Gemengde Berichten.
Laatste BericMen.
BUITENLAND.
De Transvaal.
Benoemingen en besluiten.
Kerknieuws.
Kecütszake n.
In Engeland is eene commissie yau enquête
Weerkundige waarnemingen.
25 Februari des morgens te 8 uren.
wzw
H
Algemeen Overzicht.
consuls. Vergunning verleend aan den heer
W. T. Lundgrenvice-consul der Nederlanden te
Strömstad, tot het aannemen der betrekking van
vice-consul van Groot-Brittannië en Ierland aldaar.
belastingen. Verplaatst de volgende contro
leurs der. bel., invoerr. en acc.P. H. W. Lig-
tenberg, van 's Hertogenbosch, le afd., naar
Amsterdam, dir. bel., 3e afd.; A. O. J. Schindler,
van Roosendaal naar Leiden, le afd.; F. H. P_
Ligtenberg, van Sneek naar Leeuwarden G. L.
Blaauboer, van Ommen naar Sneek J. H. A.
Bouman, van Sittard naar OmmenF. H. Thor-
becke, van Delfzijl naar HellevoetsluisJ. Het-
tink, van Dragten naar Delfzijl; K. W. Ver
schoof!, van Groningen, le afd., naar Arnhem,
le afd.
Benoemd tot controleur der dir. bel., invoerr. en
acc.: te Dragten, M. Blonker Herny, adj. contr.
te Schiedam; te Sittard, C. A. M. Bevers, adj.
contr. te Roosendaal;
Verplaatst: de adj.-contr. E. Franken, van
Maastricht naar Schiedam.
Benoemd: tot adj.-contr. te Maastricht, R. van
der Feen, adj.-comm. bij het dep. van financiën
te Roosendaal, P. P. E. Hoefnagels, ontv. der
dir. bel. en acc. te Amsterdam.
ministebieele departementen. Benoemd bij
het dep. van financiën tot adj.-comm. G. P. Zon-
nevylle, thans le klerk.
geneeskundige dienst. Op verzoek, eervol
ontslag verleend uit den militairen dienst aan
den met verlof hier te lande aanwezigen paarden
arts le kl. van het leger in Ned.-Indië D. Minlot,
met toekenning van pensioen.
Door het kiescollege der Ned. Herv. gemeente
te Amsterdam zijn tot predikanten beroepenin de
vacature-Brumund, bij tweede stemming, W.
Krayenbelt, van Putten, met 147 stemmen; inde
vacature-Hoedemaker, bij derde of herstemming,
P. Deetman, van Kampen, met 144 stemmen.
Beroepen te 's Heer Hendrikskinderen en
Wissekerke, de heer J. L. de Heer, kand. te 's Hage.
De rechtbank alhier deed heden uitspraak in de
zaak van R., die de vorige week terechtstond,
beklaagd van bij verschillende personen te Middel
burg en te Goes te hebben gebedeld.
De rechtbank nam de aan den beklaagde te
laste gelegde feiten als wettig en overtuigend
bewezen aan, en veroordeelde hem tot eene cel
lulaire gevangenisstraf van 2 maanden en in de
kosten der procedure.
Te Maastricht hebben de zangers van O. L.
V.-kerk, ten getale van veertig, strike gemaakt.
Aanleiding daartoe gaf de overdracht van het
directeurschap aan een der kapelaans. In den
dienst wordt voorloopig door de koorknapen en
twee kapelaans voorzien.
Door Engelsche paardenkoopers wordt tegen
woordig in Gelderland en Overijsel f 800 a 900
per stuk voor paarden van weelde gegeven.
Voor zoover er op Sarah Bernhardt, die nog
al grillig is, te rekenen valt, is haar komst in
Nederland in Mei zeker. De contraeten zyn reeds
door den heer Van Hamme, directeur der Haag-
sche opera, geteekend naar Amerika gezonden.
Een geacht ingezetene van Scheveningen
vierde dezer dagen zijn zilveren huwelijksfeest
en als blijk van belangstelling in zyn geluk, ver
sierden de bewoners van een paar hofjes, waar
van de jubilaris eigenaar is, de gevels van hun
huisjes met groen, wimpels en vlaggedoek. Za
terdag werd dit eigenaardig bewijs van deelne
ming beantwoordelk der zes en tachtig gezinnen
ontving 's middags een flinke rollade.
De heer Wattez, uitBussum,de aanlegger van
't Volkspark te Enschedé en adviseur voor 't
Haagscbe Bosch, is door Burg. en Weth. van
Zwolle uitgenoodigd, het plantsoen om de stad en
in het nieuwe werk te inspecteeren en zijne mee
ning omtrent daarin aan te brengen verbeteringen
en verfraaiingen mede te deelen.
Bij het bezoek van den hoofdingenieur Dirks
onlangs te Brugge gebracht, trok het veler aandacht
en wekte het bij niet weinigen verontwaardiging
dat de Nederlandsche vice-consul, de heer Van
den Brande Roels, de Nederlandsche vlag niet
uitgestoken had.
Hiervoor bestond echter eene alleszins billijke
reden van verschooningde consul was zijn vlag
kwijt.
De directeur van den schouwburg had hem de
Nederlandsche driekleur te leen gevraagd om in do
gala-voorstelling des avonds te gebruiken. Om
niet te laat te komen, had de directeur de vlag
des morgens vroeg reeds laten halen en de meid
van den consul, van den priDS geen kwaad weten
de, had het kostbare dundoek medegegeven.
Toen nu de optocht, die de heer Dirks bege
leiden zou, zich gereed maakte om naar 't station
te trekken, gaf de consul last zijn vlag uit te
steken. Maar de vlag was er niet. Naar den
schouwburg werd gezonden, doch daar was nie
mand thuis. Aan 't huis van den directeur kreeg
men de boodschap dat deze zich, even als de
geheele bevolking, op straat bevond en de sleu
tels van het decoratie-magazijn bij zich had. JEcn
tweede Nederlandsche vlag, die nog niet wapperde,
was in heel Brugge niet meer te vinden.
Zoo gebeurde het, dat de Nederlandsche vice-
consul bij den luisterrijken intocht van zijn land
genoot, niet anders dan met de Belgische vlag
aan de „betooging" mede kon doen.
Door de directie der Rijnspoorwegmaatschappij
is, bij gelegenheid van hun 25jarigen trouwen
dienst, aan den conducteur W. Goossens, den sein-
wachter W. Jansen, en de wegwachters H. Nelis-
sen, G. Geissler, J. Massing, J. Veis, N. Polman,
J. Krüse, A. C. Hag en D. J. van Kuijk een
diploma en ljjst, met een geschenk in geld uitge
reikt.
Op het terrein aan het Oudmunsterkerkhof
te Utrecht is bij de werkzaamheden voor de fun
deering van een huis, bijna aan de oppervlakte
van den grond, gevonden een beeld in gothieken
stijl. Het beeld, waaraau het hoofd ontbreekt,
doch dat overigens uitnemend bewaard is en nog
geheel bedekt met de oude kleuren en het ver
guldsel, stelt een bisschop voor, denkelijk. St Eligius,
den patroon dér goudsmeden, daar bijinde rech
terhand een hamer schijnt gehouden te hebben.
Het is hoog 0.93 M. en uitnemend gedrapeerd.
De stijl is van bet begin der 15de eeuw. De
eigenaar van het terrein, de heer P. A. Serton,
heeft het merkwaardige stuk aan het stedelijk
museum van oudheden te Utrecht geschonken.
Gisteren waren de Haagsche aristocratie, vele
leden van het corps diplomatique en andere hoog
geplaatste personen vereenigd op het tweede bal
door het Casino te 's Gravenhage dezen winter
in Ben ouclen Doelen gegeven. Prins Frederik,
die er van tienen tot half een vertoefde, vierde by
deze gelegenheid het 65" jaar van zijn lidmaatschap
dezer vereeniging.
Acht ramen in de Sint Pancras- of Hoogland-
sche kerk te Leiden zullen op gezamenlijke kos
ten van het rijk en de N. H. gemeente gerestau
reerd worden. Het aandeel der gemeente bedraagt
f 19000, dat van het ryk, te verdeden over drie
jaren, f 10.500.
Het plan omvat het vernieuwen der acht ramen
met venstertraceering van zandsteen en het herstel
len der wanden en muurberen.
In Delfzijl wordt het raadhuis gehouden in
eene herberg, in dezelfde herberg is het kantoor
van den gemeente-ontvanger en daar moet ook
het havengeld betaald worden. De kastelein zelf
is ontvanger der gemeente en der havengelden.
In de winkel en bakkerij van de coöpera
tieve winkel-vereeniging Des Werkmans Vriend te
Haarlem, welke ongeveer 100 leden telt, is gedu
rende het 4e kwartaal 1880, bij een ontvangst
in winkel en bakkerij van f 8,943.90, waarvan
de helft door leden is besteed, een winst behaald
van ruim 17 percent van den inkoop.
Na aftrek van alle kosten, renten en aandeelen
in de winst, kan van de zuivere winst op de
boekjes der leden 3 2/3 percent worden bijgeschre
ven, gerekend \an de door hen blijkens de inge
leverde penningen bestede bedragen.
Te Groningen is de nieuwe drinkwaterleiding
geopend. Voornamelijk voor de meer verwijderde
gedeelten der stad is dit eene groote verbetering.
Het water is daar nu op verschillende plaatsen
aan standpijpen verkrijgbaar gesteld, voor éen
cent de emmer.
Op verlangen van Z. M. den koning zal het
onlangs voltooide portret van de koningin met
het jonge prinsesje gedurende de eerste acht dagen
op de schilderyen-tentoonstelling in de Gothische
zaal te 's Gravenhage ter bezichtiging worden
gesteld.
Hoe kwam de Justice toch aan die twee
kleine depêches van den Engelschen gezant te
Athene, die zulk een groot lawaai in pers en
kamer hebben veroorzaakt? Zy stonden verloren
in de massa van het Engelsche blauwboek, waarin
zeker slechts zeer weinige Fransche journalisten
een oog slaan. De Gaulois geeft eene oplossing.
De heer Parnell heeft ze overgezonden, in de hoop
om Gambetta eene gevoelige les te geven, wylhy
veroorloofd had dat de République Frangaise min
achtend sprak van de home-rulers. De stoot is
echter vrij goed gepareerd.
Uit Lissabon wordt geseind dat op San
Migueleen der Azorenzesendertig schokken
van aardbeving achter elkander zijn gevoeld. De
kerk en 200 huizen zijn ingestort, en een aantal
personen werden gedood. Een vulcanisch eiland
heeft zich in de zee verheven. Om den toorn der
elementen te bezweren had men, met den gou
verneur aan het hoofd, eene groote processie ge
houden.
De gemeenteraad van Norwich, eene stad van
80.000 zielen, heeft besloten eene proef te nemen
tot verlichting der gansche stad door electrisch
licht. Eene groote vergader- en concertzaal zal
op dezelfde wijze verlicht worden, terwijl een
aantal groote firma's zich bereid hebben verklaard
electrisch licht in hunne winkels te nemen.
Toen de heer Gladstone Woensdag avond
thuis komende uit zijn rijtuig wilde stappen, gleed
hij uit op de ontdooiende sneeuw en viel hij
achterover tegen de stoep en verwondde zich het
achterhoofd. Zyn geneesheer ziet volstrekt geen
bezwaar in de wond en heeft alleen een paar
dagen volkomen rust in bed voorgeschreven. De
heer Gladstone schynt aan de straatzijde van
zyne offioieele woning te slapen, want ter wille
zijner rust is het verkeer met rijtuigen door de
Downing-street verboden»
benoemd om een onderzoek in te stellen naar de
vrachtpryzen, welke op de spoorwegen worden
geheven voor goederen en vee. De Standard
gelooft dat er merkwaardige getuigenissen zullen
afgelegd worden omtrent buitensporig hooge
tarieven.
De quaestie hoe Londen moet bevrijd wor
den van den rook der kolen, welke zich met de
vochtige lucht vermengt en den beruchten Lon-
denschen mist veroorzaakt, zal bestudeerd worden
op eene in October te houden speciale tentoon
stelling van stooktoestellen en brandstoffen.
IJ mul den Het stoomschip Prinses Marie
kwam heden van Batavia alhier binnen, en stoomt
nog heden naar Amsterdam.
NAMEN
DER
PLAATSEN.
Ba-
rom.
afwyk.
Wii
richt.
ad-
kracht
Toe
stand
lucht.
Tem
pera
tuur.
Cels.
Delfzijl
L 4.2
NNO
1
z. bew.
i.
r 1
Groningen
4.2
N
0
regen
- I
Helder
6.0
N
0
z. bew.
- 1
Vlissingen.
.4.0
NNO
1
betr
- 2
Maastricht.
- 2.4
N
2
betr
- 2
Sylt
- 4.9
NNW
2
betr.
- 1
Shields
- 5.7
2
z. bew.
i
Valentia.
- 9.8
stil
0
i. bew.
1
Hamburg
- 2.6
NW
4
mist.
2
Swinemnnde.
0.4
WZW
1
mist.
- 4
Leipzig
- 2.0
WZW
2
mist.
0
Carlsruhe
- 0.3
OZO
1
mist.
f- 1
Grisnez
- 3.8
NO
1
betr.
- 2
Parijs
- 0.5
NO
2
betr.
- 4
St Mathieu
- 0.6
O
5
betr.
- 5
Biarritz
5.7
OZO
3
bew.
- 8
Perpignan
WZW
Ghristiaansund
h 7.0
3
regen
1
Stockholm.
-
- 2.1
NNW
2
mist.
5
Koppenhagen
-
- 0.9
NW
2
betr.
- 3
Portsmouth
Yarmouth
Grootste verschil in Nederland:
'sochtends 8 uren: H. 3.6 M.
des namiddags:
Thermometerstand te Middelburg.
24 Febr. 's av. 11 u. 40 gr.
25 's morg. 8 u. 38 gr. 'smidd. 1 u. 43 gr
'sav. 5 u. 40 gr. F.
Graaf zu Eulenburg handhaaft zyn ontslag. Het
is niet de eerste de beste, welke prins Bismarck
door een onbegrypelyke fout van zich heeft ver
vreemd. Na met veel handigheid en geluk han-
delstractaten met China en Japan te hebben ge
sloten, werd hij in 1862 minister van binnenlandsche
zaken in hêt gewijzigde minsterie BismarckVon
Roon. Het was midden in den conflictentijd, de
oorlog met Denemarken volgde, en de vrede
tusschen de regeering en het parlement kon eerst
door het groote succes van 1866 worden hersteld.
De annexatie vanSleeswijk-Holstein, van Hannover,
Hessen en Nassau brachten den minister gewichtig
werk op administratief gebied en leidden hem tot
eene volkomen hervorming der wetgeving op de
Kreisede provinciën en op de administratieve
rechtspraak. De wijze waarop hij deze groote
zaken in moeilijke tijden tot stand bracht, bezorg
de hem de hooge waardeering, zelfs van zijne
tegenstanders. In het beslissend oogenblik van
1870 was hij, naast Von Bismarck, de raadgever
van zyn vorst.
Deze carrière laat zich niet ongestraft breken
door een onvormelgk en onbeleefd démentials
prins Von Bismarck door een zijner ambtenaren
zijnen ambtgenoot Zaterdag liet geven. „Liet
geven" is echter misschien onjuist uitgedrukt. De
geschiedenis schijnt zich aldus te hebben toege
dragen. Verleden Vrijdag werd nog ministerraad
gehouden, maar in eene koude kamer, zoodat de
kanselier zelfs zijn overjas liet halen. Over de
wet die den volgenden dag in het heerenhuis zou
behandeld worden, werd slechts terloops gesproken,
geene stemming gehouden. Zelfs werd over de
bepaling waarover het standje is ontstaan, geen
woord gesproken. Graaf Eulenburg gevoelde zich
dus vrij. Maar prins Bismarck, van plan om zelf
in het heerenhuis te komen, was den volgenden
morgen ongesteld, misschien tengevolge der koude
vergaderkamer, en schreef het bekende briefje aan
Rommel, dat niet ter voorlezing bestemd schijnt
geweest te zijn. Maar de ambtenaar dacht niet
dat hij met het eigenhandig geschreven woord van
zijn meester kwaad kon doen en las den brief
voor, waardoor de teerling was geworpen, zoodat
zelfs het verzoenend optreden van den kanselier
de uitkomst van den worp niet kon wijzigen.
Volgens de Reichsbote zal graaf Stolberg, de
vice-kanselier, zijn vriend Eulenburg volgen, en
men houdt het voor waarschijnlijk dat de tegen
woordige minister voor eeredienst, Von Puttkam-
mer, het departement van binnenlandsche zaken
zal overnemen en opgevolgd worden door den
onlangs tot president yau den rijksdag benoemden
heer Von Gossler. Al wie onafhankelijk staat in
de omgeving van Von Bismarck stoot hij af, en
aan het einde zijner loopbaan zal hij alleen staan
om den ganschen last der regeering te torschen.
Want hij gaat niet heen. Hoor slechts hoe hij
gisteren in den rijksdag sprak, midden in deze
crisis. De begrootingsdiscusaie werd geopend,
en Eugen Richter opende het debat met de stel
ling dat er geen evenwicht in de financiën mogelgk
is, wanneer ailes afhangt van eene gril van den
rijkskanselier, terwijl de onvastheid eener persoon
lijke regeering verwarring sticht onder de politieke
partijen.
Prins Bismarck antwoordde dat men op zijn
leeftijd niet meer verandert. „Ik ben 66 jaren
oud, en men zal mij moeten verslijten zooals ik
ben, of my op zijde moeten zetten." De staats
regeling noemt den kanselier eenvoudig verant
woordelijk; doch vóór hij dat is tegenover het
parlement, is hij het tegenover den keizer. Een
beschroomd kanselier, die rekening zou houden
met iederen wenk van het parlement en die geen
eigen meening zou hebben, zou overtollig zijn.
Voor die rol is hij niet geschikt. Verre wierp
hy het verwqt van zich, dat hy dikwijls van
meening is veranderdzijn eenig doel is het welzijn
des vaderlands, de roem des volks, zijne onaf
hankelijkheid naar buiten, zijne welvaart naar
binnen, en het komt er niet veel op aan hoe hy
dat doel bereikt, langs liberalen, conservatieven
of dictatorialen weg: dat is van ondergeschikt
belaag. De middelen bezigt by, naarmate hy voor
het oogenblik denkt dat zy geschikt zijn om hem
nader tot zyn doel te brengen.
Indien dit korte, teiegraphisch verzonden uit
treksel van des kanseliers redevoering juist is,
dan is zeker wel nimmer meer onbewimpeld aan
eene parlementaire vergadering gezegd, dat zij in
's lands zaken eene zeer onbeduidende rol speelt.
De eenigezins onbehouwen openhartigheid van
den kanselier, waardoor hy reeds zoo menigwerf
de wereld verbaasde, komt hier in hare volle
kracht uit, en menig volksvertegenwoordiger, die
des morgens in het volle bewustzijn van zijne
gewichtige positie naar den rijksdag was gewan
deld, moet by het naar huis gaan eenigen twijfel
bij zich hebben voelen opwellen, of zyne rol eigen-
lijk wel zoo gewichtig is als zy schynt.
De Fransche senaat hoorde gisteren eene inter
pellatie van den heer De Broglie over de
Grieksche-geweren-quaestie. Zij schijqt rustig
verloopen te zyn, en wat ons vooral verwondert,
is dat de heer De Freycinet, die eigenlijk de ver
antwoordelijke persoon in deze zaak is, het
woord niet heeft genomen voor de werkelijk niet
uioeilyke taak om zyne houding als minister in
het vorige jaar te verdedigen. In overmaat van
angst zal het ministerie na het decreet van 1872,
waar by de administraties der tuighuizen werden
gemachiigd zonder nadere sanctie afgekeurd mate
rieel te verkoopen, herroepen.
i
De correspondent van de Standard geeft hst
volgende verslag van een verkenningstocht,
Woensdag in den Langnek-pas door de Engelschen
gedaan.
Het front der Boeren beslaat de lengte van
een uur gaans. De linkervleugel wordt beschermd
door de kloof der Buffelrivier, de rechter door
de steile hoogten van het Drakengebergte. De
rij hoogten tusschen deze beide punten is versterkt
door eene linie van verschansingen, die waar-
schynlijk bestreken wordt door eene tweede der
gelijke linie. De positie is ongetwijfeld zeer
sterk en zou geducht zyn, indien zij door eene
voldoende macht beschermd werd. De macht van
den vyand is echter onvoldoende om haar be-
hooriyk tegen een krachtigen aanval te verdedigen.
Woensdag middag is de witte vlag gezien, en
de Boeren hehben het aanbod van het Roode Kruis
te Durban aangenomen om hun ambulances en
geneesmiddelen te zenden. Aan deze laatste heb
ben zy groot gebrek, evenals aan verbanden.
Dezelfde correspondent geeft ook een verslag
van de stelling der Engelsche troepen.
De uitgerukte kolonne is gekampeerd te Ingogo.
Troepjes Boeren vertoonden zich in den namid
dag (dit telegram is van Dinsdag avond), de
sterkste ongeveer 100 man groot. Het 92' rege-
ment en een escadron huzaren blyven in het fort
op Prospect Hillde overige troepen keeren terug
naar Newcastle.
Een onderzoek van het terrein boven de Ingogo-
rivier,waar het 60e regiment den aanval te verduren
had, toont dat onze positie zoo slecht was, als
men er maar eene kiezen kon. De Boeren hadden
eene prachtige bedekking en konden volkomen
veilig tot op 80 a 90 meter naderen. Onze man
schappen hadden daarentegen geenerlei beschutting
het plateau waar zij lagen, werd van alle zijden
door hoogten bestreken. Het is inderdaad een
buitengewoon geluk geweest dat er nog zyn ont
komen om te vertellen wat er gebeurd is. (Dit
alles betreft de nederlaag bij de Ingogo van 8
Februari, die in het eerste telegram van Oolley
eene zegepraal heette.)
In het kamp der Engelschen werd verteld dat
onder de Boeren groote oneenigheid heerscht en
dat de hooiden heftig worden aangevallen, omdat
zy geen krachtigen tegenstand aan de voortruk-
kende versterkingen hebben geboden op het
gunstig terrein van den Biggarsberg.