Gemengde Berichten. Benoemingen en besluiten. K erk n ieu ws. Rechtszaken. in het zuidoostelijk gedeelte der provincie gelegen gemeenten zijn nieuwe opgaven gevraagd van de aan pootaardappelen en zaaikoren geleden schade en van de oppervlakten, die men voornemens is met aardappelen of koren te bebouwen. De audiëntie van den min. van koloniën zal a. Vrijdag, die van den min. van binnenlandsche zaken op a. Zaterdag niet plaats hebben. Heden moet in den gemeenteraad van Amster dam worden herstemd over de voordracht van burg. en weth., om aan de Iloll. Spoorwegmaat schappij op zekere voorwaarden de geheele kade met steiger aan de Nieuwe Vaart in huur ai te staan voor 25 jaren en tevens met die maatschappij gronden te ruilen. De stemmen hebben gestaakt over een voorstel van den heer Den Tex om bij de ruiling van die gronden de uitkeering van ƒ33,000, door de Soil. Sp. M. van de gemeente bedongen, te doen vervallen. De spoorwegmaatschappij maakt wel daartegen bezwaren, maar het is waarschijnlijk dat zij ten slotte om het bedrag van f 33,000 het bunrcon- tract niet zal opgeven. De koning en de koningin zullen den 26 dezer te Amsterdam hun gewoon jaarlij kseh bezoek brengen. Het kleine prinsesje komt mede. De vorstelijke personen zullen o. a. ook de Tooneel- tchool bezoeken. De hoogleeraar Buys Ballot schrijft in het ütr. Dgbl. „Karl Weyprecht, de beroemde Oostenrijksche Noordpoolreiziger, de ontdekker van Frans Jozefs- land, de man, die den aangenomen vorm aan de internationale Pool-expeditie van 1882/83 gaf, die voor haar onvermoeid bezig was, de sympathie van Europa daarvoor heeft weten te winnen, die zelfs opnieuw de ongemakken, daaraan verbonden, zou hebben getrotseerd, is niet meer. Hij heeft het plan, waarvoor hij leefde, niet mogen zien en helpen uitvoeren. Laat ons het thans met dub belen ijver ter hand nemen. Directeuren van de Holl. M. der Wetenschappen te Haarlem legden mij in hunne vergadering van 2 April jl. tot onder steuning dier internationale Poolexpeditie f 1000 toe en bekrachtigden daardoor van hunne zijde het votum van de Kon. Academie van wetenschap pen en van het Aardrijkskundig genootschap. Dank zij hun daarvoor openlijk toegebracht, navolging zij dringend aanbevolen. „Ook zal in deze week eene circulaire rond gezonden worden om bijdragen voor den Neder- landschen tocht met de Willem Barents in 1881. Moge de vierde tocht mogelijk gemaakt worden, en door de kunde en het beleid van zijne wakkere aanvoerders ook daaruit, als uit de drie vorige reizen, voor wetenschap en practyk goede aanwinst verkregen worden." Na de vrij uitvoerige beschrij ving welke wij reeds van de beide werken, die de zangvereeniging Tot Oefening en Uitspanning alhier gisteren zou uitvoeren, gegeven hebben, kunnen wij over de uitvoering zelve met weinig woorden volstaan. Op den avond der algemeene repetitie zoowel als op dien van Dinsdag, was de zaal goed bezet. Wij gelooven niet mis te tasten wanneer wij be weren, dat ook nu weder het plechtige, strenge Requiem van Mozart een minder bevredigenden indruk op de groote meerderheid van het publiek maakte dan Gade's romantische, zangerige cantate. Men hoort hieromtrent dikwijls de opmerking, dat een werk als het Requiem slechts op zijne plaats sou zijn in de omgeving eener kathedraal, met de volle en machtige orkestbegeleiding, waarmede de meester het zich gedacht heeft. Naar 't ons Voorkomt, wordt daarbij eehter wel eens uit het oog verloren dat voor eene uitvoering in zoo veel in een woord zeggen kan," zei Niels. „Hoe noemdet gij het ook weer." - „Situatie." „Goed. Ik zal het zien te onthouden. Gij gaat zeker den weg op, Harald?" „Ja." „Dan kunnen wij samengaan!" Dat was de winkelbediende van den herbergier, een lange, opgeschoten jongen, die een weinig vooroverliephij was schraal en mager en had linksehe, onhandige manieren, rood haar en groote oogen met lichte lange wimpers, die elk oogenblik op zijne wangen neervielen. Kurt placht te zeg gen dat hg kippendons op zijn gezicht had. Hij voelde gestadig naar een opkomend bakkebaardje met zijn rechterhand, die eenmaal blank en welge vormd was geweest, maar nu bedorven door het voortdurend grijpen in soda en groene zeep, teer en geraspte suiker. HQ had zijne vrije uren en die had hg gewoonlijk alleen 's nachts be steed om alle boeken door te lezen die Kurt, om dat hg zelf niet veel van lezen hield, hem van des dokters bibliotheek gegeven had. Het had hem heel wat moeite en inspanning gekost om door al die verschillende onderwerpen heen te komen, maar hg had zijn taal daarnaar gevormd en gebruikte nu en dan vreemde woorden. Hij moest toch laten hooren dat hg gelezen had. De menschen gingen hen voorbg op het kerk hof en zg bleven met hun drieen achteraan. Toen zg op den weg waren slenterden zg naast eik- indrukwekkende omgeving, ook zeer machtige koren vereischt zouden worden. Dezen zijn, zelfs in groote steden, niet zeer gemakkelijk bijeen te krijgen; doch waar men ze vereenigd vindt, laat de geoefendheid der zangers, voor een werk dat zoo buitengewoon hooge eischen stelt als het Requiem, dikwijls weder veel te wenschen over. Hierdoor voldoen ook dergelijke „groote" uit voeringen slechts zelden aan het ideaal, dat men zich voorstelt. Dit zoo zijnde, is het de vraag of eene uitvoering op beperkte schaal, doch in hare soort goed, niet nog meer den eisch der be trekkelijke volmaaktheid nabij komt. Een klein koor, met een bescheiden orkest, vult eene kleine zaal beter dan b. v. de reuzenkoren, met stoom- orgel en dubbele orkesten, de onmetelijke ruimten van de Albert Kali, het Kristallen Paleis te Londen, of de gewelven van den Keulschen Dom in staat zijn te doen. Ook behoeft eene schilderij met juist van geweldige afmetingen te zgn, om een „groot" werk te wezen. De reden echter, dat het Requiem aan he t groote publiek minder bevalt, welk verschijnsel men door bij-oorzaken tracht te verklaren, is dat het werk te streng is om gemakkelijk begrepen te worden en het kerk-latgn van den tekst aan het begrip en de verbeelding der toehoorders niet de minste hulp biedt. Zg, die Mozart's onvergelijkelijk schoonen zwa nenzang kenden, zullen echter bg deze gelegen heid aan de bron van het reinste kunstgenot zich weder met volle teugen gelaafd hebben. Ondanks de onvermijdehjke onvolmaaktheden, welke ook deze uitvoering aankleefden, hebben zij weder eenige van die zeldzame oogenblikken doorleefd, die de dankbare mensch met in 't oog vallende letters in zijn levensboek aanteekent, omdat hij daarin het edelste, dat zgne verbeelding zich denkt en zgn hart zich wenscht, aan het oog zijner ziel voorbg ziet gaan. Yan deze hoogte beschouwd, staat Die Kreuz- /ahrer in de diepte. Maar de frischheid en liefhjkheid van dit jongere werk geven het toch aanspraak op eene eervolle plaats in de waar deering aller kunstliefhebbers. Over koren, orkest en solisten treden wij niet in bijzonderheden, dewijl die bij onze lezers be kend zgn. Dit slechts gelooven wy te mogen verze keren,dat deze laatste winteruitvoering bg allen, die haar bg woonden, den wensch hebben doen op komen van den heer Cleuver, aan 't hoofd van zijn muzikaal legerkorps, zoodra de „lange dagen" voorbg zullen zgn, die zich tot avond-bgeen- komsten minder leenen. spoedig weder terug te zien. Wordt dan met nieuwen moed de arbeid hervat door allen, die in ons midden er deel aan kunnen nemen en mogen wg hen nog vaak voorgegaan zien door van elders gekomen uitstekende talenten, als mevrouw De V., de heer Eigenbertz, en wie verder in 't orkest medewerkten, dan zal de Oefe ning ons nog menige edele Uitspanning brengen. belastingen. Ingesteld twee commission waarbg de aangever van goederen in beroep kan komen van de beslissingen der prov. insp. van de invoerr. en acc. omtrent de reclames tegen benaderingen, bedoeld bg art. 260 der algemeene wet van 16 Augustus 1822 Stblno. 38). Een dier commissiën is gevestigd te Amsterdam, de andere te Rotterdam. De commissie te Am sterdam beslist omtrent de benaderingen in de provinciën Gelderland, Noordholland, Friesland, Overijsel, Groningen en Drenthe, de commissie te Rotterdam omtrent de benaderingen in de andere provinoiën. Tot leden en plaatsbekleeders dier commissiën zijn benoemd, te Amsterdam: door den min. van financiën: tot lid, de contr. der invoerr. en acc. J. B. Story van Blokland; tot diens plaatsbekl., de ontv. dierzelfde middelen J. Idema Greidanus aar voort in den zonneschijn en bepraatten de gebeurtenissen van de week. Voor hen liepen eenige jonge meisjes uit het dorp, arm in arm op een rg, die gedurig omkeken, dichter tegen elk aar aandrongen, fluisterden en gichelden. Alleen de middelste zag niet om. Zij was niet heel groot, maar slank en sierhjk gebouwd, zoodat zij langer leek dan zg inderdaad was. Zg had ook niet zulk een zwaren gang als de anderen en hare baaien rokken hingen haar bevalliger om de heupenook waren hare schouders ronder en was haar hals kloeker in zgne bewegingen dan die der anderen. Zij duwden haar van alle kanten opdat zij zich ook eens zou omkeeren, maar zg liep door en zag recht voor zich uit. Op haar wang, die nu en dan even te zien kwam, zag men evenwel een glimlachje, dat getuigde dat zij de zaak toch niet zoo heel ernstig opnam. „Dat is Marie. Kom laat ons wat aanstap pen zei Kurt en de twee stapten vooruit. „Dat zou naar mijn opvatting licht onaan genaamheid kunnen geven. Er zijn er zoo veel 1" zei de winkelbediende. Bij een bocht van den weg namen eenige van de meisjes afscheid van het groepje en langzamer hand viel de een na de ander af. Toen Kurt zag dat de middelste alleen overgebleven was, ver snelde hij zijne schreden, juist toen zij een zij paadje insloeg, dat over de dninen van den straatweg afliep. De twee anderen volgden. en J. W. G. A. van Nouhuys; door de kamer van koophandel en fabrieken: tot lid, de gep. luit.-kol. der genie van het I. leg. W. F. Versteeg voorzitter, tot diens plaatsbekl., de heeren O. van der Vies en R. H. Viervant; door de arr.-rechtb. tot lid, de gep. luit. t./z. Ie kl. J. van Burg, tot diens plaatsbekl., de heeren W. H. F. Vogel en T. W. Horstman; te Rotterdamdoor den min. van financien tot lid, de contr. der invoerr. en acc. B. Hulst tot diens plaatsbekl., de ontv. dierzelfde middelen L. J. Sala en J. J. van den Bosch; door de kamer van koophandel en fabriekentot lid E. L. Jacobson, voorzitter; tot diens plaatsbekl., de heeren C. W. Breukelman en J. G. van Alphen door de arr.-rechtbank tot lid Alpbonse Remy, commissionairtot diens plaatsbekl., de heeren A. L. Teixera de Mattos en H. de Bie. geneeskundige dienst. Benoemd bij het per soneel van den geneesk. dienst van het leger in N. I. tot off. van gezondh. 2e kl. dr. R. H. Saltet, arts. *8rcskens, 5 April. Door stembevoegde lidmaten der Ned. Herv. gemeente alhier is uitge maakt, dat gedurende de tien eerstvolgende jaren de beroeping van predikanten en de benoeming van ouderlingen en diakenen blyft opgedragen aan den kerkeraad. Tholen, 5 April. Met 79 tegen 70 stemmen hebben stemgerechtigde leden der Herv. gemeente alhier besloten, dat in de eerstvolgende 10 jaren de kerkeigke verkiezingen zullen ge schieden door een kiescollege en niet meer door den kerkeraad. In de Dordrechtsche courant is opgenomen een schryven van drie ouderlingen der Herv. gemeente aldaar, aan de moderne predikanten, waarin zg o. a. verklaren, dat het hun minder te doen is geweest om de toepassing, dan wel om de erkenning van het recht der gemeente, en dat zij zooveel mogelyk alle storing of scheuring wenschen te vermijden. Onder anderen hebben zij daarom genoemde predikanten herinnerd, dat de synode, met het oog op mogeigke conflicten, den weg heeft geopend om door andere kerke raden te doen aannemen, indien dit bg eigen kerkeraad zwarigheid ontmoet. Zij geven aan de predikanten de verzekering, dat, als die weg door hen mocht worden ingesla gen, hun door niet éen der ouderlingen, met het oog op den abnormalen toestand der kerk, de minste moeilijkheid zal worden in den weg gelegd. De kerkeraad zal volgaarne aan de leerlingen een bewys van zedelyk gedrag uitreiken, en als dan van den kerkeraad, tot welken de bedoelde pre dikanten zich wenden mochten, een paar ouder lingen naar Dordrecht worden afgevaardigd, dan behoeven de leerlingen zelfs niet buiten de stad te gaan. Worden verder door dien kerkeraad de bg Synodaal Regl, vereischte stukken tijdig ingeleverd, dan kan de bevestiging op den gewonen tyd teDordrecht plaats hebben. Da inschrgving als lidmaten zal evenmin zwarigheid opleveren. De heer J. G. Montyn, predikant bij de N. H. gemeente te Zierikzee, komt voor op het zestal voor Dordrecht. Ter terechtzitting van het kantongerecht te Middelburg van 5 April 1881 is A. v. d. W., te Middelburg, beklaagd van het schuren van de stoep voor hare woning 's namiddags te 12| uur, wegens gebrek aan bewgs, vrggesproken. A. V., te Middelburg, beklaagd van het zonder daartoe uitgetergd te zgn, iemand toevoegen van scheldwoorden, vrggesproken. J. J., te Vlissingen, beklaagd van het werpen - „Marie 1" riep hg, „wacht even en neem ons mee 1" De toegesprokene keerde zich om, zoodat zij de zon in de oogen kreeg, die zg daarvoor met de hand beschermde, terwijl zij een weinig terzijde van het pad week. Zg kwamen alle drie naderbg en zeiden goeden dag. Zij groette terug en vroeg of zg uit de kerk kwamen. Kurt was de man die het gesprek voerde eu wel met een zekere ongedwongenheidzg zag af en toe van terzgde naar hem op en haar frisch, blozend gelaat blonk in de zon. De beide anderen liepen ieder aan een kant en daar het pad niet breeder was dan voor éen paar, moesten de vleugelmannen af en toe den kant van een duin op en af klonteren, 't geen Niels zeer ergerde. Toen het kleine gezelschap den top van de hoogste duin bereikt had stond men stil. Op eenigen atstand lag het huisje, waar Marie woon de met haar moeder, een oude, zwakke, meest bedlegerige vrouw, die zich bijna nooit vertoonde. Het zand blonk aan alle kanten in de rondte en de zee schitterde tot aan den gezichteinder toe. „Men loopt zich waarigk warm," zei Marie en ging op een hoogtetje zitten, terwgi de ande ren zich om haar heen neerzetten, Kurt het dichtst bij haar. Harald zat met zgn roode vingertoppen tegen elkaar te trommelen. „Het is vandaag sMer-charmantct weert Vindt u niet?" van steehen in eene haven aldaar, van rechtsver volging ontslagen. Voorts zijn veroordeeldJ. B. F., te Middelburg, wegens het oprichten van eene rookleiding bene den het dak van een gebouw in de gemeente Middelburg, zonder schriftelijke toestemming van burg. en weth., in eene boete van 10 of twee dagen gevangenisstraf en wegens het als voerman zich niet bg zgn paard houden in de gemeente Vlissingen, in staat om het te besturen of te geleiden, in eene boete van f 6 of een dag ge vangenisstraf. J. J., te Vlissingen, L. L., te Vlissingen, eu J. v. A., te Ter Neuzen, wegens het maken van nachtelijk burengerucht, ieder in eene boete van f 6.50 of een dag gevangenisstraf. L. J. R., te Vlissingen, wegens het luid schreeuwen op de openbare straat aldaar, in eene boete van 3 of een dag gevangenisstraf. D. L., te Vlissingen, wegens het als voerman zich niet bestendig houden bij zijne paarden in de gemeente Vlissingen, teneinde die te besturen of te geleiden, in eene boete van 3 of een dag gevangenisstraf. P. T., te Middelburg, wegens het laten Iosloopen van een hond die als trekdier gebruikt wordt, op de openbare straat te Vlissingen, in eene boete van f 3 of een dag gevangenisstraf. J. de R., te Arnemuiden, wegens het rapen van schelpdieren aan den voet der dg ken van een polder in Zeeland, in eene boete van f 10 of een dag gevangenisstraf. A. Lte Veere, wegens openbare dronkenschap aldaar, in eene boete van 3 of een dag gevan genisstraf. J. C., te Aagtekerke, wegens openbare dron kenschap te Domburg, in eene boete van f 5 of een dag gevangenisstraf. Het anti-revolutionair Weekblad voor het kiesdistrict Steenwyk en omliggende plaatsen ia Zaterdag jl. niet verschenen, omdat de drnkker het werk gestaakt had wegens financieele onaan genaamheden. Zaterdag-avond is het loggerschip Suzanna, gezagv. G. Fieret, terwyl bet aan de netten lag, op de hoogte van Borkum door een groot schip aangezeild, waardoor de geheele achtersteven werd weggenomen, alsmede de bezaansmast, het groot zeil, enz. Ondanks het hulpgeschrei zeilde het schip verder, zonder zich om het aangezeilde te bekommeren. Ongelukkig heeft men door de duisternis den naam van het groote schip niet kunnen lezen, zoodat men niet weet aan welken kapitein dit schandeigk gedrag moet worden ge weten. De Suzanna is in zinkenden staat te Vlaardingen binnen gekomen. Uit de balans van de Utrechtsche Tramway- maatschappij blijkt dat de toestand dier maat- schappij vrij gunstig genoemd mag worden. Na afbetaling der rente over 1880 van de obligatie- leening a f 75,000 en een kapitaals-afscbrgving van circa f 15,000, terwgi meer dan f 5000 aan de verbetering van den weg is besteed, blijft nog een dividend van 2 pet. voor de aandeelhouders over. In het politie-reglement te Groningen is een bepaling opgenomen waarbg het den tappers ver boden is, aan jongelieden beneden den ouderdom van 16 jaren, sterken drank te schenken. Dezer dagen nu deed een agent van politie onderzoek naar den leeftijd van eenige jongens, die zich in een tapperg vergastten aan Schiedammer en toonden de knapen hem triomfantelyk hunne geboorteakte, waaruit bleek, dat ze onlangs hun zeventiende jaar waren ingetreden, en die hun door de vaders als bewgsstukken waren ter hand gesteld. Op den spoorweg onder de gemeente Hoeven Hg zei „n" en „juffrouw" tot Marie. Zij lachte tegen hem en hg sloeg de oogleden neer en voelde naar zgn baard. „Ik geef heusch niet om deftige namen Ha rald. Noem mg maar net als de anderen." „Met de anderen is dat wat anders, ik heb niet het geluk gehad, zooals Niels en Kart om iederen dag „Neen, gij zyt genoeg verontschuldigd" zei Kurt. „Niettemin hebben wg alle drie Marie even lang gekend!" „Ik bet langst," zei Niels kortaf. Kart zag hem aan, stak de hand in een bos zeegras, en trok er een halm uit, waarmede hg ging zitten zwaaien." „Er wordt van avond nog gedanst! begon bg. „Inderdaadzei Marie en hare oogen straal den van bigdschap. „Het wordt een echt bal," vervolgde Kurt, „het is lang geleden sedert er zoo iets in het dorp geweest is. Men zit zich hier in dit neBt te vervelen en heeft nooit gelegenheid om te toonen wat men kan." „Het staat u immers vrg om op een andere wijs te toonen waartoe gij in staat zijt" zei Niels. „Als gij n hier verveelt, moest gij naar een be trekking omzien!" „Dat kunt gij wel aan mg overlaten!" zei Kurt. (Werat vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 2