N». 184. ang, 1881. Maandag 8 Augustus. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3|m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlyn Weenen, Zurich enz. Middelburg, 6 Augustus. PBTJILLBTON. ai De dochter van lord Maskelyne, ROSA MACKENZIE KETTLE. MIDDELRllRGSCHE COURANT. ar Van de gelegenheid, die heden bestond om de proefritten met den stoomtram tussohen Middel burg en Vlissingen gratis mede te maken, is door het publiek druk gebruik gemaakt. De eerste trein van Vlissingen naar hier, uit een locomotief en drie wagens bestaande, vertrok te 10 uren en deed den tocht in 20 minuten. Te 11 uren ver trok hg weder van de rijtuigenloods bij de Lan- geviele-brng en had, doordien de locomotief bij den wissel nabij de Abeele uit het spoor geraakte, wat meer tijd noodig. Terug deed meu de reis weder iu 20 minuten. Het rijden door de stad te Vlissingen gaat uitstekend, terwijl het wandelend publiek door aanhoudend schellen gewaarschuwd wordt. De aandacht dient echter gevestigd te worden te Middelburg op den Langeviele-singel> waar de tram zoo dicht langs een rij boomen rijdt, dat, zoo die niet worden gerooid, bijna nood wendig ongelnkken moeten voorkomen. Ofschoon het zeker onvoordeelig is nu die boomen te rooien, dient toch een klein geldelijk nadeel minder geacht te worden dan gevaar voor men- Bchenlevens. Omtrent het tijdstip der opening van den dienst valt nog niets met zekerheid te zeggen. De kamer van koophandel en fabrieken alhier zal op Maandag, den 8 dezer, des namiddags te 8 nren precies, een openbare vergadering houden. Zlerlkzee, 5 Aug. De rekening dezer gemeente over 1880 bedraagt aan inkomsten ƒ116311.74 en uitgaven 115006,57$ en goed slot 1305.16J. De voornaamste posten van ontvang zijn: Eenten inschrijving grootb. N. W. S. ƒ17719.15 op grond- en pers. belasting 14351,93$, hoofd, ontslag ƒ21,600,71$, nitkeering 4/5 pers. bel. ƒ17495.78, subsidie van het rijk a/d. H. B. S. ƒ7000, zelkasch f 8839.60. De voornaamste uit gaafposten zijn aan leeraren M. L. onderwijs 31,510.21$ onkosten Midd. Onderw. ƒ1980.52, idem lager onderw. f 4066.55, onderhoud openb. gebouw, a ƒ15919.08 subsidie burgeri. armb. 8616.66, verplegingskosten behoeftige krankz. ƒ1567.14, straatverlichting ƒ4625.12, aankoop inschr. grootb. ƒ5910.94, kosten aflev. zelkasch 3003.76$. Tholen, 5 Aug. Het weder is met hen, die hnnne vrnehten in de schuren verzamelen. Het hooi is binnengekomen zoo als in jaren niet het geval is geweest, en voor het graan kan men het niet beter wenschen. Gerst en rogge zijn reeds voor 't grootste deel gesneden en gemend. Met het sngden der tarwe is men bezig of gaat men VIERDE DEEL. ÖKDEB DEK O IJ D E K W 11 0. HOOFDSTUK XIX. „Nu, dan is alles thans in orde," zei haar Vader. „Ik heb haar gezegd dat ik niet zoo deftig wilde komen als de anderen en afgewezen worden, zooals ik hoorde dat met de meesten het geval was. Ik wist wel dat wij elkaar den èen of anderen tijd bij toeval zouden ontmoeten en den draad onzer oude herinneringen opvatten. „Gij begrijpt Jassie, dat de gravin Nairn een heel andere persoon is dan het aardige kleine meisje met een boezelaartje voor, dat ik uit de diepte van het meer ophaalde, of de blozende jonkvrouw van zestien jaren, met wie ik zoo vaak ging visschen en vogelnestjes zoeken. Ik wilde mij niet beroemen op mijn vroegeren om gang en kon ook niet verdragen als een vreem deling behandeld te worden en dus wachtte ik mijn tijd af. Toen ik haar van daag onder den ouden wilg zag zitten, merkte ik dat zij in haar bart piet veranderd was» Wij waren dezelfde beginnen. De overtollige drukte, die dit werk gewoonlijk met zich brengt, wordt nu veel ver minderd, omdat men op het weer rekenen kan Daardoor kan men den arbeid gemakkelijker verdeelen, en behoeft men niet te veel in eens te vergen van de kracht van arbeiders en paarden. De Italiaansche gezant te 's Gravenhage, de heer J. Bertinatti, is gisteren, na een langdurige ongesteldheid, aldaar overleden. Behalve wetten tot verhooging der staatsfce- grootingen voor 1880 en 1881 bevat de St. Ct. eene wet tot goedkeuring der overeenkomst betrekkelijk eene ruiling van gronden met de gemeente 'a Hertogenbosch. Tengevolge der onzinnige bepaling, welke een der grondslagen van onze fraaie militaire rechts pleging uitmaakt, dat militairen wegens alle misdrijven voor den militairen rechter terecht moeten staan, wordt thans te Bergen-op-Zoom eene instrnctie voor officieren-commissarissen ge voerd tegen den opzichter der genie Van C. Deze heeft zich schuldig gemaakt aan overtreding van een gemeentelijk politie-reglement, door te weige ren een hek van zijn stoep weg te nemen. Krijgt de man hiervoor niet eenige dagen disciplinair arrest, dan zal een krijgsraad, met een hoofdofficier als voorzitter en eenige kapiteins en luitenants als leden, over dit commun delict uitspraak moeten doen Een inzender maakt in het Vaderland eene» naar 't ons voorkomt, alleszins gegronde aanmer king op de uitreiking der ridderorde van den Ned. Leeuw aan den pastoor Kroes, te St. Willi- brord, door de beide afgevaardigden der tweede kamer, mr. Van der Hoeven en dr. Schaepman. De onderscheiding zelve, die aan den eerbied- waardigen geestelijke is toegekend, draagt zijn volle instemming weg, maar, zegt hij„Leden van de kamer hebben geen enkelen titel om namens de regeering aan verdienstelijke kiezers geschenken aan te bieden. De commissaris des konings is de aangewezen man om namens de regeering op te treden, niet een lid der kamer. Gaarne wil ik aannemen, dat de heeren Des Amorie van der Hoeven en Schaepman het heel aangenaam hebben gevonden op die wijze als heilbrengende boden een uitstapje naar hun district te maken, maar daardoor wordt de zaak niet gerechtvaardigd. Ook om hun verhouding waarin zij tot de regeering staan, mogen vertegenwoordigers van het Neder- landsche volk geen overbrengers van ridderorden worden. Keeds stel ik mij voor, dat de regeering van deze afwijking van den regel last genoeg zal hebben. Waarschijnlijk zullen er wel meer kamer leden zijn, die last hebben om met een dergelijke menschelijke wezens als toen wij kinderen, jonge lieden waren. Als men maar gednidig wacht komt alles mettertijd terecht, zoo zeker als er een Vader in den hemel is en als er trouwe, warme harten hier beneden zijn, die nooit den goeden onden tijd vergeten." Hg wenschte ons goeden nacht en ging kalm naar bed. Jessie zei geen woord; maar er blonken tranen in hare oogen, toen zg opstond, naar de tafel ging en den grooten Bijbel, waaruit haar vader gelezen had, op een andere plaats opensloeg. Zij, het arme kind, zooals hg haar vaak noemde, wachtte ook geduldig haar tgd af, gehjk tante Jessica vóór haar gedaan had; maar ongelukkig zijn alle harten niet even trouw, eerlijk en standvastig als die, welke nog zoo warm klopten in den boezem van George Forbes en Eleonora Dncie. HOOFDSTUK XX. Op zekeren dag wandelde ik in een mooie laan, die mg vaak aantrok, omdat zij er zoo Engelsoh uitzag, toen ik eensklaps merkte dat ik een medemensch van dienst kon zijn. De zon scheen zóo helder op het natte gras en het kiezelpad, waar de beek overheen gestroomd had, dat ik in het eerst alleen kon onderscheiden dat de persoon» die voor mij uitreed, een donker rijkleed aan had en een langen sluier om den hoed, die in den opdracht aan hun district een bezoek te brengen, en waarom zal de regeering aan den èen weigeren wat aan den ander wordt toegestaan Toch hoop ik, dat het ministerie den moed zal hebben om het bij deze éene afwgking te laten en in het vervolg meer constitutioneel te handelen." De rechtstreeksehe berichten van het HU. uit Zuid-Afrika loopen tot 12Jnli. De beweging over de Hollandsche taal hield in de Kaapkolonie aan. De uiterste Engelsche partij blgft daarin en in den Zuid-Afrikaander Bond pogingen zien gericht tegen het Engelsch element, zoo niet tegen het Engelsch gezag. De Hollandsch schrijvende bladen erkennen dat het HollandschZuid-Af- rikaansch element voornitgaat, doch dat men niet vergeten moet dat het jaren lang onrechtvaardig achteruitgedrongen is, dat het gebruik van het Hollandsch in het parlement, hier zoo min als b. v. in Canada het Fransch, het Britsch gezag zal krenkendat het eene voldoening zal schenken, die eer goed dan nadeelig werken zal. Op den tweeden dag der algemeene vergadering van de Vereen, t. b. v. fabr. en handwerksnijverheid zijn nog belangrijke beraadslagingen gevoerd over verschillende maatregelen tot verbetering van het ambachtsonderwijs en van den toestand der werklieden. Aan het ontworpen pensioenfonds voor werklieden werd eene jaarlgksche bgdrage toegezegd van f 25, zijnde ongeveer de geheele rente van het reservefonds der vereeniging. De heer Van Marken uit Delft, hield eene voordracht over de in zgne spiritusfabriek ingevoerde toe passing van bet participatie-stelsel. De hoofdpunten dier voordracht hebben wij reeds vroeger, nit den besehrgvingsbrief voor de vergadering, doen kennen. Zij gaf tot velerlei gedachtenwisseling aanleiding. Aan den eenen kant werd opgemerkt dat de goede uitkomsten, welke men aan de Delttsche fabriek verkrijgt, waar hooge winsten gemaakt worden, elders niet te behalen zonden zijn. Ook maakte men bezwaar tegen het vaderlijk gezag, dat over den werkman wordt uitgeoefend; men zou wenschen dat hij uit eigen beweging voor zijn toe komst zorgde. Van den anderen kant werden deze bedenkingen wederlegd. Waar men zooveel niet doen kan als aan de Delftsche fabriek, zeide o. a. de fabrikant Stork jr., daar stelle men zich met minder tevreden. De heer Van Marken legde nog het gunstigst getuigenis af omtrent den in vloed van zgn stelsel op den arbeid en het algemeene gehalte zijner werklieden. Omtrent de herdenking van den zeeslag op Doggersbank, welke gisteren te Amsterdam heeft plaats gevonden, moeten wij nog de volgende bijzonderheden vermelden. Te half twee hadden de genoodigden, onder wind fladderde. De hit wilde niet door het water gaan, dat op éen plaats vrg diep was en glinsterde van de zonnestralen, en waarop de dansendo schaduw der bladeren een voortdurende beweging veroorzaakte. Ik had sléchts een oogenblik werk om het schichtige dier tot bedaren te brengen. De dame scheen niet geschrikt te zijn en ik wilde meteen bniging verder gaan, nadat ik het paardje door het water geleid had, toen zij opeens tegen mij begon te spreken. Ik weet niet wat er in haar toon, of in den zachten blik barer oogen, ot in de beweging harer schoone lippen lag, dat die enkele woorden van dankbetuiging tot de belooning voor een veel grooter dienst maakte, dan ik haar bewezen had. Ik had totnogtoe tegen de fortuin geprutteld, dat zg mij in de kon liet staan, terwgl anderen zich in den zonneschijn koesterdenmaar toen de lieve stem van lady Nairn mgn oor bereikte, toen haar lach mgn hart verwarmde, voelde ik dat ik ook een der bevoorrechten was, daar zij over mij gedacht had en zich nn verwaardigde mij, zonder deftige voorstelling, met mijn naam toe te spreken en te vragen waarom ik mg nooit de moeite had gegeven van haar op te zoeken, daar wg zoo vele gemeenschappelijke vrieuden hadden, die zoo hartelijk belang stelden in mijn welzijn. Zon ik er niet tegen hebben om een eindje met baar mee te gaan, nn wg elkasr toch wie de minister van marine, ingaande door de zoogenaamde Heerenpoort van 's rgks marinewerf, zich vereenigd in de Heerenkamer, waar weleer In optocht ging men naar de gzeren kappen, welker reusachtige ruimte herschapen was in eene tribune, rijk met vlaggen versierd, voor ongeveer vier honderd genoodigden, en daarachter de noo- dige plaatsen voor de ambtenaren, onderofficieren en eenige werklieden van 's lands werf. Ter zijde dezer tribune was eene andere aangebracht voor het stafmuziekkorps der marine. In de beneden ruimte vóór eerstgenoemde tribune lag de kiel van Z. M. gzeren stoomschip le klasse Kortenaar met dezen naam wit op grauwen grond geschilderd; Terzijde van dezen kiel stond eene eerewaoht van mariniers geschaard. Tegen de mal van den achtersteven was het nieuwe naambord aangebracht, nog gedekt met de koninklijke vlag. Op een gegeven teeken werd deze weggenomen, en spg- kerden de beide gepensioneerde vice-admiraals De Vries en Uhlenbeck het bord vast, waarop men deze woorden, goud op witten grond, las: „Doggersbank, kiel gelegd op 5 Augustus J 881.'* Met deze eenvoudige plechtigheid had de berdoo- ping plaats gevonden. Zr. Ms. ramsohepen Buffel, kommandant Van Woelderen, en Stier, komman- dant Dyserinck, vlagden, en Z. M. stoomschip Alkmaar, kommandant Gobée, salueerde. Voor de kiel van do Doggersbank heesch men nu de aloude zijden vlag van het oorlogsschip Piet Hein, dat in den slag op Doggersbank heeft medege vochten, welke vlag hiertoe bereidwillig afgestaan was door de familie Van Braam, en werden de militaire e6rbewgzingen door de eerewacht gegeven. Een daverend gejnich weerklonk door de ruimte: Prof. Th. Jorissen beklom daarna de tribnne om eene feestrede te hóuden. Zgne taak was zeer moeilijk, want het gold de herdenking van een gevecht, op zich zelf van geen groot gewicht, door geene belangrijke gevolgen bekroond, voor gevallen te midden van allertreurigste politieke omstandigheden, en alleen van beteekenis door de groote dapperheid, waarmede door onze zee lieden gestreden was. Daarop legde dan ook de redenaar den nadruk. «Slechts zelden, zeide hij, heeft een wapenfeit dieper indruk op de tijdgenooten gemaakt, dan de slag hij Doggersbank. De verklaring dier zeldzame opgewondenheid is niet ver te zoeken: de moedeloosheid was te diep, het wan trouwen te algemeen geweest. In den strijd met het overmachtige Engeland Was de republiek niet geslagen, niet verwonnen. Een overwinning was niet behaald, maar een nederlaag niet geleden. De zwakke zeemacht der weerlooze republiek had stand ge houden en de eer der vrije vlag gehandhaafd. Ook indien de Nederlandsehe republiek een ander ver leden dan dat der laatste zeventig jaar had gehad, ware zij als marinemogendheid door Engeland overvleugeld. En ontmoet hadden en een hek voor haar te opened waardoor zg het kasteel langs een korteren weg door het kreupelhout en langs den poel ondef den onden wilg kon bereiken? Op die uitnoodiging liep ik volgaarne naast haaf1 voort, vooral daar lady Nairn bgna onmiddeligk begon te spreken over Marguérite en Blanche, dé fransche zusters, zooals zij wist dat ik haar noemde. Zg wist blijkbaar alles van mgn hoeve onder de Engelsche berkenboomen van tante Jessica en zelfs van vrouw Brand. Zg bezat inderdaad een soort van koninklgk geheugen en een gelukkig talent om allerlei denkbeelden, die zeer streelend; waren voor den gelukkigen sterveling met wien hare gedachten zioh bezig hielden, bg elkaar te voegen en onder woorden te brengen. Nog nooit had ik iemand ontmoet die zóo vriendeigk, wel willend en beminnelijk was. Ik hoorde nu voor het eerst hoe Marguérité geheel haar eigen wensoh opgegeven en al hare plannen veranderd had ter wille van haar arme nicht. Er gleed een donkere schaduw over het gelaat van lady Nairn toen zg Blanohe noemde en ik zag dat zg zeer twgfelde aan een blijvend herstel van haar gezondheid en geestvermogens. Zij zei dat haar broeder altijd zeer optimistisch was geweest en nooit naar rede had willen luis teren in eenig geval, waarbg zgn gevoel betrokken was; maar zij en Marguérite maakten zich zeer ongerust over baar. Iu baar woning te Londeg

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 1