N*. 298. Jaargang] 1881. Maandag 19 December. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels f 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité O. L. Daubk Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz. Middelburg, 17 December. De Schipbreuk van de Koning der Nederlanden. MIDBELBURGSCHE COURANT Door den minister van biunenlandsche zaken is de nienwe verkiezing van een lid van de tweede kamer der staten-generaal, die in het hoofdkies district Middelburg moet plaats hebben, wijl de kamer heeft beslist dat de verkiezing op 29 Nov. niet overeenkomstig de wet heett plaats gehad en de heer H. J. Bool alzoo niet als lid van de tweede kamer der staten-generaal kan worden toegelaten, bepaald op Dinsdag 3 Januari 1882; herstemming, is die noodig, zal geschieden op Dinsdag 17 Januari d. a. v. (Zie Laatste Berichten van Gisteren Door gedeputeerde staten van Zeeland zijn bij den provincialen waterstaatsdienst tot teekeoaars- schrijvers benoemdte Middelburg de heeren J. J. Spreuger eu J. Holmte Goes de beer W. Temperman Wz.te Zierikzee de heer J. C. de Masin en te Ter Neuzen de heer J. Wondergem. De commissie benoemd, voor het afnemen alhier van de examens van apothekers-bediende, heeft heden aan twee candid,iteu de akte van bevoegd - beid uitgereikt, zijnde de heeren C. G. L. Buhlman, geboren en wonende te Breda, en H. N. H. Fermin, geboren en wonende te Maastricht. Een candidaat trok zich gedurende tiet examen terug en een werd afgewezen. Het examen duurt voort. Gisteren is door het bestuur over de brandweer alhier, naar aanleiding van den in ons nummer van gisteren vermelden briet van den burgemeester, een nader onderzoek ingesteld naar den toestand zoowel van den Schouwburg, als van het Concert gebouw eu het Schutte rshuf. De St.-Ct bevat een kon. besluit, betreffende de regeling der gamizoens-indeeliug van het leger. De verdeeling van het leger over de verschil lende garnizoenen wordt vastgesteld zooals in een bij het besluit gevoegde tabel is vermeid. Voor zoo ver de daarin vastgestelde iudeeling thans nog niet bestaat, wordt zij ten uitvoer ge legd naarmate door verbetering vau bestaande eu aanbouw van nieuwe militaire gebouwen* gelegenheid tot behoorlijke huisvesting der troepen tot stand komt. In afwachting hiervan kunnen gemeenten, welke niet op de tabel voorkomen, maar welke thans garnizoen bevatten, ook nog als garnizoensplaats gebruikt worden. Bergen op Zoom komt op die tabel voor als garnizoensplaats voor den staf van een re^ement en vier bataljons infanterie en den staf vau eeue afdeeling eu twee batte: ij en veld-artillerie. Vlis- singen voor een bataljon iutanterie en het alge meen depot van discipline. Middelburg komt op de tabel niet voor, zoodat volgens de gemelde bepalingen deze gemeente slechts voorloopig als garnizoensplaats beschouwd kau worden. De kamer van koophandel eu fabrieken alhier zal op Maandag den 19 dezer, dei namiddags te 3 uren precies, een openbare veigadering houden. Door de afdeeling Middelburg vau de kunst en wetenschap bevorderende maatschappij V. W. zijn, bij gelegenheid van het heden te Amsterdam ge vierd ordend feest van het 75jarig bestaan dier maatschappij, twee leden afgevaardigd, terwijl van wege de afdeeling de portretten van bijna al hare ledeu, ten getale van 52, net geëncadreerd, aan de maatschappij ten geschenke zijn aangeboden. SKIerlhzee, 16 Dece nber. Onze meening om- Went het „aspirantdompeu-bewaar-verwerkbuis" (Zie M. Ct van 13 dezer) berust, behalve op de wet en hare geschiedenis, op het gevoelen van deskundigen, die, evenmin als wij, kunnen geloo- ven dat de raad, bij bet sluiten van den koop, de bestemming van het uitgezonderde gebouw geweten heefttenzij hij toen reeds eene zoo gunstige voorstelling van een lompenbewaar plaats voor oogen had, als door V. in zijn inge zonden stuk van Viijdag gegeven wordt. Is die BchilderiDg overeenkomstig de waarheid, dan za' jte wetgever niets beters kunnen doen dun bet vragen van vergunning tot het oprichten van zulk een bewaarplaats, als lastig en onnoodig, op te heffen. Naar wij vernemen zal, op Woensdag 28 dezer, te Vlissingen, eene kamer muziek-soireé worden gegeven, door mejuffrouw C. A. van den Houte Willems, pianiste te Arnhem en den heer A. Lijsen (viool) met medewerking van den heer R. (tenor) beide alhier woonachtig. ♦Breskens, 17 Dec. Op de hofstede van de weduwe DeMiliano, onder Groede, zijn vijf paar den, vier runderen, en twee vette varkens gestor ven, terwijl men een stier heeft moeten slachten. Twee paarden en drie runderen verkeeren nog in bedenkelgken toestand. Men vermoedt dat hier aan vergiftiging moet gedacht worden. Aan het einde der behandeling van de afdeeling Lsger Onderwijs, is in de avondzitting der tweede kamer van gisteren door den heer De Savornin Lohman de volgende motie van orde voorgesteld: «De kamer, van oordeel dat de wet op het lager onderwijs ook door het beleid van den minister van binnenlandsche zaken steeds afkeurenswaardig blijkt te zijn, gaat over tot de orde van den dag." Deze motie werd verworpen met 49 stemmen tegen 21, zijnde behalve de 13 antirevolutionairen, de katholieken Schaepman, Van der Schrieck, Van Nispen, Van der Hoeven, Bahlmann en De Bruijn en de conservatieven Scbimmelpenninck en De Casembroot. De overige katholieken hebben dus tegengestemd. Deze stemming verzekert echter nog niet de aanneming der begroo.ing van binnenlandsche zaken, aangezien er onder de geestverwanten van den heer Lohman zijn die geen begrooting af stemmen als bewijs van wantrouwen tegen een minister en anderen die dit wel doen willen terwijl er weder onder diegenen, die de motie van wantrouwen ten aanzien van het onderwijs beleid niet willende stemmen, misschien zullen ziju die daarentegen de begrooting van den heer Six in haar geheel niet zullen goedkeuren. Voorts werd in de avondzitting nog gestemd over de volgende amendementen: Van den heer De Bruijn Kops, om 4000 uit te trekken voor opleiding van onderwijzers in de gymnastiek. Hierover staakten de stemmen. Van den heer Van der Hoop oin den post voor normaallessen met f 50.000 te verminderen. Verworpen met 41 tegen 29 stemmen. Van den heer Donner om den post voor oplei ding van bewaarschool-onderwijzeressen te ver minderen met f 3000. Verworpen met 37 tegen 26 stemmen. Van den heer Viruly om art. 140 met f 4000 te verminderen, als protest tegen overdreven inmenging der regeering in den bouw van scholen. Aangenomen met 28 tegen 27 stemmen. Door het Kon. Oudheidkundig Genootschap en de commissie voor de herstelling van het Mui- derslot zijn adressen aan de tweede kamer gericht, om deze te verzoeken hare goedkenring te hechten aan de voorstellen der regeering tot herstelling van verschillende gebouwen en monu menten. Onder de redenen in die adressen aangevoerd komt het volgende voor: «dat toch gedenkteekenen, zooals het slot Brederode, het slot te Muiden, de Kroonenburgertoren te Nijmegen, het huis van Maarten van Rossum te Zalt-Bommel, 't Spanjaartsgat te Breda, de toren te Zierikzee, het stadhuis te Middelburg, de St. Michaëlis- of Groote kerk te Zwolle, deel uitmaken van den geschiedkundigen en artistieken schat, die helaas te veel verminkt en lang verwaarloosd nog daar is om den Nederlandschen roem op het gebied barer militaire en letterkundige geschiedenis, op dat van baar industrieels en handelsbedrijvighied, op dat der architectuur der kunst in het algemeen, op treffende wijze te verkondigen j «dat de herstelling en instandhouding ook een groot materieel nut oplevert, doordien het den ambachtsman, die daarby gebezigd wordt, ontwikkelt en beschaaft, zooals in andere landen proefondervindelijk bewezen is, waar de heilzame invloed dier restauratien op ambachten, zooals die van steenhouwers, metselaars, timmerlieden, loodgieters en smeden, duideljjk merkbaar en onbetwist is «dat alzoo het welbegrepen belang van het land en de nationale eer van ons volk vorderen, dat de regeering voortga die monumenten te herstellen en in stand te houden, welke getuigen van de roemvolle geschiedenis van de natie oi van hare glorie op het gebied van letteren en kunst." Naar wij vernemen, zal het oorlogsschip Atjeh uit Indië worden uitgezonden ter opsporing der vermiste booten van de Koning d. N. (Fad.) Met betrekking tot den dienst der rijkspost spaarbank zijn onlangs weder twee hoogst nuttige maatregelen genomen, namelijk: a. dat voortaan de postboden belast zijn met aanneming van inlagen en het doen van terugbe talingen in die gemeenten waar geen kantoor ge vonden wordt, dat voor den dienst der spaarbank is opengesteld, eu in locaiiteiten, op 20 minuten afstand van zoodanig kantoor gelegen b. dat de rijksdepothouders van postzegels alle zonder uitzondering belast worden met de koste- looze uitgifte van formulieren no. VI, voor inlagen in de spaarbank door middel van fran keerzegels. De St.-Ct bevat de statuten van de naamlooze vennootschap Samarang-Joana Stoom-tram weg maatschappij gevestigd te 's Gravenhage. Het kapitaal dier vennootschap bedraagt 4,000,000, verdeeld in aandeelen van ƒ1000, waarvan 2500 aandeelen geplaatst zijn. Tot directeur is benoemd de heer mr. H. M. A. baron van der Goes, te Utrecht. Door de aankomst te Napels van de Prins van Oranje is thaDS het rapport ontvangen betreffende de sloep onder bevel van den bootsman G. Keijzer* die den 6en November te Dondrah Zuidpunt van Ceylon landde. De bemanning bestond uit Equipage: G. Keijzer, bootsman C. Donker, assiat.-machinistJ. Corver, le kellnerH. Bresau, kwartiermeesterA. Renske, matroosS. Haasing, stokerJ. Pieron, tremmerJ. Rons, stokersjon gen; W. J. Porton, koksjongen; Cosmau en Bakum, Jav. bedienden. Passagiers 2e klasseJ. Nomee, adj.-onderoffi- cier, en echtgenootW. J. Ooykaas, H. van Loo en G. A. Kayser, sergeantenJ. H. van Trotsen- burg, timmerman bij de marine. Passagiers 3e klasseJ. Krop, korporaal, M. Singer, E. H. Morgenthal, P. P. Maxquinier, P. J. B. van Berkel, H, Dijck, L. Neu. G. F. Decoo, G. J. Schrevers, J. A. Lamarque en K. Kratt, soldaten, laatstgenoemde overleden 24 October. Den 5en October, - schrijven de stellers van het rapport, hadden wij zeer mooi weer met eene flauwe bries uit het Zuiden, die tegen den nacht sterker was geworden en ons al veel water deed overnemen. Den 6en October 's morgens vernamen wij, dat de reis wel 10 of 11 dagen zou kunnen duren, waardoor wij besloten het eten dadelijk op rant soen te stellen, van twee beschuiten daags met 3 kopjes water. De stemming in onze boot was toen zeer gunstig; ieder was vol hoop en moed om spoedig de eilanden te bereiken, daar 11 da gen, zooals wij dachten, nog wel te doorkomen waren. Den 7en October, bij het aanbreken van den dag, waren wij weder allen elkander in 't gezicht, hetgeen de eerste vier dagen zoo bleef, daar wij allen den koers van den kapitein ontvingen. Dit ging heel goed tot: Zaterdag 8 Octooer, toen wij 's namiddags door Bterke regenbuien overvallen werden, vergezeld van hevige dwarrelwinden. Wij waren genoodzaakt eenige streken at te honden, terwijl twee man zonder tusschenpoozen water uit de boot moesten bozen. Den volgenden morgen, Zondag 9 Oct., was de wind veel stiller geworden en de zee rus tiger, ondanks de regen nog, bij wijze van spreken, met stroomen van den hemel viel. Tegen den middag klaarde het weder cp en kwam de zon door; op eenigen afstand van ons zagen wij nog drie audete booten: wij bielden allen zooveel mogelijk op elkander aan, doch daar er bijna geen wiud was, gingen wij zeer langzaam vooruit; eindelijk waren wij bij elkander, baköuord N°3 (Hendriks), stuurboord N°. 3 (Keijzer)en de giek (kabelgast Schou) i stuurboord N°. 1 (Drooglever Fortujju) was een gezicht ver achteruit. Van de andere drie booten was toen niets te zien. Wij waren blijde weder een boot terugge vonden te hebben waarin een officier zat. Admi nistrateur Hendriks beloofde zoo veel mogelijk bij ons te zullen blijven en dat gat ons goeden moed. Dien dag bleef het stil weder en gaf de zon ons gelegenheid om de kleederen zooveel mogelijk uit te trekken en te drogen. Daar wij goed doorvoed het schip verlaten hadden, gevoelden wij nog niet den minsten honger. Maandag 10 October was bakboord no. 3 (admi- V nistrateur Hendriks) alleen bjj ons. In de sloep van den heer Hendriks had men om 12 nren de zon geschoten en toen hadden wij den afstand gevraagd, waarop wij ten antwoord kregen: nog 24 a 25 Dnitsche mijlen. Dit gat vreugde in de boot, in stilte werden de dagen al geteld en men stelde zich de landiag in zijn verbeelding voor. Dien morgen vernamen wij tevens dat wij noord genoeg hadden en alleen nog oost moesten halen, daar wij anders laags de eilanden gingen. Tegen den middag werd de wind sterker zoodat wij al veel hinder hadden van water overnemen en alle man weder zonder tusschenpoozen aan het water scheppen waren. Dinsdag 11 October. By het aanbreken van den dag was de wind gaan liggen, doch de zee nog altijd even hoog; nieuwsgierig keken wij rond naar een sloep, maar er was niets te zien zoover als ons oog zag; van dien dag af hebben wij ook geen der booten meer gezien. Nu eerst zagen wij het treurige van onzen toe stand in, niet wetende waar wij waren, rillende van konde en ellende, met doornatte kleederen, en nog viel de regen verpletterend op ons neder, 's Morgens om 5 uren besloten wij weder noord op te gaan, om zooveel mogelijk dezelfde breedte als vroeger te bereiken en daarna weder oost op te gaan. Hiervoor was de wind ons gunstig, doch doordien de zee zoo bleef, gingen wij bijna niet vooruit, en wij zijn door de zee bepaald nog meer afgedreven dan wij vermoed hebben. Wij begrepen wel, dat het nu heel moeilijk voor ons was om de eilanden van den Chagos-archipel te bereiken. Onze hoop was echter door een schip te worden opgepikt. Tot 's middags 12 uren zijn wij bijna steeds noord opgegaan, en toen vermoedende op dezelfde breedte te zijn ais den vorigen dag, gingen wij weder oost, maar moesten altijd af honden van de hooge zeeën. Tegen 12 uren 's nachts was het weder doodstil en lagen wij ten prooi van den stroom. Dien dag verminderden wij ons rantsoen op 1 beschuit en 2 kopjes water in de 24 uren. Na 17 dagen waren wij genoodzaakt het rant soen weder te verminderen en wei op een halve beschuit en 2 kopjes water daags. 21 dagen hadden wij nu om de oost gestaard en nog altijd maar geen ChagosSommigen werden moedel jos en spraken er van om de pro visie op te eten ea dan over boord te springen. Twee der soldaten kregen ij lende koorts en gin gen over boord om krentenbrood en koffie te halen het gelukte ons sleoht« m een dezer patiën ten te reddeu. De andere genaam d K. Kratt, kwam daarbij om. Velen onzer waren ook pijnlijk door het vele zoute water dat was overgenomen- Wel dachten wij te oostelijk en te noordelijk te zijn, maar om ZW. op te gaan en weder te zoeken dnrfden wij niet te wagen. Na de kaart te hebben geraadpleegd kwamen wij tot de overtuiging dat de weg naar Ceylon d kortste was. 25 October namen wij het besluit derwaarts te steveneu. Wij gisten dat wij op 3° Zuider breedte en 73° Oester lengte waren en besloten noord ten oosten op te gaan, zooveel noord Bturende als wij maar halt konden halen, daar wij vrees den in de Golt van Bengalen te komen. Aanmerkelijk was de moed vermeerderd toeo wij weder noord ten oosten opgingen. Daar de West Moesson doorgekomen was, had den wij nu goede gelegenheid en was de opge ruimdheid van ons tamelijk wel, ondanks dag en nacht regen en zee schenen te wedijveren wie ons het natste zou maken. Nadat wij elf dagen noord opgegaan waren, meenden wij Zaterdag 5 November, 's middags land teziea, maar doordien wij zoo vaak gedacht hadden 1

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 1