N®. 194.
194® Jaargang.
1881.
19 Augustus.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van i-7 regels f.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor Let Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
Middelburg, 18 Augustus.
VlUsingen, 18 Aug. Door het Engelsche
admiraliteitshof is uitspraak gedaan in het rechts
geding betrekkelijk den eisch tot schadevergoe
ding, ingesteld door het Nederlandsche gouverne
ment tegen de eigenaars van het Engelsche
stoomschip Fatfield, wegens het in den grond
loopen van den Ned. loodsschoener N°. 1 in het
Engelsche kanaal, in de maand Mei 1880.
FBXJI3L.3L.3B0?O3Sr.
De dochter van lord Maskelyne,
ZESDE DEEE.
Vad^
)ELBl)
COURANT.
De schuld der aanvaring werd bewezen te zijn
geheel aan de zijde van het stoomschip, zoodat
de eigenaars veroordeeld werden tot betaling der
geheele deugdelijk bevonden, als schadevergoeding
geëischte som.
By kon. besluit is aan de volgende gemeenten
in deze provincie, die door dè uitgaven tot eene
behoorlijke inrichting van haar lager onderwijs
vereischt in verhouding tot hare middelen en
andere uitgaven onbillijk zouden worden bezwaard,
een rijkssubsidie verleend: t. w.aanClinge1050,
Hoofdplaat f 350, Koewacht f 850, Nisse f 450
en Westkapelle 530.
De collecte voor do „school met den bijbel'!
heeft alhier 293.47 opgebraoht, waaronder f 30
speciaal bestemd voor de op te riohten school
voor on- en minvermogenden.
Naar wij vernemen, heeft de heer Kwekkeboom,
hoofdonderwijzer te Arnemuiden, bij gelegenheid
van den 23en verjaardag van H. M. de koningiD,
een pennewerk en zegenwensch vervaardigd, en
een en ander in een fraaien zijden koker in per
soon naar Het Loo overgebracht. Namens Z. M.
den koning en de koningin is hem schriftelijk
dank betuigd voor zijn fraai werkterwijl H. M.
de koningin, by de besehonwing ervan, hare bij
zondere tevredenheid erover uitsprak.
Bg den te Antwerpen gehouden schietwedstryd
tusschen Nederlandsche schutteryen (pelotonvnur
met 5 man) uitgeschreven door de Hollandsche
Club aldaar, zyn behaaldde le prys, een gonden
medaille, door de rnstende schutterij te Kralingen,
met 12 treffers; de 2e prijs, een zilveren medaille,
door de schutterij te Gouda en de 3e prijs, een
bronzen medaille, door die te Nymegen, ieder met
11 treffers. Voorts hadden de schutteryen van
Middelburg, Den Haag en Vlissingen ieder 10, die
van Rotterdam 7 en die van Breda 6 treffers.
Dinsdag herdacht te 's Hertogenbosch de heer
J. F. Meijer, luitenant-kolonelkommandant der
divisie kon. marechanssées in Noord-Brabant en
do
DOOR
ROSA MACKENZIE KETTLE.
BLANCHE.
HOOFDSTUK XXVI.
Het was haar in het eerst niet dnideiyk dat
Frank Ducie in huis was en dat zij hem gezien
had, maar zij voelde innig berouw over zijn smart
in zijn afwezigheid, over haar eigen onbezorgd
heid en onverschilligheid, zóoals zij het nu noemde,
Voor alles wat hy geleden had.
Zy zei dat zij hem in haar slaap gezien had
en dat hg zoo bleek en verouderd was sedert
hunne scheiding. Wat moest zij doen Somtijds
meende zij dat zy hem kon beloonen ongelukkig
maken; maar dan hing er weer een donkere wolk
als een gordijn tusschen hen beiden en hoe zij ook
haar best deed, altgd schoten hare krachten te
kort om de zware plooien op te lichten.
Eerst laat op den volgenden dag werd Frank
weer by haar toegelaten en zij ontving hem nu
niet geiyk de eerste maal blozend en lachend.
Zg was den heelen avond zeer ongesteld geweest
m had een slapeloozea nacht doorgebracht, onze
Zeeland, den dag waarop hij voor vijftig jaren in
militairen dienst trad. De muziek van het 5e
reg. inf. bracht den jubilaris eene serenade.
Honteraisse, 17 Augustus. De kermisda
gen zgn voorbg en in weerwil van alle voorspel
lingen der alarmisten hebben wij geen enkelen
brand gehad, dank zij de strenge bewaking van
politie en particulieren. Op bgna iedere boeren
hofstede werd gewaakt door gewapende lieden.
Dat zulks niet altijd zonder gevaar plaats heeft,
wgl daarbg vuurwapenen in handen van onge-
oefenden komen, is in een paar gevallen gebleken.
Zondag nacht viel een schot in de buurtschap
Hoek van 't Bosch en binnen weinige minuten
waren burgemeester en een paar politieagenten
ter plaatse aanwezig, in de hoop natuurlijk een
brandstichter te kunnen inrekenen. Zij konden
echter niets ontdekken, dan dat een der bewakers
door onbekendheid met het stellen der hanen van
een tweeloopsgeweer midden in den boomgaard,
waar hij met nog een paar andere bewakers op
verschillende punten post gevat had, een schot
had laten vallen, gelukkig zonder iemand te tref
fen. Gisteren morgen wilde een landbouwerszoon
het personeel der hofstede oefenen in de behan
deling van een revolver en ging daarbij zoo
onhandig te werk, dat een der knechts een schot
in de rechterzgde kreeg. Gelukkig werd de kogel
door een rib tegengehouden en later in 'smans
kousen weêrgevonden. Eene geringe huidver
wonding was het eenige gevolg van dit treffen.
Zullen wij nn binnen kort kunnen „trammen,"
vraagt men bier, sedert bekend geworden is, dat
de trameommlssie de nog ontbrekende ƒ300 bgeen
en zich bereid verklaard heeft daarvoor eene
verbintenis met de concessionarissen aan te gaan
Als deze laatsten nn maar wat spoed maken, dan
zal 't wel lukken.
Blijkens de laatste opgave van het hoofd
comité tot behartiging van de belangen der
Transvaalsehe Boeren zijn aan verschillende by-
dragen nog ontvangen f 4023. Daaronder komen
vooruit Java ƒ2000van het Transvaal-comité
te Middelburg 1500uit St. Martin 150uit
Rotterdam, overgeschoten gelden van het album
125; van de kamer van rhetorika te Sluis
f 3.34 enz.
Onder de leiding van den inspecteur van den
waterstaat Conrad is de ingenieur van den
waterstaat in het 4e rivier-arrondissement M. B. G.
Hogerwaard, te Gorinchem, belast met de werk
zaamheden van het kanaal van Amsterdam naar
de Merwede en is aan hem toegevoegd de ing.
van den waterstaat in het 2e rivier-arr. P. H.
Kemper, te Utrecht.
Daar de regeering de werkzaamheden aan dat
arme lelie zag er als geknakt uit en liet haar
bleeke hoofdje treurig hangen.
Ik geloof dat de liefde van Frank herleefde op
het oogenblik toen hg haar zoo terneergeslagen
zag. Hy stapte schielgk de kamer door naar de
canapé waarop zy lag, want zg was veel te zwak
om op te zitten. Op haar uitdrukkelgk verlan
gen waren Marguérite en ik tegenwoordig, maar
wij zaten op de verst afgelegen vensterbank en
namen geen deel aan het gesprek.
Nooit, zelfs als aankomend meisje, had Blanche
er zoo lief en teer uitgezien. Marguérite hal haar
met liefderijke zorg bijna als een bruid getooid,
met het kleedje dat zg op onzen trouwdag had
aangehad, en een ruikertje lila herfstbloempjes op
de borst gestoken. Ik geloof dat mijn lief vrouwtje
nog vertrouwde dat zij zou kunnen huwen en dat
een gelukkig huwelijksleven haar naar lichaam
en geest zou versterken en de angsten en zorgen
van het verledene als een boozen droom verjagen.
Ik daarentegen beschouwde haar even als op
onzen trouwdag, als een bruid des hemels, te
rein en te heilig voor aardsche vreugd en veel
te zwak voor het gelukkigste huiselijk leven, dat
toch ook altijd zijne zorgen meebrengt.
Iets van dien aard moest ook in het gemoed
van Frank Ducie omgaan, toen hij eerbiedig naast
haar neerknielde, zonder het te wagen de blanke
hand aan te raken, die op den rand van de canapé
rustte.
„Moet het zoo zgn, Blanche?" sprak hij
kanaal zoo spoedig mogeiyk wenscht te zien
aanvangen, hebben bovengenoemde ingenieurs de
aanschrijving ontvangen om uiterlgk 15 Septem
ber zich op hun standplaats Utrecht te bevinden,
Het roodvonk onder het garnizoen te Bergen
op Zoom is dermate toegenomen, dat aan de onder
de wapens gekomen lichting van 1878 de toegang
tot de verschillende kazernes is ontzegd. Voor
den eersten nacht werden de militairen in ver
schillende rijksgebouwen onder dak gebracht,
terwijl een gedeelte in tenten werd gelegerd.
Een gerucht dat bij het 5e reg. infanterie te
's Bosch mazelen en roodvonk gelijktijdig zouden
zijn uitgebroken, is als zeer overdreven te be
schouwen, daar er zich slechts een paar gevallen
van mazelen hebben voorgedaan by kinderen van
gehuwde militairen.
In den brief van onzen Haagschen correspon
dent, opgenomen in ons nommer van Dinsdag jl.,
werd melding gemaakt van de aanwezigheid in
Den Haag van zekeren dr. Edward Nathaniel
Ganz, algemeen secretaris van het onlangs te
Londen gehouden socialisten-congres.
De redactie van het Vaderland heeft naar dezen
vreemdeling onderzoek gedaan en van hem de
verzekering ontvangen dat het doel van zyn
verblijf uitsluitend was te Scheveningen de zee
baden te gebruiken en eenige volstrekte rust te
genieten. Op de vraag of hg hier te lande geen
propaganda dacht te maken, antwoordde hy, dat
Nederland geheel buiten het arbeidsveld der
anarchisten ligt.
„Wij zoeken de volkeren gelukkig te maken,"
zeide hg, „maar het Nederlandsche volk is met
den regeeriugsvorm, dien het bezit, tevreden.
Waartoe zouden wij hier dus veranderingen trach
ten te maken We zouden daardoor slechts
bereiken wat we niet willen."
Op de vraag of het congres van Londen ook
eenig besluit had genomen over het houden eener
vergadering in Nederland, antwoordde ons de
vreemdeling„Gij vergist u waarschijnlgk. Er is
sprake geweest van een congres der fractie van
Zürich in Holland; doch wy, anarchisten, zgn
geenszins bondgenooten van de Züricherof Leipziger
socialistenwij bestrijden hen even krachtig, als
de reactie. Ik geloof overigens niet, dat de
Ziiricher socialisten naar Holland zullen komen."
De heer Ganz deelde mede, dat hij zijn domi
cilie heeft te Boston, waar hy de Liberty redi
geert en een socialistisch tgdschrift; hij was ook
de uitgever van de Anarchistdie voor eenigen
tijd zulk een sensatie in Amerika verwekte.
Hij heeft in de laatste jaren het grootste ge
deelte van zijn tijd in Europa doorgebracht. Hy
is een man van 36 jaren, van zeer donker en
kalm, „verlangt gij werkelijk dat ik mijne aan
spraken op dit lieve handje laat varen? Ik kan
mijn langdurige ballingschap moeielijk anders
verstaan."
Blanche verroerde zich niet en kon gedurende
eenige oogenblikken niet spreken. Eindelgk, juist
toen Marguérite haar wilde te hulp komen en des
noods voorspreken, zei zij zacht:
„Ziet gg zelf niet Frank hoe het met my
gesteld is? Ik heb meer dagen zoo als gisteren,
waarop myn geheugen weg is. Daarna komt het
met een geweldigen stroom terug en dreigt het
weinigje verstand dat God mij gegeven heeft weg
te spoelen. Mgn familie kent mgn zwakheid,
heeft geduld met mij en bemint mij er misschien
des te meer om. Maar hoe zou ik het maken
onder vreemden, als het hoofd van een huisgezin?
Het is veel beter dat gij mij in mijn eigefa winter-
huisje laat, evenals de vogeltjes, waarvan ik u
gisteren vertelde. Waarlijk, waarlijk, beste neef,
het is veel beter dat zulke misdeelden als ik
in hun nestje kruipen en niet trachten een vlucht
te nemen, waarvoor hunne vleugels de kracht
missen."
Zij sprak met tusscheupoozen, gedurende welke
haar gewoonlgk zoo ongeduldige minnaar droevig
en gedwee wachtte. Toen zij met spreken ophield,
zei hij zacht
„Gy placht mij vroeger nooit „neef" te
noemen."
De oogen van Blanche Vulden zich met tranen.
levendig uiterlijk en kleine gestalte; hij schijnt
een man van studie te zijn en spreekt tamelijk
vloeiend Fransch, Engelsch, Duitsch, Russisch,
Spaansch en Italiaauscb.
Dit alles klinkt zeer vriendelijk en onschuldig.
Wg moeten echter opmerken dat indien de
socialisten, anarchisten of andere „weldoeners"
der volken goed mochten vinden apostolen naar
ons land te zenden, het waarschijnlgk niet het
beste middel zou zijn om achter hun plannen te
komen wanneer men deze propaganda-makers
persoonlgk daaromtrent ondervroeg.
Een inzender in de N. li. Ct vestigt de aan
dacht van den minister van marine op het volgende.
In de maand Februari bood een loodavaartuig, op
last van den commissaris der loodsen te Maassluis,
onder groot levensgevaar voor de bemanning, hulp
aan het op den Hoek van Holland zittende
Spaansehe stoomschip Soto. Het gelukte de boot
vlot te brengen en met blijdschap vernam men
dat een flinke geldsom gestort was, als belooning
voor den verstrekten bijstand. De bemanning der
loodsboot heeft daarvan echter tot dusver niet
alleen niets ontvangen, maar zelfs van hare chefs
vernomen dat er geen kans voor haar op eenige
uitkeering bestaat.
Niet zonder reden herinnert de inzender hierby
aan 't geval der schrg vers van de landswerf te
Amsterdam. Daar viel aan het gepleegde onrecht
niets meer te doen, dewijl de autoriteiten, door
rechtstreeks tegenover hare ondergeschikten onge
lijk te bekennen, haar aanzien benadeeld
zouden hebben. Tegenover het loodspersoneel van
Maassluis behoeft echter gelukkig van een gepleegd
onrecht nog geen sprake te zgn. Indien de re
geering of hare ambtenaren aanvankelgk van
meening geweest zijn dat het bergloon van de
Soto ten bate van de schatkist gehouden mocht
worden, dan kan de minister, zonder eenigszins
aan zgne waardigheid te kort te doen, op die
zienswijze terng komen en gelasten dat aan hen,
die voor een moeilijk en gevaariyk werk hun
even waagden, ook het loon worde uitgekeerd
dat daarmede verdiend is.
Te Rotterdam bestaat groote ontevredenheid
omdat het bestuur der sociëteit Harmonie (De
Doelen) mej. Sarah Bernhardt en haar gezelschap
voor éene voorstelling, alleen voor de leden der
sociëteit toegankelijk, geëngageerd heeft. Men
zon dit kunstgenot gaarne aan het geheele publiek,
in den grooten schouwburg, aangeboden zien.
De heer J. J. Schilrmann maakt echter in de
N. B. Ci. de nuchtere opmerking, dat indien men
Sarah Bernhardt hebben wil, men haar moet be
talen. Dit nu hebben de Rotterdammers voor
groote kunstenaars niet over. Goquelin maakte
verleden jaar, na eene mislukte, zeer dure voor-
Maar wij zijn neef en nicht en goede vrienden*
dat kan nooit veranderen Frank. Gij ziet, ik heb
mgn familiebanden leeren erkennen en liefhebben,
maar ik vrees dat wij nooit meer dan neet en
nicht kunnen zgn en ik hoop dat wg elkaar toch
altgd welgezind zullen blijven. Zeg my dat gy
niet boos op mij zgt."
„Neen ik ben niet boos, maar bedroefd. Ik
kan mij niet geheel in mijn lot schikken. Moet
het zoo zijn, Blanche? Kan mijn liefde niet het
aangewezen middel tot uw herstel zyn Zou zij
u niet sterk en gelukkig kunnen maken? Geloof
mij, zij zal u nooit begeven."
„Ik ben overtuigd dat gy uw best zoudt
doen om mg te helpen", zei Blanche droevig, „maar
beste Frank, lieve neef, ik kan niet voor mijzelf
instaan, zelfs niet van den eenen dag tot den
anderen. Het ligt aan mij, niet aan u en ik kan
en wil u niet binden aan mijn onzekere toekomst.
Ik mag u niet blootstellen aan hetgeen my mis
schien boven bet hoofd hangt. Ik kan alles
verdragen, hopen en vertrouwen, maar indien het
geluk van een ander vanhetmgne afhing, indien
telkens wanneer ik mg zwak en vergeetachtig
voelde, de vrees mij moest bekruipen dat hg,
dien ik liefheb eronder leed, zou ik het niet
kunnen uithouden. Myn vader is er niet bang
voor en hg is ook door hemelsche en aardschó
wetten gebonden om voor zgn zwak kind te
zorgen, Marguérite is mijn zuster, Harry doet
mij altijd goed. Ik ben rijk aan zegeningen^