1882.
N° 22,
125e Jaargang.
Donderdag
26 Januari.
FEUILLETON.
Middelburg 25 Januari.
EEN VERWOEST LEVEN
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels/" 1,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicilé G. L. Daube Cie. te Parijs, Londen, Frankfort a. M., Berlijn, Weenen, Zurich enz.
Op den 17en Januari jl. is de schuur van den
landbouwer Ketelaar onder Coljjnsplaat in brand
gestoken.
Yoor hem die den dader aanwijst, is eene be
looning van honderd gulden ter beschikking
gesteld van den officier van justitie te Middelburg,
aan wien ook de beslissing over de toekenning
ia overgelaten.
In de beden middag gehouden Kitting van den
gemeenteraad van Ylissingen is benoemd tot on
derwijzeres aan school D (meisjesschool) mej. S. C.
de Graaff, te 's Hertogenbosch.
f Tot agent van inkwartiering is benoemd, in de
plaats van J. E. Burger, overleden, J. Smit, ge
meente-bode.
Aan J. L. Griiber is vergunning verleend om de
concessie voor den stoomtramweg Middelburg
Ylissingen over te dragen aan de Société de chemins
de fer economiques te Brussel.
Naar aanleiding eener vraag van den beer Cal-
lenfels, werd door burg. en wetb. medegedeeld dat
zij voornemens zijn binnen kort een voorstel te
doen tot invoering eener bondenbelasting.
Stavenisse, 24 Jan. In deze gemeente,
waar geen gelegenheid tot bet brengen van gelden
in de postspaarbank bestaat, is eene volks-spaar-
bank, benevens eene scbool-spaarkas, opgericht
door bet hoofd der openbare school, den beer Cruccp
Het aantal inbrengers in de volksspaarbank was
in bet afgeloopen jaar 38, bet bedrag der inge
boekte gelden 1296.1l£, dat der terugbetalingen
85.261; dat der in bewaring zijnde gelden op
31 Dec. jl. ƒ2031.101.
Aan de scboolspaarbank namen op dien datum
90 kinderen deel, met een totalen inleg van
993.11^, waarvan de hoogste ƒ54, de laagste
30 cent bedroeg. Deze gelden zijn geplaatst in
de spaarbank van bet Ned. Onderwijzersgenootschap
Het gisteren onder onze Laatste berichten ver
melde opstel in de officieuse Nordd. Allg. Zeitung
over de betrekkingen tusscben de Duitscbe en de
Nederlandscbe regeering, bestaat uit eene verta
ling van een artikel van bet Haagscbe Dagblad.
(Zie M. Ct van 19 dezer).
De Norddeutsche voegt daarbij«dat bet Ned.
blad onmiskenbaar een beter begrip heeft van de
betrekkingen tusscben Duitschland en Nederland
en den politieken toestand, waaruit deze voort
spruiten, dan bet Berliner Tageblatt en de be
trokken Engelscbe correspondenten, wier kwade
bedoelingen en onwetendheid in gelijke mate
verklaarbaar zijn.
Ofschoon de rijkskanselier geen voorkeur beeft
voor diplomaten, die gehuwd zjjn met dochters
uit de landen waar zij zijn geaccrediteerd, een
eigenaardigheid welke bet Duitscbe ministerie
SS
EOOR
JESSIE FOTHEEGILL.
HOOFDSTUK XXII.
Vergoeding- geöïsclti.
Het was Dinsdag middag, twee dagen na die
onverwachte verschijning van Philip in zijns
Vaders buis. Grace liep van de eene kamer naar
de andere, keek erin, schudde bet hoofd en kwam
er weer uit.
»Waar kan zij zich toch verstopt hebben?
zij moet op baar eigen kamer zijn," dacht juf
frouw Massey, en beklom de breede, zware, eiken
houten trap, liep bet portaal over tikte aan de
deur eener slaapkamer.
«Binnenriep Mabel en Grace trad binnen.
Haar logee zat aan de tafel bij bet venster met
cshrjjfgereedschap voor zich, blijkbaar verdiept
in bet stellen van een brief.
»Wat doet gij?" vroeg Grace. «Waarom
hebt gij u bier opgesloten Ik heb u overal ge
zocht".
»Ik schrjjf een brief, dien ik van avond nog
van buitenlandscbe zaken met die van alle landen
gemeen beeft, zoo staat toch de verplaatsing van
baron Yon Canitz naar Lissabon daarmede in
volstrekt geen verband de verwantschap van den
gezant met voorname Nederlandscbe familiën beeft
op den dienst nooit een nadeeligen invloed uit
geoefend. Evenmin beeft er reden bestaan om
scherpe taal te voeren, of aan grofheid grenzende
energie te toonen."
De regeering beeft, in antwoord op de Alge-
meene Beschouwingen der Eerste Kamer over de
staatsbegrooting, de volgende mededeelingen om
trent de belangrijkste politieke vraagstukken van
den dag gedaan
De regeering onthoudt zich van uitvoerige be
schouwingen over bet kiesrecht, omdat, overeen
komstig baar vooraf vastgesteld programma van
werkzaamheid, thans het ernstig voornemen in
vervulling zal komen om een herziening der
kieswet voor te stellen.
Het is volkomen waar, dat 's lands financiën
zorg blijven eiscben en dan ook vermeerdering en
betere verdeeling van de belastingen wordt beoogdj
maar er zijn toch ook lichtzijden, daar de rijks
middelen in 1881 bijna 2 millioen meer hebben
opgebracht dan waarop is gerekend.
Waarschijnlijk bij de volgende bijeenkomst der
tweede kamer zal een wetsontwerp worden aan
geboden tot bet vaststellen van een leening van
ongeveer 50 millioen (voor Nederland), bij jaar
reeksen naar de behoeften te plaatsen.
De belastingplannen zijn nog niet zoo ver ge
reed, dat ze reeds voor mededeeling vatbaar zijn.
Echter zullen nieuwe belastingen noodig wezen;
ook de accjjnsen kunnen productiever worden en
een nieuwe regeling van de directe belastingen is
noodig, die b. v. bet grondbezit niet te zwaar
belast ten behoeve van bet roerend vermogen.
De regeering beoogt bet terug erlangen van de
gebeele Personeele belasting, tegenover bet ver
gunnen van de heffing van gemeente-opcenten tot
bepaalde grenzen.
De regeering beaamt het gewicht der koffie
cultuur, waarom zij dan ook breedvoerig aantoont,
dat de ontwikkelde vrees voor lage 'koffie-op-
brengsten op niet geheel juiste gegevens rust.
De beer m'. Ploos van Amstel betoogt in het
Wbl v. h. Regt dat de minister van justitie terecht
de invoering van het nieuwe strafwetboek wachten
laat op de voltooiing van den bouw der benoo-
digde cellulaire en andere gevangenissen.
»Ik twijfel niet, schrijft bij, of de tijd
zal spoedig leeren, dat de minister nog denzelfden
ijver en voortvarendheid bezit, die hem steeds
hebben gekenmerkt. Het wetsontwerp om met den
vereiscbten gevangenisbouw te kunnen aanvangen,
is reeds bij de tweede kamer ingediend en de
overige wetten kunnen spoedig volgen. Zijn de
noodige maatregelen van voorbereiding goedge
keurd, en kan de regeering rekenen op de gelden
die zij noodig heeft, want hierop komt het vooral
aan, dan zijn ook de bezwaren uit den weg ge-
aan den postbode wil meegeven", zei Mabel eenigs-
zins verlegen.
«Zoo waarlijk! Nu maak dien brief dan
zoo kort mogelijk, want ik heb u een heele boel
te vertellen. Wij maken plannen voor een picnic".
«Ja; ik ben dadelijk klaar. Ik kan nooit
uit Bradshaw wijs worden, zoo als gij weet, en
daarom ben ik er zoo lang over bezig".
«Bradshaw?" herhaalde Grace verwonderd.
«Wat hebt gjj met Bradshaw te maken?"
«Om Angela te zeggen met welken trein zij
mij wachten moet", antwoordde Mabel zenuwachtig
en vruchteloos trachtende onverschillig te kijken.
«Wat! moet Angela een maand te voren
weten met welken trein gij komt?"
«Een maand? Neen ik ga overmorgen",
luidde het antwoord, zoo koel alsof het van zelf
sprak.
«MalligheidGij blijft nog een maand".
«Neen waarlijk, Grace, ik kan niet. Ik ben
nu al lang genoeg weg geweest. Ik weet zeker
dat zij niet graag hebben dat ik nog'langer blijf
«Wie zegt dat? Maar wij zouden het
gaarne hebben en dat is het voornaamste", ant
woordde Grace onverbiddelijk. «Kom, wees nu
niet vervelend, Mabel. Het is bepaald onmogelijk
dat gij gaat. Geef mij dien brief, dan zal ik hem
verscheuren".
Zij strekte er de hand naar uit, maar Mabel
omklemde het papier als een schroef en hare oogen
hadden een alles behalve toegevende uitdrukking.
«Ik weet zeker dat manheer Fordyce u
ruimd, die nog op dit oogenblik de invoering van
het nieuwe wetboek in den weg staan, en zal de
minister zonder twijfel niets onbeproefd laten, om
b. v. door vermeerdering van het technisch perso
neel den bouw van de ontbrekende cellen zoo
krachtig mogelijk te bevorderen.
«Men versta mij wel. Ik ben het geheel eens
met hen, die beweren dat het niet streelend is
voor onze natie in het bezit van een wetboek te
zijn, dat nog niet is ingevoerd, maar het staat bij
mij niet minder vast, dat wij ons nog veel meer
aan den spot van het buitenland blootstellen,
wanneer tot de invoering van het nieuwe straf
wetboek besloten wordt zonder den waarborg
althans, dat de vrijheidsstraf, die in dit wetboek
zulk eene voorname plaats inneemt, ook zal kunnen
worden toegepast op de wijze als de wet voor
schrijft."
De redactie van het Wbl. antwoordt hierop met
deze vraag
«Heeft de heer Ploos van Amstel welberekend,
hoeveel jaren het dan nog kan «duren, eer zijn
desideratum zal zijn verwezenlijkt?
«En zal al dien tijd het nieuwe wetboek van
strafrecht doodgeboren blijven
«Op de ervaring doet de schrijver een beroep.
Hij herinnert dat het wetsontwerp-De Yries acht
jaren geleden voornamelijk is gestrand tegen het
kostenbezwaar.
«Met uw verlof, eene beslissing is omtrent dit
wetsontwerp door de vertegenwoordiging niet ge
nomen. Maar was niet een voornaam bezwaar
hierin gelegen, dat men op de vaststelling van
het te verwachten strafwetboek niet wilde voor-
uitloopen
«De vertegenwoordiging, die voor de aanneming
van het strafwetboek niet terugdeinsde, zal de
noodzakelijke gevolgen harer beslissing hebben te
aanvaarden."
Door de aanneming, met 53 tegen 17 stemmen,
van het gewijzigde voorstel Gleichman c.s., heeft
de tweede kamer den heer Van Sijpestein, gou
verneur van Suriname, met ronde woorden toege
voegd dat hij ooit eenig aandeel heeft gehad
in eene goud-onderneming? Neen, maar alleen
dat zijne weigering om de pacht van de firma
De Jong te verlengen, niet was gerechtvaardigd.
De kamer, had geen verder onderzoek meer
noodig om omtrent dit punt eene beslissing te
nemen. Zij zegt tot den heer Van Sijpesteyn
gij hebt eene daad verricht, die afkeuring ver
dient. En dat de kamer dit oordeel heeft uitge
sproken, zal zeker algemeen een goeden indruk
maken. Wanneer bij de kamer eenmaal de overtui
ging bestonddat een industrieel door eene
regeeringshandeling grovelijk was benadeeld en
verongelijkt, en dat deze, ondanks zijn beroep op
de regeering in het moederland, in het ongelijk
bleef gesteld, mocht niets haar terughouden die
overtuiging uit te spreken, 's Lands vertegenwoor
diging is geen lichaam, geroepen om, zelfs ter
wille van ministers, liefdemantels uit te spreiden
over ongerechtigheden. De heer Van Rees zeide
gezegd heeft dat gjj moest blijven zoolang gij
wildet, omdat gij eenige afwisseling noodig hadt.
Dat hebt gij mij zelf gezegd en geschreven.
Zult gij uwe eigen depêches loochenen, zooals
de oppositie zegt dat het Gouvernement doet?"
«Het is nu heel wat anders", zei Mabel
gejaagd. »Houd mij nu asjeblieft niet op,
Grace, anders is mijn brief niet klaar voordat
Tom naar beneden gaat."
«Wat mjj betreft wenschte ik dat hij niet
klaar kwam. Nu zet gjj er een premie op om mjj
te laten bljjven en u op te houden. Waarom
wilt gij heengaan? Vanwaar eensklaps die afkeer
van ons en ons gezelschap Daar hebt gjj vroeger
nooit iets van gezegd."
Mabel bleef verlegen zwjjgen en Grace vervolgde.
«Gjj weet heel goed dat wjj allen wenschen dat
gjj bljjft."
«Niet allen", ontsnapte onwillekeurig aan
de lippen van Mabelzjj beet er op, vouwde haar
brief dicht en zei
Om allerlei redenen moet ik -Donderdag
vertrekken en het is heel onheusch en onvriende-
Ijjk van u als gjj het mjj wilt beletten.
«Nu weet ik het", zei Grace zegevierend, ik
had het eerder kunnen raden. Het is omdat
gjj weg wilt loopen voor Philip, gjj mal schep
seltje."
«Neen, ik wil niet voor hem wegloopen",
antwoordde Mabel, zich schamende dat zjj een
kleur kreeg.
«Wilt gij dan beweren dat gij mij even zoo
eenige weken geleden«het geldt bjj deze zaak
de waardigheid van ons gezag in die kolonie."
Aan de kamer de eer, dat zjj die waardigheid
gehandhaafd heeft, en nu zjj het vertrouwen
miste in de rechtvaardigheid en waardigheid van
het bestuur over de kolonie, dit onverbloemd
heeft gezegd. Het is zeker een pijnljjke gewaar
wording, op een hooggeplaatst ambtenaar een
blaam te leggen, maar veel stuitender nog is het,
wanneer men eenmaal overtuigd is dat de blaam
niet mag uitbljjven, het oordeel terug te houden,
of het op zóo zachte wijze in te kleeden, dat men in
de kunst om tusschen de regelen te lezen den
hoogsten graad moet hebben bereikt om iets van
den blaam terug te vinden. Wat de gouverneur
van Suriname thans zal hebben te doen, hebben
wij niet te beoordeelen, maar wel rijst de vraag
bij ons opwat zal er nu met het land van De
Jong gebeuren? Volgens de jongste berichten
was door eene al zeer toevallige nalatigheid de
pacht Mans en C° niet verlengd, en had de gou
verneur daarop het land aan Samuels gegund.
Zal Samuels dit nu aan De Jong moeten terug
geven Zullen daaruit niet nieuwe moeieljjkheden
ontstaan? Onopgelost is de vraag: waarom de
gouverneur van Suriname toch zulk een haast
gemaakt heeft met de. nieuwe verpachting? Had
de afloop van het parlementaire proces niet eerst
kunnen worden afgewacht? (N. Roti. Ct).
Uit de voorloopige verslagen van de eerste
kamer over hoofdstukken der staatsbegrooting
bljjkt o. a., dat de meerderheid zich bjj het hooge
eindcjjfer voor oorlog, hoe ongaarne ook, nederlegde.
Velen betuigden sympathie voor den minister,
omdat hjj systematisch en met een vaste overtui
ging handelt.
Met klem werd aangedrongen op meer afdoende
maatregelen tot het weren van vreemde munt
speciën en de intrekking der oude centen.
Ten opzichte van het hoofdstuk waterstaat
werden vele vragen gedaan, o. a over de oever-
werken langs de Maasde gemeenschap tusschen
de Noordzee en Zierikzee, het kanaal Amsterdam
Merwede, de vaart AmsterdamRotterdamde
verbetering van de Vecht, de Drentsche hoofdvaart
en het Apeldoornsche kanaal.
De audiënties van de ministers van waterstaat,
van marine, binnenlandsche zaken, financiën en
oorlog zullen deze week niet plaats hebben.
Door den minister van financiën wordt in de
Si. Ct. bekend gemaakt, dat bjj hem ontvangen
is eene som van 500 in bankpapier, door een
onbekende onder het postmerk Middelburg, van
23 dezer, ter voldoening van te min betaald suc
cessierecht ingezonden.
De vereeniging Het Ned. Tooneel heeft van
Z. M. den koning vergunning bekomen zich voor
taan koninkljjke vereeniging te noemen.
Als eene bijzonderheid uit de jongste benoe
mingen in Oost-Indië vermelden wjj die van den
behandeld zoudt hebben, als Philip niet terug
gekeerd ware?"
»U behandeld! Wat zjjtgjj onaardigGracei
Het is bespotteljjk te beweren dat hjj het
aangenaam kan vinden om mjj hier te zien en
wat gjj ook zegt, ik blijf niet. Ik zou doodonge
lukkig zjjn als ik het deed."
«Op mjjn woordEen fraai compliment
aan ons en onze gastvrijheidZeg, wat voor ver
schil denkt gjj dat het voor Philip maakt?"
«Ik begrjjp niet wat u noopt om aldus
oude koeien uit de sloot te halen en ik wensch
niets liever dan het verledene te laten rusten.
Gjj kunt niet vergeten dat mjjn zuster uw broer
schandeljjk behandeld heeft en dat zal hjj ook wel
niet vergeten hebben." Het is mjj geen dag uit
de gedachten. De naam Fairfax moet hem af-
schuweljjk in de ooren klinken en mjjn aanblik
moet hem hateljjk zjjn. Het moet al zjjnpleizier
van thuis te zjjn bederven, als hjj mjj gedurig aan
treft. Ik kan dat denkbeeld niet verdragen en
daarom heb ik besloten heen te gaan".
«En als ik u nu eens zei dat gjj u geheel en al
vergist; dat Philip al lang over die leeljjke be
handeling van uw zuster heen is en dat hjj u
even gaarne hier ziet als ieder ander jong meisje?"
«Dat kunt gjj mij wel vertellen, maar gjj
weet heel goed dat het niet zoo is, het baat niets
of gjj dat al zegt".
«Zijt gij zoo vast besloten?"
»Ja".
«Dan zal ik boos op u moeten worden. ïl$