Ua baar dood,
MJDDELBURGSCHE COURANT
FEUILLETON.
BIJVOEGSEL
Middelburg 1 April.
Marie von Ebner Eschenbach.
VAN DE
VAN
Maandag 3 April 1882. N°. 79.
t
Het programma van liet 35e landhuishoudkundig
congres, dat van den 26™ tot den 29™ Juni dezes
jaars te Wageningen gehouden zal worden, bevat
50 punten van beraadslaging.
Een deel daarvan zal wel weder niet in behan
deling komen uit gebrek aan tijd. Het blijft
altijd een raadsel, welk nut het heeft zulk een
lange lijst samen te stellen, die onmogelijk af te
doen is en die zeker het nadeel heeft van de
studiën, welke de toekomstige cóngresbezoekers
zich mochten voornemen, meer te versnipperen
dan wensche \jk kan zijn.
Wat hier .m zij, wij zullen beproeven uit den
ons aangeboden weelderigen voorraad eenige hoofd
punten aan te stippen.
Onder de punten voor de algemeene vergadering
merken wij op, de hernieuwde overweging van de
oprichting eener algemeene Ned. landbouwmaat-
schappij, tot welke een eerste stap gedaan is nu
in 't volgende jaar eene internationale landbouw
tentoonstelling gehouden zal worden, tot welke
nagenoeg alle landbouwvereenigingen zich hebben
aaneengesloten.
De onderwerpen op den practischen landbouw
betrekking hebbende, omvatten een groote ver
scheidenheid, gelijk uit het volgende blijkt. De
voertuigen. De vermenging van gronden uit ver
schillende landstreken. De kunstmeststoffen. Het
turfstrooisel. De teelt van soyaboonen. De uit
komsten, met nieuwe landbouwgewassen in de
laatste jaren verkregen. De tabakscultuur. Vee
houding en veevoedering. Zuivelbereiding. De
Ned. boter op buitenlandsche markten. De aan
kweeking van de blauw- of boschbes. De rkabar-
berteelt.
Achttien punten behooren tot de natuur- en
volkshuishoudkunde. Meteorologie met betrekking
tot den landbouw en inrichting van een algemeen
seinstelsel voor weer-voorspellingen. Is vrije handel
of een beschermend recht voor den landbouw
wenschelijk Oproeping van verlofgangers voor
de jaarlijksche leger-oefeningen juist gedurende
den oogsttijd. Wedstrijden van boerderijen. Fabri
catie van cider (appelwijn). Verzending van
Amsterdamschen beer en vrachtvermindering van
deze en andere meststoffen op de spoorwegen.
Afschaffing van tollen. Maatregelen om den arbei
der tot sparen te bewegen gedurende het jaargetij de
dat hij een goed loon verdient, en medewerking
van de rijks-postspaarbank tot dat gewenschte
doel. Oprichting van provinciale landbouwraden,
in den geest der vroegere landbouw-commissiën.
Aanleg van locaalspoorwegen tot ontwikkeling van
den landbouw. Facultatieve afkoop van grondbe
lasting, als middel tot gedeeltelijke aflossing van
de staatsschuld. Is het aan te raden, het even
redig overgangsrecht, bij overgang van vast goed,
geheel te vervangen door verhooging van grond
belasting
Deze laatste kleinigheid" is een legaat van
het vorig congres, dat haar geren voyeerd" heeft
naar zijn opvolger, zeker in de overtuiging
dat deze haar wel uit de wereld zou helpen.
Eindelijk zijn er nog zeven punten, welke bij
zonder op het lahdbouw-onderwijs betrekking
hebben. Wij vinden eronder eene door dr. Sal-
verda in te leiden vraag naar hetgeen gedaan
kan worden: 1° om de rijks-landbouwschool zoo
volledig mogelijk aan hare bestemming te doen
beantwoorden, en 2° om de behoeften te ver
vullen, welke buiten den werkkring dier school
liggen. Toorts de al- of niet-wenschelijkheid van
14
VAN
Welk een korte tijd scheidde hem van het
oogenblik waarin hij afscheid van haar genomen
had. Er was in dien tijd zoo goed als niets ge
beurd, niets dat de moeite loonde om verteld te
worden en toch scheen het hem lang en gewichtig
toe en verbeeldde hij zich in die paar dagen
meer doorleefd te hebben dan in geheel zijn
vorig leven. Waar zal hij zijn brief mee beginnen,
die eerste brief dien hij aan Thekla schrijft
«Mijne gedachten hebben u niet verlaten
neen, dat is een logen! »Ik heb mjjne ouders
gezond en wel gevondenWat kunnen haar
zijne ouders schelen? Die eenvoudige menschen
zullen haar altjjd vreemd blijven en zij hun. Maar
het kind, wier moeder zij zal worden en dat zij
moet leeren liefhebben, daar zal hij haar van
vertellen. Maar men moet kennen wat men be
schrijven wil en hjj heeft de kleine nog te
nauwernood gezien, men schijnt haar met opzet weg
te houden, men spreekt niet van haar, men weet
zeker nog dat hij eens gezegd heeft dat hij een
landbouw-onderwijs op de lagere en herhalings
scholen te plattenlande. Landbouw-vakscholen.
Stichting van een internaat aan de rijks-land
bouwschool, voor hoogstens 300 's jaars. Wen-
schelijkheid eener model-boerderij met school
voor zuivel-bereiding, waarvan de eerste tevens
aan de veredeling der rassen dienstbaar gemaakt
zou kunnen worden, een en ander te verbinden
aan de rijks-landbouwschool. Dit punt wordt
ingeleid door den heer C. Koch. Onderwijs in de
rijkunst aan de leerlingen der rijks-landbouwschool,
in te leiden door mr. J. P. Amersfoordt.
Eenige punten hebben wij in deze bloemlezing
achterwege moeten laten. Ze kwamen ons van
ondergeschikt belang voor, doch wij twijfelen niet
of ze zullen door hen, die ze opgegeven hebben,
als van groot gewicht beschouwd worden. Trou
wens, welk der in het programma opgenomen
onderwerpen zou voor den landbouw niet zeer
belangrijk wezen, wanneer er eens tijd en gele
genheid bestond om het naar te eisch behandelen
De opper-rabbijn van het Synagogale ressort in
Noord-Holland, dr J. H. Dunner, heeft aan prof.
Harting en de andere leden van het comité tot
ondersteuning van Israëlieten in Zuid-Rusland een
brief van dankbetuiging gericht. Daarin wordt
o. a. gezegd
»Als Israëlieten, vooral als Nederlandsche Israë
lieten, zijn wij er trotsch op, dat waardige en
beroemde vertegenwoordigers der wetenschap in
ons land hun stem niet op luidruchtige, maar
daarom niet minder welsprekende wijze verheven
hebben tegen de afgrijselijke ontaarding van rassen
en geloofshaat. Uwe aansporing zal zeker veel
bijdragen tot verzachting van het lot der ballingen,
zal er toe bijdragen, dat een belangrijk gedeelte
der ongelukkigen van ondergang gered wordt.
En rrwe edelmoedige, humane stem zal, daarvan
zijn wij zeker, niet als ijdele klank wegsterven.
Zij zal haren invloed niet missen; reeds daarom
niet, omdat zij gericht is tot burgers van een land,
dat zijn nationale wedergeboorte, zijn bloei, zijn
roem van heldhaftigheid en' glorierijke overwin
ningen, zijn bescheidendoch ontzagwekkende
zelfstandigheid te danken heeft aan het bezielende
beginsel van geloofsvrijheid en verdraagzaamheid."
In het in September 11. te Breda gehouden
taal- en letterkundig congres werd eene commissie
benoemd, bestaande uit drie leden voor Noord-
Nederland, de heeren Alberdingk Thijm, Ten
Brink en De Veer, en vier uit het Zuiden, de
heeren De Pauw, Heremans, Rooses en Vuylsteke,
aan welke de last werd opgedragen de genomen
besluiten uit te voeren en de aanstaande vergade
ring voor te bereiden. Deze commissie, die dezer
dagen te Antwerpen vergaderde, heeft volgens
De Zweep beslist, dat er geen congres zal ge
houden worden in het loopende jaar en dat het
aanstaande in 1883 te Brugge zal bijeenkomen.
Zij koestert de hoop, dat dit congres zal samen
vallen met de feesten, te vieren ter gelegenheid der
onthulling van het standbeeld van Breydel en De
Coninck. Ook besloot de commissie, inlichtingen
in te winnen aangaande het uitgeven van de
handelingen der congressen van Brussel en van
Breda en inzonderheid pogingen aan te wenden
om wat er van het eerste nog aan bescheiden
voorhanden is het licht te doen zien.
De heeren jh'. mr. M. J. Schuurbeque Boeijej
president van de rechtbank te Zierikzee, S. H.
Buytendijk, pred. te IJsselstein, C. P. Hofstede de
Groot, hoogleeraar te Groningen, P. M. Keiler
van Hoorn, pred. te Dordrecht, H. P. Schim van
der Loeff, pred. te Gouda, J. H. L. Roozemeijer,
pred. te Arnhem, en J. R. Steinmetz, majoor van
den prov. staf te 's Gravenhage, hebben zich
vereenigd tot eene voorloopige commissie tot het
ontwerpen van bepalingen voor een op te richten
Nederlandschen Zondagsbond. Op 4 April zal deze
commissie hare eerste vergadering houden te Utrecht.
Uit Parijs schrijft men aan het Utr. DU.
Omtrent het jl. Vrijdag te Parijs geteekende
afkeer vair kleine kinderen had. Dat was toen
slechts half waar en nu iii het geheel niet meer;
maar ouders kunnen zoo moeielijk gelooven dat
hunne kinderen veranderen. Paul stond op om
te schellen en op datzelfde oogenblik werd de
deur na een zacht tikje geopend en zijn dochtertje
kwam binnen. Het klemde zich met het eene
handje aan de japon van de kindermeid vast en
in het andere hield het een ruikertje viooltjes.
Net zoo een, evenzoo vastgebonden, placht Marie
dagelijks op zijn schrijftafel te leggendaar had
hij het straks onbewust gemist.
«Dat brengen wij papa", had de meid
gezegd. Toen boog zij zich voorover naar de
kleine en trachtte haar handje los te maken:
»Het is een lieve papa, ga naar hem toe, mijn
engeltje, kom
Er volgde een langdurig fluisterend gesprek
tusschen Marietje en haar verpleegster, waaraan
Paul een einde maakte door de laatste te gelasten
heen te gaan.
»En het kind
»Dat blijft bjj mij."
«Heel alleenZij is zoo verlegen Gij
zijt haar zoo vreemd
Paul herhaalde knorrig zijn bevel en de vrouw
durfde niet meer tegenspreken, maar ging verschrikt
heen en het kind durfde haar niet eens nakijken.
Marietje bleef roerloos als een beeld staan en
liet het droevige gezichtje op de borst zinken.
»Arm, verschrompeld plantjedacht Paul
«gij groeit op tusschen een gesloten en een reeds
nieuwe handelstractaat kan gemeld worden, dat
de Fransche regeering bij het voeren der onder
handelingen daarover de meest mogelijke vrijge
vigheid heeft betoond en is tegemoet gekomen
aan al de bezwaren, welke onze tweede kamer
geleid hebben tot afstemming van het vorige trac-
taat. Alleen de rechten op de invoering in Frankrijk
van aardappelmeel maken daarop een uitzonde
ring. Voor deze is het niet mogelijk geweest
minder dan 4 pet. te bedingen.
Natuurlijk zullen er, behalve de aardappelmeel
fabrikanten, nog veel meer ontevredenen gevonden
worden, maar moeielijk is het om het iedereen
naar den zin te maken, vooral als het geldt den
geheelen in- en uitvoerhandel van een land te
regelen in een 25tal artikels. Over het algemeen
geloof ik echter, dat wij alleszins redenen van
tevredenheid kunnen hebben over het tractaat,
zooals het nu luidt.
Sedert Zondag ochtend bevindt het tractaat zich
in handen der Nederlandsche regeering. Zaterdag
avond is het per koerier naar 's Hage gezonden.
Het genootschap Liejdadigheid naar Vermogen
te Amsterdam, dat tot bestrijding van armoede
werkzaam is door middel van verschillende com
mission van onderzoek en toezichtte zamen
een 60tai leden tellende, heeft in het jaar 1881
weder met vrucht gearbeid.
Het ondersteunt de behoeftigen van alle ge
zindten zonder onderscheid. Het tracht werk te
verschaffen aan hen die zonder arbeid zijn, geeft
rentelooze voorschotten aan oppassende menschen,
die eene of andere zaak willen beginnen, en onder
steunt hulpbehoevenden. Vooral het geven van
rentelooze voorschotten, welke natuurlijk terugbe
taald moeten worden, leverde goede uitkomsten
op, terwijl ook met uitstekend gevolg gebruik
werd gemaakt van eene kas van losse giften, tot
ondersteuning van werklieden die door ziekte of
andere omstandigheden tijdelijk in nood verkeer
den. Daarbij trachtte het bestuur steeds, waar
het kon, het schoolgaan aan te moedigen.
Abeid adelt verschafte in het afgelooqien jaar
te Amsterdam aan 52 dames werk.
Betreffende den cursus in de nuttige en fraaie
handwerken voor meisjes boven de 16 jaren uit
den beschaafden stand, kosteloos of tegen een
geschenk aan de vereeniging, wordt in haar ver
slag gezegd;
;>De droevige, telkens herhaalde ondervinding,
dat juist diegenen, die, achteruitgegaan in hun
financieelen toestand, bij onze vereeniging hulp
zoeken, onbekwaam zijn tot het werk, in den tijd
van voorspoed niet geleerd, deed ons uitzien naar
een afdoenden maatregel om hieraan te gemoet
te komen en onzen kosteloozen cursus of liever
cursussen openen. Want al spoedig bleek éen
cursus onvoldoende te zijn, en de tweede was
aanstonds voltallig.
«Zeer gelukkig zijn wij daarbij geweest in de keuze
der dame, aan wie het onderricht is toevertrouwd.
Deza bezit niet alleen het talent om hare lessen
aangenaam te maken, maar tevens de gave om de
liefde van al hare leerlingen te winnen."
De vereeniging tot onderste uning van behoeftige
Nederlanders te Londen, genaamd het Koning
Willem-fonds, gevestigd Buckinghamstreet 18,
Strand, aldaar, heeft Lij voortduring de geldelijke
ondersteuning van liefdadige landgenooten noodig.
Zij bestaat sedert 1875 en is onder het bestuur van
onzen gezant, den consul-generaal, den Nederland
schen predikant en eenige andere Nederlanders.
Haar doel is 1° het verleenen van rentelooze voor
schotten aan verdienstelijke personen of gezinnen,
die door tijdelijke omstandigheden in moeielijk-
heid zijn geraakt; 2° het geven van onder
stand in geval van ziekte, het verschaffen van
wettelijke bescherming, waar die noodig is om
een broodwinning te kunnen behouden, of een
onrecht te herstellen, en eindeljjk 3° het behulp
zaam zijn tot de opname van weezen, arme, zieke
en verwaarloosde kinderen in liefdadige instellingen.
Al blijven aanvragen om »rentelooze voorschot
ten" in aantal verre de overhand behouden, toch
is «onderstand in geval van ziekte" meer dan
geopend grafGij hebt behoefte aan frisschere
levenslucht
Eene aandoening van liefde en medelijden kwam
in zijn ziel op, hij zag de angst, waarmede zij
hem onder hare oogleden door gadesloeg en hij
had den moed niet haar te naderen. Zij was
bang voor hem en hij was bang voor haar angst.
Zoo stonden vader en dochter tegenover elkan
der. Eindelijk ging hij op de knieën liggen en
zei op zachten toon
»Marietje kom eens bij mij."
Het kind verroerde zich niet, maar de hoeken
van haar mondje begonnen te trillen, zij slaakte
een diepe zucht en barstte in tranen uit. Paul
ging naar zijn schrijftafel. «Laat zij maar uit-
weenenzij is zonder oorzaak begonnen, en zal
ook wel zonder oorzaak ophouden!"
Maar de volharding van een schreiend kind is
langer dan het geduld van een man. Hij wilde
het niet verliezenhij hield de ooren dicht,
trachtte zijn aandacht te bepalen bij twee vogel
tjes, die in een boom voor het venster van den
eenen tak op den anderen vlogenhij beheerschte
zich; doch eindelijk keerde hij zich om, sprong
op en duwde haar toe«Houd op
Zij gehoorzaamde oogenblikkelijk, hield midden
in een snik op en zag met hare groote betraande
oogen haar vader angstig-smeekend aan. Die
blik trof hem als een dolksteek. Zóo had haar
móéder hem ook aangezien, toen zij voor de eerste
en laatste maalNeentegen hem gezegd had,
op dien dag die onherroepelijk over haar leven
vroeger ooit verleend, en het verschaffen van wet
telijke bescherming" niet langer, als voorheen, een
doode letter gebleven, maar werkelijkheid gewor
den.
Vergeleken bij 't vorige jaar, lezen wij in
't verslag, namen de gevallen niet aanmerkelijk
toe in aantal, wei echter in kostbaarheid. Zoo
verstrekten wij o. a. een voorschot groot 20, een
tot nu toe ongehoord cijfer, en stellig niet. in verhou
ding tot onze tegenwoordige inkomsten. De bij
zondere omstandigheden waaronder die aanvrage
geschiedde, de persoonlijkheid van den hulpbehoe
vende, en, last but not leastde goede borgtocht
gesteld, deden het bestuur tot inwilliging beslui
ten. Geregeld werd dan ook tot heden 1 maan
delijks terugbetaald en wij mochten de voldoening
smaken een hoogbejaard, voorheen hooggeplaatst
persoon, uit groote verlegenheid gered te hebben.
»Wat: onderstand in geval van ziekte" betreft,
onder tal van andere, hadden wij hoofdzakelijk
twee langdurige gevallen, waarvan een nog steeds
tot de zorgwekkende behoort, terwijl in het ande
re de twee hoogbejaarde lieden, door ons voor
geruimen tijd met 6 iedere veertien dagen bijge
staan, nu gelukkig opgenomen zijn in eenjoodsch
gesticht voor ouden van dagen (The Jewish Home
Stepney Green,) zijnde dit de eenige afdoende hulp,
welke aan laatstgenoemden ten slotte nog kon
worden verleend."
Aan hét einde van het Vondelpark te Amsterdam,
aan gene zijde van den Amstelveenschen weg,
verrijst thans een gebouwtje, doör den keer
Gosschalk in Duitschen renaissance-stijl gebouwd
en bestemd om de oud- en zeldzaamheden, meest
afkomstig uit de verzameling van mej. Fregeres
te Broek-in-Waterland, te herbergen. Het heet
daarom het Broekerhuis en zal, wanneer het gereed
is, ter bezichtiging gesteld worden.
Het Broekerhuis heeft een ontvangkamer, huis-
en slaapvertrek, benevens twee welingerichte keu
kens, waar het koper u onmiddellijk tegenblinkt.
De wanden zijn met borden, schalen en verder
keukengereedschap gestoffeerd en in het asch-
colletje van de open schouw knettert een gezellig
vuurtje van beukenblokken en turf.
De slaapkamer prijkt met een fraai gehemeld
ledikant, waar het kunstig snijwerk en het fijne
beddegoed, met echte kant afgezet, om den voor
rang dingen. De lichtkroon, spiegels, schilderijen,
het tapijt, de zijden behangsels en het Chineesch
en Japansch porselein of Delftsch aardewerk, hier
en elders verspreid, mogen natuurlijk evenzeer
gezien worden.
Het voorvertrek eindigt in een «erker" of met
gekleurd glas afgeschoten balkon, waaruit men
een aardig kijkje heeft in het Park; het achter
vertrek geeft uitzicht en toegang tot den «doolhof."
Onder de meubelen trekken hier vooral de aan
dacht de zware gebeeldhouwde tafels, de stoelen
ingelegd met schildpad en ivoor, de kastjes met
zilverwerk, de hangklok en bovenal de groote
fraai besneden kast. Zij is in vier vakken afge
deeld en geeft in miniatuur een aanschouwelijke
voorstelling van een ouderwetsch Broeker huis
houden. De kraamkamer, de pronkkamer, het
voorvertrek en de keuken zijn daar tot de fijnste
puntjes in orde, dank zij vooral het filigraan zil
verwerk en andere étagère-voorwerpjes, door
kunstenaars en knutselaars met ouderwetsch ge
duld vervaardigd. Het hier met kwistige hand
tentoongestelde zal zeker menig oudheidlievend
Engelschman heel wat slapelooze nachten bezorgen.
Het «doolhof" is door den tuinontwerper Leonard
Springer aangelegd naar 't model van Hampton-
Court bij Londen. De verdere aanleg van den
tuin is in Noord-Hollandschen trant, of naar
't voorbeeld van Lenötre, de man die de kunst
verstond van de natuur te kappen en haar op
zijn Zondags aan te kleeden. Vandaar die angst
vallig gelijkgeschoren heggen, die wiskunstig
gevormde perkjes enz. Dat ook de palmfiguren
niet ontbreken, spreekt vanzelf. Evenmin zoekt
men vruchteloos naar den bekenden zonnewijzer,
geflankeerd door groote en kleine beelden op
rococo-voetstuk. Een Turksohe tent, van onder als
schuitenhuis ingericht, zal wellicht later tot de
vaste stoffeering van dit achteruitje gaan behooren.
(HU.)
beslisteDaar was die herinnering weer, die
hij met al zijn wilskracht niet van zich af koli
zetten, die hem als in een betooverden kring sloot,
sedert hij zijn eigen grond weer betreden had.
Kan die vrouw, die bij haar leven hulpeloos
aan zijne voeten lag, hem na haar dood over
winnen Smeekt zij van over het graf tot hem
Ziet zij hem door het oog van haar kind met dien
onvergetelijken blik aan met het oog van haar
evenbeeld Neen geen evenbeeld zij zelve is
het, elke trek van haar gelaatelk gebaar,
is zoo geheel zij zelve, alsof de tijd kon achteruit
gegaan zijn, het leven omgekeerd en zij tot
haar kindsheid teruggekeerd was.
Innig ontroerd nam Paul zijn kind in zijne armen
en drukte het aan zijn hartmaar die aanval van
teederheid deed haar ontstellen en dit maakte hem
boos: «Niet bang zijnriep hjj in zijn dwazen toorn
«Niet bang zijnen verschrikte haar hoe langer
hoe meer. Al hare leden begonnen te beven,
hare oogen stonden strak en in de grootste ver
legenheid zette Paul het kind neer. Daar stond het,
met slappe armen, het hoofd gebogen, op het
allerergste voorbereid, als een jong vogeltje in
een verlaten nest, gedurende een onweder De
bliksem schiet twanneer treft de straal
O die almacht der hulpeloosheid gij weerlooze,
voor wie de kracht des sterken zich oplost ineen
stroom van barmhartigheid!
«Spreek", fluisterde Paul, «spreek maar een
woordje of schrei kindjeschrei, wat ik je
bidden mag