N° 87
125e Jaargang.
1882.
Donderdag
13 April.
FEUILLETON.
SCHULD EN BOETE,
Benoemingen en "besluiten.
Onderwijs.
Dit blad versc^jnt dagelijks,
met uitzondering van Z,on- en Feestdagen.
Prijs per 3/mXfranco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels/" 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buiterland: de Compagnie générale de Puhlicité G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
Middelburg 12 April.
Eene eenigszins volledige statistiek der beroepen
en bedrijven ontbreekt tot dusver, gelijk in 't alge
meen de statistiek, welke een overzicht van 't in
dividueel en maatschappelijk leven in bijzonder
heden geven zou, nog bijna geheel geschapen moet
worden. Daarom is iedere bijdrage tot deze be
langrijke bron van kennis van gewicht en laten
wij hier eene mededeeling volgen, door den heer
M. Mees te Rotterdam, lid der bekende kassiers
firma R. Mees en zoonen, aan de t ereeniging van
kantoorbedienden aldaar gedaan.
De beer M. schrijft bij de toelichting van zijne
statistiek o. a. het volgende
«Die opgaaf is in twee opzichten belangrijk.
Vooreerst omdat daaruit blijkt, dat bet bedrijf van
kantoorbediende niet altijd tot de ongezonde be
drijven behoort. Ten tweede, omdat trouw en
eerlijkheid van bedienden, en goede verstandhouding
van patroons en bedienden nog inheemsch blijken
te zijn bier ter stede.
«Tot toelichting van die opgaaf alleen nog het
volgende.
Hoogst zeldzaam komt het voor, dat een be
diende vrijwillig of gedwongen ons kantoor ver
laat. Vertrek wegens verbetering van positie bij
anderen heeft bijna nooit pkats. En zoover ik mij
van de laatste 26 jaar herinner, is het, op een
personeel, vroeger ca. 20, nu ca. 50 personen sterk,
slechts viermaal voorgekomen, dat wegens oneer
lijkheid ontslag moest worden gegeven./
Jaar van
komst
op 't kantoor
Aantal
bedienden in
dat jaar
op 't kantoor
Daarvan
zijn nu. nog
op 't kantoor
Aantal
van
dienstjaren.
1866
34
19
16
1864
30
16
18
1863
27
13
19
1861
26
12
21
1860
24
10
22
1856
20
9
26
1853
19
8
29
1852
18
7
30
1850
16
6
32
1841
16
5
41
1839
16
4
43
1832
11
3
50
1823
8
2
59
1820
8
1
62
Het spreekt van zelf, dat in bovenstaande op
gaaf onder het aantal nog op 't kantoor van
eenig jaar, ook begrepen zijn zij die vroeger wa
ren aangekomen.
Men schrijft uit Nieuwer-Am stel aan de Amster
dams che courant'.
Sedert het bekend is geworden dat het wets-
8
door Johnny Ludlow.
EERSTE DEEL.
De andere kamer was de mooie kamer. Mary
Layne zat daar te studeeren op een oude piano.
Zij had niets van dit alles gezien of gehoord en
stond heel verwonderd op toen er iemand binnen
gelaten werd. Een deftige dame, die Mary niet
kende of herkende, stak haar een sierlijk gegan-
teerde hand toe en zei dat zij op haar vader
geleek. Dat was de eerste ontmoeting van Mary
met Lady Chavassezij was juist weer thuis
gekomen van een zeer vermoeiende betrekking,
waartegen hare krachten niet bestand waren.
»Ik zou u overal herkend hebben als de
dochter van mijnheer Layne, zelfs al kwam ik u
op straat tegen", zei Lady Chavasse vriendelijk.
Mary bloosde vreeselijk. Lady Chavasse vond
haar een elegant meisje, ondanks haar dun zwart
zijden japonnetje en heel mooi ook. Ten minste
het was een lieve verschijning en Mylady was
Zeer met haar ingenomen. Mevrouw Layne was
van den schrik hekomen, had haar boezelaar afge
daan en kwam binnenen Mary, die ook heel
jjederig van aard was, ofschoon niet op dezelfde
ontwerp betreffende eene verandering in de grens
scheiding tusschen Amsterdam en deze gemeente
door den minister van binnenlandsche zaken is
teruggenomen, worden de lezers van sommige
nieuwsbladen onthaald op mededeelingen, waarvan
de strekking is hen in den waan te brengen, dat
wel spoedig een nieuw wetsontwerp, 'twelk in
hoofdzaak hetzelfde zou beoogen als dat hetwelk
pas is teruggenomen, te verwachten is. Aan gede
puteerde staten van Noord-Holland zou ook reeds
een nader onderzoek ter voorbereiding van zoo
danig nieuw ontwerp zijn opgedragen, enz. Maar
al wat daarover in die bladen staat te lezen, is
uit de lucht gegrepen. Zoodra in officieele kringen
bekend was welk het lot van het wetsontwerp
wezen zou, is het initiatief genomen tot maatre
gelen, waaruit op afdoende wijze blijkt dat het
voornemen bestaat, de grenzen der gemeente
Nieuwer-Amstel te laten zooals ze zijn, terwijl van
gedeputeerde staten, ook in het vervolg, geene
medewerking te verwachten is tot afscheiding van
een gedeelte van Nieuwer-Amstel.
«Vermoedelijk zal spoedig wel op officieele wijze
blijken en openbaar wordenwaarin die maatre
gelen, welke thans in voorbereiding zijn, bestaan."
Het blijkt uit de jongste mailberichten, dat de
geruchten betreffende ongeregeldheden te Palem-
bang geheel ongegrond waren. Volgens particu
liere en officieele berichten was de toestand aldaar
zeer rustig.
De minister van financien heeft aan burg. en
weth. van Den Haag betreffende den toestand
van het Haagsche Bosch medegedeeld, dat de
noodige maatregelen voor het inboeten en beplan
ten van het Bosch genomen zijn en dat met de
geheele wegruiming der gevallen hoornen niet
eerder dan thans kon worden aangevangen. Hij
verzekert echter, dat onder de leiding van den
ervaren deskundige, den heer Zocher van Haar
lem, al de zorgen aan het Bosch zullen worden
besteed, die trots de geringheid der bijdrage van
1000, welke de gemeente zich jaarlijks voor-
het onderhoud getroost, in billijkheid kunnen
worden gevorderd.
Te 's Gravenhage is op verschillende plaatsen
een adres aan den koning ter teekeninggelegd,
om Z. M. te doen afzien van het plan tot afbre
king van het paleis van wijlen den overleden
kroonprins. Het verzoek wordt aldus gemotiveerd:
«Dat het paleis door zijn fraaien gevel en zijn
geheele bouworde een architectonisch kunstwerk
is, en als zoodanig een der weinige karakteristieke
gebouwen, waarop Z' M° residentie nog bogen
kan, en waarvan het verlies onmogelijk vergoed
zou kunnen worden door een blok moderne huizen,
dat daarvoor in de plaats zou komen.
«Dat het voor allen, die aan de traditiè'n van
vroegere dagen hechten, als herinnering aan aan
zienlijke Nederlandsche geslachten, als Van Was-
senaer, Cats enz. onmiskenbare historische waarde
heeft.
«Doch, wat boven alles geldt, aan dat gebouw
manier als haar moeder, ging bescheiden de kamer
uit.
Mylady was een en al vriendelijkheideven
als zij vroeger geweest was. Misschien bracht het
zien van mevrouw Layne haar de dagen voor den
geest, toen zij zelf verdriet had, een weduwkap
droeg en niet wist hoe de zaken voor haar zouden
afloopen. Zij vertelde mevrouw Layne dat zij
dien morgen in gedachte tot den knecht gezegd
had om naar mijnheer Layne te rijden en eerst
toen zij de weduwe aan het venster zag haar
vergissing bemerkte.
Zij sprak van haar zoon Geoffrey, prees zijn
goedheid en voortreffelijkheid en verzocht mevrouw
Layne voor het feest van den 20en, zeggende dat zij
met haar twee dochters moest komen, en dat er
geen verontschuldigingen werden aangenomen. En
mevrouw Layne liet met honderde dienaressen,
welke haar zeer weinig flatteerden, want ze was kort
en dik, Mylady zelf uit en stond te neigen totdat
het rijtuig uit het gezicht was.
«Wij zullen den 20"ten gaan" zei zij tot haar
dochters «ik wilde niet gaarne neen zeggen en ik
wil ook wel eens zien hoe de jonge baron eruit
ziet. Hij was als kind zoo mooi, dat het een lust
was hem te zien. En er zullen zeker menschen
van onzen stand zijn, waar wij ons bij kunnen
aansluiten en het is in de open lucht zoodat wij
ons niet vreemd zullen voelen."
Maar toen de dag aanbrak en zij op de hoeve
waren, schenen zij zich wel vreemd te gevoelen,
't Zjj dat zij in het gedrang niemand van «hun
is voor ons de herinnering verbonden aan den zoo
algemeen beminden Koning Willem II, wiens aan
denken nog in de harten van zoovelen van het
tegenwoordige geslacht leeft en wiens geliefkoosd
verblijf, dat hij met zooveel voorliefde vergrootte
en uitbreidde en met zijne beroemde kunstschatten
verrijkte, wij met een innig gevoel van weemoed
zouden zien vernietigen."
Tê 's Hage is bericht ontvangen dat de kapitein
ter zee H. van Goens, adjudant des konings, toe
gevoegd aan het huis van den prins van Oranje,
waarbij hij als hofmaarschalk fungeerde, is over
leden in Zwitserland, alwaar hij tot herstel zijner
gezondheid verblijf hield. Hij was een zeer ver
dienstelijk en kundig zeeofficier en vroeger chef
van het personeel bij het departemen| van marine.
De gewone audientiën van de ministers van
oorlog en van waterstaat zullen op Donderdag
den 13eï dezer niet plaats hebben.
De Staatscourant vermeldt de vereiscbten voor
het in de maand Augustus a. te houden examen
voor de betrekking van leerling-telegrafist.
De Staatscourant bevat het eerste gedeelte van
een, naar het schijnt, zeer uitvoerig rapport over
«de nieuwste ontdekkingstochten in de Noordelijke
IJszee en den handel op Siberie."
Van wiens band dit rapport is, wordt niet aan
geduid. Dit ware misschien niet overbodig ge
weest om de weinige lezers, die in het officieel
blad iets anders zoeken dan benoemingen, besluiten
en bekendmakingen, tot lezing van dit «niet-
officieel gedeelte" uit te lokken.
De burgemeester van Franeker waarschuwt tegen
de handelingen van J. van den Berg, of J. van
den Berg en C0., aldaar sedert eenigen tijd ge
vestigd. die onder den naam van De onderlinge
Waarborgmaatschappij te Franeker, in verschillende
nieuwsbladen aankondigt, dat door hem huwelij
ken gesloten, betrekkingen verstrekt, sigaren met
bons geleverd en speelwerken tegen afbetaling in
termijnen verkocht worden. Ook is door J. van
den Berg eene maatschappij tot uitkeering bij
ziekte en overlijden opgericht, en roept hij fabri
kanten en bandelaren in Nederland op, die door
agenten, correspondenten of verkoopers wenschen
vertegenwoordigd te worden.
Eene eerste voorwaarde echter, om van eene
dier instellingen met goed gevo'g gebruik te
kunnen maken, is toezending van 5 of ƒ10,
voor inleggeld en voorloopige onkosten of be
moeiingen.
Het is gebleken, dat na toezending van gemelde
bedragen J. van den Berg of in het geheel niet
meer antwoordt, of zich op de eene of andere
wijze van de zaak afmaakt, zonder iets te ver
strekken of te leveren.
Wijk-aan-Zee, dat weldra door een stoomtram
met het station Beverwijk verhonden zal worden,
wordt ingericht tot een zee-badplaats.
stand" vonden, of dat die er niet waren, dat wist
mevrouw Layne niet. Eenmaal kwamen zij in
de nabijheid van Lady Chavassemaar die was
omringd door een menigte heeren en dames, boog
uit de verte en wenkte hen met de hand toe
als wilde zij zeggen: «Doet alsof gij thuis waart;
maar laat mij met rust" en mevrouw Layne neeg
en hield zich op een afstand. Het was een heer
lijke dag en heel warmzij zat met hare dochters
op een bank in het park, luisterde naar de
muziek, keek naar de menschen en was benieuwd
te weten wie de jonge baron was. Er verlie
pen eenige uren op die manier en zachtjes aan
werd de tuin ledig. De gasten aten en dronken
in een tent, op eenigen afstand, allemaal heeren
en dames, bij wie zij zich niet durfden voegen.
Eensklaps verscheen er een jongmensch, die van
verre de eenzame groep opgemerkt had, een
dikke dame in den rouw en twee jonge meisjes
met lieve witte hoedjes en nieuwe zijden japon
netjes.
«Wilt gij mij veroorloven u ergens te bren
gen waar gij iets kunt gebruiken zei hij, zijn
hoed afnemende, tot mevrouw Layne. Zij wachtte
even met haar antwoord, getroffen doorzijn uiter
lijk, zooals zij later zei, want hij deed haar zoo
aan sir Peter denken. Het was een even mooi
gelaat als dat van sir Peter geweest was, glad
geschoren, behalve een paar fijne bakkebaarden
en als het niet de vriendelijke blauwe oogen van
sir Pbter waren, dan was haar geheugen geheel
in de war. Maar zjjn kleeding bracht haar aan
Op de hooge duinen aan het strand aldaar,
waar men met volle teugen de zeelucht inademt,
heeft men een onbelemmerd uitzicht op de onaf
zienbare watervlakte. Aan de eene zijde ziet men
den vuurtoren van Egmond, aan de andere de
uiteinden der havenhoofden van IJmuiden, verderop
de schepen te Zandvoort, terwijl landwaarts in de
St. Bavo van Haarlem en de Amsterdamsche Wes
tertoren in het verschiet zichtbaar zijn. Als men
van daar neerziet op het dorpje, dan ligt het daar
zoo kalm en landelijk, dat men haast wenschen
zou dat het zoo mocht blijven als het is, in zijn
eenvoud en kleinheid.
Maar dat kan niet; Wijk-aan-Zee is zijn ont
wikkelingstijdperk ingetreden en gaat vooruit. De
bevolking neemt voortdurend toe. De gronden
zijn sterk in prijs gestegen; een perceel van 800
vierk. meters werd onlangs verkocht voor 2100,
terwijl het voor 1| jaar ongeveer ƒ200 had op
gebracht. En de Maatschappij zit niet stil met
haar plannen om Wijk-aan-Zee tot een aanlok
kelijke badplaats te maken. Overal wijst men
plaatsen aan waar villa's zullen verrijzen, en de
architect Van Gendt is er met de zijnen reeds
druk in de weer.
Deze villa's zullen niet uitsluitend voor de zoo
genaamde deftige standen zijner komen ook
meer burgerlijke woningen, tei beantwoording aan
het doel dat men zich voorstelt: het verblijf aan
deze badplaats meer binnen ieders bereik te
brengen. Voorts komt er een bazar, een «zee
café" op een duin, niet ver van het badhotel, en
op een lief plekje in het duin wijst men u de
plaats waar het ziekenhuis voor kinderen, die de
zeelucht behoeven, verrijzen zal. Dat alles zijn
veranderingen ten goede, waarvoor men, wèl be
schouwd, het poëtisch-landelijk aanzien wel mis
sen wil.
Inmiddels draagt de directie zorg, dat de bad
gasten voor het aanstaande seizoen reden zullen
hebben tot tevredenheid. Hier aan het strand,
waar nu nog volstrekte eenzaamheid heerscht,
zullen weldra tal van welingerichte badkoetsen
gereed staan om badlustigen in zee te brengen,
en het hotel, waarheen wij nu langs de verleden
jaar geopende, door het duin aangelegde Swaan-
straat" temgkeeren, is met zijn 156 kamers met
zorg ingericht en van alle gemakken voorzien.
(N. v. d. D.)
burgemeesters. Benoemd tot burgemeester van
Dodewaard, A. D. Duys; van Mheer, J. F. Ernon.
weerbaarheid. Benoemd bij het korps, gevormd
uit de vereeniging tot vrijwillige oefening in den
wapenhandel Prins Hen rik te Veere, tot kapitein-
kommandant G. P. Wijnmalen; tot lts luitenant
P. Brouwer.
Door den heer S. van Kakerken, verleden week
te Breda overleden, is 10,000 vermaakt aan de
't twijfelen hij droeg een donker blauwen rok
en een grijzen broek, een wit vest met een gouden
ketting waaraan een cachet hingalles heel mooi
en netjes, maar hoogst eenvoudig. Wat zij verwacht
had dat de baron anders zou aangehad hebben,
kon mevrouw Layne later nooit met zich zelf eens
worden: misschien wel purper met goud!'
«Verzoek excuus, mijnheer" zei zij einde
lijk «maar ik geloof stellig dat gij sir Geoffrey
zijt?"
«Ja dat ben ik!"
«God zegen mij!" riep mevrouw Layne uit-
Zij vertelde hem met veel dienaressen wie zij was
en voegde erbij, ter verontschuldiging dat zij daar
gevonden werd, dat zijn moeder haar met haar
dochters uitgenoodigd had en van geen weigering
wilde hooren. Geoffrey bood haar zijn arm aan
om haar naar de tent te geleiden en keek achter
zich naar, de «meisjes" en herinnerde zich dat
zijn moeder hem gesproken had van «een allerliefst
meisje, Geoffrey, de dochter van dien armen Layne,
en wezenlijk elegant." Ja zij was allerliefst en
elegant ook, vond Geoffrey. De oudste geleek op
haar moeder, klein, dik en hij kon het niet
helpen, burgerlijk. Hij vertelde mevrouw Layne
dat hij zich haar man nog kon herinneren, en dat
hij hem eens een lit had laten doen voor hem op
zijn paardin een woord in die paar minuten won
hij, door zijn minzaamheid, de genegenheid der
doktersweduwe.
De tent was propvol. De knechts liepen af en
aan en men hoorde veel gerammel met meesweg