N° 5a
125e Jaargang.
V rijdag
3 Maart.
Middelburg 2 Maart.
FEUILLETON.
EEN VAN DE DRIE.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Ad ver ten tien: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels/" 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenlanl
de Compagnie générale de Publicilé 6. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
--- r
*5
Het Zuiden verlangt van ons dat wij op zullen
komen voor «den eisch om de stem van het ge
weten te eerbiedigen" ten aanzien van den heer
F. W. Hering, die wegens plichtverzuim als ad
judant-onderofficier der schutterij te Middelburg,
uit die betrekking ontslagen is.
Wij kunnen aan dat verlangen niet voldoen,
dewyl plichtverzuim door ons niet in bescherming
genomen wordt en wij niet, zooals het Zuiden
om redenen buiten de zaak gelegen, het plicht
verzuim, waarvan hier sprake is, als plichtsbetrach
ting kunnen aanmerken.
De heer Hering bekleedde eene vrijwillig aan
vaarde, bezoldigde betrekking. Waren de ver
plichtingen, aan die betrekking verbonden, in
tegenspraak met zijne godsdienstige gevoelens, dan
stond het hem vrij zijn ontslag te nemen. Hij
heeft dat niet gedaan, wilde dus zijn rang be
houden en de bezoldiging blijven ontvangen, maar
vrijheid hebben om zich te onttrekken aan een
deel der werkzaamheden, waarvoor de rang en
de bezoldiging hem toegekend werden. De Com
mandant der schutterij begreep met een onderge
schikte, die zulk eene opvatting van dienst hul
digde, niet te kunnen dienen en het ontslag van
den adjudant-onderofficier was het onvermijdelijk
en natuurlijk gevolg der door hem in 't leven
geroepen botsing.
Wij voegen erbij dat het gemoedsbezwaar van
den oud-militair, die na veeljarigen dienst bij het
leger en de schutterij, plotseling tot het bewustzijn
is gekomen dat het verrichten van een uur schut
tersdienst op Zondag hem ontrouw maken zou aan
«zijn geweten en het gebod Gods" ons evenmin
gegrond als eerbiedwaardig toeschijnt.
De heer Hering is, naar wij vermoeden, het
slachtoffer geweest van eene soort van eigenwaan,
welke bij oude gediendenin alle betrekkingen,
veelvuldig wordt aangetroffen. Zich onmisbaar
wanende, gelooven zij, vooral tegenover nieuw op
getreden autoriteiten, zekere airs te kunnen aan
nemen. Zij «probeeren" hoe ver zij met den nieuwen
chef kunnen gaan, vooraf verzekerd dat de vinger,
welke hun heden gelaten wordt, na verloop van
tijd tot eene hand zal aangroeien. Ongelukkig
voor hem, heeft de gewezen adjudant-onderofficier,
door eerst dienst te weigeren en daarna den majoor-
kommandant op ongepaste wijze te antwoorden,
wat té forsch en te vroeg naar de volle hand
gegrepen.
Wij vleien ons niet dat deze kalme beschouwing
van het gebeurde zal vallen in den smaak van
het Zuidendat bij deze gelegenheid weder uit
het arsenaal van groote woorden en opgewonden
vergelijkingen met volle handen put. Het is daar
mede in zijn rol. De antirevolutionaire partij
behoeft opwinding en overdrijving. Wanhopig
zoekt zij, nu de schoolquaestie niet eeuwig frisch
verkiest te blijven en het kiesrecht-vraagstuk niet
SO
naar het Eng eisch.
HOOFDSTUK XII.
Rijke Erfgenamen.
Hij was hartstochtelijk, fier en wegsleepend
hij was verliefd op haar, en zou vroeg of laat,
als een man, de kinderachtige hinderpalen, die zij
tusschen hen trachtte te plaatsen, omverwerpen,
met een slag vernietigen, zijn vraag doen en ant
woord eischen, Dit vooruitzicht van vroeger of
later" vervolgde haar als een nachtmerrie; des
te hinderlijker omdat zij hem zeer goed naar
waarde wist te schattenomdat zij in hem geen
spoor kon vinden van laagheid of onedelmoedigheid;
niets wat niet mannelijk, goed of bewonderens
waardig was. Zij kon inzien dat hij over het
geheel genomen hooger stond dan Louis Baldwin
omdat zijne karaktertrekken edeler en reiner
warenzelfs de mooiste trekken van Louis' karak
ter kwamen voort uit efen soort van gebrek. Deze
hechtte zelden veel aan iets, voordat hij merkte dat
het moeilijk "te leeren, te verkrijgen, of te doen
jjvasj maar dan ook moest hij het, ten koste van
bij machte is het volk warm te maken, naar
prikkels. Heden de schutterij, gisteren de inenting,
morgen wat anders. II nous faut du nouveau,
rfen fut-il plus au monde Daarom moet een zoo
weinig beteekenend geval als dat van den adjudant
onderofficier der Middelburgsche schutterij tot eene
quaestie van gewetensvervolging en martelaarschap
gemaakt worden.
Hoe weinig ernstig overigens het geheele «ge
moedsbezwaar" van Zondags-schennis wegens
schuttersdienst geacht mag worden, blijkt hieruit,
dat te Zierikzee bij de parade op 's konings ver
jaardag niet een schutter op het appel ontbrak,
en dat aldaar de Zondag de uitverkoren dag is
voor inspectiën der schutterij. Nog nooit is daar
tegen tot dusver een klacht vernomen.
Zijn nu de Zierikzeesche schutters minder goede
Christenen dan hun Middelburgsche wapenbroe
ders Wij laten het antwoord over aan hen die,
beter dan wij, tot het wegen en meten van ieders
«Christelijkheid" bekwaam zijn. Voorshands hou
den wij 't .er echter voor, dat de «gemoedsbezwa
ren" zich te Zierikzee tot dusver niet vertoond
hebben, omdat er daar geen werk van wordt ge
maakt om ze te prikkelen.
De heer Joh. Gram heeft gisteren avond aan de
JVwte-leden van het departement Middelburg een
recht gezelligen avond verschaft, door hen kennis
te doen maken met eene novelle en drie kleine
schetsen van zijne hand. De heer Gram is een
meester, zoowel over den vorm als over de voor
dracht, door welke dergelijke photographieën van
het dagelijksche leven het best tot hun recht
komen. Nauwkeurig waarnemen en frisch weer
geven, aan de werkelijkheid trouw blijven en haar
tevens in een aantrekkelijken vorm hullen, den
stijl niet verwaarloozen en toch ongedwongen ver
tellen, ziedaar eenige der eigenschappen, waar
door bijdragen als die van den heer Gram bij
uitnemendheid aan de vereischten voor een Nuts-
publiek beantwoorden.
Blijkens het door het bestuur der Werkmansver-
eeniging alhier uitgebracht 16e jaarverslag is haar
ledental in het afgeloopen jaar met 8 verminderd
en bedroeg het op het einde van 1881 132. Ook
het aantal begunstigers daalde van 91 tót 83.
De vergaderingen werden, als naar gewoonte, niet
druk bezocht en om daarin verbetering te brengen
is besloten bij elke vergadering 1 uit de kas
der Yereeniging onder de aanwezige leden te
doen verloten. Deze maatregel werkt echter nog
te kort om eenige gevolgtrekking te kunnen maken.
De kracht van gezonde samenwerking bleek het
afgeloopen jaar weder bij het gemeenschappelijk
aankoopen van steenkolen. Yoor 0.57 per mud
werden ongeveer 700 mudden steenkolen aan de
deelnemers geleverd.
De door de vereeniging opgerichte rekencursus
hield zich staande, hoewel het aantal deelnemers
niet grooter was dan 5 of 6. Pogingen om een
zangcursus in het leven te roepen zijn niet ge
slaagd. Het bezoek aan de sociëteit was niet
drukker dan andere jaren en van de bibliotheek
alles, machtig worden, en hoe meer hinderpalen
zich voordeden, des te hardnekkiger hield hij vol
om die uit den weg te ruimen. Dit wist Marga-
rethazy wist dat, bij Johan Mallabarr, goedheid
en ridderlijkheid opwellingen van het hart waren,
terwijl hij Louis de edelmoedigheid vaak voort
sproot uit berekening, niet wat het voordeeligst
maar wat goed, rechtvaardig en billijk was. Mal
labarr wist dit altijd bij ingeving en deed het
met blijdschap, en toch zag zij met angst den dag
te gemoet, waarop Mallabarr de banden der vor
men zou verbreken en verlangen te weten of zij
hem kon liefhebhen.
De zomer was dat jaar lang en prachtigzij
leefden bijna geheel in de buitenlucht, zóóveel
zelfs dat Margaretha geheel gewend raakte aan
den ongezelligen tuin en niets liever deed dan op
die grijze steenen brug staan kijken, naar het huis,
waarachter de zon zoo statig onderging en zulk
een vreemd licht op alles in den omtrek ver
spreidde. Ruprecht was buitengewoon welhij
had niet meer die plotselinge pijnlijke aanvallen
en begon een weinig beter te loopen, zoodat hij
zelfs, door Margaretha en Louis ondersteund, de
steenen brug was overgestompeld en terug. Zij
hoopten dat hij op die manier zijn bijgeloovige
vrees voor die plek zou afleggen; maar de proef
viel niet gelukkig uit. Hjj werd doodsbleek en
beefde toen hij omlaag keek naar het water, dat
helder en klaar over de steenen der bedding
ruischte.
«Laat mij hier van daan gaanriep hij
werd geen ruim gebruik gemaakt. Het laatste
is waarschijnlijk een gevolg van de geringe keuze.
Bij verschillende gelegenheden werden de samen-
komster aan liefdadige doeleinden dienstbaar
gemaakt;, zoo ten bate van weduwen van leden
der vereeniging als van anderen. 72 leden genoten
voor rekening der Vereeniging geneeskundige be
handeling en 16 ontvingen gedurende 43 weken
geldelijke ondersteuning. Aan nabestaanden van
overleden leden werd f 90 uitgekeerd.
De ontvangsten der Vereeniging hebben in 1881
1214.74§ bedragen tegen eene uitgaaf van
ƒ1157.91, zoodat met nog te ontvangen bedragen
de rekening een saldo van 122.36§ aangeeft.
Op de ter gemeentesecretarie alhier ter lezing
liggende, naar aanleiding van art. 81 alinea 2 der
wet op het lager onderwijs samengestelde lijst van
namen van kinderen, die niet gevonden zijn op de
door de hoofden der scholen in deze gemeente
ingezonden lijsten der bij hen op 1 Januari 1882
schoolgaande kinderen van hoven de 6 en beneden
de 12 jaren, komen 390 namen voor. Onder dezen
zijn er echter 220 van 6 tot 7 jaren, die voor
zoo ver hunne ouders min- of onvermogend zijn,
wegens gebrek aan ruimte niet op de voor hen
bestemde scholen konden worden toegelaten. Dit
beletsel zal nu door den aanbouw van een nieuwe
school opgeheven worden. Er blijven eralzool70
over, die, voor zoo ver zij niet te huis onderwijs
ontvangen of door lichaamskwalen verhinderd zijn,
de scholen behoorden te bezoeken.
Van die 170 kinderen zijn er 26 van elf tot
twaalfjarigen leeftijd, die dns te vroeg van de
scholen zijn afgenomen.
Vlissingen, 2 Maart. De heeren J. Span
jaard en Joh. Dyserinck vervulden gisteren avond
de spreekbeurt in de bijeenkomst voor volksvoor
drachten alhier. De eerstgenoemde had weder
eenige Marineschetsen en daarna het bekende ge
dicht van Elliot Boswel Dood Bedaardde heer
Dyserinck had drie verzen van den Schoolmeester
tot zijn onderwerp gekozen. Beide sprekers von
den, door hun aangename en juiste voordracht en
door de goede keus hunner stukken, veel bijval.
Het publiek was talrijker dan anders, doch nog te
weinig vertegenwoordigd door hen, voor wie deze
voordrachten bestemd zijn.
Scliou vven-ï»iiivelantl, 1 Maart. Met het
oog op het verontrustend aantal branden, in een
tijd waarin men nog niets van onweer of bliksem
verneemt, is het mogelijk niet overbodig te her
inneren dat al wie opzettelijk een boerderij in
brand steekt, gestraft wordt met een tuchthuisstraf
van vijf tot twintig jaren en zijn aanspraak op
de assurantiepenningen verliest.
Landbouwers, wier zaken hopeloos staan, kunnen
beter, honderdmaal beter dan zich tot tijdelijke
redding met een brandstichting bezwaren
hunne goederen vrijwillig ter beschikking hunner
schuldeischers stellen en daarna trachten hier of
in den vreemde den kost te verdienen. Er is plaats
voor allen en brood voor elk.
uit. «Ik kan mij natuurlijk niets herinneren van
hetgeen er gebeurd ismaar ik weet dat op deze
brug mijn leven verwoest werd. Sommige menschen
passeeren vroegtijdig hun Rubicon. Ik beb een
afkeer van deze plek."
Margaretha herinnerde zich dat zij, op den dag
van haar aankomst, bij zich zelve gezegd had dat
die rivier haar Rubicon was en zij begon te ge
looven dat het waar was. Het leven kon ten
minste nooit weer voor haar worden wat het ge
weest was, voor zij dat brugje passeerde.
Zij brachten hem er van daan en zorgden in
het vervolg dat hij, als hij wandelde, alleen achter
het huis, of aan de westzijde van den tuin kwam-
Het begin van October was mistig en nat, zoo
dat zij veel in huis moesten blijven. Ruprecht
werd weer ziek en Margaretha was bijna voort
durend hij hem, daar hij door niemand anders
wilde opgepast worden. Zijn pijn en zijn ongeluk
brachten al het geduld en het medelijden, dat in een
vrouwenhart verborgen ligt, bij haar aan het licht.
Zij wist van geen vermoeienis, wijdde hem al haar
tijd, al haar zorgen en voelde zich genoeg beloond,
wanneer zijn hoofd op haar arm rust vond en hij
zijne trillende lippen op haar hand drukte met de
woorden «Margaretha hoe zou ik zonderu kunnen
'leven Ik heb zeker, zonder het te weten, gevoeld
dat gij tot mij kwaamt."
Johan Mallabarr was weer voor zaken naar de
stad moeten gaan, voor enkele dagen slechts, maar
zijn afwezigheid schonk Margaretha verademing
en onthief haar van een druk. Zij was bang
Geen schande is het neerleggen van een te
zwaren last.
Van de gisteren te Oosterland geveilde hofstede
met 51 hectaren 88 aren en 25 centiaren bouw
en weiland, zijn slechts enkele perceelen openbaai-
gegund. De massa kwam niet hooger dan f 440
per gemet.
Neemt men hierbij in aanmerking, dat de
gronden meest alle tiendvrij en gelegen zijn in
een polder die een stoomgemaal heeft, dan bewijst
de geboden som stellig dat men ook hier gaat
«neerzitten en rekenen."
Bij Prov. hl. n°. 26 vestigen ged. staten van
Zeeland de aandacht van de polderbesturen op de
vertegenwoordiging van stembevoegde ingelanden.
Het is ged. staten gebleken dat nog twijfel be
staat of het recht van substitutie (in de plaats
stelling) mag worden uitgeoefend door hem die
door een stembevoegden ingeland als zijn verte
genwoordiger is aangewezen overeenkomstig art.
64 van het alg. reg. voor de polders of water
schappen, zoo als dit gewijzigd is bij het besluit
der staten van 6 Nov. 1874, prov. blad 1875 n°. 13.
Zij bij wie die twyfel nog bestaat, hebben zich
waarschijnlijk niet genoeg rekenschap gegeven van
het verschil tusschen den tegenwoordigen en den
vroegeren inhoud van het voorschreven artikel.
Terwijl vroeger een volmacht werd vereischt,
heeft thans de stembevoegde slechts aan het pol
derbestuur mede te deelen wie hem zal vertegen
woordigen. Yan substitutie of in de plaats stelling
door den vertegenwoordiger is in het reglement
geen sprake en in zaken, door publiek-rechtelijke
reglementen geregeld, is substitutie niet geoorloófd
dan voor zooverre zij ingevolge die reglementen is
toegelaten.
Op plechtige wijze is de beeltenis van wijlen
prins Frederik der Nederlanden door de kadetten
aan de militaire academie te Breda ten geschenke
aangeboden, waarhij menig hartelijk woord werd
gewijd aan de nagedachtenis van den vereerden prins.
De heer Bokelmann, leeraar aan de stedelijke
muziekschool te Zwolle, schrijft in de Zw. Ct. het
volgende
Dat zangonderwijs de grondslag is of althans
behoort te zijn van alle muziekonderwijs, is alge
meen bekend. Evenmin behoeft het toelichting
hoe gunstig goed zangonderwijs werkt op duide
lijke, beschaafde uitspraak, op smaak en opvat
ting van poëzie.
Yeel minder is het bekend hoe zangonderwijs
ten goede der gezondheid en lichaamsontwikke
ling werkt. Yoor eenige weken bevatte de Neue
Musik-Zeitung dienaangaande een zeer belangrijk
bericht. Te Petersburg zijn aan de kliniek 222
zangers van 953 jaren onderzocht. Daaruit
bleek, dat de omvang der borst en de kracht der
ademhalingswerktuigen veel grooter waren by
zangers dan bij niet-zangers en bij de eersten met
de jaren toenemen,
Uit eigen ervaring weet ik, hoe een zwakke
geworden voor de verschijning van zijn "bruin
paard «Kossak", dat zij driemaal in de week de
laan in en over de brug zag draven, als zij
's middags in het salon zatenzij vreesde zijn
binnenkomen een paar minuten later, om zich
ovef mevrouw Lascelles heen te huigen, haar de
hand te kussen en te vragen of zij een kopje
thee voor hem had. Daarna werden de aangelegenhe
den der jacht besproken en als de landheer dan ook
thuis kwam was het nog erger, want die was
een hartstochtelijk jager en hield er van om uit
te wijden over de gebeurtenissen van den dag
Gewoonlijk nam Mallabarr bij die gelegenheden
naast Margaretha plaats en deed haar een paar
vragen, die misschien op zich zelf onbeduidend
waren, maar op fluisterenden toon en met wel
sprekende oogen die volstre&t niets onbeduidends
bedoelden, uitgesproken werden. Als hij dan weg
was, voelde jzij zich dankbaar gestemd.
Zooals gezegd is had zij een dwaas, ongegrond
denkbeeld dat Louis haar geheel doorgrondde
maar dat hij dit onderwerp niet aanroerde, omdat
hij zelf zoo terughoudend was en niet in de ge
heimen van anderen wilde dringen. Zij was even
wel overtuigd dat hij alles wist en zij in zijn
macht was. Op zekeren dag werd zij daaromtrent
hardvochtig ontgoocheld.
Louis was 's morgens gekomen en blijven dejeu-
neeren. Aan tafel zei mevrouw Lascelles:
«Mevrouw Pierrepont komt van middag bij
mij met haar nichtje, jufflteuw Beckenhamdie
moet gij zien, Margaretha, Men zegt dat zy eey