N«. 174.
124® Jaargari;
1881.
Woensdag
27 Juli.
Nationale Militie.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1 -7 regels 1.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité CL L. Daubï Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enx.
Oproeping van verlofgangers der lichting 1878.
VEEMARKT TE MIDDELBURG.
Middelburg, 26 Juli.
De dochter van lord Maskelyne,
ROSA MACKENZIE KETTLE.
hoofdstuk xiii.
f
LBURG
De burgemeester van Middelburg, gezien de
circulaire van den commissaris des konings in
deze provincie van den 28 Mei 1881, A n°. 1860,
3de afdeeliug (provinciaal blad u°. 62),
roept bij deze op de in deze gemeente wonende
milicien-verlofgangers der lichting 1878, behoorende
tot het öe bataljon van het 8® regiment infanterie
en van de 5® en 6a batterij van het 1® regiment
veld-artillerie, om op den tijd en plaats als in de
aan hen uit te reiken order is vermeld, tegeu-
woordig te zijn, voorzien van al de voorwerpen
van kleeding en uitrusting, door hen bij hun ver
trek met groot verlof medegenomen, benevens
van hun verlofpas, teneinde rechtstreeks naar hun
korps te vertrekken.
Zij moeten zich vooraf, en wel op Donderdag den
28 Juli a. des voormiddags tusschen 10 eu 11
uren, bij den burgemeester hunner woonplaats aan
melden, voorzien van hnn verlofpas teneinde de
noodige biljetten, alsmede daggeld, indien zij dit
verlangen en daarop recht heoben, te ontvangen.
De verlofgangers, die op het bepaalde unr niet
ter aflevering verschijnen, worden bij hun korps
geatratt.
Zij die niet aan de oproeping voldoen, worden
als deserteur behandeld, terwijl degenen, die door
ziekte verhinderd worden op den bepaalden dag
onder de wapenen te komen, van die omstandig
heid, onder overlegging van eene verklaring van
den geneesheer, tijdig kennis behooren te geven
aan den burgemeester. Na hun herstel vervoegen
zij zich bij hun korps.
Middelburg, den 25en Jnli 1881.
De burgemeester voornoemd,
N. C. LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM, L.-B.
Donderdag den 4«n Augustus 1881, van des
voormiddags 8 tot des namiddags 4 uren.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
PICKÉ.
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAB.
Doctor Vinkhuizen, lijfarts des konings, bracht
Zondag een bezoek op Het Loo ten einde een
onderzoek in te stellen naar de uitwerking der
badkuur van Z. M. den koning. Wij vernemen
dat de doctor den gezondheidstoestand van den
koning in alle opzichten zeer bevredigend vond.
(N. c. d. D.)
In de rijks-postspaarbank werd gedurende de
maand Juni ingelegd f 93.019.33j en terngbetaald
11.563.54, zoodat 81.455.791 meer is ingebracht
22
DERDE DEEL
OVER DE G BENZEE.
De Heide bloeide nog niet en glinsterende zon
nestralen, afgewisseld met lichte wolken, trokken
over de lange bergketenen in de verte, ten
noorden van de Tweed.
Ik wilde niet iaat in den avond en vermoeid
hg mijn oom aankomen en nam dus mijn intrek
in een kleine herberg in de nabijheid eener
beroemde abdij, die ik nog eens bij maanlicht
bezocht, daar ik niet genoeg had aan mijn
eersten vlnchtigen blik. Niet alleen Meiroze ver
dient op bet spookachtig middernachtelijk nur
bezocht te worden. Al onze groote, bouwvallige
tempels zien er het best nit zonder het schelle
daglicht en het gezicht van die hooge, met klimop
begroeide muren en vervallen gedenkteekenen van
een groot verleden, deed mij goed en terwijl het
mij mijn eigen onbeduidendheid deed gevoelen,
en de som der inlagen in 't geheel f 306.029.89
bedraagt.
In de verschillende provinciën werd gedurende
Juni ingebracht: Noord-Brabant f 18.791; Gel
derland f 18.959Zuid-Holland f 22.587Noord-
Holland f 19.469.79; Zeeland f 4.683; Utrecht
f 5.876; Friesland ƒ2.419; Overijssel 4.354;
Groningen 1.398Drenthe 336 en Limburg
f 4.141. Op het einde van Juni waren 10.963
boekjes in omloop.
Aan de firma Den Bouwmeester, Borsius en
Van der Leijé alhier is eeu zilveren medaille toe
gekend voor hare inzending van een mahoniehouten
boot tot opluistering der tentoonstelling van nij
verheid te Leeuwarden.
Aan mej. N. Jochem, te Tholen, leerlinge der
school tot opleiding van vroedvrouwen te Am
sterdam, is te Leiden een bewijs van bekwaamheid
in de verloskunde uitgereikt.
Hloosterzande, 25 Juli. Gisteren vond men
op eene schuur tegenover de Roomsch-Katholieke
kerk op het dorp Groenendijk de onderstaande
bedreiging aangeplakt
„Manifest op eed!!"
„Indien aan ons, erfgenamen van de familie de
Nijs, het geld niet teruggegeven wordt door
Smulders (pastoor) en Goedhart, juist
twee vreemdelingen in onze gem eente, dan hebben
zij beiden het ergste te vreezen."
„G. (bekende vloek) wee uf"
Tot goed begrip dezer bedreiging diene, dat
rnim twee jaren geleden alhier zijn overleden twee
dames De Nijs, die bij uiterste wilsbeschikking al
hare roerende en onroerende goederen, naar
schatting ongeveer een halve ton waarde, ver
maakten aan Roomsch-Katholieke kerk- en arm
besturen, terwijl voor ongeveer vijftig meerendeels
behoeftige erfgenamen niets was aangewezen.
Voor deze erflating werd dan ook de ko
ninklijke goedkeuring geweigerd, doch daar
op was in het testament gerekend door
de bepaling, dat in zoodanig geval de tijdelijke
pastoor der parochie Groenendijk erfgenaam zou
zijn. Bij het overlijden was de heer Smulders
die pastoor, terwijl de heer W. Goedhart, hoofd
onderwijzer aan de openbare school in de Molen
straat, als exécuteur- testamentair optrad. De erf
genamen hebben genoemden pastoor een prooedure
aangedaan, welke na maanden en maanden tot
uitslag heeft gehad, dat de pastoor in het bezit
der erfenis getiandhaafd ls. Eerstdaags zal nu de
verkooping der goederen plaatshebben.
Was door bovenstaande bedreiging reeds indruk
op de gemoederen gemaakt, deze werd versterkt
toen heden nacht opnieuw een groote boerensehnur,
bereidde het mij voor om trouw en waardig alle
plichten te vervullen die mijn volgend leven mg
zou opleggen.
Tante Jessica mocht, als zg op haar jongen
kon neerzien, niet beschaamd over hem zijn, zelfs
al kon hij zich geen plaats veroveren in het hart
der eenige vrouw op aarde die hg na haar kon
beminnen.
HOOFDSTUK XIV.
Caster Fell, of, zooals het gewoonlijk genoemd
wordt, de grensheuvel, lag achter mg, nog steeds
in nevelen en onweerswolken gehuld; doch een
beekje, dat mij herinnerde aan den vliet onder de
berken, stroomde in licht en zonneschijn langs
de abdij, door een rgk bebouwde streek. Ik
volgde zgne kronkelingen zonder iets te vragen,
somtijds vlak langs den oever gaande en dan
weer hooger op in het bosch. Het bracht mij
door lanen, langs akkers, kasteelen en hutten,
hooibergen en molens, door een allerliefste streek,
tot bijna voor het huis van mgn oom.
Bg eiken stap vormde ik nieuwe, misschien
betere voornemens, maar gelijk de meeste nieuwig
heden hadden zij éen gebrek. Ik besloot in het
nieuwe land een nieuw mensch te worden en een
nieuw leveu te leiden; ik wilde oude zwakheden
afwerpen en niet over oud verdriet tobben,
even als de beek, loopen waarheen ik wilde in
van den heer F. J. Euypers op het dorp Groe
nendijk, geheel in de asch werd gelegd onder
omstandigheden, welke het vermoeden van kwaad-
willigheid, hetwelk door vorige kort op elkander
gevolgde branden reeds bestoud, tot zekerheid
hebben doen stijgen. Het vee is op een paar
varkens na gelukkig gered, overigens is alles, wat
in de schuur geborgen was, waaronder eenig vlas
en wat hooi, geheel verbrand. Een en ander was
verzekerd.
Moge het spoedig gelukken de ellendelingen,
welke de oorzaak dezer branden zijn, aan de
handen der justitie overteleveren
In een strooibiljet heeft de heer N. M. Bosdijk,
anti-revolutionair candidaat voor het lidmaatschap
van den Goeschen gemeenteraad, aan de kiezers
een nieuw plan voor den hoofdelijken omslag te
Goes aanbevolen. In dat biljet wordt aan de
wethouders ten laste gelegd dat zij bedoeld plan
niet verkiezen te onderzoeken, omdat zg „liever
de niet-bevoorrechten verdrukken, om zichzelven
en andere bevoorrechten het vette der aarde te
verschaffen, ten nadeele van minder vermogenden.''
Op dit schotschrift antwoordt de Goesche Ct.
het volgende:
»De geschiedenis van de belasting is daar om te be
wijzen hoe lasterlijk die aantijging is
"Onze jongste wethouder, jhr. M. J. de Marees van
Swinderen, de man, aan wien wij het tegenwoordig be
lastingstelsel hebben te danken, heeft nooit zijn eigen
belang op het oog gehad.
»In 1874, het jaar toen de oude regeling nog van
kracht was, betaalde hij 135,70 aan belasting, en in
1875, volgens den. tegenwoordigen hoofdelijken omslag,
betaalde hij, bij een gelijk inkomen, 369,61i(,.
«Onze burgemeester, mr. J. G. de Witt Hamer, die
ook zulk een werkzaam aandeel had in het tot stand
brengen van- die belasting, moest ruim 75 meer betalen,
terwijl een rijk grondbezitter, zonder dat vermeerdering
van fortuin plaats had gehad, van ƒ434,70 op ƒ736,76
werd gebracht."
Ofschoon wij ons met den verkiezingstrgd voor
de gemeenteraden in andere gemeenten bg voor
keur niet inlaten, kwam het ons toch wenschelijk
voor aan deze épisode een plaatsje te geven. Zj
is kenmerkend voor de „moraliteit" der Goesche
anti-revolutionairen.
Omtrent het doen loopen van een stoomtram door
Bergen op Zoom naar het Tholensche veer, is een
gunstig rapport uitgebracht door de kamer van
koophandel aldaar, terwijl een adres van ingeze
tenen in dienzelfden zin spreekt. Gegronde hoop
bestaat er derhalve, dat de tram niet om, maar
door de stad hare richting zal nemen.
Ofschoon er te Scheveningen tot dusver meer
baden zijn genomen dan verleden jaar en ofschoon
het getal badgasten meer is dan in 1880, staan
den heerlijken vooijaarszonneschijn; nieuwe ver-
bindtenissen aangaan en gezonde wenschen
koesteren, alle dwaze, ongepaste droomen afzweren.
Maar ik rekende buiten den waard. Al dien tgd
dat ik mij voornam Marguérite te vergeten,
bewaarde ik haar lief beeld in mgn hart, even
als de beek getrouw denzelfden blanwen hemel en
dezelfde overhangende takken weerkaatste, die er
zich in gespiegeld hadden van het eerste oogenblik
af dat zij uit den berg ontsprong.
Ik soheen als bg instinct het groote, grgse
huis te herkennen, waar mgne voorouders geleefd
hadden eu gestorven waren. Het stond tegen een
berkenbosch aan, waardoor, evenals thuis, de beek
vloeide. Er tegenover lagen lage heuvels met
bosch begroeid tot aan den oever van het meer,
een uitgestrekt, kalm binnenwater. Het huis
was oud, met een donkeren toren, die boven de
lage gebouwen nitstak, een van de vroegere
grensvestingen, doch nu eenigszins brak en
bouwvallig. Het was geen fraai, zelfs geen schil
derachtig of romantisch verblijf, maar er lag toch
een zekere antieke schoonheid en ernst over al
die eenvoudigheid.
Ik stond het minstens tien minuten te bekgken
en mij af te vragen hoe de bewoners zonden zfln
en of wij bij elkaar zonden passen, voordat ik er
toe kon besluiten om den drempel te overschrgden.
Daarna liep ik snel voort en liohtte, zonder om
te zien, de klink van het hek op;
er nog vele kamers in de Keizer- en andere stra
ten ledig. Dat Zandvoort in den beginne nadeel
heeft toegebracht, valt niet te ontkennen, doch
thans komen er velen naar Scheveningen, die het
te Zandvoort niet kunnen uithouden en het er
zelfs vervelend vinden. Men ziet er niets dan
zee en zand en heeft er volstrekt geen afwisseling.
Scheveningen behoeft dus van Zandvoort niets te
duchten, mits men zorge dat er verscheidenheid
van amusementen is. (N. R. Ct.)
De Indische ambtenaren zgn weinig gesticht
over het koninkUjk besluit, waarbij bepaald is
dat hun recht op pensioen, dat zij tot dusver
mochten doen gelden na 20 dienstjaren, voortaan
eerst zal ingaan na 20 dienstjaren en op 45jarigen
leeftijd.
Vermoedelgk zal deze ontevredenheid wel van
voorbijgaanden aard zgn. De meeste ambtenaren
bereiken niet lang vóór hnn 45® jaar do 20 dienst
jaren, of nemen niet voor dien leeftijd hun pen
sioen, en ook op zgn 45e jaar kan men van een
Indisch pensioen nog langen tgd genot hebben.
De cursus voor het onderwijs in handenarbeid,
ingericht door het hoofdbestuur der My tot Nut
van 't Alg., is gisteren te Amsterdam, onder
leiding van den heer Stom, hoofdonderwijzer in
't burgerweeshuis aldaar, geopend. Van de 60
onderwijzers die zich tot,deelneming hebben aan
gemeld, waren 36 aanwezig, waaronder twee
dames. De heer H. Bonman ontving hen met
eene toespraak, waarin hg hen herinnerde dat bg
dezen cursus in korten tijd veel geleerd moet
worden. Veel en grondige oefening is in vier
weken niet op te doenmaar wat te verwerven
is, dat is inzicht in de beteekenis van het onder-
wgs tot oefening van de hand, die toch geene
opleiding tot het handwerk mag zg'n; erkenning
en waardeering van het opvoedend beginsel, dat
in het aanleeren en uitoefenen van nuttige hand
werken, ook in den hüiselijken kring is gelegen;
dat is kennis vooral van eene doelmatige méthode,
teneinde dat onderwgs aan kinderen te kunnen
geven, tot ontwikkeling zoowel van hunne ver-
standefljke als van hunne lichamelijke kracht.
Aanvankelijk moet het onderwijs in handwerken
nog staan buiten de school; langzamerhand, als
het deugdeigk wordt bevonden, zal 't zich nauwer
bg het lager onderwijs aansluiten; eindeigk
waarschijnlijk eene vaste plaats in de sohool
verwerven. Dien tgd voor te bereiden is de taak
van hen, die thans aan dezen enrsus deelnemen.
Al werkende zal men leeren, dat en hoe het
werken kan zgn eene kracht voor de gezonde
ontwikkeling van lichaam en geest.
De deelnemers werden door den heer Stom
verdeeld in verschillende groepen, telkens onder
de leiding van een hunner als voorganger.
Ik dacht aan tante Jessica, zelfs vóór ik haaf
evenbeeld zag in dien grooten, forschen man, die
daar in de deur stond, met een allerliefst tenger
meisje naast zich dat zich aan hem vastklemde
als de jasmijn, aan een spalierboom.
Ik werd elk uur verwacht en mijn kamer was
gereed, dat waren de eerste woorden, waarmede
mijn oom mij harteiyk welkom heette. Jessie
sprak niet, maar omhelsde mg als een neef en
hief hare schuchtere, blauwe oogen slechts eren op
om mijn onderzoekenden blik te ontmoeten.
Ik bad nooit een zuster gehad en hier vond ik
er een kant en klaar. Ik voelde dat ik haar kon
liefhebben en beschermen en in haar bescheiden
blik meende ik vertrouwen te lezen in de belofte
die ik in mijn hart gedaan had.
Oom George scheen voldaan over mijn begroeting.
Er vloog een wolk van aandoening over z§n ge
laat, aooals hg mg later zei, veroorzaakt doof
mgn geigkenis op zijne zoons: maar volgens
Schotsoh gebrnik, sprak hg niet van zgn eigen
gevoelens en ontrnig mg als een liefderijk vader^
hoeveel het hem ook kosten mocht.
Na mgn eenzame kindsheid en afgezonderde
jeugd, was het mij vreemd in eens opgenomen
te worden als een lid van dat kalme gezin. Maar
van het eerste nur af voelde ik mg thnis te
Bircklands. Mijn oom behandelde mg als een
zoon en Jessica nam terstond de plaats eener
zuster bij mij in. Arm kind! Zij bad het heel