N°. 156.
124* Jaargang.
1881:
W oensdag
6 Juli.
Nationale Militie.
Jaarmarkt.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50,
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenlandde Compagnie générale de Publicité G. L. Daubk Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
Oproeping van verlofgangers der lichting 487$.
Middelburg, 5 Juli.
Ben Belgiseh'Nederlandsch Tolverbond.
12'51,
Zlerikzee, 4 Jnli. De Liberale kiesvereeni-
ging stelde heden avond tot candidaten voor de
aanstaande verkiezing van raadsleden de aftre
dende leden, de heeren: H. G. Mnloek Houwer,
jhr. mr. A. R. P. van Kinschot, mr. J. Moolen-
burgh, mr. J. W. A. Schneiders van Greijfienswerth
en D. B. P. Zuurdeeg.
I
OOIRAM.
De burgemeester van Middelburg, gezien de
circulaire van den commissaris des konings in
deze provincie van den 28 Mei 1881, A n®. 1860,
3de afdeeling (provinciaal blad n°. 62),
roept bi] deze op de in deze gemeente wonende
milicien-verlofgangers der lichting 1878, behoorende
tot het derde regiment veldartillerie om, op den tijd
en plaats als in de aan hen uit te reiken order is
vermeld, tegenwoordig te zijn, voorzien van al de
voorwerpen van kleeding en uitrusting, door hen
bij hun vertrek met groot verlof medegenomen,
benevens van hun verlofpas, teneinde rechtstreeks
naar hun korps te vertrekken.
Zij moeten zich vooraf, en wel op Donderdag den
7 Juli a. des voormiddags tusschen 10 en 11
uren, bij den burgemeester hunner woonplaats aan
melden, voorzien van hun verlofpas teneinde de
noodige billetten, alsmede daggeld, indien zij dit
verlangen en daarop recht hebben, te ontvangen.
De verlofgangers, die op het bepaalde uur niet
ter aflevering verschijnen, worden bij hun korps
gestraft.
Zij die niet aan de oproeping voldoen, worden
als deserteur behandeld, terwijl degenen, die door
ziekte verhinderd worden op den bepaalden dag
onder de wapenen te komen, van die omstandig
heid, onder overlegging van eene verklaring van
den geneesheer, tijdig kennis behooren te geven
aan den burgemeester. Na hun herstel vervoegen
zjj zich bij hun korps.
Middelburg, den 4en Juli 1881.
De burgemeester voornoemd,
P I C K
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
maken bekend:
dat de jaarmarkt in die gemeente, zoo geen
bnitengewone omstandigheden zulks verhinderen,
dit jaar zal aanvangen den 25 Juli en eindigen
den 6 Augustus daaraanvolgende, terwijl de loting
voor standplaatsen zal geschieden Maandag den 18
Jnli te voren, des voormiddags te 10 uren, waar
toe de belanghebbenden zich vóór dien tijd bij den
marktmeester znllen moeten aanmelden.
Aan straatmuzikanten zal eerst Maandag den
1 Augustus Vergunning gegeven worden tot uit
oefening van hun bedrijf.
Middelburg, den 6 Jnli 1881.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
PICKÉ.
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAR.
Behandeld op een vergadering te Antwerpen
den 1 Juli jl.)
Vervolg van gisteren.)
Men zou dus, klokke elf ongeveer, overgaan
tot bet behandelen der statuten van den op te
richten hond. Wel werd tegen dit werk door
de vermoeide vergadering bezwaar gemaakt;
maar een der Amsterdamsche heeren bracht
zijn „zaken," die hem naar huis riepen, zijn
„vrouw en kindertjes" die hem daar wachtten,
én zijn vurige wensch om de zaak, waarvoor
men hier bijeen was, nu haar beslag te doen
krijgen, op zoo gemoedelijke wijze in 't debat,
dat het onmogelijk werd om voor zulk een
beroep doof te blijven. De concept-statuten,
die voorgelezen werden, hielden, in hoofdzaak,
het volgende in i
I. Er bestaat een Noord- en Zuid-Nederlandscbe bond,
ten doel hebbende de afschaffing der tolgreui tusschen
beide landen.
II. De bond heeft een hoofdbestuur, dat voor Noord-
Nederland te Amsterdam en voor Zuid-Nederland te
Brussel
„Dat is onmogelijk!" riepen vijf, zes Ant
werpenaars te gelijk.
De heer Scherpenzeel legde uit dat de
Amsterdamsche heeren, weinig op de hoogte
der Belgische toestanden, de twee hoofdsteden
gelijk gesteld hadden. Zij hadden echter,
sedert hun komst alhier, vernomen dat alleen
te Antwerpen, als de handels-hoofdstad, de
leiding der zaak, voor zooveel België betreft,
kon zetelen. Zij hadden daaraan gehoor ge
geven en men moest dus Antwerpen lezen.
Alzoo
te Antwerpen gevestigd is, alsmede sub-
commissiën in verschillende steden van Noord- en Zuid-
Nederland.
III. De leden betalen een contributie van ƒ2.50 of
5 fr. 20 cent., waaraan het stemrecht verbonden is.
IV. Het hoofdbestuur telt in elk land 18 leden,
waarvan 5 met de leiding der zaken belast zijn.
V. Het hoofdbestuur en do subcommissiën trachten
het te bereiken doel aan het volk kenbaar te maken,
door middel van vergaderingen, dagbladen, geschriften enz.
VI. Jaarlijks hebben twee algemeene vergaderingen,
beurtelings ia Noord- en Zuid-Nederland plaats.
VII. VIII, IX. Bepalingen van meer huishoudelijken
aard.
Dadelijk werd als amendement voorgesteld
in art. 1 het doel der vereeniging niet tot
Nederland en Belgie te bepalen, maar de af
schaffing der tol-linien in alle landen daarin
op te nemen, teneinde op die wijze het vrij
handels-beginsel, dat de grondslag is der ver
eeniging, stellig en ondubbelzinnig op den
voorgrond te plaatsen.
Maar nu begreep toch ieder, dat het niet
mogelijk was daarover nog een debat te openen.
De heer Strauss wees op de weinige talrijkheid
der vergadering, tengevolge waarvan bijna
geen notabiliteiten van den Antwerpschen
handel aanwezig waren. Men besloot daarom
de behandeling der statuten uit te stellen tot
eene tweede bijeenkomst over acht dagen, welke
door den heer Scherpenzeel, bij afwezigheid
zijner Hollandsche vrienden, gepresideerd zal
worden. Eene bijeenkomst met hetzelfde doel
zal (als wij wel begrepen hebben gelijktijdig)
te Amsterdam gehouden worden.
Na een dankbetuiging aan de Nederlandsche
oproepers, ging de vergadering vervolgens
uiteen.
Wij behoeven nauwelijks te zeggen dat, aan
den eenen kant, onze indruk eene groote te
leurstelling was. Wel hadden wij ons niet veel
voorgesteld omtrent het licht, dat door de
heeren Schmiill c. s. over het vraagstuk der
Belg.-Ned. tollijn zon worden ontstoken maar
toch, zulk eene oppervlakkigheid, zulk eene
onbekendheid met de details der zaak die men
ging behandelen, hadden wij niet verwacht.
Er werden van de bestuurstafel beweringen
aangevoerd, waarbij men zijn ooren nauwelijks
vertrouwde. Een paar tot voorbeeld.
Een deel van het betoog des heeren Scher
penzeel rustte op de bewering dat, bij afschaf
fing der douane, de Belgische steenkolen
voordeeliger in Nederland ter markt zouden
komen. Het was hem dus óf onbekend dat van
steenkolen in Nederland geen cent inkomend
recht betaald wordt; óf wel hij was van
meening dat men in Nederland geneigd zou
zijn de Dnitsche en Engelsche kolen, ten be
lieve der Belgische, uitsluitend te heiasten. Is
er iemand in Nederland die daaraan gelooft
Op de vraag, hoe men zich voorstelde dat
eene Belg.-Ned. toleenheid, met vrijen handel
tot grondslag, op de handelspolitiek der andere
mogendheden invloed zou kunnen uitoefenen,
werd door een der Amsterdamsche heeren ge
antwoord en door den heer Scherpenzeel be
vestigd, dat men, op grond der tractaten,
hiertoe reeds in staat zon zijn. Immers,
wanneer eenige regeering met het verlangen
tot ons mocht komen om te worden behandeld
„op den voet der meest begunstigde natie,"
dat zou in dit geval zijn Belgie, dan zou
ons antwoord kunnen zijn: „Gaarne, mits op
den voet van wederkeerigheid."
Men scheen niet te weten noch te bedenken
dat in bijna al onze reeds bestaande
bandelstractaten eene bepaling voorkomt als de
artt. 3 en 4 van het in 1878 met Zwitserland
geslotene
les deux hautes parties coatraetantes se garantissent
réciproquement Ie traitement de la nation etrangère la
plnB favorisée pour tout ce qui concerne le transit et
l'exportation.
Tonte reduction de tarif, toute faveur, toute immunite
que l'une des hautes parties eontraetantes accordera aux
sujets, au commerce, aux produits du sol ou de l'industrie
d'une tierce puissance, sera immédiatement et sans condition
étendue a l'autre de ces hautes parties.
Wij zijn dus reeds nu onvoorwaarde
lijk, - - dat is zonder beding van wederkee
righeid, verplicht om alles wat wij aan
Belgie toestaan d a d e 1 ij k ook aan andere
natiën te geven. Hoe wil men dan dat wij
eenigen invloed op haar handelspolitiek zullen
uitoefenen
Genoeg reeds, om het met ons te doen be
treuren dat de Antwerpenaars op deze wijze
met de Nederlandsche zienswijzen omtrent
tariefs- en handelsquaestien bekend zijn ge
maakt.
Maar van den anderen kant was het doel,
dat wij ons voorstelden met naar Antwerpen
te gaan, bereikt. Zoo weinig talrijk was de
vergadering niet, of verschillende stroomingen
hadden zich in haar boezem laten waarnemen.
Die, door welke de leden van het bureau, nu
ginds dan hierheen werden gedreven, laten wij
nu rusten. De gelegenheid om daarop terug
te komen, zal zich misschien later voordoen.
Maar ook was gebleken dat het oude, diep
gaande verschil in belangen tusschen
Noorden Zuid, onverzwakt bestaat. Het Noor
den, levende en strijdende voor vrijen handel,
in- nit- en doorvoer. Het Zuiden, protectie
verlangende voor zijne nijverheid. Hetzelfde
verschil dat in 1820, tijdens de vereeniging
der beide landen, den oud-minister Gogol den
koning deed voorstellen een economische schei
dingslijn vast te stellen, loopende van de Maas
boven Maastricht tot aan de Schelde bezuiden
Antwerpen en van daar naar zee.
Naar dat verschil in belangen hebben de
belastingstelsels der twee landen sedert een
halve eeuw zich gericht. Geen verandering
in politieke richting is daarop van den minsten
invloed geweest: een conservatief minister van
financien, de heer Van der Heim, heeft in 1877
een groot deel der tarief-belemmeringen, die den
Nederlandschen handel nog eenigszins hinder
den, doen vervallen en geen liberaal financier,
als de minister Graux, denkt eraan de bescher
ming, welke het Belgische tarief aan de
Belgische nijverheid verleent, te doen ophouden.
Nederland ontvangt aan inkomende en uit
gaande rechten ongeveer 4.5 millioen gulden,
Belgie 18.7 mill, franken. Nederland heft
38 millioen gulden aan accijnsenBelgie slechts
ruim 32 millioen fr. Zont, zeep en geslacht
brengen in Nederland 7.5 mill, op, zijn in
Belgie vry.. Het gedistilleerd geeft ons 22
mill, gld,, aan Belgie slechts 17 mill, frhet
bier aan ons nog geen millioenaan Belgie
bijna 10 mill. fr.
Al deze verschillen zijn uitvloeisels van het
straks herinnerde verschil in oeconomischen
toestand en belangen.
In beide landen zijn hervormingen in de
belastingstelsels wenschelijk; hier zoowel als
ginds heeft men, om die hervormingen tot
stand te brengen, met de inwendige botsing
der zienswijzen en belangen te kampen. Kan
het tot een oplossing voeren, den strijd nog te
vermengen met overwegingen die tot eene
geheel andere orde van belangen en doeleinden
in betrekking staan
Wij gelooven het niet. Maar in elk geval
heeft de Antwerpsche meeting ons geleerd, dat
indien het doel misschien te naderen is door
overwegingen en onderzoekingen iD een beperk
ten kring van kundige mannen, het in geen
geval nog het onderwerp eener volksbeweging
behoort te zijn. Nog in grooter mate dan in
de kleine Antwerpsche vergadering reeds ge
schiedde, zouden, om zulk eene beweging
in 't leven te roepen, Hollanders en Belgen,
kundigen en onkundigen, vrijhandelaars, reci-
procisten en protectionisten, ernstigen en opper-
vlakkigen, samengeplakt moeten worden in een
bond, die slechts groote woorden tot grond
slag en onbestemdheid tot hechtmiddel bezitten
zou. Op die wijze doet men geen macht ge
boren worden, die op de wetgeving der volken,
op de zienswijze hunner staatslieden en regeer
ders invloed uitoefent, of althans behoort nit
te oefenen. -
i
De commissie, belast met het afnemen van de
examens voor apothekers-bediende, alhier, heeft in
hare heden gehouden zitting vijf candidaten geëxa
mineerd, en aan drie eene akte van bevoegdheid
uitgereikt, zijnde de heeren: G. J. van Rijsoort
van Meurs geb. te Dordrecht, C. Kuit geb. te
Purmerende, N. Broeksmit geb. te Zwjjndrecht,
Twee candidaten trokken zich gedurende het
examen terug.
Het examen wordt voortgezet.
Na afloop van het concert der grenadiers en
jager3 op Donderdag 7 Juli a. s. zal een extra-
trein loopen van Middelburg naar Goes te 11.40
's nachts en van Middelburg naar Vliasingen te
Heden avond zullen met den Duitschen posttrein
hier passeeren en te 10 uren te Vlissingen aanko
men Z, K. H. de kroonprins van Duitschland en
zijne gemalin, benevens het uit 40 personen bestaand
gevolg.
De vorstelijke reizigers worden met twee salon
wagens vervoerd en zullen van Vlissingen met het
kon. Eng. jacht Osborne naar Londen vertrekken.
Bij Prov. blacl no 74 is medegedeeld dat by
kon. besluit de nader vastgestelde jaarwedde van
den burgemeester en van den secretaris van
Yersebe, op 500, is goedgekeurd.
Prov. blad no 73 bevat eene uitnoodiging aan
de besturen van gemeenten, polders en water
schappen in Zeeland tot het inzenden eener opgave
der maatregelen, genomen tot het verleenen van
of het bijdragen in pensioenen, nit te keeren aan
ontslagen ambtenaren, of na hun overlijden, aan
hun betrekkingen.
Benoemd tot buitengewoon opzichter bij de
kanaalwerken GentTer Neuzen de heer J. Vis
ser Pz>, volontair op het bureau van den ingenieur
te Goes.
Het voorloopig comité voor de oprichting eener
ambachtsschool te Zierikzee is afgetreden en in
zijne plaats een vgst bestuur benoemd, bestaande
uit de heeren J. v. d. Linde, H. J. Bastmeijer,
A. Anker Wz., W. A. Ochtman, W. Koole, M.
Oouvée jr. en jhr. mr. W. A. de Jonge. De vijf
eerstgenoemde heeren behoorden tot de voorloo-
pige commissie, terwijl de heeren dr. J. K. de
Bruijne en P. O. v. d. Velde Olivier voor eenë
herbenoeming bedankten.
Aan het thans benoemde bestuur is de taak
opgedragen de oprichting verder voor te bereideni
De Staati-eourant bevat de verslagen omtrent
's rijks oude archieven over 1880. Aan dat van
den archivaris der provincie Zeeland is het voU
gende ontleend.
In het afgeloopen jaar werden geen geschenken
ontvangen en heeft ook tot aankoop van archief
stukken geen gelegenheid bestaan.
Niettemin bekwam de verzameling een aanzien
lijke aanwinst, door de toevoeging der archieven
van eenige der vroeger in dit gewest bestaan
hebbende weeskamers ten platten lande, welke op
aanvrage van den archivaris door den ministei;