Gemengde Berichten. BUITENLAND. Benoemingen en besluiten. Reobtsz aken. Verkoopingen en aanbestedingen. Thermómeterstand. Algemeen Overzicht. BINDS. Deze zienswijze werd nader verdedigd door den afgev. uit Amsterdam, dr. Gori, die ontwikkelde dat de houding van het hoofdcomité in deze vol komen correct was en in overeenstemming met de conventie van Genève, welke aan de vrijwil lige ambulances geen recht van bestaan toekent. Utrecht, volkomen instemmende met de hulde aan het hoofdcomité, betreurde dat de statuten destijds verhinderden aan het edele streven tot verleenen van hulp gevolg te geven. Het comité deed tot wegneming van de onjuiste voorstelling alsof het een maand met de handen in den schoot had gezeten, met nadruk uitkomen dat het, wel verre van stil te zitten, integendeel hard gewerkt had, doch dat de verhouding tot Engeland geene officieele inmenging toeliet. Botterdam handhaafde zijn verklaring, dat het hoofdcomité eerst sedert 28 Jan. jl. buitenslands openlijk is opgetreden ten behoeve van de Boeren en bleef overtuigd, dat vóór dien tijd gehouden besprekingen in buitengewone vergadering tot eendrachtig handelen hadden knnnen voeren. Op voorstel der afdeeling Rotterdam werd, in overleg met het hoofdbestuur, besloten eene be paling in het reglement van orde voor de alge- meene vergadering op te nemen, volgens welke op schriftelijk gemotiveerd verzoek van vijf afdeelingen, het hoofdcomité gehouden zal zijn binnen 14 dagen eene algemeene vergadering te beleggen. In den propvollen schouwburg alhier werd gis teren avond van half acht tot half elf, bijna aan houdend, uitbundig gelachen. Aangezien het lachen een goede en gezonde bezigheid en het een verkwikking is, de stilte in onze goede stad nu en dan eens door een scha terlach te hooren afbreken, kunnen wij niet anders dan ons over dezen uitslag der eerste voorstelling van Het Ned. Tooneel hier ter Btede verheugen. Laat ons er bijvoegen dat de grappen en dwaasheden in Inkwartiering den meest nauwge- zetten mensch ter wereld geen ergernis kunnen geven. Niets eerbiedwaardigs wordt er belachelijk in gemaakt, niets dat op fijn gevoel aanspraak maakt, wordt erin op de teenen getrapt. Er komt een malle luitenant in voor en een Hon- gaarsch 17jarig enfant terribledat beweert op de hoogere burgerschool voor meisjes in 't ccquet- teeren les gekregen te hebben. Onze luitenants kunnen echter tegen een stootje, en wanneer de leerlingen onzer hoogere burgerscholen in coquet- terie en sentimentaliteit het werkelijk even ver brengen als hare voorgangsters op de vroegere jonge-dames-kostscholen, nu dan mag men gerust aannemen Ldat zij thuis van hare mama's, tantes of oudere zusters nog eens duchtig pri vaatles ontvangen. Maar laat ons niet te lang, en vooral niet sérieus, praten over een stuk dat geen andere aan spraken kan maken dan de menschen, vijf bedrijven achter elkander, krachtig de lever te schudden. In dat opzicht heeft Inkwartiering zijne Schuldig- keit gedaan en het lust ons niet te vragen of de kunstbewerking, dikwijls herhaald, niet in som mige magen het gevoel zou kunnen opwekken) dat misschien in den toekomstigen stormachtigen nacht een deel der passagiers op de Engelsche mailboot zal plagen. Men moet aan tooneelspelers, even goed als aan zangers, wennen. Daarom zal misschien een deel van het publiek, aan het gezelschap Le Gras, Van Zuylen en Haspels gewoon, niet aanstonds zich in de opvatting en voorstelling der Amster- damsche dames en heeren thuis gevoeld hebben. Deze troep bezit, in 't algemeen, meer jeugd en frischheid, daarentegen minder meesterschap en degelijkheid dan de ontbondene Rotterdamsche. Echter bewegen zich de heeren Van Dommelen, Tourniaire en Schulze ongedwongen en tegelijk beschaafd op de planken en blijft de heer Morin een artist uit de oude school, dien men als een Stefano het zich niet? zie hare handen, hare oogen, die mooie oogen, haar kleed, zelfs haar kanten kraag 1 0 hoe herken ik alles! Maar hoe wanneer waar kan de pit tore Ingkse haar gezien hebben, om zulk een portret van haar te maken „Uit het venster boven het balcon leunde zij in den grooten toren," sprak een stem die hen allen deed verschrikken. Met behulp der goede vrouw, kwam de pittore Inglese weer tot zichzelf. De markies en Antonio zagen elkaar verbluft aan. „Gij hebt gebabbeld, Antonio gij hebt een dnitje uit die geschiedenis gemaakt," zei Don Stefano ernstig. „Neen mio eignori, dat zou onmogelijk ge weest zijn," antwoordde Antonio, „bovendien wat kon ik vertellen?" „Hij weet niets, maar ik weet alles," zei Ralph, zich langzaam oprichtende en Don Stefano aanziende. „Ik weet dat uw zuster, Donna Julia, in dien toren woonde. Ik weet dat haar minnaar beneden haar was in rang en daarom vreesde zij haar vader haar liefde te bekennen. Ik weet dat zij afgesproken had met haar minnaar te ont vluchten; dat zij in den nacht van Allerheiligen na twintig jaar geleden die trappen afdaalde; dat zij verschrikt werd en zoodoende in een yalluik aan het einde ran het balcon viel, en ietwat stijf en streng militair, zoo als hij gisteren avond optrad, gaarne ziet. Ook de dames De Vos-Valois, Van Sluijters, Ch. Poolman en Lorjé onderscheiden zich door een goed, natuurlijk en beschaafd spel. De voornaamste vrouwenrol in Inkwartiering de reeds genoemde Hongaarsche llkawordt ver vuld door mej. Anna Sablairolleseen naam die op ons nationaal tooneel bijna klassiek ge noemd mag worden. Haar rol was die eener coquette spring-in-'t-veld, die uit Hongarije naar een dorp in Gelderland gezonden is om een weinig „ontbolsterd" te worden, maar toch al den cursus eener hoogere burgerschool achter den rug heeft. Op een ongerijmdheid meer of minder let men echter in Inkwartiering eenmaal niet. Mej. Sablai rolles speelde die rol met veel opgewektheid, met een waar diable au corpszoo als de Franschen zeggen. Haar schaterlach over den in het wet- honderspak gestoken luitenant klonk zoo natuurlijk en aanstekelijk, alsof zij het van Jeanne Samary, haar collega in de „ingenuïteit" aan 't Theatre Frangais, in VEtincelle afgezien had. Eén vraag moeten wij haar doen, waarvan wij de neteligheid innig voelen. Is het, wanneer men zich grimeert om eene jonge dame uit Hongarije voor te stellen, in 'erdaad noodig dit zoodanig te doen dat men denken doet aaneene op zijn Hollandsch aangekleede baboeDe Hongaarsche zon doet wel de Tokaijer-druiven rijpen en de wangen der Zigeuners bronzen, maar eene Magyaarsche 17- jarige, die een oom heeft wonen op den Darthui- zer-berg, zou die zoo alle verwantschap met de Gelderscke „meisjes van melk en bloed" moeten verloochenen? En dan die verscheurende witte tanden en die ontzettende oorhangers, llka Etvöt is wel een wildzang, maar toch geen wilde? Ziedaar, nu hebben wij 't misschien voorgoed verkorven bij mej. Sablairolles, omdat wij durven twijfelen aan de volmaaktheid van haar „uitwen dige verschijning" en ook weder by dat deel onzer lezers, dat zelfs in zijn lachen niet verdraagzaam is en zich niet kan voorstellen dat, als zij zoo'n pret hebben, een ander iets aan te merken heeft. Haasten wij ons daarom met voor ditmaal onze beschouwing te eindigen, door te verklaren dat de geheele zaal blijken gat van zich dol te amuseeren en niets liever te wenschen dan Het Ned. Tooneel spoedig weer te zien. onderwijs. Op verzoek,eervol ontslag verleend aan mr. J. A. Teilegen, als leeraar aan de R. H. B. S. te Groningen. posTERiJEs. Benoemd tot directeur van het postkantoor te Haarlem J. Albarda, thans direct, van bet postkantooor te Dordrecht. Het gerechtshof te 's Hago heeft den gewezen gemeente ontvanger van Rijswijk J. A. K., met aanneming van verzachtende omstandigheden, veroordeeld tot 18 maanden eenzame opsluiting en eene boete van f 167doch den gewezen klerk ter secretarie aldaar, W. v. D., bij gebrek aan wettig bewijs, vrijgesproken van medeplichtigheid. Zie laatste beriehten van gisteren.) Voor het hof te 's Gravenhage stond giste ren terecht een vrouw uit Vlissingen, genaamd H. M. T., huisvrouw van A. H. v. W., van be. roep werkster, beschuldigd van in de maand Juli jl. zich in de woning van bare meesteres meteen valschen sleutel toegang te hebben verschaft tot een chiffonière en daaruit eerst een bankbiljet van fr. 100 en 3 weken later een van 60 te hebben ontvreemd. De beschuldigde bekende uit gebrek de misdaden te hebben gepleegd. De proc.- gen. jhr. mr. v. d. Berg oordeelde de schuld ten volle bewezen en eischte eene veroordeeling tot 5 jaren tuchthuisstraf. De verdediger, mr. E. A. Smidt Hz., was van meening dat de diefstal niet wa3 bewezen en „Er is geen Valluik op het balcon", viel Don Stefano hem toornig in de rede. Hij en Antonio hadden met ingehouden adem staan luisteren. „Signor Pittore gij droomt." „Misschien" antwoordde Ralph uitgeput. „Al wat ik weet is dat zij het mij ver teld heeft waarom gaat gij het niet zien'?" Daarna viel zijn hoofd weer in den schoot zijner verpleegster. n Er valt niet veel meer te vertellen. Natuurlijk gingen Don Stefano en Antonio kijken en natuur lijk vonden zij een tot nu toe onbekend valluik, met een donker vertrek eronder, tusschen de twee muren gebouwd, net als het beschreven was. Misschien vonden zij er ook nog andere beenderen dan die van de arme Donna Julia. „Maar wie wist dat die kamer bestond zei Don Stefano, zijn trouwen dienaar verlegen aan ziende. „Zij die haar gemaakt en gebruikt hebben", antwoordde de scherpzinnige knecht, „dit is altijd de priestertoren geweest." Men legde de beenderen der arme Donna Julia in de marmeren kapel, die aan de familie behoor de, in de kerk Santa Maria del Popoio. Toen alles voorbij was, bekende Don Stefano dat de geest zijner zuster hem verschenen was op den eersten avond van Allerheiligen na haar verdwijnen maar hij had hef als een spel zijner verbeelding vestigde 's hofs aandacht op verzachtende omstan digheden. Tegeu I. V., vroeger woonachtig te Koe wacht, werd gisteren door den proc.-gen. by het gerechtshof te 's Gravenhage levenslange tucht huisstraf geëischt, wegens moord, vóór zeven jaren op A. G. gepleegd. De beschuldigde be weerde tot zelfverdediging een geweer gehaald te hebben, dat bij ongeluk was afgegaan. De advocaat mr. Enderlein concludeerde op dien grond tot ontslag van rechtsvervolging. De uit spraak zal over acht dagen plaats hebben. Het gerechtshof te 's Hertogenbosch heeft S. N., tapper, wonende te Beesel (Limburg) schul dig verklaard aan vervoer van gedistilleerd, on gedekt door document, en hem deswege veroordeeld tot een geldboete van 2260.05, bij wanbetaling te vervangen door vier maanden gevangenisstraf. De hevige storm die heden alhier woedde heeft aan verschillende woningen schade berokkend en hier en daar boomen ontworteld. Op den Kin derdijk is een man in de kaai gewaaid, doch gelukkig gered. Omstreeks half zes is een landbouwer op den Korendijk, door een neervallenden tak, ernstig gekwetst. Uit Rotterdam schryft men aan het Nieuws v. d. Dag: Op het oogenblik vertoeft te Rotterdam een vreemdeling, die de diplomatie en de justitie van niet minder dan vyf mogendheden bezighoudt. Aan zijn grootsche daden heeft Esposito, bijge naamd Randazzi, zooveel belangstelling niet te danken. Hij is een klein kereltje, met donkere geelachtige tint en een vollen, niet te zwaren baard. Gekleed in een grijs fantasieco3tuum met helkleurige das en een zwart castoren hoedje, zou zijn verschijning aan een roover uit de opera-comique doen denken, ware het niet dat zijne oogen iets buitengewoons verrieden. Die oogen liggen hem als die van een vos in 't hoofd; of liever, ze liggen niet, ze vliegen hem door het hoofd; niets ontgaat hun; zij bewijzen dat Espo sito gewoon is in een toestand van gevaar te leven en dien toestand te overzien; voeg daarby de lenigheid van zyn vormen, en men kan be grijpen hoe hij zoo geruimen tijd en zoo herhaal delijk aan de nasporingen der justitie wist te ontkomen. Hij spreekt en leest niet anders dan Italiaansch. Toch bekende hg op eene tot hem in het Duitsch gedane vraag, dat hg mio poco Duitsch verstond, eu antwoordde hij ook bevesti gend op de vraag, door den directeur iu het Fransch tot hem gericht of het eten hem beviel- Hg weigert echter een van die talen te spreken, evenals hg eerst weigerde zijn portret te laten maken, waartoe men hem ten laatste toch wist over te halen. Toen wij bij hem iu de cel kwamen zat hij aan tafel te lezen met de twee bewakers, die hem geen oogenblik verlaten, by zich. Onmiddellijk stond hij op en nam beleefd den hoed af. Op de hem gedane vragen antwoordde hy met zeer zachte stem, terwijl telkens zijn gelaat een lichtroode kleur aannam, als hem gevraagd werd wat hij liever niet beantwoordde. De glimlach verdween echter niet van zijn mond't was alsof hy zeggen wilde„vraag maar toe, jelui krijgt mij toch niet." Niemand zou achter dat manneke zoeken dat bij een twintigtal moorden op zijn geweten heeft, dat hij dikwijls met de fijnst berekende wreed heid te werk ging. O. a. zond hy aan de ouders de afgesneden ooren van een kindje dat hij als gijzelaar had gehouden, om het zenden van den losprijs te bespoedigen; hij was het ook die in dertijd den Engelschen consul te Napels wegvoerde en als gijzelaar hield. Ik geloof, dat die geschie denis ook in verband Btaat mot de aanvraag om uitlevering. Zekeris het dat hij, deswege ge- beschouwd en zijn best gedaan om er niet meer aan te denken. Sedert wilde hg niet meer in het paleis wonen. Nu was baar geest eindeiyk tot rust. En Ralph Moeten Wij hier nog bijvoegen dat hy op dienzelfden dag door een hevige koorts werd aangetast? Sommige menschen zeiden dat het Romeinsche koorts was, die hy opgedaan had door te lang in den dauw op den Pincio te blijven. Anderen verzekerden dat het hersenkoorts was hij had in den laatsten tijd te hard gewerkt; Don Stefano en Antonio dachten er anders over, maar zij zeiden niéts, zy pasten hem liefderijk op en brachten hom naar beter en ruimer kamers over. Maar zelfs toen Zag zyn móeder, die hit Schotland kwam om hem te verplegen, geen reden om hem zijn vérkwisting te verwyten. Onder haar verstandige zorg, herstelde hy na verloop van tijd en sedert heeft hy een söhildery Van Donna Julia, zooals zij hem dien nacht versche nen is, voor de zitkamer van den markies geschil derd. Er is geen sprake meer van dat hy naar het kantoor van zijn vader terug zal keeren maar wel dat hij een tweede Donna Julia zal mee nemen, als hij binnenkort naar Schotland gaat om zyn familie op te zoeken. Die tweede Julia is veel schooner dan de eerste dat zegt Ralph ten minste. Maar de markies schudt het hoofd en zegt: „Neen." Hy is evenwel een veel te liefhebbend vader om de liefde zyner dochte| snapt, aan de beambten, die hem per gevangenis wagen vervoerden, wist te ontkomen. Deze man, die zoolang buiten schot wist te biyven, werd in Amerika gearresteerd, terwijl hij op de jacht was, en nog wel op de hazenjacht. Gisteren werd hy door de Rotterdamsche politie naar Esschen overgebracht, waar de Bel gische politie gereed stond hem te ontvangen. Te Rotterdam is thans eene Schouwburg- Vereeniging opgericht, welke ten doel heeft, op daartoe van de gemeente tegen lage erfpaoht te verkrijgen grond in de Aertvan Nes-straat, een schouwburg-gebouw te stichten. Zij zal daartoe een 4 pets leening van 600,000, in aandeelen van f 100, /250, 500 en 1000 uitgeven. De rente zal betaald worden in coupons, welke voor toegangsbewijzen en voor vertering aan het buffet in den schouwburg kunnen ingewisseld worden. Bovendien betalen de leden der Ver-; eeniging f 10 contributie. Uit Bergen op Zoom wordt gemeld dat het verhaal van den in die gemeente gepleegden kinderroof een verdichtsel is en dat de moeder der twee kinderen zeer goed wist dat deze met den bekenden dronkaard mede waren. Zy heeft dan ook van de zaak by de politie geen aangifte gedaan, want „de kleinen moesten onder geleide handel leeren dry ven." Te Rotterdam is door den Zwitserschen consul voor de slachtoffers der bergstorting te Elm f 3000 byeengebracht. Onder leiding van Riohard Hol is te Utrecht een studenten-zangvereeniging opgericht. De Haagsche politie heeft op verschillende punten van de stad uurwerken geplaatst, die de naohtwakers telkens hebben te verzetten en die den tyd aangeven, waarop zy zich op de bedoelde punten hebben bevonden. Op deze wyze is de contrdle op de rondes volkomen verzekerd. Eenige studenten te Leiden zijn dit jaar by 't ontgroenen zoo ver gegaan, dat een der slacht offers uit het raam is gesprongen en zich ernstig heeft bezeerd. De heer J. van Bemmelen wijdt in het studenten-weekblad Minerva naar aanlei ding daarvan een artikel aan den groentijd, waarin de buitensporigheden sterk afgekeurd, en zy die zich daaraan schuldig maken, in de krach tigste termen gelaakt worden. Na dikwerf verleend ui:stel heeft de Frausche regeering de spoorwegmaatschappyen kennis ge geven dat het blocksysteem binnen drie maanden za lmoeten ingevoerd zijn op alle lijnen, waar vyf of meer treinen in het uur loopen. Het is te hopen dat de regeering thans zal volhouden en bestand blyken tegen de kracht der inertie van de groote spoorwegmaatschappijen. Nabij Edgeworthstown in Ierland werd Woensdag avond een deurwaarder, die ter terecht zitting tegen eenige Boycotters getuigd had, met twaalf revolverschoten doodelijk gewond. De historie van het beenderenschip dat uit Rodosto onder meer gebeente ook het overschot van vele helden van Plewna naar Bristol zou vervoerd hebben, wordt door de Levant Herald tegengesproken, wijl het niet voordeelig zou kunnen zyn menschenbeenderen over den Balkan naar Rodosto te vervoeren en vandaar te verschepen. Er waren echter uit den oorlogstyd naderbij Rodosto vele beenderen van dieren en menschen te vinden, uit welke de bedoelde lading veeleer kan zyn samengesteld geweest. *§cherpenisse, 12 Oct. Bij de aanbesteding op beden alhier, van het uitvoeren van verdedi gingswerken van den onderzeescheu oever aan de waterkeering van het calamiteuse waterschap Scherpenisse, is aannemer geworden de heer D. de Jong Az., te Ter Neuzen, voor f 17,325. 13 Oct. 'sav. 11 u. 50 gr. 14 's morg. 8 u. 56 gr. 'smidd. 1 u. 57 gr. 's av. 5 u. 54 gr. F. Kort na de sluiting van den Woensdag namiddag gehouden ministerraad spoorde de heer Forster terug naar Dublin, waar hij gisteren in den te dwarsboomen, veel te welgezind jegens Ralph Cameron om de hoop van dien jongen schilder te beschamen te edelmoedig, te vryzinnig, te verstandig om overal gelykheid te verwachten en te eischen. Indien de geboorte zyner dochter hooger is dan die van Ralph, dan bezit die jonge schilder althans grooter talenten dan haar ten deel gevallen zyn. Het is slechts een quaestie van wederzijds geven en nemen en men heeft Don Stefano wel eens hooren zeggen dat zyn dochter in dit geval het minste gaf. Het is waar, dat er niet veel vaders zijn die dit zullen toegeven; maar gelijk hij zelf zegt, weinigen hebben gelukkig zulk een dure les moeten ontvangen als hg op dien nacht van Allerheiligen door het model van Ralph Cameron.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 2