No. 90. 124® Jaargang. 1881.' Zaterdag 16 April. Gemengde Berichten. WILLI. Uithoofde van het Paasch- feest zal deze courant Maan dag den 18en April niet uit gegeven worden. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 5|m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiën: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daubk Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz. Middelburg, 15 April. 3 FBUIZ.L.BTOÏV. Marine en leger, MIDDEL Goes, 15 April. Het programma van de in Juni hier te houden landbouwtentoonstelling luidt als volgt: Dinsdag den 7en Juni, des avonds te 7 nren, bijeenkomst van het hoofdbestuur in De Prins van Oranje. Woensdag den 8en, des voormiddags te 10 uren, algemeene vergadering op het Slot Oster.de. Des namiddags van 1 tot 4 uren, in de Wan» delkerk, ingang Kreukelmarkt, boterbereiding volgens Swartz's systeem, alsmede tentoonstelling van' opgezette vogels en andere voor den land bouw of de houtteelt nuttige dieren, ingevolge de wet van 25 Aug. 1880, Stbl. no. 164. (Deze ver zameling is hiertoe afgestaan door het Zeeutosch Genootschap der Wetenschappen). Des namiddags van 1 tot 4 uren, op de weide .aan den berg, tentoonstelling van werktuigen. Des namiddags te 4 uren, rijtoer aan de leden aangeboden. Des avonds te 7 uren, reünie in de sociëteit Van Ongenuchten Vrij. Donderdag den 9en en Vrijdag den lOen, van des voormiddags te 11 tot des namiddags te 4 uren, op de weide aan den berg, tentoonstelling van paarden, rundvee, schapen, varkens enz. Van des voormiddags te 11 tot des namiddags te 4 uren, in de Wandelkerk, tentoonstelling van boter en kaas, in Zeeland volgens de gebruike lijke wijze vervaardigd; boter- en kaasbereiding volgens Swartz's systeem, alsmede tentoonstelling van opgezette vogels enz. Donderdag namiddags te 5 uren, diner in de sociëteit Van Ongenuchten Vrij. Donderdag avond te 7 uren, reünie in dezelfde Sociëteit. Donderdag avond te 8 uren, verloting in de groote zaal der sociëteit. Goes, 14 April. Op de aanstaanden Don derdag alhier te houden vergadering der Vereent- ging van Burgemeesters en Secretarissen in Noord en Zuid-Beveland zal, behalve eenige hui°houdelyke onderwerpen, behandeld worden een voorstel van het bestuur, om eene commissie te benoemen' voor het ontwerpen van plaatselijke verordeningen, Novelle van August Becker. „Eindelijk, toen ik bijna van het laatste over tuigd was, schrikte ik een weinig toen er leven in die gestalte begon te komen. Het hoofd zonk nog lager en waarlijk! de handen maakten een kruis, de biddende stond langzaam op het was een slank, tenger meisje. Zij neeg nog eens, maakte nog een kruis eu keerde zich om, om heeu te gaan, zoodat ik terloops haar bleek, doorschij nend, fijnbesneden gelaat kon zien. „Ja, ik zag haar na toen zij mij, nauw hoor baar voorbij gezweefd was, totdat zij bij het wij watervat stilstond, waar tevens een man, in een fiuweelen buis, dien ik tot nu toe niet in de kerk had opgemerkt op af kwam. Zij staken beiden de vingers in het wj water, maakten nogmaals een kruis en verlieten samen het gebouw door den hoofdingang, waardoor het vale licht van den wegstervenden dag naar binnen viel. „Onwillekeurig trad ik een stap achteruit om ook heen te gaan, toen ik aan een luid„Au 1" merkte dat ik iemand op den voet getrapt had. Terwijl ik mg verontschuldigde, herkende ik een speciaal voor het herzieningswerk der strafverorde ningen, dat noodzakel jk zal worden door de vast stelling van hot nieuwe wetboek van strafrecht. Als plaats om de zomervergadering te houden, stelt het bestuur Heinkenszand voor. Het jongste nommer van het weekblad van Eigen Hulp bevat een verslag der gehouden al gemeene vergadering van de leden der afdeeling Coöperatieve Verbruiksvereeniging van het district Vlissingen. Aan dat verslag is het volgende ontleend: Nadat de commissie, belast met het nazien der rekening en verantwoording over het boekjaar 1880 rapport uitgebracht en den penningmees ter-boekhouder van zijn beheer gedechargeerd had, werden door dezen eenige cijfers medegedeeld, waaruit bleek dat de zaak zich tot dusverre in een gewenschten bloei mocht verheugen. Gedurende het afgeloopen jaar werd in den winkel verkocht voor een som van 16822.35§, terwijl na aftrek van alle onkosten, een zuivere winst werd behaald van f 244.68, waardoor een dividend van 2 pet. van het bedrag, door elk lid in den winkel besteed, kon worden uitgekeerd, ongeacht de 4 pet. rente van de aandeelen in het bedrijfskapitaal genoten. Hierbij dient in aan merking genomen te worden, dat de winkelwaren aan de leden zoo goedkoop mogelijk worden af geleverd, dat wil zeggen: tegen den inkoopsprijs, verhoogd met de onkosten van vracht, rechten, indrogen enz. en hoogstens 10 pet. winst, welk laatste bij een aantal artikelen niet het geval is. De winst-uitkomst zon schitterender geweest kunnen zijn, zoo de vereeniging, haar verkoop uitsluitend tot de leden bepalende en daardoor beperkt iu haar omzet, naar evenredigheid geen te hooge onkosten, tot exploitatie der zaak, had te dragen gehad. Teneinde nu de zaak, wier blijvend bestaan door alle leden gewenscht wordt, in stand te kunnen honden en daaraan uitbreiding te geven, werd door het bestuur het voorstel gedaan, om de Verbruiksvereeniging te veranderen in een Coöperatieve Winkplvereeniging, met recht van verkoop ook aan niet-leden, die echter geen aan deel in de winst zouden hebben. Met bijna eenparige stemmen werd dit voorstel aangenomen en het bestuur gemachtigd tot bet ontwerpen van de noodige wijzigingen in de statu ten; terwjl pogingen zonden aangewend worden tot vermeerdering van het bedrijfskapitaal, hetwelk, nog geen 900 bedragende, onvoldoende geacht werd door de uitbreiding, die de zaak, naar met grond te verwachten was, thans verkrijgen zou. Het Handelsblad maakt melding van een te 'sGravenhage loopend gerucht, volgens hetwelk de heer Vissering als minister van financiën af- medestudent, die in mijn straat woonde, doch met wien ik tot nog toe slechts vluchtige groeten ge wisseld had. Hij was philoloog, een ijverig student en een dnisterling even als ik, dat wil zeggen: hij behoorde tot geen clubmaar hij was een goede vent en geen spelbreker, al had hij ook zijne eigenaardigheden. Hij heette Peter Tappes een naam die hem veel leed bezorgde, zooals ik later vernam. Terwijl wij samen de kerk verlieten zei hij „Wanneer gij trek hebt in een glas bier zal ik u precies vertellen waar mijne eksteroogen zitten, opdat gij u in het vervolg daar naar ge dragen kunt." „Nn zou ik, ronduit gezegd, liever het meisje in het wit gevolgd zijn, maar ik kon niet anders dan zijn uitnoodiging aannemen, waartoe in de nabijheid ruimschoots gelegenheid was. Toen wij gezeten waren en ik een woord over mijn ont moeting gezegd had, begon hij erover uit te wjjden dat er zooveel poësie in zulk een kerkbe zoek lag, vooral in de Meimaand, wanneer de schoonste meisjes uit de stad, rijke en arme, naast elkaar voor de altaren knielden. Maar het was nog mooier in de vasten voor Paschen, dan zag meü op de trappen van alle kerken, die in de mode waren, op bepaalde uren de bloem der vrouwenwereld uit alle standen op en neder stijgen, komen en gaan en dan voelde men zich zeer vroom gestemd,; Yaa dien dag af deden treden en tot lid van den raad van state benoemd worden zou. Gisteren avond werd alhier eene algemeene vergadering gehouden van de leden der IJsclub Walcherenter vaststelling van een reglement. De vereeniging, waarvan het ledental thans tot 108 geklommen is, stelt zich ten doel bevordering van het ijsvermaak in zeer ruimen zin en bestaat uit donateurs en leden. Ieder die den leeftijd van 16 jaren bereikt heeft kan tot de vereeniging toetreden, tegen eene jaarlijksche contributie van 1; die meer dan de gewone contributie bijdra gen, worden als donatrice of donateur beschouwd. Het bestuur, vroeger uit vijf leden bestaande, werd met 7 leden vermeerderd, waartoe de heeren W. Heyboer, H. J. Domenie, C. A. Goethals, A. A. Welters, H. A. de Boer, mr. E. Fokker en A. K. Dronkers werden gekozen. By ontbinding der vereeniging zullen de in kas zijnde gelden onder de verschillende armen dezer gemeente worden verdeeld. In de verschillende kantoren der rijks-post spaarbank is in de eerste tien dagen harer opening voor ruim f 42.000 belegd. De kamer van koophandel te Harlinge.n heeft den minister van waterstaat verzocht, maatregelen te nemen, waardoor groote en langdurige storin gen in het telegraphisch verkeer, gelijk onlaDgs hebben plaats gehad, in het vervolg zooveel mo gelijk worden voorkomen. Te Amsterdam zal Zondag een concert worden gegeven ten behoeve vau een jengdig kunstenaar, wien naar het Handelsblad zich uitdrukt, „een ramp, als het zwaard van Damocles", boven 't hoofd hangt. Die ramp is het vervullen van zijn militieplicht. Het concert moet dienen om hem in de gelegenheid te stellen een ander voor zich te laten dienen. Gelukkig Nederland, waar de liefdadigheid in alles voorziet, tot zelfs in de gebreken der wet geving! Bestond de persoonlijke dienstplicht, met doel» matige bepalingen om den diensttijd te doen valien in een tijdvak, waarin het den dienstplichtige het best gelegen zon komen, dan zou er geen nood zakelijkheid bestaan om de erbarming van het kunstminnend publiek in te roepen voor een jong- mensch, die eenige maanden voor zijn land de wapenen moet gaan dragen. Wie briefwisseling houdt met vrienden of ver wanten in Kusland, mag tegenwoordig wel op zijn woorden passen en alle politieke toespelingen vermijden, want alle brieven uit het buitenland worden aan de Eussische grenzen geopend en een of ander onbedacht woord zou den persoon, aan wij Tappes en ik, onze wandelingen samen en brachten de avonduren meestal in een drnk be zocht bierhuis, bij de poort der oude stad, door. Een paar maal in de week liet hg mij echter alleen gaan, zonder eenige opheldering te geven, waar hy gebleven was. „Op die gemeenschappelyke tochten in de om streken kon die Peter Tappes zonderlinge, ver liefde buien hebbenwaarvan dikwijls het voorwerp slechts een dienstmeisje nit het bierhuis was. Hg vond aan allen iets aardigs en was over het algemeen zeer licht ontvlambaar van aard en aanstonds ten prooi aan den vnrigsten harts tocht, 't geen mij aanleiding gaf tot menige plagerij. Zoo was het ook op een namiddag in een herberg, iets verder van de stad gelegen, waar de Hebe, die ons den zuren wyn inschonk, eens klaps zyn hart gestolen had. Een opkomend onweder maakte het raadzaam om snel den terug tocht te aanvaardenmaar Tappes was niet weg te krygen. „Goed 1 bigt dan zitten, malle dweper, ik ga heen!" „En hy liet my alleen vertrekken. Onderweg overviel het onweder mij reeds, zoodat ik in de openstaande poort van een huis in de voorstad een schuilplaats zocht. Terwyl ik daar stond en naar den plasregen keek, hoorde ik naast mg kloppen en hameren en met regelmatige slagen beitelen. Ik zie om my heen en ontwaar door een half open deur een naakt menseh, (van steen) wien de brief gericht was, groote onaangenaam heden kunnen berokkenen. Ook de brieven naar het buitenland worden aan de grenzen openge maakt en gelezen. (JV. v. d. D.) In het verslag der Botterdamsche Bank over 1880 wordt geconstateerd een verlies vau 1.107.118.89. De post, waardoor het verlies zoo hoog geworden is, betreft de realisatie der in het bezit van da bank zijnde aandeelen der Actiën Gesellschaft fiir Venverthung von Grundeigenthum te Berign. De bank meende in geen nadere onderhandelingen met deze instelling te mogen treden, en het gevolg der hierdoor noodig geworden realisatie der aan deelen was, dat op dit hoofd een verlies van 738,145.91 viel te constateeren. In het belang der bank meenen directie en commissarissen te moeten voorstellen de nominale waarde der aandeelen in overeenstemming te brengen met de door de balans geconstateerde werkeigke waarde. Deze nominale waarde be draagt nn f 250 per aandeel en f 125 per half- gefourneerd aandeel. Alsnn wordt voorgesteld daarvan 20 pet af te schrijven en het bedrag der volgefonrneerde aandeelen te brengen op f 200, dat der halfgefonrneerde op f 100. Daardoor komt ter beschikking ƒ1,185,400, waarvan het verlies-saldo vereffend wordt en een bedrag van f 178,281.11 voor de reserve-rekening bestemd blijft. Van de redevoering, door den minister van Justitie in de zitting der tweede kamer van 26 Oct. 1880 uitgesproken, tot verdediging der af schaffing van de doodstraf, vindt men een vloei ende Hoogduitsche vertaling in het jongste nr. der Erit. Vierteljahresschrift. De vertaler zegt: „Man begegnet in der Bede des Ministers, auszer den bekannten Argumenten, einer groszartigen neuen Anschanung und nicht wenigen Stellen von überraschender Tiefe. Besseres ist wohl in so kleinem Bahmen über den Gegenstand noch nicht vorgetragen worden." De off. van gezonah. 2e kl. W. J. Meek Wordt geplaetst in de rol van Zt. Ms. opleidingsehip Admiraal van Wassenaer en belast met de waar neming van den geneesk. dienst aan boord van de instructiebrikken Pollu i en Castor. Vlissingen, 15 April, Als een buitengewoon staaltje van reizigers-vervoer kan dienen dat dfl mailboot Prinses Elisabeth heden morgen 236 passagiers van Queenboro hier aanvoerde, terwgi de van Harwich komende stoomboot Claud Ha- daar naast nog een, in een gewaad met wgdë ploöieü| maar van hout en ik hoor een stem roepen „Kom toch binnen, het tocht daar buiten ih de poort!" „Ik treed binnen en kg k rond: daar staat het naak té menseh, daar het aangekleede, ginds staan borstbeelden in gips en albast, beelden van steen en hout, gothieke grafsteenen en te midden van dit alles staat een kleine dikke man, met langè haren en een wipneus, in een vnilen stotkiel, met een beitel in de eene, en een ronden houten bamer in de andere hand. Het was een kunstenaar, die voor den kost werkte, dat was duidelijk ik bevond mij in een atelier, waar de beeldhouw kunst als handwerk beoefend werd. Öf die mati in den stoffigen kiel de baas of de knecht was, kon ik niet zien en dat was mij ook onverschillig; en eigenlijk voelde ik al even weinig voor de voltooide stukken als voor de brokken steen, waaruit weer nieuwe voorwerpen gehouwen moes ten worden. Slechts éen beeld in wit marmer, dat nog niet geheel af was, kon bij de schielijk invallende duisternis mijn aandacht boeien. Het stelde een jong meisje voor, op een blok marmer geknield, met gebogen hoofd en gevouwen handen. Ik wist eigenlijk niet waarom bet mij zoo trof en zoo aandeed. Zooals ik zeide, ik ben geen kenner en ook nooit een groot kunstminnaar geweest. Maar over die liefelyke gedaante, over dat rein, gebogen hoofd, dat fijne profiel,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 1