124e Jaargang!
1881.
N< 42
Zaterdag
19 Februari.
De wilddief.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 5/m. franco f 5,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels 1.50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor hel Buitenlandde Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlin Weenen, Zurich enz.
Middelburg, 18 Februari.
a
FEUILLBTQlsr.
EEN GESCHIEDENIS UIT DE ALPEN,
van
R0SEGGEFL
Het gerecht.
EIND®.
MIDRELRURGSCHE COURANT.
De Tijd maakt eenige opmerkingen over het
gebrek der liberale partij aan staatslieden.
Volgens baar heeft die partij er in het geheel
geen.
Men mag nn verwachten, dat de Tijd eens een
lijstje zal meedeelen van de staatslieden der
nltramontanen en antirevolntionairen die zoo
noodig een krachtig en eensgezind kabinet der
rechterzijde zouden kunnen vormen. Zouden
Schaepman met zijn dichterlijke overdrijving en
holle klachten, Haflfmans met zijn caricatuurtee-
keningen, Heydenryck met zijn scherpe satiren
en afbrekende critiek, Donner met zijn kerkelijke
boetpredikatiën, Keuchenius met zijn onpractisehe
theorieën, de door zijn scherpzinnigheid telkens
uit den partijband springende De Savornin Loh-
man, zouden die allen welke dan toch zeker
onder de eerste mannen der rechterzijde moeten
genoemd worden te zamen een homogene en
krachtige regeering kunnen vormen? Tijd en
Standaard mogen het wellicht meenen, wij ge-
looven er niets van. Men behoeft de verschillende
deelen der rechterzijde maar eens aan een be
langrijke zaak bezig te zien, die buiten de school-
qnaestie staat, en alle gedachte aan eensgezindheid
en kracht verdwijnt. Vaderland
De nieuwe koninklijke stallen in Den Qaag
ïijn, zoo meldt het Vaderlandden 15 dezer
aan het staldepartement des konings overgegeven
en zullen eerstdaags betrokken worden.
Hetzelfde blad zegt dat onder de plannen tot
verbouwing van het paleis van wijlen den prins
van Oranje, behoort het zetten van een nieuwe
verdieping op dat gebouw.
De benoeming van een candidaat voor de be
trekking van algemeen secretaris heett in ver
schillende Nwts-departementen plaats gehad als
volgt
Voor mr. A. Kerdijkte Leiden, Amerongen,
Bijswijk, Capelle, Sneek, Zwolle, Dantumadeel,
Beerta en Hoogeveen.
Voor W. J. van Gorkom: te Groningen, Haaf-
ten, Zutfen, Hogewoud, St. Jacobi-Parochie en
St. Anna en Lieve Vrouwe-Parochie.
Voor P. Bruijnte Gieten, Loppersum, Beem-
ster, Makkinga, Enkhuizen en Langstraat.
does, 18 Febr. In zijn vergadering van
gisteren avond heett ons JVwfa-departement den
heer Kerdijk gekozen tot candidaat voor het
algemeen secretariaat.
„Ja, als het met opzet geBchied was, dan
iuiocht gij zoo spreken. Gij weet hoe lief ik haar had."
i,Gij weet niet wat het zegt, een kind ter
wereld te brengen en weer te verliezen. Hadt gij
slechts een zweem van moederliefde in u, dan zon
geen angst en geen begeerte Bterk genoeg
geweest zijn, om n het kind ook maar éen
«ogenblik te doen vergeten. Hoe had ik mijn
leven en mijn zaligheid op u gebouwden daar
"doolt gij intusschen lichtzinnig rond, om den
goeden naam nwer familie te verspelen en ver
moordt uw kind! Nu is het uit met ons, Gied!
Doe mij nu nog éen dienstDaar ligt een mes,
stoot mij dat in de borst!
Hij sprong naar de tafel en greep het broodmes.
„Ik zal het mij zeiven doen 1" Dit zeggende
$ette hg het mes tegen den wand en wilde er zich
in laten Tallen.
I
Met ingenomenheid werd op deze vergadering
de mededeeling ontvangen, dat de heer I. H. C. Hei-
se uit Zierikzee dezen winter nog eene spreekbeurt
zal vervullen, terwijl het bestuur tegen het vol
gende seizoen een rapport zal inzenden omtrent
de vraag: zal het honden van lezingen vöor de
leden met hunne dames bestendigd worden en,
zoo ja, kunnen deze niet zóo ingericht worden
dat een grooter publiek daarvan gebruik maakt
Het centraal comité der Duitsche vereeniging
Het Boode Kruis heeft beBloten aan de Trans-
vaalsche Boeren als oorlogvoerende partij voor de
verpleging hunner gewonden 2500 te zenden
door bemiddeling van bet Nederlandsch hoofd
comité. Door het comité Wageningen en omstreken
is thans voor Het Boode Kruis, ten behoeve van
de Transvaal, verzonden f 513,75.
De St. Ct. bevat een kon. besluit houdende
nadere bepalingen omtrent het vervoer en de
nederlagen van zout in het terrein van toezicht
Het hoofd-comité van het Nederlandsche Boode
Kruis heett een open brief rondgezonden, waarin
het, tegenover de vele, somtijds bitse, beoordee
lingen, waaraan het heeft bloot gestaan, zijne
handelwijze ten aanzien van den Transvaal-oorlog
verdedigt.
Het herinnert in de eerste plaats aan het on
zijdig standpunt dat de vereeniging, ingevolge
de conventie van Genève, tusschen de strijdende
partgen inneemt. Nimmer, ook nu niet, is de
minste pressie door onze regeering op het hoofd
comité nitgeoefend, doch het achtte zich, in dezen
oorlog eener bevriende mogendheid met een volk
van Hollandschen oorsprong, meer dan eenig
comité in andere landen verplicht met kieschheid
en beradenheid te handelen.
Dadelijk echter na de bekende verklaring der
Engelsche regeering, dat de Boeren als oorlog
voerende party behandeld en de onzijdigheid van
het Boode Kruis erkend zouden worden, is het
comité handelend opgetreden.
Keeds eer dit antwoord was ingekomen, heeft
het hoofd-comité, in deze weken dagelijks verga
derd, met ernst overwogen, hoe de vereeniging
op de beste wijze zou kunnen werkzaam zijn.
Het is gemakkelijk gezegd, dat men eene ambu
lance had moeten zenden maar die dit zeggen,
hebben er de rechte voorstelling niet van hoe
ondoelmatig dit zon geweest zijn. Barakken of ten
ten, kribben, bedden, verschooning, medicijnen enz.,
alles vergezeld van geneesheeren en ziekenverplegers
als éen geheel, behooren daartoe. Is de oorlog
ver van onze grenzen verwijderd, zelfs in een
ander werelddeel, zoo is deze hulp in een ver
Zij rukte hem weg. Op datzelfde oogenblik
kwamen drie gewapende lieden het vertrek binnen
en vroegen of de houthakker Gied thnis was.
Hij trad naar voren en zei: „Hier ben ik"
„Gij zijt onze gevangene en moet medegaan."
Hij hield hnn de armen gekruist voor en zij
sloegen er ijzeren boeien omheen. Nog éen blik
op de wieg, nog éen half gesmoorde kreet:
„MarthaZij zag hem niet meer aan. De
mannen dreven hem voort. Met een zwaren zucht
verliet Gied zijn huis. Een boosdoener, door zijn
eigen geweten gefolterd, door zijn vrouw ge
vloekt, zoo wankelde hij tusschen de gerechts
dienaars voort.
Haar kind verloren, haar man verloren alles
in een oogenblik tijds Geheel alleen in het een
zame, sombere huisje in het boschl
Hoe zou die vrouw wel te moede zijn! Maar
wat was, van alles, haar grootste verdriet?
Die harde, onverzoenlijke woorden die zij hem
toegevoegd had in het uur zijner grootste ellende.
Zjj weet genoeg hoe lief hij zijn kind had, hoe
onmogelijk het is hem te verdenken van opzet
om zijn kind te dooden, hoe vreeselijk zijn
vaderhart moet lijden en hoe zijn geweten hem
kwellen zal. En toen hij onder heete tranen de
handen smeekend tot haar ophief, dat zij hem
zou vergeven en niet verlaten in het grootste
ongeluk dat ooit een menscb kan treffen, toen
had zij hem verstooten. Haat zoekende blik viel
naar buiten.
van de kust gelegen, bergachtige en moeilijk
toegankelijke streek zoo goed als onmogeljjk, en
bij hooge kosten, toch door onbekendheid met
de plaatselijke behoeften, ondoelmatig,
Het hoofd-comité begreep dus, dat het veel
beter was, aan de Kaap zelve hare vlag te plan
ten. De oprichting van een Nedetlandsch comité
kon niet beter worden toevertrouwd dan aan
onzen consul-generaal. Dit heeft per telegram
plaats gehad, terwijl niet persoonlijk, maar aan
de aldaar gevormde vereeniging, reeds terstond
de beschikking gegeven is voorloopig over 12000,
bijna de helft der som, waarover het hoofd-comité
toen te beschikken had.
Hierop is reeds per telegraaf een gunstig ant
woord ontvangen, en kan het „Nederlandsche
comité van het Boode Kruisaan de Kaap de
Goede Hoop" als gevestigd besehouwd worden.
Dit comité moet nu oordeelen, op welke wijze het
best onze hulp aan zieken en gekwetsten kan
worden verleend. Niettegenstaande de kostbaar
heid der telegrammen, is deze weg weder te baat
genomen, om te vragen wat er reeds gedaan is
en nog gedaan moet worden, en welk soort van
hulp in personen of goederen wordt verlangd.
Hierop wordt ieder oogenblik antwoord te gemoet
gezien.
In afwachting daarvan werd reeds tot het zen
den van geneeskundigen naar het tooneel van den
oorlog besloten, in de overtuiging dat die in de
eerste plaats nuttig zullen zijn.
Het hoofdcomité meent dat deze eenvoudige
voorstelling der zaken voldoende zal zijn, om
het standpunt van het Boode Kruis in deze dui
delijk te maken. Al wat verder te zijner kennis
komt, zal het der natie en in de eerste plaats aan
de comité's bekend maken; terwijl het de opge
wekte belangstelling waardeert, al uitte die zich
soms in min vriendelijke woorden, en vertrouwt,
dat die zijne verdere bemoeiingen in dezen krach ig
zal steunen. Want al mag het Boode Kruis zelf
geen partij kiezen, bij elk zijner leden kan een
strijd als deze op de innigste sympathie rekenen.
Aan het verslag van het comité uit Purmerend,
dat naar Engeland vertrokken is om een smeek
schrift aan koningin Victoria aan te bieden, ont
kenen wij het volgende:
Bij aankomst te Londen Zaterdag morgen werd
het comité opgewacht door een oommissie uit het
Engelsch comité en vervolgens geleid naar de
bureaux, waar het Engelsch comité van het Trans-
vaalsclie bond vergaderd was. Daar had eene
bespreking plaats over de maatregelen, die thans
zouden behooren te worden genomen tot overrei
king van het adres aan H. M. de koningin.
Er werd besloten zich te richten tot H. M.
Daar boven op den berg zag zij in het laatste
avondlicht de drie kruisen tegen den hemel afste
ken.
„Mochten wij in de herinnering aan hem,
die onschuldig aan het kruis leed, kracht en troost
vinden voor de wederwaardigheden des levens
Het kruis breidt de armen uit, om o n s te om
vatten. Laat ons de menschen liefhebben, die
evenals wij lijden en strijden laten wij elkaar
wederkeerig oprichten."
Die woorden van den pastoor kwamen de arme
vrouw hoe langer hoe duidelijker voor den geest
en droegen vruchten, gelijk een schijnbaar dood
zaadkorreltje ontkiemt in de doorweekte aarde.
Hartverscheurend weerklonk in hare ooren de
kreet„Martha 1dien Gied geslaakt had toen
zij hem wegvoerden. Hij was toch haar man,
haar innig geliefde man
Zij liep het huis uit en snelde de mannen
na, om hem vergiffenis te schenken en zich zelve
Tt>m vergiffenis smeekende, aan zijn borst te werpeni
Maar de gerechtsdienaren met hun gevangene
waren nergens meer te vinden. Martha doolde
den geheelen nacht wanhoopend rond.
Twee dagen later, toen het kind begraven was,
meldde zij zich bij het gerecht aan en verzocht
dat men haar met haar man in de gevangenis
zou opsluiten. Zij alleen was de oorzaak dat hij
een wilddief was gewordendaar de bezorgdheid
voor vrouw en kind hem ertoe verleid had. En
zij was ook de oorzaak van het ongeluk met het
kind. Zij had haar moederplichten verwaarloosd,
particulieren secretaris, lord Ponsonby te Osborne»
en tevens werd audiëntie aangevraagd op Maandag
bij den Nederlandschen gezant, graaf Van By-
landt. Het Nederl. adres, welks vorm en inhond
zeer geprezen werden, zal in alle Engelsche bladen
worden opgenomen en in exemplaren onder het
Engelsche volk worden verspreid.
Maandag morgen vroeg kwam het antwoord van
H. M. particulieren secretaris. Daarbij werd het
Nederl. comité den raad gegeven, zich om toela
ting bij H. M. te wenden tot een van Hr. Ms.
verantwoordelijke ministers of tot den Nederl.
gezant te Londen.
Tot andientie bij graat Van Bylandt toegelaten,
ontving het Ned. comité bescheid, dat de tusachen-
komst van den gezant niet kon plaats hebben,
om reden dat deze particuliere zaak van het adres
officieel zou worden, zoo spoedig de gezant er
zich mede bemoeide en omdat de Nederlandsche
regeering in de Transvaalzaak de strengste neu
traliteit in acht neemt. Hierop is het adres aan
koningin Victoria in handen gesteld van lord
Granville, den Engelachen minister van buiten-
landsche zaken, teneinde het aan H. M. te over
handigen.
Des namiddags (Maandag) werd het Nederl.
comité afgehaald door eene commissie uit het Eng.
comité en begeleid naar de meeting voor de
belangen der Transvaal. Deze vergadering, ge
presideerd door den heer Verney, werd o. a. bij
gewoond door tien parlementsleden.
Op de meeting voerden verschillende sprekers
van naam het woord. Engelands politiek ten
opzichte der Transvaal vond in allen hevige be
strijders. Die politiek werd door velen gebrand
merkt als het kenmerk dragende van schandelijke
huichelarij (hypocritiea I and abominable).
Een der sprekers, M. M ooüie, Bprak ODder luiden
by val der vergadering als zijne meening uit, dat
waar 40 miilioen Engelschen oorlog voeren tegen
40 duizend Boereu, elk oogenblik door Engeland
de strijd kan worden opgegeven, zonder gevaar
voor Engelands prestige. De heer J. C. Stuyt
betuigde in korte bewoordingen namens al de
onderteekenaars van het Nederl. adres dank aan
diegenen van Engelands burgers, die eerlijk me
destrijden voor de rechten der Transvaalsohe Boe
ren. (Luide toejuichingen).
Het Nederl. comité heett alle reden tot erken
telijkheid voor de hartelijke ontvangst, vooral van
de zijde van het Engelsche comité, en aan de
opdracht zoo goed mogelijk voldaan hebbende,
verklaart zich hierbij het Purmerender comité
ontbonden.
De Amsterdamsche bladen bevatten een wel
sprekende oproeping van zes onderwijzers te
door het huis te verlatenhet kind hoorde bij de
moeder en niet bij den vader, die niet berekend
was voor alle kleine zorgen, die zulk een jong
schepseltje vordert, daar het zijn plicht was het
dagelijksch brood te verdienen. Zoo stond de
zaak en nu verzocht zij haar straf te mogen
ondergaan.
Daarover ontstond veel heen en weder gepraat en
geschrijf bij het gerechtmaar eindelijk kwam er
advies van den landeigenaar, zoowel bij het ge
recht als bij de houtvesterij. Hij verlangde dat
de houthakker Gied op vrije voeten gesteld werd,
daar de hemel reeds geoordeeld had over dezen
wilddief. Na alles wat hij van dien man gehoord
had en na hetgeen er voorgevallen was, hield hij
zich overtuigd dat hij voortaan het stroopen wel
zou laten varen en opdat hem alle aanleiding
van buiten af daartoe ontbreken zou, gelastte hij
dat hem vast werk zou gegeven worden aan het
hakhout op den berg.
En zoo is het ook geschied.
Gied en Martha wonen nog altijd in Schirmthal
en werken hard. Zij zijn alles voor elkaar. Over
dien zomerdag spreekt nooit iemand meer een
woord maar het is ook zeker dat zij hem niet
vergeten hebben. Op den berg staan de drie
hooge kruisen, maar onze arme lieden in
het dal blijven met hun beiden. Zij dragen het
met gelatenheid.