Marine en leger.
Rechtszaken.
Gemengde Berichten.
Weerkundigs waarnemingen.
Staten-Generaal.
8
9
Kinder-arbeid.
nomen werd een voorstel van het bestuur, om aan
het hoofdbestuur in overweging te geven, eene
vaste bepaling te maken nopens de tegemoet
koming, aan de keurmeesters van het vee uit te
keeren, en dat die som, op minstens 10 te
bepalen, door het hoofdbestuur worde gedragen.
Naar wij vernemen, is dezer dagen een ontwerp
besluit aan den koning ter goedkeuring voorgelegd,
dat ten doel heeft de staatsloterij voordeeliger voor
de schatkist te maken. Daarin zou namelijk be
paald zijn dat, te beginnen met de volgende loterij
de inkoopprijs der loten met éen gulden zal worden
verhoogd, zonder dat het den verkoopers vrij staat
aan de spelers koogeren prijs te berekenen en,
zoo die maatregel goed werkt, de verhooging tot
op vjjf gulden zal worden gebracht. NR. Ct
Onlangs behelsde het Dagblad een bericht uit
Twenthe, waarin werd verzekerd dat aldaar in de
laatste tien jaren geen enkele stoomweverij is
bijgebouwd, doch wel een twintigtal firma's tot
liquidatie zijn gedwongen, terwijl van drie groote
stoomspinnerijen, die in de laatste maanden ver
brand zijn, geene werd opgebouwd. Dit alles zou,
volgens den berichtgever, het noodlottig gevolg
zijn van de vrijhandelspolitiek.
Wij hebben, schrijft de Zwolsche Ct
dit bericht laten rusten, wijl ieder, die met de
zaken bekend is, wist dat de feiten minder juist
waren, terwijl de strekking van het bericht op
zichzelf reeds tot voorzichtigheid aanspoorde, wat
de geloofwaardigheid der mededeelingen betreft.
Zoo menig bericht in onze grootere bladen wekt
een glimlach op. Nu echter het N. v. d. D. zich
de moeite gegeven heeft de beweringen aan een
gezet onderzoek te onderwerpen en van »een zeer
geachte en goed onderrichte zijde" eenige toelich
tingen nopens de »feiten" heeft gekregen, meenen
wij wel te doen met deze mededeelingen over te
nemen."
Uit spaarzaamheid met onze ruimte kunnen wij
het voorbeeld der Zw. Ct. niet volgen en moeten
wij ons bepalen tot de mededeeling dat in het Nieuws
het bericht van het Dagblad punt voor punt
weersproken wordt. De spinnerijen in Twenthe,
wel verre van te kwijnen, deelen dividenden van
75 en 8 pet. uit.
Nu dit gezegd wordt in de aan goede bron
ontleende informatie van het Nieuws, en bevestigd
door het blad dat het best op de hoogte van den
plaatselijken toestand geacht kan worden, meenen
wij 'thierbij te kunnen laten.
De audiëntie van den minister van marine zal
op Vrijdag 28 dezer niet plaats hebben.
De Watergeus, kommandant Marinkelle, zoo
meldt de Javabodeis met twee andere oorlog
schepen, de Salak, de Sindoro en de twee stoom
schepen der gouvernements-marine de Koetey en
de Indragirie, naar de Oostkust van Sumatra ver
trokken, en wel naar Indragirie, welks vorst her
haaldelijk doch vruchteloos om de uitlevering van
zijn broeder is verzocht. Men spreekt van nog meer
schepen, die in geval van nood daarheen zullen
gaan. Overste Marinkelle zou in last hebbenden
vorst van Indragirie te bewegen, zijn verontschul
diging te maken of anders af te treden. De schepen
zouden dienen om de kust te blokkeeren.
De oorzaak der gespannen verhouding tusschen
het gouvernement en het Inlandsch bestuur van
Indragirie moet gezocht worden in afpersingen van
eenige rijksgrooten en den moord van eenige Chi-
neezen, waarover zich de goedgezinde inlandsche
bevolking bij den assistent resident van Lingga
nog in 1878 is komen beklagen. Ofschoon door
de ferme houding van den toenmaligen resident
van Riouw, dr. D. W. Schiff, die onmiddellijk een
gouvernementsstoomer derwaarts zond en de bel
hamels aan boord arresteerde, de schrik eronder
kwam begonnen de afpersingen na het vertrek
van den stoomer opnieuw en schijnt het dat de
sedert ter hoofdplaats Ringat geplaatste controleur
niet in staat is het Europeesch gezag te doen
gelden.
Het gisteren door den gemeenteraad van Rot
terdam en heden door de aandeelhouders aange
nomen voorstel, tot overneming der terreinen van
de Rott. Handelsvereeniging voor 4 millioen gulden,
was gedaan door de heeren H. Muller Szn., Roest,
W. van der Hoeven en J. Hudig.
Het voorstel wordt aldus toegelicht in een brief
aan het Utr. Dbl., dien wij overnemen zonder ons
met den inhoud geheel te vereenigen
»Ik geloof, dat die overneming gewenscht is.
Met terzijdestelling van een mogelijk hier en daar
wat rooskleurig rapport, zal ieder, die uit eigen
oogen wil zien, moeten bekennen, dat de handels
beweging aan de overzijde der rivier vooruitgaat
wel is dat nog niet in die mate het geval, als te
wenschen ware, doch men dient daarbij rekening
te houden met twee zaken, die alles drukken,
nl. de algemeene malaise van den handel en
daarbij de nog steeds ongunstige toestand van
den waterweg naar zee. Dat echter in weerwil
van een en ander toch verbetering is waar te
nemen, bewijst te meer, dat de stichtingen aan
de overzijde der rivier voor den handel gaande
weg onmisbaar worden. En op zoodanige terrei
nen moet het vooruitstrevend Rotterdam eigen
heer en meester zijn; het moet de vrije hand
hebben ten opzichte van een stichting, waarvan
voor zulk een belangrijk gedeelte zijn bloei en
zijn toekomst afhangen. Zjjn toekomst, want die
heeft Rotterdam zekervroeg of laat zal Rotter
dam de onmisbare verbeterde verbinding met de
zee bekomen. En nu gaat het niet aan,
die toekomst afhankelijk te stellen van
het beheer eener zoo belangrijke stichting als de
Rott. H. V. door een maatschappij of wat stellig
nog bedenkelijker is door een krachtige buiten-
l&ndsche combinatie.
De kapt. N. H. A. Camp, van het 2e bat.
3e reg. inf. "te Bergen op Zoom, is tegen 28 dezer
(datum der garnizoensverandering) benoemd tot
kapitein voor speciale diensten bij het 5e bat. des
regiments, thans te Middelburg; terwijl de kapt.
J. C. T. Bouman eervol uit deze betrekking is
ontslagen en belast wordt met het bevel over de
4e comp. 2e bat.
Waarschijnlijk in navolging van het regiment
grenadiers en jagers, waar de onooglijke blikken
eetketels reeds sedert lang door steenen borden
vervangen zijn en alleen te velde nog gebruikt
worden, heeft de kolonel-kommandant van het
3e reg. infanterie bepaald, dat na de garnizoens
verwisseling op 1 Mei a. deze verbetering ook bij
zijn korps zal worden ingevoerd.
De kosten van aanschaffing komen ten laste
van het cantine-fonds, terwijl in het onderhoud
door de manschappen zal worden voorzien. [Dbl.)
Bij bevelschrift der rechtbank te Middelburg
van 24 April jl. is Louis Joseph Jacobus Roland,
oud 23 jaren, banketbakkersknecht, geboren en
laatst wonende te Veere, verwezen naar den pro
cureur-generaal bij het gerechtshof te 's Gravenhage,
ter zake dat hij op 2 Oct. 1881 in de woning van
Cornelis Hendrik Snijders, te Veere1° dezen
moedwillig met een mes verschillende wonden aan
den hals en elders heeft toegebracht die den dood
hebben tengevolge gehad, en zulks met voorbe
dachten rade, om zoodoende het plegen van na te
melden diefstal mogelijk te maken, immers en
althans terwijl de doodslag gevolgd, vergezeld of
voorafgegaan is geweest, door twee andere hierna
te melden misdrijven 2° te diens nadeele arglistig
heeft weggenomen en zich toegeëigend onder
anderen een gouden horloge en een gouden bril;
3° getracht heeft die woning, die ter weerszijde
grenst aan en verder omgeven is door andere
bewoonde huizen, waardoor alzoo gevaar voor
menschenlevens te voorzien was, in den brand te
steken, door het gekleede lijk en den houten vloer
van een der kamers met petroleum te begieten
en die vervolgens te doen ontvlammen, tengevolge
waarvan de kleederen, het lijk zelf en een zich
op den vloer bevindend breiwerk gedeeltelijk zijn
verbrand en brandvlekken op den vloer zijn ver
oorzaakt, zijnde het aan van des daders wil onaf
hankelijke omstandigheden toe te schrijven, dat
de beoogde brandstichting hare uitwerking gemist
heeft.
In deze zaak zijn in de instructie 92 personen
gehoord.
Roland blijft voortdurend zijne schuld ontkennen,
niettegenstaande hij in het bezit is geweest van
het ontvreemde horloge en den gouden bril, en
het horloge door hem bij Oscar Biels te Antwerpen
is verkocht, bij wien het door de politie in
beslag is genomen.
Op de gisteren avond in het Schuttershof alhier
gehouden 64e jaarlijksche algemeene vergadering
van de kunst en wetenschap bevorderende maat
schappij V. W. werd aan de heeren J. C. Milborn
en W. Appel, uit erkentelijkheid voor de regeling
der soirees, ieder een fraaie zilveren sigarenstanderd
aangeboden, met het inschrift»V. W's. dames
aan den heer J. C. Milborn (W. Appel) 1882."
Kierikzee, 25 April. De nachtwacht alhier
had in den afgeloopen nacht een geluk dat niet
iederen nachtwaeht te beurt valt, namelijk op de
straat een som in bankpapier en coupons van
ruim 300 te vinden. De verliezer, dien men wel
een gelukkige verliezer mag noemen, was heden
weder spoedig in het bezit van het verlorene.
De zee stond eergisteren gedurende de overvaart
van het Engelsche jacht Victoria and Albert zoo
hol, dat door het slingeren van het schip een
stoombarkas van aanzienlijke waarde totaal verlo
ren ging, daar het stoomschip die tot zijn eigen
behoud moest laten glippen.
Naar men verneemt zal de stoomtram Bergen
op ZoomTholen op 1 Sept. a. voor het publiek
verkeer geopend worden.
Eenigen tijd geleden had een zoon van den
zadelmaker T., uit Silvolde, de onvoorzichtigheid,
nabij Terborgh met zijn klomp naar een haas te
gooien, doch zonder het dier te raken. Het toeval
wilde echter, dat een paar aanzienlijke dames uit
Den Haag daar juist voorbij wandelden, en op hare
aanklacht werd de knaap vervolgd wegens over
treding der jachtwet. De zaak werd voor den
kantonrechter behandeld, en de knaap veroordeeld
tot eene boete van ƒ15 of subsidiair 6 dagen ge
vangenisstraf.
Nu de majesteit der wet is gehandhaafd en des
hazen leven gered, mag men vertrouwen, dat de
twee aanzienlijke dames uit Den Haag" de vijf
tien gulden wel betalen zullen, die de jongen
zeker niet te missen heeft. Uit dankbaarheid dat
het leven van een haas werd gespaard, mogen zij
het offer wel brengen.
Zooals wij gisteren reeds korter gemeld heb
ben, brak Maandag avond omstreeks 6 uur een
zware brand te Amsterdam uit. De mouterij van
de bierbrouwerij De gekroonde Valk, aan de Hoogte
van den Kadijk, stond in lichterlaaie. Drie stoom-
en handspuiten en de drijvende Jan van der Ileijde
waren in weinig tijds ter plaatse om gezamenlijk
de vuurmassa te smoren. Vier uren lang tartten de
vlammen, die tot op de verste punten der stad
zichtbaar waren, de krachtigste pogingen der
brandweer.
Omstreeks half elf was het gevaar geweken.
Gisteren ochtend nochtans was de drijvende stoom
spuit nog in werking. Brouwerij en kuiperij ble
ven ongedeerd.
Het ongeval zal geene stoornis in de werkzaam
heden der brouwerij teweeg brengen.
De hoogbejaarde regent van Sidhoardjo op
Java, indertijd met den commissaris-generaal Elout
als zoon van den regent van Soerabaja naar Hol
land meegenomen, en door zijn bekendheid met de
Nederlandsche taal en gewoonten, bekend onder
den bijnaam van Jantje van Amsterdam, neemt zijn
ontslag. Hij had het er vergeefs op gezet, om,
gelijk de heer Elout hem destijds had voorgespie
geld, eenmaal in zijns vaders regentschap te Soera
baja op te volgen. De regent van Sidhoardjo is
echter van gelijken rang als die van Soerabaja,
en zelfs zal hij, zegt men, opgevolgd worden,
door den tegenwoordigen regent van Soerabaja,
terwijl in diens plaats geen nieuwe regent zou
benoemd worden.
De hoogere burgerschool te Soerabaja schijnt
zoowat in de war te loopen. Orde ontbreekt er. In
de Soer. Ct. vindt men karakteristieke verhalen
daarover. Docenten klagen, dat de directeur hen
niet steunt. Leerlingen klagen, dat de directeur
den leeraren altijd gelijk geeft. De commissie
van toezicht, die nooit de lessen bijwoont, is meer
geneigd om éen dan om allen, den directeur dan
de leeraren, de schuld te geven. De publieke
opinie vereenigt zich met de commissie. De Soer.
Ct. verdedigt den directeur, en de directeur van
het departement van onderwijs handhaaft hem.
Waardoor nu de orde op de H. B. S. terugge
bracht zal worden, is nog niet duidelijk.
Alleen is de commissie van toezicht afgetreden
en een nieuwe benoemd.
De financieele schandalen te Parijs zijn nog
niet uit. In de laatste vergadering van de Anglo-
Universal Bank vroeg de heer Ambrosi, kapitein
der sappeurs-pompiers te Parijs, het woord. Hij
sprak over enkele gebeurde zaken en met groote
vrijmoedigheid, want
rieu 11'est sacré pour tin sapeur,
besloot hij zijne woorden aldus: »De schurken,
ik herhaal de schurken, die zich bedekken met
het masker van den godsdienst om eerlijke lieden
te bedriegen, moeten aan de justitie worden be
kend gemaakt. Daarom verzoek ik den president
wel in omvraag te willen brengen of de vergade
ring van oordeel is dat de heeren Baragnon, séna-
teur, graaf De Pres, baron Joran, graaf Du Demaine
en prins De Lncinge behooren gebracht te worden
voor de correctioneele rechtbank." De bank is
intusschen failliet. De genoemde personen zijn
allen zwendelaars, die tegen hoog loon zitting
hadden in den raad van administratie eener rotte
bankinstelling, 't Zijn in dit geval allen clericalen,
maar dit bewijst nietsde liberale staatslieden
trekken geen mindere voordeelen uit de groote
financieele inrichtingen, al is het dan misschien
op andere wijze. Zeer opmerkelijk was het hoe
onlangs de Siècle, die van oordeel is dat een
staatsman in dergelijke lichamen geen zitting mag
hebben, voor den open post van procureur-generaal
bij het hof van cassatie zeer warm den oud-mi
nister Cazot aanbeval, als uitnemend jurist en
eerlijk man. Pas echter had het blad niet ver
nomen dat de heer Cazot commissaris was eener
provinciale bank, of het trok zijne gansche aan
beveling in.
Na een zeer onaangename zeereis is prinses
Helena van Waldeck-Pyrmont met hare ouders
gisteren morgen in Engeland aangekomen. De
Victoria and Albert kwam om half acht voor
Queenboro. Om half elf bracht een extratrein
aldaar prins Christiaan van Sleeswijk-Holstein en
generaal Du Plat, welke door de koningin waren
afgezonden om de bruid en hare familie naar
Windsor te begeleiden. Zij ontbeten met de rei
zigers aan boord, waarna om kwart over elven
prinses Helena voet aan wal zette in haar nieuwe
vaderland. De gemeenteraad van Queenboro stond
haar op te wachten en bracht haar een hartelijken
welkomstgroet, toen zij aan den arm van prins
Christiaan de pier betrad. De prinses antwoordde
met luide stem»Ik dank u vriendelijk voor uw
hartelijk welkom in mijn nieuw vaderland. Dank,
zeer veel dank voor uwe groote vriendelijkheid
bjj mijne aankomst." Tusschen twee rijen dames,
die bloemen strooiden voor hare voeten, ging de
prinses naar haren salonwagen, waar ze zich zoo
lang mogelijk aan de verzamelde menigte ver
toonde. Zij was gekleed in een licht blauw gebloemd
zijden kleed, afgezet met zalmkleurig satijnen
boordsels en een hoed in dezelfde kleuren, met
gouden bolletjes opgemaakt. Een korte zwarte
mantel met drie rijen zware kant opgemaakt,
beschermde haar tegen het gure weder. Want
toen het reisgezelschap te Windsor kwam, regende
het geducht. Hier was weder de gemeenteraad op
het perron met eene eerewacht en muziek. De
bruidegom, prinses Christiaan, prinses Beatrice en
de hertog van Connaught haalden de bruid af.
Rotterdam. De vergadering van aandeel
houders der Rotterdamsclie Handelsvereeniging heeft
het aanbod der gemeente, tot overneming van
het terrein der Rott. Hv. voor 4 millioen voor
waardelijk aangenomen. De commissarissen zijn
gemachtigd met de crediteuren der vereeniging te
onderhandelen.
Goes. Bij de heden plaats gehad hebbende
verkiezing, bij herstemming, van een lid der pro
vinciale staten, hebben van de 262 kiezers 196
gestemd.
- In de vergadering van het waterschap de
Breede Watering bewesten Yerseke werd een uit
voerig rapport uitgebracht door den ingenieur
Verweij uit Middelburg, omtrent de verbetering
der suatie der gronden aan deze zijde van het
kanaal. Op de voordracht voor gezworen zijn ge
plaatst de heeren M. Y. Iwaarden, P. Hirdes en
P. Verslui) s.
26 April des morgens te 8 uren.
NAMEN
DER
PLAATSEN.
Delfzijl
Groningen
Den Helder
Vlissingen
Maastricht
Sylt
Shields
Valentia.
Hamburg
Swinemunde
Leipzig
Carlsruhe
Grisnez
Parijs
St Mathieu.
Biarritz
Perpignan
Christiaansund.
Stockholm
Kopenhagen
Stornoway
Ba-
Wind-
Toe
Tem-
rom.
stand
pera-
afwijk.
richt.
kracht.
Inoht.
tnnr.
Cels.
23.9
Z
4
betr.
9
9
9
7
8
24.8
Z
2
z. bew.
25.9
z
2
z. bew.
19.6
"WNW
5
regen
17.8
ZW
3
regen
21.7
Ozo
3
regen
15.0
NNO
5
regen
7
8.0
ONO
1
betr.
8
4- 10
21.4
zzw
5
betr.
15.6
zzo
5
betr.
9
I2
12
16.5
ZZW
7
z. bew.
14.6
ZW
9
betr.
12.2
WNW
5
betr.
2
8
ll
13
12.9
WZW
3
1. bew.
12.1
NO
1
betr.
9.6
stil
0
betr.
6.5
stil
0
z. bew.
16.2
NO
4
mist.
3
13.6
ZZW
4
betr.
8
18.0
ZZO
4
regen
8
9.1
N
6
4
Grootste verschil in Nederland
'sochtends 8 uren: M. 8.1 H.
des namiddags
Thermometerstand te Middelburg.
25 Apr. 's avonds 11 uren 49 gr.
26 's morgens 8 uren 45 gr. 's middags 1 uur 52 gr.
'a avonds 5 uren 48 gr. K.
De regeering heeft een wetsontwerp ingediend,
houdende wettelijke bepalingen tot het tegengaan
van overmatigen arbeid en verwaarloozing van
kinderen.
In 't algemeen wordt het arbeiden verboden
aan kinderen beneden de twaalf jaren. De thans
voor den veldarbeid bestaande uitzondering vervalt
dus. Alleen zal voor hoogstens zes weken per jaar
vergunning kunnen worden verleend om kinderen
boven de negen jaren op het veld te laten arbeiden
tusschen 6 uren 's morgens en 7 uren 's avonds, be
halve de drie eerste uren van den namiddag. De
vergunning zal kunnen gegeven worden door gede
puteerde staten en wel voor elke gemeente in 't
bijzonder. De gemeenteraad en de rijks-ambtenaar
met het toezicht op den kinderarbeid belast (in
specteurs en adjunct-inspecteurs die daarvoor aan
gesteld worden) dienen het genoemde collegie van
advies. Bij gebleken lichamelijke onbekwaamheid
van een kind beneden de 16 jaren wordt het doen
van verderen arbeid afhankelijk gemaakt van een
geneeskundig advies.
Wat de kinderen boven de 12 en beneden de
16 jaren betreft, wordt aan de regeering opgedra
gen om bij algemeenen maatregel van inwendig
bestuur aan te wijzen de soorten van arbeid, welke
aan de bedoelde kinderen hetzij geheel verboden
zijn, hetzij hun slechts onder zekere voorwaarden
vergund worden.
Aan kinderen beneden de 16 en boven de 12
jaar vergunt het wetsontwerp geregelden arbeid te
verrichten, doch het bepaalt tevens een maximum
voor hun werktijd (6 uren, 7 uren, 8 uren of 9 uren
daags, voor 12-, 13-, 14- en 15-jarigenleeftijd) be
houdens afwijking voor bepaalden takken van
nijverheid. Tevens is het verboden een kind be
neden de 16 jaren arbeid te laten verrichten op
Zondagtenzij hem een ander etmaal per week
voor de Israëlieten bv. Zaturdags, als rustdag gegund
worde.
(Huishoudelijke diensten worden als arbeid aan
gemerkt bijaldien het kind daarvoor gehuurd is,
en daarop is laatstgemelde bepaling niet toepasse
lijk.)
De bewering dat nijverheid en handel gevoelig
benadeeld worden door het gemis van den goed-
koopen kinderarbeid, wordt door de ervaring
gelogenstraft; nergens verlangt men onbeperkte
vrijheid terug. De regeering meende een geheel
nieuwe wet te moeten geven, daar die van 1874
blijkens de jurisprudentie onvatbaar is voor her
ziening; die wet laat achterdeuren open, welke
het verbod grootendeels illusoir maken.
Het 12jarig kind kan, moet zelfs, geregelden
arbeid verrichten om zijn ambacht te kunnen
leerenmaar het moet daardoor niet overspannen
worden en tijd hebben voor herhalingsonderwijs.
Na een overzicht te hebben gegeven van de
voornaamste buitenlandsche wetgevingen, consta
teert de regeering dat daarmede is te rade gegaan
in verband met onze toestanden.
Het kwaad van den veldarbeid is, blijkens de
ondervinding, zeer uitgebreid en door de wet van
1874 nog vergrootdie arbeid moet verboden
worden, zal men resultaten verkrijgen. Maar niet
geheelwant soms zijn ook de kinderen op het
veld dringend noodig, als het bedrijf geen uitstel
gedoogt. Waar en wanneer dit het geval is,
verschilt echter geheel naar de locale omstandig
heden. Aan de gemeenteraden kan daarover de
beslissing niet worden gelaten, want somtijds
zouden er persoonlijke belangen bij in het spel
komen. Vandaar de opdracht aan gedeputeerden,
enkel met 6 weken 'sjaars als grens, terwijl
art. 10 voorts repressieve maatregelen beschikbaar
stelt in het belang van zwakke kinderende
onderwijzer zal deze kennen en aan het toezicht
aanwijzen, dat dan ten slotte den geneesheer laat
beslissen. Om intusschen ook in die weken nog
overmatigen arbeid te voorkomen, zijn ook daar
omtrent de enkele beperkingen voorgeschreven.
Voor den arbeid van 12—16jarigen is in hoofd
zaak de Duitsche wet gevolgd. Het zg. halftime-
systeem heeft de regeering daarvoor niet aanvaard,
omdat het ten aanzien van het onderwijs te veel
practische bezwaren oplevert.