N«. 157.
124* Jaargang.
1881:
Donderdag
7 Juli.
Rijks-belastingen.
I nkwartiering.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50,
Afzonderlijke nummers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland de Compagnie générale de Publicité O. L. Daubb Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enx.
De dochter van lord Maskelyne,
ROSA MACKENZIE KETTLE.
hoofdstuk V.
GEMEENTERAAD.
Middelburg, 6 Juli.
CJoes, 6 Juli. In de gisteren avond gehouden
algemeene vergadering der Vereen, t. h. r. b, v.
IDDELBURG
COURANT.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gelet op de artikelen 18 en 19 der wet betrek
kelijk de inkwartieringen, van den 14 September
1866, Staatsblno 138);
brengen ter openbare kennis, dat de lijst der
inwoners, die voor het verleenen van inkwartiering
en onderhoud het eerst in aanmerking komen, is
aangeplakt
dat die lpt van den 4 Juli 1881 tot en met
den 17 Juli a., op de secretarie der gemeente voor
een ieder ter inzage is nedergelegd, alsmede dat
de bezwaren tegen die lijst schriftelijk aan hen
kunnen worden ingediend van den 18 Juli tot en
met den 31 daaraanvolgende.
Burgemeester en wethouders achten het tevens
niet ongepast, de ingezetenen bekend te maken
mét den inhoud van de artikelen 13, 14 en 16
der hierboven aangehaalde wet, luidende als volgt:
Art. 13. De vordering van inkwartiering en
onderhond geschiedt:
voor het krijgsvolk, bij bewoners van bnizen
of van gedeelten van huizen, ter zake waarvan
aanslag in de personeele belasiing plaats heeft,
naar eene huur was rde, welker bedrag, volgens de
wet op het middel, geen aanspraak geeft op
verminderde belasting;
voor de dienstpaarden bij alle personen, die
over gebouwen of getimmerten beschikken, bruik
baar tot stalling van paarden en waarin onbezette
plaatsen zijn.
Art. 14. Huisgezinnen, waarin zich eene kraam
vrouw of een lijk bevindt, of waarin personen
aan ernstige ziekteti lijden, worden tijdelijk van
inkwartiering vrijgesteld.
In huizen, waarin eene besmettelijke ziekte
heerscht, mag geene inkwartiering geschieden.
Deze omstandigheden worden, vóór het uitrei
ken der biljetten, aan de kwartiermakers of bij
detachementen aan de manschappen, medegedeeld
aan den burgemeester.
De inwoner die deswege in gebreke blijft, is ge
houden de geïnkwartierden voorioopig in zijne
woning, (mits daar geene besmettelijke ziekte
heersChe), op te nemen en ten spoedigste voor
eigen rekening, in hunne behoorlijke huisvesting
en onderhoud elders in de gemeente te voorzien.
Deze laatste verplichting vervalt, wanneer het
gemis der bedoelde opgaaf buiten de schnld
ligt van den inwoner; in welk geval, op diens
latere mededeeling der reden van vrijstelling, de
burgemeester een ander kwartier aanwijst.
Huisgezinnen zonder mannelijke personen boven
de 20 jaren worden niet met inkwartiering belast.
Ontstaat eene reden van vrijstelling tijdens de
inkwartiering, dan wordt door den burgemeester,
na kennisneming daarvan, een ander kwartier
aangewezen.
Art. 16. De inkwartiering en het onderhoud
worden bij gelijke beurten onder de inwoners
verdeeld, met dien verstande evenwel, dat de
krijgslieden, tot dezelfde compagnie of hetzelfde
escadron behoorende, zooveel doenlijk in de na
bijheid van elkander en van hunne paarden worden
ingekwartierd.
En is hiervan afkondiging geschied waar het
behoort, te Middelburg, den 4 Juli 1881.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
P I C K
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAR.
FBXJXL.L.BT03ST,
li
DOOR
HET ZUHJEH HET CHEBIOTGEBE RGTE.
„Tien tegen een zal hij zich de moeite niet
geven om veranderingen te maken, als gij hem
niet door verzet prikkelt," zei ik, nadat de brief,
tot groote verlichting van den ouden man, ge
schreven was. „Tegen den tijd dat hij uw brief
ontvangt is hjj zeker weer op reis naar Noorwegen
of met zijn jacht naar de Middellandsche zee,
en dan heeft hij zijn hoofd weer vol van nieuwe
plannen voor zijn genoegen. Ik zou hem wel eens
willen zien wonen in dat oude huis, zich verge
noegen met den omgang van fatsoenlijke menschen
en zich bezighouden met zijn modelboerderij,
Varkens en koeien mestenen beetwortel, of knollen-
teelt,1'
Mijnheer Horst moest hartelijk lachen.
„Ja, ja, laat hg maar probeeren! Daar ginds
in het zuiden aan de Tyne, op den vetten grond
bij de rivier, zoo het beter gaan; maar geloof
paij, die proefnemingen gelukken hier niet. Blijft
De burgemeester van Middelburg maakt bekend
dat bij hem ontvsitfgen en aan den ontvanger
der directe belastingen ter invordering is ver
zonden het door den provincialen inspecteur der
directe belastingen enz. te Middelburg den 4
Juli 1881 invorderbaar verklaarde kohier van
het patentrecht no 2 voor het dienstjaar 1881/82,
met uitnoodiging aan ieder wien zulks aangaat,
om, na bekomen kennisgeving van zijnen aanslag,
ten spoedigste het door hem verschuldigde te
kwijten, met herinnering tevens dat de bezwaren,
welke dienaangaande mochten bestaan, binnen
drie maanden na heden behooren te worden
ingediend.
Hiervan is heden afkondiging geschied waar
het behoort.
Middelburg, den 55n Juli 1881.
De burgemeester voornoemd,
P I O K
De burgemeester van Middelburg maakt bekend»
dat op Vrijdag den 8en Juli 1881, des namiddags
te twee uren, een openbare zitting van den ge
meenteraad zal plaats hebben.
Middelburg, den 5en Juli 1881.
De burgemeester voornoemd,
PICKÉ.
De gemeenteraad van Middelburg zal op Vrij
dag, den 8 Juli a., des namiddags te twee uren,
een openbare zitting houden ter behandeling der
volgende zaken: adres van W. de Wolf c. te
Oost- en West-Souburg, houdende bezwaren tegen
de beplanting van den bermweg Middelburg-—V lis-
singen bij den aanleg van een stoomtramweg;
rapport der commissie van financiën en van burg.
en weth.; rapport en voorstel burg. en weth.
betreflende het adres van mevr. de wed. B. A.
Fokker omtrent het verkocht terrein aan de
loskaai; voorstel der raadsleden mr. J. A. van
Hoek e. tot vermindering van het schoolgeld
op school F.
B IIW 1,1 j
De toegangsprijs tot de schildergen-tentoonstel
ling te Goes is, blijkens achterstaande advertentie,
van morgen (Donderdag) af door het bestuur be
paald op tien cent de perBoon.
Wij vestigen op deze zeldzame gelegenheid tot
het bezichtigen eener zoo talrijke en kostbare
verzameling kunstwerken, by vernieuwing de aan
dacht onzer lezers.
gij eten en een pijp rooken, Harry? Ik voel mij
veel beter nu die brief van mijn hart is; wie
weet of het niet overwaait, zooals zoo menige
gril van dien lichtmis. Ach! hadden wij den
ouden landheer nog maar! maar wat helpt die
wensch, nu hij al twintig jaren in zijn graf ligt.
't Was een kwade dag voor ons toen wij hem
naar het kerkhof droegen!"
Ik sloeg de uitnoodiging van myn buurman af
en liet hem tamelgk bemoedigd achter, ofschoon
ik veel minder gerust was, daar ik de overtuiging
had gekregen dat lord Maskelyne van zijn ouden,
trouwen pachter af wilde zjjn en de Heerenhoeve
in andere handen geven.
Er verliep eenige tijd zonder dat ik iets van
Marguérite of haar zuster vernam en ook de brief
van Hnrst bleef onbeantwoord. Het was alsof
wij beiden vergeten werden; maar terwgl mijn
buurman zich in dat stilzwijgen verheugde, werd
ik eiken dag ontevredener met mijn lot. Gij
kunt erop aan dat gevoelens als die welke mij
bezielden, altijd den booze in de hand werken en
er wachtte my een verzoeking om mg op de
proef te stellen. Herhaaldelijk dwaalde ik over
de heide, keek naar den ouden HekBendoorn, die
thans door den Meiwind van al zijn bloesems
beroofd was of het pad langs, in de richting
van Stonelandsmaar nergens ontwaarde ik
een vrouwelijke gestalte. Het beloofde bezoek
werd niet afgelegd.
Volksvermaken, bracht de heer Z. van der Bilt
La Motthe een warm woord van dank aan het
bestuur voor de uitstekende wijze, waarop het de
vereeniging had doen deelnemen aan da laatste
landbouwfeesten. Hij was altijd trotsch ge
weest op de vereeniging, maar bij die gelegenheid
had het bestuur zoo uitstekend hare eer gehand
haafd, dat hy eene dankbetuiging alleszins ver
diend achtte.
De aanwezigen stemden door luide toejuichingen
daarmeê in.
De voorzitter dankte den heer La Motthe voor
zijne welwillende woorden. Hij gaf de verzekering
dat die voor het bestuur een spoorslag zullen
wezen om, zooveel de krachten der vereeniging
dit toelaten, op den ingeslagen weg voort te gaan.
De heer Modderman, minister van justitie, heeft
voor zijn benoeming tot commissaris van de
Rijnspoorwegmaatschappij bedankt. Pad.)
De vergadering van het Lederbond, gisteren te
Tilburg gehouden, heeft de volgendemotie, voor
gesteld door mr. Bahlmann, lid der tweede kamer,
aangenomen: „De vergadering machtigt het
bestuur gedelegeerden te zenden tot bgwoning
van de vergadering, betreffende het ter sprake
brengen van het tolverbond met Belgie en Frank
rijk, in den loop dezer maand te Antwerpen te
houden, en inmiddels met het oog op deze verga
dering zich in contact te stellen met de andere
takken der Nederlandsche nijverheid, voor zooverre
hun belangen daarbij zijn betrokken."
Door het hoofdbestuur zijn als gedelegeerdon
van het Lederbond benoemd de heeren J. de Booy
te Breda, Manuel Wolft te Amersfoort, B. Tim
mermans te Waalwijk.
De vergadering, door de heeren Schmüll en
Timmer te Antwerpen reeds gehouden, kan met
dit besluit, dat wij aan 't Handelsblad ontlee-
nen, niet bedoeld worden. Een tolverbond
met België en Frankr ij k, is trouwens een
geheel nieuw plan.
Uit de laatste officieele rapporten omtrent Atjeh
blijkt, dat de toestanden aldaar rustig zijn.
Slechts was er een maaud geleden, door At-
jehers, een aanval gedaan ter hoogte van Bsntoe-
poetih op een Chineesche jonk. Politieke bedoe
lingen waren echter vreemd aan deze daad.
De aanbieding van het nationaal geschenk aan
generaal Van der Heijden heelt, naar wij nader
vernemen, plaats gehad door de volgende leden
van het hoofd-comitémr. J. Heemskerk Az.,
lid van den raad van state, voorzitter; A.
W. Egter, van Wissekerke, gep. kolonel der
genie van het O. I. leger, secretaris; G. J.
Scheurleer, lid der firma Scheurleer Z®.
penningmeester; mr. W. C. Borsius, lid der le
Eigenlijk was het ook vry onwaarschijnlijk dat
die jonge dames, al waren zy mij nog zoo dank
baar, ooit weer mgn drempel zouden overschryden.
Ik was immers niets dan een arme landbouwer,
die niet eens een knecht hield, van mijn handen
arbeid moest leven en op niets anders aanspraak
kon maken dan op fatsoenlijkheid. Zelfs al
zouden zij lust hebben my op te zoeken,
zouden hare vrienden het haar afraden.
Ik begon te gelooven dat lord Maskelyne wel
gelgk zou hebben dat het land onder een andere
behandeling meer zou opbrengen, en toen kwam
het verlangen in mij op om iets meer te weten
van die nieuwe school. Ik had geen vooruitzicht
om meer dan een sober bestaan te halen uit een
bezitting gelijk de mijne, die gedeeltelijk eerst
kortelings Ontgonnen waB, en die door een paar
slechte jaren weer bijna tot zijn oorspronkelijken,
onvruchtbaren staat kon terugkeeren, zooals mijn
vader reeds ondervonden had. Zou ooit een
vrouw, behalve tante Jessica, met zulk een lot
tevreden zyn, met zoo weinig kans op verbetering
en zulke voordurende inspanning en zorg?
Ik miste mijn goede tante meer dan ooit en
besefte voor het eerst dat het inderdaad niet
goed is dat de mensch alleen zy. Gedurende de
lange avonden trachtte ik te vergeefs de gedachte
te verbannen dat in dien eindeloozen kring van
werken, zomer en winter, lente en herfst met
bun eentonige» telkens terngkeerende bezigheden
kamer; jhr. F. de Casembroot, vice-admiraal en
lid der 2e kamer; jhr. C. Hartsenprof. dr. H.
Kern; jhr. J.L. de Bruijn Kops, lid der 2e kamer;
M. D. graaf van Limburg Stirum, generaal-majoor;
N. Mac Leod, luit.-generaal; P. M. Netscher, gen.
majoor; P. C. v. Oosterzee, oud-president der
factorij van de Ned. Handelmij. te Batavia;
jhr. mr. W. van Rappard, oud-lid van den raad
van N.-I.mr. A. J. Swart, lid van den raad van
state; mr. G. van Tienhoven, burgemeester van
Amsterdam J. A. Van de Velde, Schout-bij-nacht;
jhr. mr. J. B. A. J. M. Verheijen, inspecteur van
het lager onderwijs.
Bovendien namen de generaal Verspyek en de
kolonel Versteeg aan de plechtigheid deel, op
uitdrukkelijk verlangen van generaal Van der
Hegden, die op deze wijze zijne wapenbroeders
van het Indische leger wilde doen deelnemen aan
de in zijn persoon aan dat leger bewezen hulde.
Het bestuur der afdeeling Zekerheidstelling van
Eigen Hulp, welk bestuur is samengesteld uit de
heeren generaal-majoor Weitzel, dr. Van Aken,
schoolopziener, Kann, lid der firma Lissa en Kann,
en Knyper, rijks-ontvanger, allen te 's Gravenhage,
tracht eene 4J pet obligatieleening van f 250.000,
in stukken van f 1000, f 500 en f 100, te plaat
sen tot het in werking brengen der genoemde
afdeeling.
Aangezien dit een nuttige zaak betreft, welke
afwijkt van de bemoeiingen, die men vrij algemeen
gewoon is zich als die van Eigen Hulp voor te
stellen, achten wij eene korte omschrijving van
den werkkring der afdeeling Zekerheidstelling
voor Ambtenaren hier niet ongepast.
Het doel dier afdeeling is het verleenen van
hulp bij het stellen van borgtocht door comptabele
ambtenaren en andere personen, hetgeen bij 's rijks
dienst doorgaans door middel van zekerheidstelling
op het grootboek der 2§ pet. nat. werk. sobuld
moet geschieden,
De bezitters van kapitalen zien op tegen het
bezwaar, dat zulk een verbonden kapitaal voor
geen afschrijving of verkoop kan in aanmerking
komen, zoolang de comptabele in betrekking biyft;
zij vinden de jaarlijksche rente van ongeveer 4
pet. te schraal en 't gevolg daarvan is dat de
ambtenaren somtijds uit hun eigen middelen, tot
verhooging dier lage rente en als vergoeding voor
de onverkoopbaarheid, vry veel moeten bijpassen.
Aan dit bezwaar wenscht de afd. Zekerheidstel
ling te gemoet te komen, door zelve deze inschrij
vingen op het grootboek op zich te nemen.
Om het daartoe benoodigde kapitaal te
vinden geeft zij obligatiën uit, die een hooger
rente geven dan de inschrijving op het grootboek
en die altijd kunnen worden te gelde gemaakt.
Eenige opoffering dienen de ambtenaren, die
door de afdeeling geholpen worden, zich te ge-
zouden voorbygaan, totdat ook ik in de groeve
daalde als een arme, zwoegende, eenzame man,
die nooit een andere hoop gekend had dan die
om van het eene jaar tot het andere rond te
komen en niet tot volslagen armoede te vervallen.
Zou bet niet beter zijn om alles te verkoopen en
den Atlantischen Oceaan over te steken, zooals
een broeder van tante Jessica gadaan had; liever
dan langer hier te big ven en zonder winst te
werken? Tante had na zijn vertrek slechts een
maal iets van dien broer gehoord en toen was
hij diep gekrenkt door haar weigering om bg hem
te komen; Hij was gehuwd, had zijn vrouw
verloren en verzocht tante om zijn huishouden te
komen besturen en zijne kinderen te verzorgen;
maar juist tegelgkertyd vernam zij dat ik als
een onverzorgde wees achtergebleven was en na
alles wel overwogen te hebben, begreep zij dat
haar plicht haar gebood by den knaap te biy ven,
die vader noch moeder meer had. Daarenboven
verlangde zij haar ouderlijk huis weer te zien,
nu haar meesteres bare diensten niet meernoodig
had.
Op haar sterfbed had zy mij opgedragen aan
dien oom George te schrijven en hem te zeggen
dat zij hoopte dat hij geen wrok jegens haar
koesterde, daar zij sedert die weigering geen
letter schrift meer van hem gezien had. Tot nu
toe had ik geen antwoord gehad, maar in mijn
sombere gemoedstemming voelile ik my toch