk. Zilver20.92% Diverse in 11.67% 1, met affidavit u 11.97% Portugeesche11.67% Fransche47.35 Belgische 1/ 47.35 Pruisische58.50 Hamb. Russen Russen in Z. R1.19 Poolsche per Z. R Spaansche Buitenl47.35 1, Binnenl2.27 Amerik. in dollars2.44 en losbare 29 April. 20.921/2 20.95 11.67% n II.97I/2 h 11.67% 47.35 47.35 58.50 L19 47'.35 2.27 2.44 Getrouwd: JAN PEMAN KAKEBEEKE en CONSTANCE DIEDERICA DANCKAERTS.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1882 | | pagina 2