Het Zilverschip.
BUITENLAND.
MIDDELBURGSCHE COURANT
TS
Onder wys.
Rumenië en zijn koning.
BIJVOEQ-SEL
Maandag 4 April 1881, N'° 79.
Middelburg 2 April.
HOLGER DRUCHMANN.
VAN DE
VAN
De tot dusver aangenomen vier artikelen van
bet wetsontwerp tot invoering eener rentebelas
ting luiden aldus
Artikel 1. Er wordt van de ingezetenen des
rijks, onder den naam van rentebelasting, eene
directe belasting geheven naar hun inkomen, uit
lo. Effecten, waaronder bij deze wet worden
verstaan: inschrijvingen en certificatenotbewijzen
van deelneming in en obligatien of schuldbrie
ven van leeningen, schulden of geldopnemingen,
aangegaan of gedaan door staten, vorsten, pro
vinciën, steden, gemeenten, waterschappen, dijk
en polderbesturen, veenschappeninschrijvingen
en certificaten of bewijzen van deelneming in en
obligatien of schuldbrieven van binnen- of bui
tenlands gevestigde zedelijke lichamen, corporatien,
gestichten, genootschappen, banken, reederljen,
maatschappijen, ondernemingen, onverschillig onder
welke benaming deze inschrijvingen, certificaten,
bewijzen, obligatien en schuldbrieven mochten
zijn uitgegeven.
Onder effecten zijn reederscedels niet begrepen.
2o. Geldschietingen en commandite.
3o. Reutegevende schuldvorderingen niet reeds
onder lo. en 2o. begrepen, onverschillig of de
rente afzonderlijk bedongen, dan wel in de aflos
sing verscholen is, en of de schuldvorderingen al
dan niet zijn verzekerd door pand, scheepsver-
band, bodemerij, hypotheek op goederen binnen
of bniten het rijk, borgtocht of op andere wijze.
4o. Lijfrenten, jaarrenten, tontines, contracten
van overleving.
Artikel 2. Onder ingezeten verstaat deze wet
ieder die in December van het jaar waarover het
belastbaar inkomen moet worden aangegeven,
binnen het rijk in Europa woont, onverschillig
hoe lang zijn verblijf heeft geduurd.
Of iemand binnen het rijk woont wordt naar
omstandigheid beoordeeld,
Met ingezeten worden voor de toepassing van
deze wet gelijk gesteld zedelijke lichamen, stich
tingen, vereenigingen, maatschappijen en vennoot
schappen in het tijdvak, bedoeld in het eerste lid,
binnen het rijk in Europa gevestigd, onverschillig
of zij rechtens of feitelijk bestaan.
Uitgezonderd zijn naamlooze vennootschappen,
welke bier te lande patentplichtig zijn.
Art. 3. Onder inkomen uit effecten verstaat
deze wet de op quitantie ontvangen renten en
dividenden, de geldswaarde van betaalbaar ge
stelde of verhandelde coupons en dividendbewijzen
en bij overdracht van effecten de ontvangen
loopende of in den verkoopprijs begrepen rente,
behoudens het bepaalde in het vierde lid van dit
artikel.
De belastingplichtige mag de ontvangen gelds
waarde van een coupon ter bepaling van zijn
inkomen verminderen met de loopende rente door
hem op dien coupon betaald.
Het inkomen nit een effect, vóór den vervaldag
van coupon of dividendbewijs, zonder bijpassing
van loopende rente, verhandeld, wordt, voor zoo
veel dien coupon of dat bewijs betreft, berekend
1
Uit Jtet Deensoh
VAK
Het was Zaterdag avond en er zou bijeenkomst
zijn in de herberg van het visschersdorp. Men
stormde er niet heen als naar een meeting of een
lezing waar men precies op het unr moest wezen,
om iets te hooren of te zien: men had al den tijd.
De avond was lang en ieder bracht zelf een deel
van de voordrachten en van de amusementen
mede. Het was vroeg in het voorjaar; nog bijna
winter en er werd goed gestookt met groote
brokken turf in een oude, verroeste ijzeren bus,
die dienst deed als kachel in de gelagkamer. Die
bns waa onder het wrakgoed gevonden en had
tot kachel gediend in een oude, leelijke schuit,
die op het strand gezet was en door niemand
begeerd werd.
Zij lag op het strand te verrotten en door het
zand hoe langer hoe verder geschoven en afge
schuurd, kwam op zekeren dag die bos te zien.
Toevallig was het juist vastenavond-Maandag
S» «enige vroolijke visseher» namen die vondst
naar den maatstaf van vijf ten honderd in het
jaar van de nominale waarde over het aanta'
dagen gedurende welke de belastingplichtige in
het bezit was van het effect.
Indien in het jaar waarover, het belastbaar
inkomen moet worden berekend geen coupon of
dividendbewijs is betaalbaar gesteld en het effect
voor het begin van dat jaar is uitgegeven, komt
voor dat jaar geen loopende rente of inkomen
bedoeld in het vorig lid, als belastbaar inkomen
in aanmerking.
Art. 4. Rente hooger dan vijf procent 's jaars
van bodemerij of van gelden, opgeschoten door
banken van leening waarvoor patentrecht ver
schuldigd is, wordt ter bepaling van het belast
baar inkomen tot dat cijfer teruggebracht.
Te Utrecht is eene Vereeniging voor Volks-
koffiehuizen opgericht. De eerste twee artikelen
van haar reglement luiden aldus:
Art. 1. De vereeniging stelt zich ten doel om in
verschillende buurten der gemeente «koffiehuizen" te
openen en zoo mogelijk daaraan ook «logement" te ver
hinden, om met volstrekte uitsluiting van bedwelmende
dranken ververschingen te verschaffen en logies te ver
kenen, tegen den laagst mogelijken prijs.
Art. 2. De vereeniging grondt zich onherroepelijk op
-den bodem der Heilige schrift.
Dit laatste artikel klinkt, in dit verband, zoo
vreemd dat men aan eene ongepaste grap zou
denkeu, indien de namen der bestuurders, de
heeren Woibers, Huvers, Deketh, baron Thoe
Schwarzenberg, dr. Bronsveld, Fockens en Diks,
daartegen geen waarborg opleverden.
Zijn de bestuurders werkelijk voornemens, bij
'topriohten van koffiehuizen en logementen te
Utrecht, de lessen van den by bel in acht te
nemen, waartoe is het dan noodig dat voornemen
in hun reglement op te nemen? En indien zij;
na verloop van tijd, eens door minder „bijbel
vaste" bestuurders mochten opgevolgd worden,
wat zou dan zulk een vaag, voor zoo verschil
lende uitlegging vatbaar reglements-artikel baten
Dat ieder in den bij bei leest wat hij erin hebben
wil, ia toch bekend genoeg en men zou koffie
huizen en logementen van zonderlingen aard „op
den bodem der Heilige schrift" kunnen bouwen.
In de Grondwet, welke te Holland (Michigan,
V. S.) uitkomt, lezen wij 't volgende:
„De blijdste vröuw in de wereld is vandaag
(den 4en Maart) generaal Garfield's moeder.
„In het Witte Huis te Washington is de vroo-
lijkste, zonnigste kamer ter harer bewoning ge
reed gemaakt, uitziende op den bloementuin.
Hier te wonen, de meest geëerde persoon in het
huis van het hoofd van dit volk, is zeker een
groote verandering van vroeger dagen, toen zij,
eene behoeftige weduwe, moest wasschen en koken
en zwoegen en slaven om haren kinderen eene
opvoeding te geven.
„Haar groote zoon, die 30 jaren geleden reeds
zoo groot was, dat zij zonder bukken onder zijn
arm kon doorgaan, voldoet nog steeds aan haren
minsten wenscb met dezelfde gehoorzaamheid,
die hij bewees toen hij een knaap was. Altijd
bekleedt zij den eerepost aan de tafel van haren
zoon, welke aanzienlijke personen overigens ook
zijne gasten mogen zijn. Een schooner schouw
spel is zelden gezien dan dit grijze vrouwtje,
wier hoofd nauwelijks haren zoon tot aan den
elleboog komt, toen zij met tranen in de oogen
vooruitstapte om de eerste te wezen, die hem
verwelkomde toen hij het Witte Hui» binnenkwam,
als president van de Ver. Staten, daarheen bege
leid door den meest grootschen burgerlijken en
militairen optocht, waarvan Washington ooit
getuige is geweest."
„Hoe zwelt ons het hart van trots en vreugde,
mede en wierpen haar 's avonds door het
venster in de gelagkamer. Behalve de gebroken
ruiten werden er bjj die gelegenheid ook eenige
toonen gekneusd en menig meubelstuk beschadigd.
De bus werd door de personen die zich in de
kamer bevonden weer uit het venster geworpen
en bezeerde daarbuiten opnienw eenige toónen.
De waard stelde een onderzoek in, de bniten-
staanden verlangden een contra onderzoek; de
schout vond aanleiding om zijn gala-rok aan te
trekkenhet geheele dorp kwam in opschudding,
er werden oude koeien uit de sloot gehaald, oude
onaangename geschiedenissen van wrakken opge
rakeld, die onder de asch smeulden. Men begon
zelfs te spreken van water en brood, tot dat op
zekeren regenachtigen, mistigen avond, terwijl
die zaak nog als een onheilspellende wolk boven
de hoofden der beide partyen hing, de veel be
sproken bus zich opnieuw in de gelagkamer ver
toonde en door onbekende handen weer door het
zelfde venster, waar de ruiten nog niet ingezet
waren, geworpen werd. De herbergier, die tevens
een winkelzaak dreef, was, wat men noemt een
verlicht man en zag dit als een hoogere vinger
wijzing aan. Hij liet zijn onderzoek varen en hield
op de volgende byeenkomst een toespraak over
eendracht en eensgezindheid waarmede allen in
het dorp best bekend warenDe tegenstanders
trokken ook hun aanklacht in het dorp kwam
tot rust en de waard liet de bas als een teeken
de» vredes inde gelagkamer plaatsen. De gasten,
die niet achter wilden staan in edelmoedigheid,
dat wij burgers mogen zijn van een land waar
zulke dingeu mogelijk zijn, waar de zoon eener
arme weduwe door eigen vlijt, inspanning en
rechtschapenheid het zoover kan brengen, dat hij
den eervolsten post bekleedt ter wereld, als pre
sident van de V. St., die ver verheven is boven
den machtigsten keizer omdat hy tot zijn stoel der
eere niet is geroepen door toevallige geboorte,
ondersteund door de geweren zijner soldaten,
maar door den onafhankelyk uitgedrukten wil
van een vrij volk (HU.)
De Indische Gids van April bevat o. a.Be
denkingen tegen de „historische critiek" van
generaal Verspijck en generaal Booms, I, door
AZ.; Art. 2 N°. 27 van het politiereglement
voor inlanders, door H, C. HummeDe nood van
Bantam, door C. E. van ResterenDe spoorwegen
op Java, door X; Een brief van mr. N. P. van
den Berg, naar aanleiding van een uitspraak van
den heer Bastert iu de tweede kamer De bamboe
als grondstof voor papier, II, door S. van Wes
trum; De Oostkust van Sumatra, IV, door J. S.
G. Gramberg; Indische Handelsproducten, II,
Kruidnagelen, door Bisschop Grevelink; Feuille
ton; Overzicht van tydschriften enz.
Gesteld ter beschikking van den gouv.-gen. van
N. I., om te worden benoemd tot adj.-dir. van
's lands plantentuin te Buitenzorg, de heerdr. W.
Burck, leeraar aan de Kon. H. B. S. Prins Hen
drik der Nederlanden, te Apeldoorn.
CoSijusptaat, 1 April 1881. In den nacht
van Dinsdag op Woensdag 11. werden bij iemand,
in de kom van deze gemeente wonende, een
dertigtal kippen ontvreemd.
Verleden jaar werden in een zomernacht by
denzelfden persoon verscheidene kippen gedood.
Sommige omstandigheden doen vermoeden dat
er by deze gevallen geen gewone hebzucht iu het
spel is.
Het is te hopen dat de politie, in wier handen
de zaak gesteld is,- spoedig den dader, misschien
de daders, zal kunnen aanwezen.
Als het kalf verdronken is, dempt men den
put. Dat is wel ongelukkig voor het kalf, maar
voor zyne natuurgenooten draagt het toch vruch
ten want, al is het wat laat, de put wordt toch
gedempt. Zoo heeft de Parysche gemeenteraad,
nadat bij den brand van de Printemps gebleken
was dat er veel te weinig brandkranen in de stad
zyn, 200.000 franken bestemd om er meer te maken.
De stad New-York bouwt een nieuw opera
gebouw in Italiaanschen renaissance-stgl. Het
gebouw zal geheel van ijzer en steen zyn en
moet 3.750.000 kosten, terwyl er plaats zal zijn
voor 3.000 menschen.
De Italiaansche kamer zal eerlang een wets
ontwerp tot invoering der echtscheiding behande
len. Echtscheiding zal mogelijk zijn: lo als een
der eehtgenooten veroordeeld is tot levenslangen
dwangarbeid; 2o na eene persoonlgke scheiding,
zooals de wet die kent, van vyf jaren als er
kinderen zyn, en van drie jaren als er geene
kinderen zyn.
Verzamelaars van postzegels zullen water
tanden, als zy hooren dat onlangs in Amerika
een bod van 360 werd geweigerd voor éen
postzegel. Het was een Pittsylvania Courthouse
Stamp, een postzegel die in Virginia in 1861 is
uitgegeven, toen deze staat zich van de Unie had
brachten geld bij elkaar voor nieuwe ruiten in
plaats van de stukgeslagen, waardoor zij het
voorrecht verwierven van voortaan warm en
zonder tocht in de gelagkamer te kunnen zitten.
Zelfs meende men, na de zaak een half jaar lang
in vrede besproken te hebben, dat de verroeste
twistappel eigenlgk slechts door het venster was
geworpen om den waard opmerkzaam te maken
op iets wat er vroeger ontbrak, namelijk een
vast en warm middelpunt voor den gezelligen
kring, die hem bezocht, en daar deze beschouwing
van de zaak gedurende de debatten van het
volgende halfjaar meer en meer ingang vond,
kwam men tot de ovoi tuiging dat men het vroe
ger nooit zoo aangenaam in de herberg gehad had
en er werd meer bier gedronken, meer gerookt en
meer gebruik gemaakt van de spnwbakjes, die
naast de kachel stonden, dan de gelagkamer by
menschengeheugenis ooit beleefd had.
Nog nooit was het zoo rustig in het dorp ge
weest en de oudste menschen konden zich niet
herinneren dat er ooit zoo weinig getwist was.
Het was dan bijeenkomst. Een nur lang was
de deur aanhoudend open en dicht gegaan, totdat
het gewone aantal gasten byeen wasmaar nu
was de niet zeer ruime kamer ook zóo vol dat
waarschijniyk andere menschen, dan diegenen die
hier vergaderden, de hitte, den rook en den walm
niet zonden hebben uitgehouden. Voor menschen
die het grootste gedeelte van het etmaal in de
open lucht werken is zoo iets een kleinigheid, ja
veeleer een verkwikking; want men zoekt nu
afgescheiden, en waarvan, voor zoover bekend,
slechts drie exemplaren bestaan.
Maandag heeft in Engeland de volkstelling
plaats. Er zyn 630 inspecteurs en 2176 verzame
laars benoemd, die de biljetten ontvangen en
bewerken van 35.000 tellers, die allen tegen kleine
belooning den dienst doen van het ophalen der
biljetten en het geven van inlichtingen aan de
huisvaders die ze moeten invullen. De boete op
het niet of foutief invullen der biljetten is van
f 12 tot 60. De registrar-general, sir Brydges
Henniker, wekt de bevolking tot medewerking op
in eene nogal wooidenrijke circnlaire, waarin hy
o. a. zegt dat „de kennis der feiten omtrent het
Engelsche volk op ziobzelve nattig en aangenaam
is, evenals de kennis van de planten, delfstoffen
en dieren van het aardry k en van de sterren des
hemels." Er werden in het begin dezer week van
het hoofdbureau 5.000 kilogram formulieren, circu
laires, lgsten enz. rondgezonden. De kosten der
telling zijn geraamd op f 2.364.000.
De koningin van Engeland reist thans, alsof
zij een czaar van Rusland was. Toen koningin
Victoria Maandag van Windsor naar Londen
spoorde, liep een kwartier vóór haar trein een
trein met ledige wagens, terwijl van Windsor tot
Londen op bepaalde afstanden spoorwegambtenaren
waren op post gezet. Het station Windsor, dat
op een viaduct staat, werd vau onder en van
boven streng bewaakt. Toen de koningin Woens
dag haar Windsor terugkeerde, werden dezelfde
voorzorgen in acht genomen.
Toen de president der Rnmeensche kamer heden
vóór eene week zeide: „De gulden droom der
Rumenen is vervuld: Rumenië is een koninkrijk
geworden", mocht hem wel eenige trots be
zielen; want het land heeft heel wat wederwaar
digheden beleefd, en de titel koninkrijk is het
zegel op eene met moeite verworven onafbanke-
lgke positie. Vorst, thans koning, Karei deelde
trouw in de lotgevallen van zyn laud, sedert hy
in 1866 de kroon aannam, en zyn volk vertrouwt
hem volkomen.
Wel eenigszins in stryd met de tractaten, maar
volkomen in overeenstemming met het ontwakende
nationaliteitsgevoel, waren Moldavië en Wallachye
tot éen staat vereenigd. Vorst Kusa regeerde
er in voortdurende geschillen met de vertegen
woordiging des lands, totdat hy in 1864 een
coup d'état waagde en zich door een Napo
leontisch plebisciet vry wel de onbeperkte heer
schappij verzekerde. Spoedig vaardigde bij het
besluit uit tot vrijverklaring der boeren van
heerendiensten, minder misschien pour le bon motif
dan om zyne op lossen bodem gevestigde heer-
schappg te versterken. Twee jaren later was het
nit met zijne macht. Een veertigtal samenge-
zworenen drongen op een nacht in zgne slaap
kamer en eischten dat hij afstand van de kroon
zou doen. Hg deed wat hg moeilgk nalaten kon
en werd onmiddellijk daarop over de grenzen
gebracht.
Het programma der toen opgetreden voorloo-
pige regeering wasblijvende vereeniging van
Moldavië en Wallachye onder een vreemden vorst.
De graaf van Vlaanderen, aan wien het eerst de
kroon werd aangeboden, bedankte voor deze met
moeite en opofferingen gepaarde eer. Daarop
bood men den vorstentitel aan Karei von Hohen»
zollern, den toen 27jarigen tweeden zoon van den
vorst van Hohenzollern-Sigmaringen, die in het
manifest der Rumenen „het hoofd der liberale
eenmaal gaarne zijn uitspanning juist in het tegen
overgestelde van zijn werk. De bierkan was reeds
verscheiden malen rondgegaan, er waren tallooze
pijpen gerookt en het uur begon te naderen waar
op men, zoowel volgens de politie-verordening
als uit oude gewoonte, placht te scheiden. Er
waren allerlei zaken, het dorp en de visschery
betreffende, besproken, zonder dat eigenlijk éen
belangryk onderwerp ter sprake was gebracht
totdat eensklaps het gesprek, dat van den hak
op den tak sprong, in volle vaart op schipbreuken
en strandingen kwam. „Weet ge nog wel 1
Dat was net als toen. Juist gisteren voor
twaalf jaar. Twintig jaar geleden, precies op
dit uur. Dat is niet waar. Neen het is
achttien jaar geleden. Ja, dat laat zich hoo
ren, enz.
De verhalen doken op als eenden uit het water.
Eerst de moeder en daarna éen voor éen al de
jongen in dezelfde kom. Het geheele broedsel
gelijkt op elkaar. Wanneer de een zich een
oogenblik vertoond heeft, verdwijnt hy weer in
dè diepte en duikt op een ander plekje weer
preoies eender op. Maar evenals eenden er
somtijds bij nevelachtig of somber weer zoo vor
meloos uitzien, dat men hen zelfs voor zeehonden
zou kunnen houden, zoo namen die verhalen, door
al den tabaksrook en de bierlucht steeds in omvang
toe en men ging van de oorspronkelijke natuur-
wetenschap over tot het rijk der legenden.
„En ik zeg u dat het met zilver geladen
was; Hollandsche geldzakken, die naar Dene-