N°. 299. IM* Jaargang^ Dinsdag 20 December. 1881- Burgerlijke Stand. Nationale Militie. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. x Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50 iedere regel meer f 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daübk Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlyn Weenen, Zurich enx. Kleinhandel in sterken drank. Middelburg, 19 December. MIDDELBURGSCHE COURANT. De burgemeester en wethouders van Middelburg brengen, ingevolge art. 5 der wet van den 28en Juni 1881 Staatsblad no. 97), ter openbare kennis dat bij hen zijn ingekomen van de navolgende personen verzoekschriften, waarbij vergunning wordt gevraagd om na 1 Mei 1882, in het bij iederen naam vermelde perceel, sterken drank in het klein te mogen verkoopen: VOLG- NAAM VAN DEN NUMJt. VERZOEKER. 72 P. J. Beijnhondt 73 M. C. Homburg 74 E. Silvius De Baiter 75 Aa. Pa. Huijgens 76 P. J. Goeman 77 H. J. van de Poel 78 M. A. 't Gilde 79 Wed H.F.Wehr- man 80 C. Verwijs 81 E. Buiterijs 82 D. Coppieters 83 Sociëteit »DeV er- genoeging 84 H. van der Boon 85 Ca. Aa. Ja. Haak 86 W. B. de Cloedt 87 J. M. van Tiel 88 J. P. Eiegen 89 A. A. Mes Gz. 90 I. Corbeel 91 K. M. Blankert 92 Wed. E. H.Kul- derij 93 1. Louwerse 94 S. de Vogel 95 B. Pagter 96 E. C. Blom AANDUIDING VAN HET PERCEEL. Gravenstraat, I 285 Schuiffelstraat, K 178 Niewepoort, P 144 Turfkade, H 179 Dam Zuidzijde, G 61 lange Breestraat, O 146 Rotterdamsche Kade, O 280 Hoogstraat, I 131. Gravenstraat, 1 247 Groote Markt, I 8 Groote Markt K 164/166 en 167/168. Groote Markt, K164/166 en 167/168 Korte Noordstraat, L 78 Hofplein, E 297 Dan Noordzijde, E 14C Kapoenstraat, A 14 Lange Burg, C 95 Dam Zuidzijde, G 29 Bierkade, G 208 Gravenstraat, I 292 lange Noordstraat, C 42 Gravenstraat, I 267/268 Nederstraat, O 187 Veersche Singel, T 5 NienweOosterschestr., N 84 Middelburg, den 16en December 1881. De burgemeester en wethouders van Middelburg, PICKÉ, De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. De Wethouder, ambtenaar van den burgerlijken stand te Middelburg, brengt ter kennis van de belanghebbenden, dat op den 26 December en 2 Januari a. s. bet buieau zal geopend zijn van 12 tot 1 uur des Damiddags, tot het doen van aan giften van geboorten en overledenen. Middelburg, den 19 December 1881. De wethouder voornoemd, A. J. VAN EEKELEN. De burgemeester en wethouders der gemeente Middelburg gelet hebbende op de bestaande wettelijke be palingen betrekkelijk de nationale militie; brengen bij deze ter kennis van een iegelij k dien zulks zoude mogen aangaan dat het register tot inschrijving van alle man nelijke ingezetenen, welke op den len Januari aanstaande hun 19de jaar zullen zijn ingetreden, dat zijn diegenen, welke in 1863 zijn geboren, zal gereed liggen op de gemeente-secretarie van uen len tot en met den 31en Januari 1882, van des voormiddags van 9 tot 12 en des namiddags van 1 tot 3 uren, met uitzondering van den Zondag dat voor ingezeten wordt gehouden t lo. hij wiens vader, of, is deze overleden, wiens moeder, of zijn beiden overleden, wiens voogd, ingezeten is volgens de wet van den28en Juli 1850, {Staatsblad no. 44); 2o. hij, die geene ouders ot voogd hebbende, gedurende de laatste achttien maanden vooraf gaande aan den len Januari van het jaar waarin hij zich moet laten inschrijven, in Nederland ver blijf hield; 3o. hij, van wiens ouders de langstlevende inge zeten was, al is zijn voogd geen ingezeten, mits hij binnen het rijk verblijf houdt dat niet voor ingezeten wordt g houden de vreemdeling, beboorende tot eenen staat, waar de Nederlander niet aan den verplichten krijgsdienst is onderworpen, of waar ten aanzien der dienst plichtigheid het beginsel van wederkeeiigheid is aangenomen (art. 15 der wet van 19 Augustus 1861, Staatsblad no. 72); dat hij, die eerst na het intreden van zijn 19de jaar, doch vóór het volbrengen van zijn 20e, ingezeten wordt, verplicht is, zien, zoodia dn plaats heeft, ter inschrijving aan te geven bij burge meester en wettiouilers der gemeente, waar de inschrijving volgens art. 16 moet geschieden (art. 20 der wet) dat voor de militie niet wordt ingeschreven: lo. de in een vreemd rijk achtergebleven jsoon van een ingezetene, die geen Nederlander is; go, dó in een vreemd rijk verblijf houdende f ouderlooze zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd ingezeten (art. 17 der wet) 3o. de zoon van den Nederlander, die ter zake van 's lands dienst in 's rijks overzeesehe bezit tingen of koloniën woont; dat de inschrijving geschiedt: lo. van een ongehuwde: in de gemeente, waar de vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zijn beide overleden, de voogd woont; 2o. van een gehuwde en van een weduwnaar: in de gemeente waar hij woont 3o. van hem die geen vader, moeder of voogd heeft, of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd buiten 's lands gevestigd is: in de gemeente waar hij woont; 4o. van den buiten 's lands wonenden zoon van een Nederlander, die ter zake van 's lands dienst in een vreemd land woont: in de gemeente, waar zijn vader of voogd het laatst in Nederland ge woond heeft (art. 16 der wet) dat elk, die volgens art. 15 behoort te worden ingeschreven, verplicht is zich daartoe bij burge meester en wethouders ter boven aangegeven plaatse en binnen den daar bepaalden tijd aan te geven, en dat, bij diens ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis, zijn vader, of, is deze overleden, zijne moeder, of, zijn beide overleden, zijn voogd, tot het doen van die aangifte verplicht is (art. 18 der wet). Belanghebbenden worden mitsdien dringend aangemaand aan de op hen rustende verplichting te voldoen en wordt hun ten overvloede onder de aandacht gebracht, dat bij bovengemelde wet, onder mter, is bepaald dat met boete van f 25 tot f 100 wordt ge straft de overtreding van art. 18 en dat bij elke veroordeehng tot boete tevens door den rechter wordt bepaald, dat, indien daaraan niet is voldaan binnen twee maanden nadat de veroordeelde is aangemaand, de boete door gevangenisstraf van ten hoogste tien maanden zal worden vervangen. En opdat niemand ten deze onwetendheid zou kunnen voorwenden, is deze, ter voldoening aan de bepaling van art. 19 der wet van den 19 Augustus 1861, Staatsblad no. 72), op heden voor de tweede maal afgekondigd en aangeplakt, waar zulks binnen deze gemeente te doen gebrui kelijk is. Middelburg, 16 December 1881. De burgemeester en wethouders voornoemd, PICKÉ. De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. De minister van marine heeft in de tweede kamer heden medegedeeld dat de straf, aan de schrij vers van 'slands werf te Amsterdam opgelegd wegens het indienen van het bekende adres om hooger loon, in hunne strafregisters doorgehaald en het hun ingehouden loon hun teruggegeven zal worden. Door deze kloeke en rechtvaardige daad heeft de minister VaD Erp Taalman Kip aanspraak op de erkentelijkheid der natie verkregen. Een minister, die zich niet schaamt te erkennen dat zijne onderschikte ambtenaren gedwaald heb ben en het door hen gepleegde onrecht te her stellen, houdt het onmisbare gezag krachtiger in stand, dan een die, om het prestige te ontzien, voor klachten en betoogen doof blijft. Het gebeurde versterkt het vertrouwen van alle standen op de rechtvaardigheid der Neder land sche regeering en maakt de beteekenis van ongegronde klachten zooveel te geringer. Dank verdient ook de heer Oldenhuis Gratama en de andere leden der tweede kamer, die door hunne vertoogen den minister tot het besef der te Amsterdam gepleegde onrechtvaardigheid ge bracht hebben. Den heer B. J. Heldt, die tot de uiting der openbare meening over de den schrijvers aange dane behandeling den eersten stoot gegeven heeft, behoeven wij onzen dank niet te brengen, dewijl zelfvoldoening zijne schoonste belooning wezen zal. In deze zaak is weder bewezen dat het „recht voor allen" in ons land geen ijdele leus is en dat voor een gepleegd onrecht, wanneer de weg van wet en orde niet verlaten wordt, niet te ver geefs herstel gevraagd wordt. De tweede kamer heeft alzoo het voorstel van den heer Lieftinck aangenomen en de regeering verzocht den prijs harer Handelingen tot f 3.— de helft van den tegen woordigen, te verlagen. Men kan van gevoelen verschillen of deze ver laging voldoende of ontoereikend geacht moet worden. Naar onze meening is echter door bet besluit der kamer in beginsel voldaan aan het verlangen van hen, die de Handelingen gemakke lijker verkrijgbaar wilden maken voor diegenen» wien de tegenwoordige prijs te hoog is. Wie nu voortaan ze niet leest, doet het omdat hg ze niet aantrekkelijk vindt. Over dien smaak valt niet te oordeelen. Maar onze volksvertegen woordigers komen in het Binnenhof niet bijeen om eene buiten staande menigte te behagen, maar om elkander, of de ministers, te overtuigen. Even waar als het nu is, dat een onontwikkelde de taal van den geleerde en den beschaafde niet verstaat, even waar is het dat voor een betoog tot de geleerde en beschaafde vertegenwoordigers des volks eene andere taal vereischt wordt dan voor het medesleepen eener volksvergadering. Dat verschil kan en moet niet weggenomen worden. Een werkman zal altijd moeite hebben de Handelingen onzer kamerleden te lezen en te begrijpen, omdat onze kamerleden niet behooren te spreken op den toon, die voor den werkman begrijpelijk zou wezen. Het eenige wat dus de kamer doen kan, is te maken dat de prijs harer Handelingen voor niemand een beletsel behoeft te zijn om er kennis van te nemen. Wie dan het meerdere, het volledig verslag, in zijn bezit krijgt, vindt zich daardoor te gelijk in 't bezit gesteld van het mindere, het verkort verslag, dat door sommigen gewenscht werd. Met zulk een verkort verslag hebben wij nooit veel op gehad, dewijl het, naar onze meening, indien het getrouw, nauwkeurig en onpartijdig werd opgesteld, niet aantrekkelijker ot begrijpelijker kon zijn dan het volledige. De vergelijking met België gaat alleen reeds daarom niet op, dewijl daar te lande, als een ge volg der tweeërlei volkstaal, in ieder geval een dubbel verslag noodzakelijk is. Maar bovendien: indien het waar is dat het Belgisch analytisch verslag meer begrijpeljjk voor en meer gewild onder de volksklasse is dan het Nederlandsch stenographiseh verslag, dan kan de oorzaak daarvan óf in de eigenaardigheden der Belgische kamerleden óf in den graad van ont wikkeling en belangstelling der Belgische volks klasse liggen. In beide deze oorzaken nn, is een verslag, hetzij dan stenographiseh of analytisch, niet in staat verandering te brengen. Het is opgevallen dat de heer Bastert zich in de discussie over de gelooisbieven van den heer Bool heelt gemengd en dat nog wel in den geest dergenen, die een bekrompen opvatting omhelzen van bet aan de kamer bij art. 93 der grondwet gegeven recht. Men herinnerde zich onwillekeurig dat de heer Bastert zijn zetel in de kamer dankt aan eene zeer ruime opvatting van dat artikel door de liberale party. Welnu, de houding van den heer Bastert getuigt van 'smans groote onaf hankelijkheid en onpartijdigheid, die den schijn van onkieschheid trotseert waar het aankomt op de huldiging van beginselen. Wij zijn er zeker van dat, ware de heer Bastert indertijd in zijn eigen zaak tot oor deelen geroepen, hij tegen zijn eigen toelating zou hebben gestemd. Zoo zijn er; maar niet veel. (Amst.) Met 31 December a. worden, op hun verzoek, eervol ontslagen de rijksveldwachters 3e kl. D. J. A. Anemaet, te Middelburg en J. W. de Jongb, te Hoedekenskerke. Met 7 Januari 1882 worden verplaatstds rijks-veldwachter lekl. (brigadier-majoor) A. van Pelt, van Ommerscbans, Btad Ommen, naar Mid delburg, in plaats van W. Timmermans, overleden do rijks-veld wachter 3e kl. M. J. Straub van Sluiskil naar Ylissingen, en D. Buurman van Dordrecht naar Hoedekenskerke. In de heden namiddag gehouden zitting van de kamer van koophandel werd ter voorziening in de vacature die door de periodieke aftreding van den heer J. Luteijn in het college van direc teuren van het vrij handels-entrepöt met ultimo Maart 1882 zal ontstaan, eene voordracht opge maakt, waarop werden geplaatst de heeren J. Luteijn en J. P. Fokker, de laatste bij loting met den heer Jac. de Kanter. De heden alhier gehouden Nieuwjaarscollecte heeft f 891.20 opgebracht, waaronder van den heer mr. G. N. de Stoppelaar f 277.934, zijnde de opbrengst van collecten bij gelegenheid der zang- en muziekuitvoering door de Réunion Lyrique van Mechelen op 26 Juni jl. en van een concert der Stedelijke Harmonie van Dendermonde op 31 Juli jl. In het vorige jaar bracht de Nieuwjaarscollecte met eenige bijgevoegde giften f 713.40 J op. Naar wij vernemen is de heer C. W. P. Mielingj districts-inspecteur bij de staatsspoorwegen alhier, door ZM, den koning der Belgen benoemd tot ridder der Leopoldsorde. WnissSngen, 19 Dec. In den ingang der Wielingen drpit een verlaten brik. Sleepbooten zijn derwaarts vertrokken. Vrouwepolder, 19 Deo. De schoener Cor neliakomende van Danzig, bestemd naar Rouaan en geladen met eikenhout, is gisteren avond vlak tegen het strand aan de Oranjezon bij het roode licht van het Oosterhoofd geworpen. De masten waren gekapt, de zeilen en een groot deel van het vaste want is geborgen in de duinen. De ladiug wordt met den meesten spoed gelost. Het schip zit tot aan het dek in 't zand en is geheel gebarsten. De kok, een joDgman van 19 jaren, is over boord geslagen en verdronken. Schouwen-Dulveland, 17 December. De heer K. J. W. Ottolander, van Boskoop, sprak gister avond in de vergadering van Nijverheid en heden iD het Huis van Nassau voor de landbouw- afdeeling, over ooftteelt, waarvoor, volgens hem, onze eilanden als geknipt zijn. Ofschoon men met een bevoegd beoordeelaar, gaarne aan mag nemen dat de sproker onder de Nederlanders in practische ooftteelt-kennis boven aan staat, zoo komt het ons toch voor dat het niet op zijn weg ligt erover te lezen. Een lezing over een onderwerp, dat men alleen van óene zijde, van de practische, kent, verandert weldra in een bovenwerp, dat is ieta waar men niet bij kan, en waarmede men zijn hoorders niet leert, maar vermoeit. Voor zoo ver het echter goed is aan de be« kenue behandeling van ooft en de voordeelen ervan herinnerd te worden, zal zeker des spiekers voordracht niet onvruchtbaar zijn maar een bij drage om deze of gene cultuur te verlaten en de ooftteelt aan te nemen, kan ze niet zijn. 't Gaat met die dingen als met een oude preek: men hoort ze 's Zondags, doch doet 's Maandags net als vroeger. De Staats-Ct bevat de statuten der Afrikaan tche Handelmaatschappij te Amsterdam. Het kapitaal bedraagt 1.500.000, verdeeld in vijf seriën, ieder van 600 aaudeelen f 500. In dit kapitaal wordt deelgenomen door de bh. J. O. Zimmerman 18, O. S. Oolgaardt 24, F. A. Holle man 12, J. L. L. Tilanus 12, dr. J. v. Geuns 12, dr. J. J. Bos 12, E. J. Koch 120, vrouwe D. C. E. van Harencarspel, wed. van den heer W. G. E. Koch 24, J. de Koning 12, A. J. S. Koch 12, A. Bruinier 24, d.P. Roelofs 12, D. Oolgaardt Jz. 12, J. Meijjes Jz. 12, dr. A. W. C. Berns 80, J. F. Schutte 12, J. P. Koch 130, G. E. Steg* man 12, E. J. W. Koch 12, G. de Heer 12, mr. R. van Rees 12, mr. G. N. Pierson 12, fe zameu voor 600 aandeelen. Het doel der vennootschap is het drijven van handel in goederen en producten voor eigen rekening in commissie en consignatie, hoofdza kelijk op de beide republieken Transvaal en Oranje-Vrijstaat. Voor de eerste maal worden tot directeuren aangesteld de heeren E. J. Koch en J. P. Koch en tot commissarissen de heeren mr. R. van Rees, F. A. Holleman en J. L. L. Tilanus. Minstens een der directeuren zal in Zuid-Afrika verblijf moeten houden. Een zonderlinge kunst-vertooning heeft Zaterdag te Amsterdam plaats. De beroemde Duitsche tooneelspeler Ba may treedt namelijk met het ge zelschap van Het Red. Tooneel op in de Neder- laudsehe vertaling van Shakespeare's Othello. De heer L. Bouwmeester vervult de rol vau Jago. Het is zeker iets zeldzaams, twee zulke bekwame kunstenaars tegelijk te zien optreden en beUi|

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 1