N°. 91. 124e Jaargang. 1881 Maandag 18 April. Gemengde Berichten. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3jm. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daiibe Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz. Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL- VEEMARKT TE MIDDELBURG. Middelburg, 16 April. Hoofdzaken en Bijzaken. Van ged. staten is bericht ontvangen dat de Marine en leger* Rechtszaken. IlIDDELBIJRGSCHE COURANT Donderdag den. 21en April 1881van des Voormiddags 8 tot des namiddags 4 uren. De burgemeester en ■wethouders, PICKÉ. De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. Een „bijzaak" noemt de heer P. C. F. Frowein, in zijn in ons Bijvoegsel geplaatst opstel, het historisch argument in zake het grondbezit. Wij zijn dit met den geachten schrijver een3,' ofschoon hij, naar 't ons voorkomt, eene juiste gevolgtrekking afleidt van eene verkeerdelijk aangevoerde praemisse. Een eenmaal ge pleegd onrecht wordt inderdaad door eeuwen lang gebruik niet tot recht gemaaktmaar er is, in zijn dispuut met den heer Van Houten, geen sprake van een door de eeuwen besten digd, maar van een door de tegenpartij ge loochend onrecht. Volgens den heer Van Houten heeft, op Nederlandschen bodem, de overgang van communeel in persoonlijk grond gebied op „regelmatige" wijze plaats gehad, waardoor een „onaantastbaar" eigendomsrecht ontstaan is. Juist het omgekeerde dus van de socialistische moord- en rooftheorie. Hieruit volgt dat de heer Frowein ten onrechte „overeenkomst" tusschen hem en zijne tegenpartij verondersteltwanneer hij, op grond van het door beide partijen erkende feit van het oorspronkelijk communeel bezit, wil doen gelooven dat beide het eens zijn omtrent een daaruit af te leiden gevolg. De heer Van Houten heeft aangetoond hoe uit den oorspronkelijken aan alle barbaarsche volken eigen toestand, tengevolge van de natuurlijke ontwikkeling der maatschappijeen andere staat van zaken is ontstaan, waarin de een, Uit vrijen wil, in eigen belang, van zijn recht op den grond afstand deed, de ander dien in rechtmatig bezit verkreeg en dat recht op alle latere bezitters deed overerven. De heer Frowein licht dien schakel uit de redeneering en beweert, nu heiden het eens zijn ten aan zien van het oorspronkelijk algemeen bezit, dat er ook geen verschil bestaat omtrent het voortdurend algemeen bezit-r echt. Men zou met even veel grond kunnen meenen dat dewijl, in een lang vervlogen tijdperk der ge schiedenis, b. v. de bloedwraak tot de erkende rechten van den stam behoorde, zij nu nog, onder onze tegenwoordige inrichting van jus titie, politie en staat, een ongeschonden recht der familiën gebleven is. En indien men 't een toegaf, zou men ook het ander niet mogen betwisten Wij laten echter het ontdekken der overige punten van „verschil", hij voorgewende „overeen komst" tusschen de beide partijen, aan onze lezers over en keeren terug tof de straks toegegeven stelling. Ook wij beschouwen het historisch argument voor de beoordeeling van dentegen- woordigen toestand van het grondbezit als eene bijzaak; doch op grondeener redeneering, welke omgekeerd is aan die van den geachten schrijver. Naar onze meening is de vraag, öf het bezit van den grond vóór vele eeuwen al dan niet op rechtmatige wijze verkregen is, ondergeschikt aan deze andere vraag, of de handhaving der tegenwoordige bezitters in hun recht al dan niet in bet algemeen belang der hedendaagsche maatschappij is. Al konden al de 10,000 personen, die het 2/3 gedeelte van den Engelsehen grond in eigendom bezit ten, op onwraakbare wijze aantoonen dat hun eerste voorganger, onder Willem den Verove raar, of gedurende de oorlogen van de Witte en de Roode Roos, op volkomen regelmatige wijze, zonder krenking van iemands rechten, in 't bezit van zijn eigendom gekomen was, dan nog zouden zij verplicht wezen in een verkorting hunner geërfde rechten te berusten, wanneer aangetoond kon worden dat zonder dien afstand het trotsche gebouw der Groot- Brittannische maatschappij tot een bouwval zou worden. Boven ieder recht, geërfd of verkregen, staat het algemeen belang. Om te beoordeelen of een maatregel in 't belang van het thans levend geslacht gevorderd wordt, behoeven wij geen onleesbare oorkonden uit het stof der middeleeuwen op te delven, noch „een menschenleven" te besteden aan het op sporen der geschiedenis van den grondeigendom. Maar de socialisten willen een weg op, die tegenovergesteld is aan den regelmatigen ont wikkelingsgang der maatschappij. De heer Van Houten heeft ons dat evolutie-proces doen zien in zijne schets van het ontstaan van het grondbezit op Nederlandschen bodem. Ziehier eene meer omvattende teekening, getrokken door een hand welke de heer Frowein evenmin als onbevoegd zal afwijzen, door den heer De Laveleye, in eene studie over den Engelschen staathuishoudkundige Cliffe Leslie, in de Revue d. d. M. van 1 April jl. »Ecne omwenteling (evolution), van zedelijken en ver standelijken aard, is waar te nemen in de wijze waarop de menschen hun behoeften zoeken te bevredigen, eerst door jacht en kannibalisme, vervolgens door de dieren aan zich dienstbaar te maken en door het herdershedrijf, later door den landbouw vereenigd met de slavernij of de lijfeigenschap, eindelijk door vrijen handel en nijver heid gepaard aan den loonarbeid. Gedurende den loop dezer omwenteling vertoonen de gewoonten en 'de wetten betreffende den eigendom, de beroepen, den arbeid, een juridisch en staathuishoudkundig karakter, dat achtereen volgens gewijzigd wordt. In den aanvang wordt de mensch als opgeslorpt door het gemeenschappelijk leven van den stam, dat nagenoeg overeenkomt met het leven der cellen in eene bewegelijke maar vormlooze massa. Men heeft gemeenschap van grondeigendom en van vrouwen, gemeen schappelijke verantwoordelijkheid vau den stam, eenvor migheid en 'gelijkheid van alle handelingen. Het l\jkt op eene vereeniging van bevers of mieren. Tegenwoordig treedt ieder individu zelfstandig op, met persoonlijken eigen dom, persoonlijke verantwoordelijkheid, persoonlijke vrij heid, huwelijk met éene vrouw, beschikking over zijne goederen na zijn dood, recht van stemmen en recht spre ken, en ook met zijne zucht naar verandering en vooruit gang, welke eene bron is van veel talrijker en vooral veel sneller hervormingen dan vroeger plaats hadden." Deze schets wordt door den heer De Laveleye ter waarschuwing voorgehouden aan de staat huishoudkundigen der oude school, die op grond hunner eenmaal ontdekte onveranderlijke „na tuurwetten," blind zijn voor de eischen van een aanhoudend zich wijzigenden toestand. Valt er ook niet iets uit te leeren voor hen die, met een onvolledig en onnauwkeurig beeld van het verleden in hun hoofd en een nog schaduwachtiger voorstelling van de toekomst voor hunne oogen, déarin het type zien waarheen de maatschappij, in hare verdere ontwikkeling, zich richten moet Kunnen ook zij niet, even goed als de halstarrige aanhangers van het laisser^aller, hun beeld herkennen in deze he. schrijving, door den ouden Baco van sommige wijsgeeren gegeven: „Zij maken denkbeel dige wetten voor denkbeeldige republiek en hun betoogen zijn als de sterren: ze geven weinig licht omdat ze te ver van de aarde staan Ziedaar eene der „hoofdzaken" waarom wij het socialistisch streven als verderfelijk be schouwen. Waarom wij dan echter eene „bij zaak", als het historisch argument, tot het onderwerp van ons betoog gekozen hebben? Ten deeie om redenen, in ons opstel van voor acht dagen vluchtig aangeduid. Voorts omdat eene fout, eene verkeerde méthode in de rede neering van een tegenstander, beter aange toond kan worden in een goed begrensd debat over een punt van ondergeschikt belang dan in eene redewisseling over algemeene beginselen. Wij hebben willen doen zien dat sommige stellin gen, op zeer beslisten toon in socialistische redevoeringen en opstellen als onomstootelijke waarheden verkondigd, door een onbevoordeeld wetenschappelijk man geheel anders beschouwd worden. Dat doel hebben wij bereikt; want de sluier der „overeenkomst," waarmede de keer Frowein het „verschil" zoekt te bedek ken, is, gelooven wij, te doorschijnend om een onpartijdig lezer een oogenblik in twij fel te laten. Hieruit nu volgt het bewijs eener andere fout in den socialistische n betoogtrant. Waarom worden woorden ge bruikt als „moord en roof", wanneer men die niet kan verantwoorden? Waarom, indien ,men verklaren moet eene schets, waarin van moord noch roof sprake is, „niet te kunnen verbeteren," waarom, indien men erkent dat „het feodale recht in ons land niet zoo verwoestend gewerkt heeft als in vele andere landen," waarom zich dan de taal der volksopruiers in die andere landen tot voorbeeld gekozen? Weet men niet heter, dan toont men zijne onkunde. Is men zich van zijne overdrijving bewust, dan, Wij laten het invullen van den zin aan onze lezers over. Men schrijft ons uit den Haag: Wilde ik u op het voetspoor der welingelichte correspondenten, waarvan er hier een geheel korps schijnt te bestaan, eenige geruchten mee- deelen, onder en zonder reserve, ik zou ditmaal een zeer langen brief kunnen schrijven. Een dier geruchten eohter, waarvan zich het Handelsblad tot tolk heeft gemaakt, wil ik niet onbesproken laten. Sedert de vorige week heeft men inderdaad in enkele kringen verteld dat de heer Vissering voornemens is af te treden en dat hij den heer Bachiene in den raad van state zal opvolgen. Wie nu dat gerucht in de wereld zond, is moeilijk na te gaan, maar ik heb reden om te gelooven dat het niet op feiten, maar enkel op geheime wenschen is gegrond. Het moge waar zijn dat de minister van finan ciën, na de gebeurtenissen bij de behandeling van de artt. 7—9 der rente wet, moedeloos geworden, er een oogenblik aan gedacht heeft zich terug te trekken; maar na den ministerraad, even vóór de mededeeling des ministers aan de tweede ka mer gehouden, heeft de heer Vissering het plan om af te treden weder laten varen en sedert dat oogenblik schijnt het hem ook duidelijk te zijn geworden, dat zonder belangrijke omwerking het wetsontwerp weder in discussie kan komen. De eenige vraag zal zijn of de kamer nog tijd zal vinden vóór Pinksteren om het debat ten einde te brengen. Eenige oprechte voorstanders der rente wet hebben een poging gewaagd om althans te trachten het daarheen te leiden. De centrale afdeeling der kamer was voornemens de werkzaamheden eerst den 2n of 3n Mei te doen hervatten, doch op verzoek van eenige leden minstens vijf, volgens het reglement van orde, zal de bijeenkomst reeds den 26en dezer plaats hebben. Deze leden hopen op die wijze de rente discussie tijdig genoeg te doen afloopen om nog het auteurs-recht en de desertie-wet (voor de visschersvloot) te kunnen doen behandelen en zoo mogelijk ook de drankwet. In de heden namiddag gehouden zitting van den gemeenteraad van Vlissingen werd mededeeling gedaan van een brief van mevr. de wed. Wibaut, houdende kennisgeving van het overig den van haren echtgenoot, den heer F. Wibaut, in leven lid van den raad. Na voorlezing van den brief van rouwbeklag namens de vergadering aan de weduwe gericht, sprak de voorzitter de hoop uit dat de raad nog langen tijd voor dergelijke ver liezen moge bewaard blijven. goedkeuring der gemeentebegrooting. voor 1881 tot Juni verdaagd is. Tot leden van het stembureau voor de op 26 April a. te houden verkiezing van een lid van den raad werden benoemd de heeren Ockers en Laernoes, tot hunne plaatsvervangers de heeren Dntilh enSchraver. Van de 4£ °/0 geldleehing van f 66000 werden twee obligaties, de nos. 62 en 57, uitgeloot. De subsidie van 100, uitgetrokken voor den in deztjn zomer te Vlissingen te houden schietwed strijd van scherpschutters, weer baarheids vereeni- gingen, schutterij, leger en marine, werd verhoogd tot f 250. Een verzoek van den agent van politie le kl. J. Bok, om pensioen, werd van de ha <;d gewezen. Eenig gemeenteterrein (de Botermarkt), sinds eenige jaren in gebruik bg de Kon. Maatsch. de Sehel /e, zal weder onder beheer der gemeente komen. Weener dagbladen melden, dat Z. M. de koning der Nederlanden bp het aanstaande huwelgk van den aartshertog-troonopvolger van Oostenrgk met prinses Stephanie van België zal vertegenwoordigd worden door den kroonprins, zgn zoon. De berichten omtrent den toestand van H. K. H. prinses Hendrik big ven gunstig. Naar ons uit Den Haag gemeld wordt, heeft de zieke echter een onrustigen nacht doorgebracht. De raad van toezicht op de spoorwegdiensten heelt de besturen der spoorwegmaatschappijen aangeschreven om voortaan, wanneer een trein 15 minuten of meer vertraging ondervindt, dit op de bekende zwarte borden op de stations in te schrijven en door uitroepen in de wachtkamers aan de reizigers bekend te maken. Door de kamer van koophandel te Leeuwarden is besloten aan de tweede kamer in te dienen een adres tot ondersteuning van het voorstel tot het houden eener enquête omtrent de exploitatie der spoorwegen, alsmede een adres aan den minister van waterstaat, om de hoofdignen van het tele; grafennet in kabels onder den grond te brengen. Weder is uit Nederl.-Indië, door tusschenkomst van de N.-I. Handelsbankvoor de noodigdenden in de Transvaal de aanzienlijke gift van f 8000 ontvangen. {Vervolg Binnenland zie het Bijvoegsel). De kap. J. N. Roelants, van het 8e regt. inf'.} is met 1 Mei a. overgeplaatst bij het 7e reg. Door de rechtbank te Rotterdam is de geweieö agent van politie T. v. K., die de door hem in bewaring genomen gelden van een beschonken landverhuizer, dien hg naar het politie-bureatt vervoerde, had verduisterd, met aanneming van verzachtende omstandigheden, tot een half jaar celiulaire gevangenisstraf veroordeeld. Bernardus Zweers, beschuldigd van in het laatst van het vorige jaar onderscheiden inbraken, o. a. te Amsterdam en te Haarlem, te hebben gepleegd, is door het gerechtshof te Arnhem ver oordeeld tot 8 jaren tuchthuisstraf. De eisch was 12 jaren. Aardenburg, 15 April. Gisteren namiddag omstreeks 6 uren ontstond door het inslaan van den bliksem brand op de hofstede Spitsbroek onder Sint Kruis, bewoond door P. B. de Backere. Niettegenstaande onze brandweer, beuevens die van Sint Kruis en Sint Lauregns (België) zoo spoedig mogeiijk ter hulpe suelden, zijn de gan« sche schuur, met haren inhoud, beuevens de beestenstal en het wagenhuis een prooi der vlam men geworden en mocht het alleen gelukken het woonhuis te redden. Een veulen-merrie, benevens een vgftal runderen en eenige biggen kwamen in de vlammen om. Alles was tegen brandschade verzekerd. Bij de onderhandelingen der Europeesche ambassadeurs te Konstantinopel over de Grieksche grensscheiding is iets voorgevallen, dat een zeer onaangenamen indruk heeft gemaakt. De ge zanten hadden de meest strenge geheimhouding afgesproken over de geheele onderhaudeling en dus in de eerste plaats over het resultaat: hst protocol waarin zij bij hunne regeeringen eröp

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 1