N«. 136.
124e Jaargang.
1881.
Maandag
13 Juni.
Bij de Stembus.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering Yan Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Puhlicité 0. L. Daubs Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL.
Middelburg, 11 Juni.
P. «S. Bredias.
DDELBIIRGSCH
COURANT.
Belangrijk voor het vaderland belooft de
beslissing, welke aanstaanden Dinsdag in de
stembus zal worden nedergelegd, te zijn.
Scherper dan in verscheiden jaren het geval
was, staan twee partijen, twee beginsels, tegen
over elkander. Van „kracht in isolement"
wordt niet meer gewaagd. De bittere haat,
het ingekankerde wantrouwen, die roomsch en
onroomsch van elkander scheiden, worden ver
zwegen. De woordenrijke zoetsappighcid,
waarmede de conservatieven aan de twee an
dere leden van den bond steeds gouden bergen
beloven, die ais 't erop aankomt slechts arm
zalige muisjes baren, wordt tijdelijk voor
goede munt opgenomen. Aandoenlijk eendrach
tig is het edele drietal, in 't verdringen der
liberalen. Wat daarna gebeuren moet is een
ding van later, liever van in 't geheel geen
zorg.
Aansehoone beloften ontbreekt het echter niet.
Wie het kiesrecht thans mist, zal het krijgen.
Van nieuwe belastingen geen sprake, of indien
al, dan zullen het „pleizierige" belastingen
zijn, waar men niets van merken zal. Zuinig
zal de schatkist beheerd, maar toch aan alle
algemeene, gewestelijke en plaatselijke be
hoeften naar behooren voldaan worden. Voor
de schoolquaestie heeft men een oplossing
gereed, waarbij niemands recht gekrenkt, de
schatkist geholpen en niettemin het volkson
derwijs zal worden wat het wezen moet.
Wie doen deze beloften? Geen kamerleden,
politieke leiders of candidaten. Maar in cou
ranten en strooibiljetten, door besturen van
kiesvereenigingen en verkiezingsagenten wor
den ze aan de goede gemeente plechtig en
ernstig toegezegd en voorgehouden.
Haast zou men, deze dingen lezende,
geneigd zijn aan de verstandigen en eerlijken
onder onze tegenpartij te vragenRaadpleegt
dan niemand uwer onze parlementaire jaarboe
ken? Zijn uw aller oogen blind voor de
waarheid, die uit ieder hunner bladzijden
spreekt, dat de geschiedenis der anti-liberale
partyen slechts een lange tegenstelling is van
groote en plechtige woorden aan den kant
der leiders en van teleurstelling aan dien der
volgers?
Wie waren de makers der liberale, doch op
den duur voor de behoeften van het onderwijs
onvoldoend gebleken schoolwet van 1857 Het
ministerie Van der Brugghen-Simons, vrienden
en geestverwanten van Groen van Prinsterer.
Deze laatste heeft zich zijn leven lang tot
redevoeringen en geschriften bepaald, maar
nooit een hand Uitgestoken om er iets van uit
te voeren. Wie is het hoofd van het tegen
woordige, gehate ministerie, de mede-uitvoerder
van Kappeijne's schoolwet Baron van Lijnden
van Sandenburg, een der meest geliefden onder
de „broeders" van weleer, hun hoop, hun trots,
hun leider.
Niet uit oneerlijkheid of bedrog spruiten
deze teleurstellingen voort, maar daar van
daan dat men, zelf verbijsterd door de groote
Woorden, die men genoodzaakt is tot de schare
te richten, verzuimt zich rekenschap te geven
Van hun practische, politieke beteekenis. Den
liberalen draak uit de verte aanschreeuwen,
hem met woorden verslaan, gaat gemakkelijk.
Maar ziet men het beest van naderby, klimt
men het op den rug om het in andere richting
te sturen, dan ontwaart men dat het liberalisme
is de maatschappij der 19e eeuw, die zich niet
tegen haar eigen levensbeginsel in laat jagen.
Zelfs op dit oogenblik, nu de anti-liberale
politiek zich nog slechts bepaalt tot oppositie,
waarbij het op verantwoordelijkheid noch prac-
tijk aankomt, bestaat er voortdurend strijd
tusschen hetgeen hun organen buiten de ka
mer verkondigen en hun vertegenwoordigers
daarbinnen doen. Men oordeele.
„Voor eene rijksspaarbank te stemmen,
heeft de Standaard gezegd, is in strijd met
den plicht van den antirevolutionair, die t e g e n
uitbreiding der staatszorg gekant is." Wel
mogelijk, heeft Baron van Wassenaer met ver
scheidene zijner geestverwanten geantwoord,
maar wij stemmen er toch voor.
„Een wetboek van strafrecht, sprak de
Standaard weder, waar de doodstraf -in
ontbreekt en gebouwd op den bodem der
„moderne" wereldbeschouwing, is voor den
anti-revolutionair onaannemelijk en ligt buiten
de bevoegdheid onzer tegenwoordige, uit een
verkeerd kiesstelsel gesproten staten-generaal."
Met uw welmeenen, zeide jonkheer Loh-
man, maar toch zal ik maar in de commissie
van rapporteurs gaan zitten, en heel de anti
revolutionaire groep heeft het „moderne"
strafwetboek helpen aannemen.
Van overheidswege „vergunning" aan slijters
en tappers te geven, was volgens de Standaard,
een werk des satans. Dat heeft niet belet
dat jonkheer De Jonge met het vergunning
stelsel niet slechts vrede gehad, maar het nog
uitgebreid en versterkt heeft.
Zoo gaat het aanhoudend. Welke waarde is
dan te hechten aan de verzekeringen, in cou
ranten en strooibiljetten gegeven omtrent de
lange rij van onbekende mannen, door welke
men de achtenswaardigste en meest bekende
liberale kamerleden wil vervangen
Welke waarde vooral, wanneer men ziet hoe
ten aanzieD van die candidaten, welke een politiek
verleden hebben, de waarheid in 't gezicht ge
slagen en met beginselen, naar den eisch der
omstandigheden, geplooid en gemodderd wordt?
Zulk een candidaat is de heer Pompe. Niet
veel jaren geleden, was hij voor de Standaard
een onaannemelijk man, een „bestrijder van
Groen." Maar hij heeft gelet op de teekenen
der tijden is mede opgegaan tot aanbieding
van het schoolwet-petitionnement aan den
koning en heeft nu verklaard, met de begin
selen eenet anti-revolutionaire kiesvereeniging
„in hoofdzaak" in te stemmen. Dat is
voldoende geweest om hem „aangenaam" te
verklaren.
Van den heer Fabius weet men volstrekt
niets. In woord noch geschrift heeft hij zich
bekend gemaakt en de ondergeschikte rang,
waartoe hij het in zijn vak nog slechts gebracht
heeft,, laat zelfs niet toe hem in zijne specia
liteit te beoordeelen. Maar het Zuiden deelt
mede dat de heeren Van Kluyven en Verhage
samen naar Delft zijn getogen om hem een
bezoek te brengen. Toen is hun gebleken dat
de heer Fabius: „grondige kennis op velerlei
gebied en bovendien de macht des woords"
bezit. Voorts „vreest hij God en schaamt zich
het evangelie van Christus niet," en verklaart
het bestuur van Nederland en Oranje hem voor
„een ontwikkeld man, wien het niet moeilijk
kan vallen spoedig op de hoogte te komen
onzer provinciale en districtsbelangen."
Nu, den candidaat onzer tegenpartij zelfs de
qualificatie te betwisten van een „ontwikkeld"
man te zijnzou wat onbeleefd wezen.
Maar het gaat toch niet aan, de geschiktheid
van een overigens onbekend man vodr de ge
wichtige roeping van volksvertegenwoordiger,
te beoordeelen naar den indruk, in eén enkel
gesprek, door twee personen verkregen.
Over den heer Schoonejongen, den Zierik-
zeeschen candidaat, spreken wij niet. Ook de
tegenpartij doet het niet. Blijkbaar is zijne
candidatuur niet als eene ernstige zaak te
beschouwen.
Maar wat wij aan alle kiezers, zonder onder
scheid nu van partij, maar die het wel meenen
met hun vaderland, in de meest ernstige over
weging willen geven, zijn deze woorden van
een man, wiens richting de onze niet is, doch
die, als rijk aan politieke ervaring, gehoor ver
dient. Het was de heer Wintgens die, in de
kamerzitting van 25 Mei, over uitbreiding der
kiesbevoegdheid het volgende zeide:
»Ik zou wenschen dat men bij de tegenwoordige kie
zers, bezitters van meer of minder //capaciteiten," er
krachtig op aandrong om toch al aanstonds en vooral
naar deze kamer te zenden dusdanige '/capaciteiten," die
volkomen in staat en berekend zijn om de gewichtige
zaken, die hier ter beoordeeling worden voorgelegd, te
doorgronden en te beoordeelen.
«Dat is inderdaad de meest dringende noodz akelijkbeid
van het oogenblik.
«Wanneer de minister van justitie eene herziening van
het burgerlijk wetboek voorbereidt, dan mogen de kiezers
toch wel begrijpen dat niet iedereen bevoegd is om daar
over een oordeel uit te spreken. Wanneer de finaneieele
belangen des lands, de handels- of koloniale vraagstukken
hier te berde worden gebracht, ook dan i9 maar zoo niet
de eerste de beste in staat om daarover te beslissen.
«Daarom zeg ik: capaciteiten onder dekiez er s, goed;
maar men denke in 's hemels naam ook hieraan, dat
het nog beter is: capaciteiten in de gekozenen."
Van dit standpunt, dat vrij van politieke of
partij-beschouwing, de practische behandeling
der zaken op den voorgrond stelt, behoeven
wij over de liberale candidaten in de drie
Zeeuwsche kiesdistricten niet uit te weiden.
Twee hunner zijn oud-gedienden in de kamer
van den derde ligt, sedert vier jaren, de par
lementaire loopbaan ter beoordeeling open.
Een woord echter over de liberale partij in
't algemeen. Een lofrede op haar zal men van
ons niet verwachten. Meer dan eens hebben
wij, tegenover haar, ons recht van vrije critiek
in een vrij land onbeschroomd uitgeoefend en
van hetgeen geschreven staat, nemen wij geen
woord terug. Vraagt men ons dus, of wij de
instandhouding, de versterking zoo mogelijk,
van de liberale meerderheid in de tweede
kamer wenschen, in 't vaste vertrouwen dat
de beginselen van het vooruitstrevend,
met zijn tijd medegaand liberalisme daar
door spoedig beter tot hun recht zullen komen,
dan kan ons antwoord, tot ons innig leedwezen,
slechts twijfelend wezen.
Maar indien de liberale meerderheid, lijdende
hetzij aan de gebreken van den ouden dag,
hetzij aan tijdelijke zwakte, het gevolg van
verdeeldheid en besluiteloosheid, niet zooveel
tot stand brengt als wij zouden wenschen, het
zou ondankbaar wezen te ontkennen dat wij
het haar verschuldigd zijn, wanneer wij op
den weg der regelmatige ontwikkeling onzer
stunts-instellingen althans niet stilstaan noch
achteruit gaan.
Aan de door haar voorgestane beginselen
danken wij het dat, overeenkomstig de be
hoeften van onzen tijd, de staatszorg is uitge
breid tot het spaarbankwezen, de bescher
ming der nuttige dieren, de pakketpost en
de bestrijding der dronkenschap. Hare begin
selen hebben den grondslag gelegd, waarop
hot nieuwe strafwetboek, op den bodem der
moderne wereldbeschouwing, is opgetrokken.
Het afbreken der liberale meerderheid zou,
zoo al geen teruggang, daartoe is de onder
ling verdeelde tegenpartij niet bij machte,
toch onmiddelijken stilstand en een hopelooze
verwarring tot gevolg hebben.
Daarvoor kan ons vaderland alleen bewaard
worden indien ieder liberaal kiezer, doordrongen
van het ernstige gevaar, dat onze lichting
van de tegen haar verbonden monster coalitie
dreigt, zich aanstaanden Dinsdag den gang
naar de stembus als een heiligen plicht voor
oogen stelt, en in zijn kring, anderen daartoe
opwekt.
Dan zullen, naar wij vertrouwen, met eene
meerderheid, die getuigen zal dat de liberale
beginselen in Zeeland hun aloude kracht nog
niet verloren hebben, herkozen worden:
In het district Middelburg:
mr. O. van Eek.
In het district Goes
In het district Zierikzee
J. J. van Kerkwijk.
Vlissingen, 11 Juni. De werkzaamheden
aan den tramweg' MiddelburgVlissingen worden
krachiig voortgezet. Van den Abeele, lang3
Souburg tot aan de doorgraving bij de Keersluis
zijn de rails gelegdvandaar tot de brug over
de Keersluis is men bezig de aansluiting ta
maken aan het reeds gelegde deel, loopende tot
halverwege de De Ruijterstraat. Achter de werf,
van Bastion V af naar de Kleine Markt, is men
bezig de rails in de straat te leggen, terwijl heden
ook een aanvaüg is gemaakt om van daar, in de
richting naar Middelburg, voort te werken. Ook
te Middelburg is men met een dertigtal menschen
aan het werk.
De machines en rijtuigen zullen vóór den 24en
dezer hier aankomeo, en men hoopt de lijn met
1 Juli a. in exploitatie te kunnen brengen.
Zooals wij vermoedden was in een der eerste
twee nommers van het telegram, waarin ons
gisteren de uitgelote reeksen van de schuldbe
kentenissen der 4 pet geldleening van 1878 werden
geseiud, een fout gemaakt.
Die serie was namelijk niet 8890138920,
maar 38901—38910.
Naar wij vernemen vindt het voorstel van den
heer Van Eek en negen andere leden der tweede
kamer, op het initiatief van genoemden afgevaar
digde gedaan, om blijvend het stelsel van zelf
standige rapporteurs voor het onderzoek van
wetsontwerpen in te voeren, by de groote meer
derheid der kamer een zeer gnnstig onthaal.
Ichouwen-Dulveland, 10 Jnni. Deze week
werden de kiezers in het district Zierikzee ver
eerd met een manifest van de antirevolutionairen,
waaruit de zonden der liberalen even gemakkelijk
en even knetterend opstegen als de gloeiende
kogels uit een zwermpot en dat, als de laatste
vurige tong verstomd is, aldus eindigt:
„De candidaat, dien wij n met het oog op dat
een en ander ten zeerste en met vrijmoedigheid
aanbevelen, is de heer H. Schoonejongen Jz.,
administrateur te Middelharnis."
Bij wijze van verrassing kregen we 't ding
's morgens bij 't ontbijt.
Het bestuur van de Zeeuwsohe antirevolutio
naire kiesvereeniging Luctor et Emergo, van wien
het uitgaat, kan erop rekenen, dat de kiezers van
Schouwen-Duiveland te liberaal zijn om van dio
ongemotiveerde aanbeveling gebruik te maken,
maar aanstaanden Dinsdag hun stem znllen uit=
brengen op den heer J. J. van Kerkwijk. Het
maniiest heeft hier niet meer indruk gemaakt dan
een uitgebrand karton van den gunstig bekenden
heer Hendrikx te Antwerpen.
De candidaat van de Liberale Kiesvereeniging
verdient, in weerwil zijner aangeduide gebreken,
de man onzer keuze te zijn.
We zullen in dezen dan ook handelen volgens
de schriften en geen ouden vriend verruilen voor
een nieuwen, dewijl de nieuwe niet met den ouden
te vergelijken is.
's CJravenliage, 11 Jnur. Dank zij dé
onvermoeide pogiugen van het voorloopig comité,
dat zich onder voorzitterschap van mr. D. van
Eek heeft gevormd, is thans het tot stand komen
van de nieuwe zwem- en badinrichting aan dé
Mauritskade alhier verzekerd. Heden avond zal
de daartoe op te richten vennootschap, met een
kapitaal van f 130,000, definitief worden gecon
stitueerd.
Hedeu had ook de plechtige en feestelijke
inwijdiog plaats van de groote inrichting ioi
Vereniging voor Koepokinenting alhier.