N°. 215.
124® Jaargang.
1B81.
Dinsdag
13 September.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland; de Compagnie générale de Publicité G. L. Daubb Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlyn Weenen, Zurich enz.
Middelburg, 12 September.
Simon Sundeved's re is
naar Engeland.
HOLGER DRACHMANN,
Z. M. de koning heeft in den voor dergelijke
mededeelingen gebruikelijken vorm, aan de tweede
kamer kennis gegeven van het overlijden van Z.
K. H. prins Frederik.
Volgens de Kóln. Ztg. heeft prins Albeit van
Pruisen van den Duitsehen keizer de opdracht
ontvangen om de begrafenis bij te wonen. De
N. B. Ct. zegt echter dat er sprake van is, dat
de kroonprins van het üuitsche rijk zijn keizer
lijken vader bij de treurige plechtigheid zal ver
tegenwoordigen.
De Nordd. Allg. Ztg. noemt het overlijden van
den prins „een smartelijk verlies voor de Pruisi
sche koninklijke familie en inzonderheid voor den
keizer, die sinds zulk een lange reeks van jaren
eene innige vriendschap voor hem gevoelde."
Van zijn buitengewone goedhartigheid zegt zij
verder weet men vooral op zijn landgoed
Muakau met hoogen lof te verhalen. Gelijk
overal waar men van nabij met hem bekend was,
zal ook daar bet verlies diep worden gevoeld.
HH. MM. de koning en de koningin worden
Zaterdag 17 dezer te 's Gravenhage terugverwacht.
De kroonprinses van Denemarken, kleindochter
van wjjlen Z. K. H. prins Frederik, wordt mede
aldaar verwacht.
Een looden kist, geplaatst in eene van maho
niehout, bevat het stoffelijk overschot van Z. E. H.
prins Frederik. Op het deksel, dat met tien
massief zilveren knoppen wordt bevestigd, is een
zilveren plaat aangebracht, waarop het volgende
opschrift gegraveerd is: Willem Frederik
Karei Prins der Nederlanden Geboren te Ber
lijn den 2Sen Februari 1797 Overleden te Kuis de
Pauw den 8 September 1881.
Acht zilveren hengsels met doodshoofden op
de handvatsels zijn aan de verschillende zijden
van het houten omhulsel vastgehecht. De bin
nenkant is bekleed met onder- en zij matrassen
en een hoofdkussen van gecapitonneerd satijn.
De kist rust op acht zilveren leeuwenklanwen.
Met l^k van den prins is niet gebalsemd, maar
de kist hermetisch gesloten.
De Arnh. Ct. toont aan dat de in onze grond
wet en andere wetten gevorderde ambtseed, bij
het aanvaarden van verschillende openbare be
trekkingen, niet den daarbij veronderstelden waar
borg oplevert en wel op de volgende gronden.
„Niet elk burger van den staat de invulling
op de bevolkingstaten wijst het uit behoort
tot eene of andere „godsdienstige gezindheid,"
of is lidmaat van een kerkgenootschap; niet in
FEUXLLBTOiq-.
s
DOOK
Uit het DeenscK)i
„Ik kreeg precies alles wat gij daar opnoemt
en toen ik nu met al mijn goed aan boord was,
en de brik zeilklaar lag, lichtten wij het anker
op zekeren namiddag, ik weet niet juist meer
of het in het laatst van Februari of in het begin
van Maart was."
„Kom, dat doet er zoo precies niet toe."
viel de loods alweêr in. „Gij kunt immers
zeggen dat het vastenavond was, dan luisteren
de menschen nog eerder naar uwe guitenstreken."
„Zwijg nu stil," zei ik en wenkte den loods,
„anders komt de brik nooit over om hare kolen te
halen."
„Ja, laat ons nu ordentelijk zijn," antwoordde
hij en klonk met mij. „Ga voort, Simon maar
halt f zeg mij eerst of er ongedierte aan boord
was?"
„Of er," was het antwoord. „Ja, daar kunt
ge van op aan dat er ongedierte was, en ook dat
jk gebeten werd; maar dat behoort nu tot de
alle gezindheden en kerkgenootschappen is de
eed een wezenlijk bestanddeel der leer of belij
denis; nog veel minder is het waar, dat het
wettelijk eedsformulier, zooals onze wetten het
geformuleerd hebben, óok is het in alle gelooven
en belijdenissen bindende eeds-formulier. De He-
breeuwsche, oud-testamentische eed der Israëlieten
o. a. wijkt zeer van onzen wettelijken eed af."
Uit dien hoofde en ook nog om andere redenen
is de Arnh. Ct. van oordeel, dat de ambtseed,
„die toch ten slotte niets waarborgt," gevoegelijk
afgeschaft zou kunnen worden.
Het valt in 't oog dat hierdoor slechts een ge
deelte van wat men de „quaestie van den eed''
noemt, opgelost zou worden. Wij maken dan
ook uit het betoog in de Arnh. Ct. op, dat zij
voornemens is den eed in straf- en burgerlijke
rechtszaken, dien tot bekrachtiging van belasting-
opgaven enz. in latere opstellen te behandelen.
In de heden namiddag gehouden openbare ver
gadering van de kamer van koophandel en fabrie
ken alhier werd mededeeling gedaan van verschil
lende ingekomen stukken, die deels bij de leden
rondgezonden, ter visie gelegd of in het archief
gedeponeerd zullen worden. Een schrijven van
burg. en weth. van Middelburg, waarbij de mee-
uing der kamer wordt gevraagd of in de wijze
waarop de graanmarkt alhier is ingericht niet in
het belang van den graanhandel eene veran
dering is te brengen, werd gesteld in handen der
commissie voor de maand.
Daarna ging de zitting over in eene met ge
sloten deuren.
Vllssfngen, 12 Sept. Door den minister
van oorlog is bepaald dat het meel, benoodigd
voor de garnizoensbakkerij alhier, te Middelburg
en te Kammekens, verstrekt zal worden uit de
garnizoensbakkerij te 's Gravenhage, hetgeen voor
de molenaars alhier eene belangrijke schade is.
Ter Neuzen, 10 September. Van de alhier
aangebrachte, door duikers opgehaalde stukgoe
deren uit het bij Baarland gestrande Engelsche
stoomschip Cosmopolitanbestaande uit 156 vaten
melasse, 60 balen Manilla-hennep, eene partij jute,
2 vaten katoen-olie, alles min of meer door zee
water beschadigd, alsmede nog 2 masten, tuigage
enz., heeft heden eene openbare verkooping plaats
gehad, waarvan de totale opbrengst bedraagt
f 10,863. Naar men verneemt, genieten de ber
gers daarvan voor bergloon 30 percent.
De stoomboot met nog inhebbende lading werd
op 15 Augustus verkocht voor f 2150.
De gemeenteraad van Assen heeft met 8 tegen
2 stemmen zich onbevoegd verklaard om eene
beslissing te nemen ten aanzien der al of niet
toelating van dr. Hartogh Heps van Zouteveen
onaangenaamheden van de reis! laat ons eerst
over de aangenaamheden spreken."
„Ja, drommels, vergeet die niet," klonk weer
een stem over de tafel.
„Houd uw mond, Nicolajsen," riep de loods.
Simon vervolgde:
„Behalve den schipper, den stuurman en mij,
bestond de equipage van de brik uit drie man
daarenboven was er een joDgen, een zwarte poe
del, die Ole Luköje heette, een varken, dat zij
(God weet waarom) Zacharias noemden, een oude
gans, die geen naam droeg, maar minstens twin
tig reizen met het schip gedaan had en verder
een mand met kippen en eenden, die voor een
commissionair in New-Castle bestemd waren.
j,Het was geen groote bemanning, maar als wij
allen onze krachten inspanden, konden wij de
schuit toch hanteeren."
„Vooral als gij zorg droegt om Ole Luköje
uit den weg te houden," riep de loods, en lachte
over zijn eigen geestigheid.
- „Dat zoudt gij denken," zei Simon zonder
er8- „Neen, Ole Luköje kon ons juist heel goed
helpen."
Nu lachten wij allemaal.
„Dien zwarten satan had men geleerd om met
de tanden eeu eind touw in te halen," verklaarde
de waard; „en buitendien kende hij allerlei an
dere kunsten, die de vroolijkhoid onder het werk
aan boord hielden."
als raadslid. Da verklaring van den burgemeester,
dat het verkozen raadslid zonder eeds-aflegging
geen zitting mag nemeD, blijft dus van kracht.
Uit Deventer, Vreeswijk, Grave en Venlo wordt
sterke aanwas der rivieren en overstrooming der
uiterwaarden gemeld. Te Maastricht is echter de
Maas aan 't vallen.
Op de landbouw- eu vee-tentoonstelling te
Bergen op Zoom zijn 0. a. bekroond: A. Alberts
te Middelburg, tweede prijs voor de schoonste
verzameling pluimgedierte; W. H. de Bruijn te
Koudekerke, eerste prijs voor de schoonste boter
en tweede prijs voor haver.
In de gemeenten Noordeloos, Hoornaar en Hoog-
Blokland is het licenserecht voor de uitoefening
van het tappersbedrijf bepaald op f 25 's jaars
voor elke ƒ100 huurwaarde of gedeelte daarvan.
Na de bekendmaking van het besluit van ge
deputeerde staten van Zuid-Holland, waarbij de
afschaffing van de kermis aldaar in stand gehou
den is, heeft de burgemeester de volgende kennis
geving doen aanplakken:
„De burgemeester van Hillegom, in aanmerking
nemende dat de orde en rust in deze gemeente,
ook na de publicatie van het besluit van heeren
gedeputeerde staten aangaande de kermis, niet is
gestoord geworden;
„Willende diensvolgens zooveel mogelijk dé
ingezetenen ontheffen van den last van inkwartie
ring, heeft, in overleg met het dagelij ksch be
stuur, besloten, van heden 9 September af, de
sterkte van het detachement infanterie en huzaren
te verminderen tot 1/5;
En zal de opheffing der inkwartiering geheel
en al plaats hebben zoo dra in de gemeente vol
doende is gebleken, dat voor het vervolg geene
stoornis der openbare orde zal plaats hebben;
„Doet, hiermede overeenkomstig, een beroep op
de goede gezindheid en het welbegrepen eigenbe
lang van de inwoners der gemeente."
Het algemeen programma is verzonden voorde
van Mei tot October 1883 te Amsterdam te hou
den internationale koloniale tentoonstelling en
tentoonstelling van algemeenen uitvoerhandel'
kunst en nijverheid.
Men weet dat de tentoonstelling in vijf afdee-
lingen gesplitst zal worden, waarvan de eerste
het hoofddoel, namelijk de koloniale tentoonstel
ling, zal omvatten. De andere vier afdeelingen zijn
gewijd aan2o algemeene uitvoerhandel; 3o retro
spectieve tentoonstelling van kunst en nijverheid;
4o speciale tentoonstellingen, en 5o wetenschap
pelijke voordrachten en bijeenkomsten.
Het comité van bestuur eindigt zijne mededee
lingen met de volgende woorden
„Ja, maar nu het varken vroeg de loods.
„Daar komen wij later aan 1 Voorloopig
moet ik vertellen van den schipper. Dat was een
uiterst, verstandig en méégaand man, behalve
wanneer hij boos was; maar dan was hij ook in
allen ernst desperaat. Om den anderen dag zoowat
had hij een aanval, precies alsof het de anderen
daagsche koorts was. Gewoonlijk kwam hij
's morgens vroeg op het dek, met de handen in
de broekzakken en een eind zeilgaren in den mon'1,
waarop hij liep te zuigen; want hij wilde geen
geld uitgeven voor pruimtabak. Dan riep hij den
stuurman den koers toe, spuwde het zeilgaren uit
en gaf den jongen een oorvijg. Als dat bezorgd
was en hij Zacharias, die in den regel los over
het dek liep, geschopt had, kreeg hg zijn koffie,
en als hij dan voorop was geweest en zijn mor
gengebed gedaan had, werd hij weer heel behoor
lijk en vreedzaam, riep Ole Luköje bij zich en
gaf hem een beschuit. Voor de rest was hij een
flink zeeman, dat moet ik zeggen. Hij bromde
nooit, al ging het nog zoo scheef; maar regen
kon hij niet verdragen, en het scheepsvolk zei
dat het kwam omdat hij niet kon velen dat het
dek schoon gewasscben werd
„Ja maar," viel de stem over de tatel weer
in, „dat kon de zee ook wel doen wanneer gij
stortzeeën kreegt."
„Wel zekerbevestigde de verhaler „maar
oet water spoelt altijd beter af dan zout."
„Zal deze tentoonstelling aan baar doel beant
woorden, dan wordt daartoe de medewerking
vereischt van alle Europeeeche koloniale mogend
heden.
„Wij koesteren dan ook de verwachting dat de
uitnoodiging, die door de Nederlandsche regeering
tot haar zal worden gericht, om de koloniale
tentoonstelling te Amsterdam met hare inzendin
gen te verrijken, niet onbeantwoord zal blijven.
„Zelfs voor de machtigste volken kan het niet
dan goed zijn om van tijd tot tijd in 't strijdperk
te treden en zich met hunne mededingers te meten,
al ware bet slechts om te toonen dat bun macht
en rijkdom, gesteund door moreele en intellectu-
eele krachten, nog steeds de waardeering der ge-
heele beschaafde wereld verdienen.
„Uitbreiding van handelsoperatiën, aanmoediging
der nijverheid, verheffing van de zedelijke kracht
der natiën, versterking van den band die de
volkeren aanéensnoert, zullen de heilzame vruchten
zijn van zooveel eendrachtig pogen, zoowei voor
de koloniën als voor het moederland.
„Het is inzonderheid voor ons vaderland, dat
door zijn ligging als voor den handel bestemd is,
dat de voorgestelde tentoonstelling van groot
belang wordt geacht.
„Dat de belangen vun landbouw en nijverheid
door haar zullen worden gebaat, mag niet worden
betwijfeld.
„Het ligt voor de hand dat zij op de algemeene
volksontwikkel ng een gunstigen invloed zal
kannen uitoefenen.
„Wij mogen daarom vertrouwen dat ons voor
nemen met algemeene belangstelling zal worden
begroet en de Nederlandsche natie, gesteund door
onze nationale kracht in Nederlandsch Indië, het
zich tot een voorrecht zal rekenen aan de wereld
te kunnen toonen dat Nederland terecht aan
spraak mag maken op een eervolle plaats onder
de volkeren van Europa.
„De hooge regeering en de landvoogd van
Neerlandsch Indië hebben beloofd onze pogingen
te stennen.
„De gemeente Amsterdam beeft uitgestrekte,.,
zeer gunstig gelegen bouwterreinen voor de zaak
beschikbaar gesteld.
„Moge het spoedig blijken, dat onze nijveren
gereedstaan het staal te wetten en den kampstrijd
te aanvaarden, opdat het jaar 1883 opnieuw het
bewijs levere, dat hetgeen de Nederlandsche
natie wil, zij dat ook vermag
De audiëntie van den minister van oorlog zal
op Donderdag 15 Sept. a., niet plaats hebben.'
In de St.'Ct brengt de minister van waterstaat
enz. ter kennis van belanghebbenden, dat in de
tweede heflt van October a., voor de vervulling
der betrekking van aspirant-ingenieur van den
waterstaat een vergelijkend onderzoek zal plaats
„Die schipper was een groot varken, dat is
zeker."
„Ik dacht dat Zacharias het varken wa3?"
zei de loods lachend.
„Loop heen," riep de stem over de tafel,
„Zacharias was immers het kleine varken
„Weest nu allemaal stil," riep de waard,
om een einde aan de stoornis te maken. „De
eenigen aan boord die zich een beetje netjes
hielden waren de stuurman en Simon Sundeved,
zonder mg zeil te prijzen. Die stuurman was
anders een merkwaardig man. Hij had in zijn
jeugd nogal veel van een borreltje gehouden
maar op een keer kwam hij in een Engelsche
haven in aanraking met leden van een afschaffings
genootschap en hij werd ook lid. Dat hielp,
tot dat hij weer instortte. Toen werd hij lid van
een ander genootschap en dat hield hij vol,
telkens wanneer hij weer instortte, zoodat hij»
toen ik hem leerde kennen, lid was van al de
totale afschaffingsgenootschappen, die in Engeland,
Schotland en Ierland bestonden. Bovendien waë
hij zeer muzikaal, en daar hij niet meer naar dë
flesch mocht grijpen, greep hij nu naar de harmo-
nika en daar speelde hij öp telkens als hij de
vrije wacht had en verder zoo dikwijls hij er
maar toe komen kon, ten spijt van den kapitein
en den poedel, die beiden niet van mnziek
hielden. „Hoor eens, Skotterup," riep dé
schipper telkens als het instrument ran den