N°: 36.
124e Jaargang!
1881.1
Zaterdag
12 Februari.
De wilddief.
Dit blad verschijnt da gel ij ks^
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Ad vertentiên: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels ƒ1.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenlandde Compagnie générale de Publicité O. L. Daubb Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
Middelburg, 11 Februari.
FEXJILIjETOISr.
EEN GESCHIEDENIS UIT DE ALPEN,
Groot geluk en somber voorgevoel.
Zlerikzee, 10 Febr. De opbrengst van de
fancy-fairalhier gehouden ten voordeele van de
watersnoodlijdenden en de nagelaten betrekkingen
van wijlen S. Admiraal, beloopt, naar wij verne
men, ruim ƒ1000.
MIDDELBIIRGSCHE COURANT.
In de heden namiddag gehouden zitting van
den gemeenteraad van Middelburg werd behandeld
het in de vorige vergadering aangehouden voor
stel van het dag. bestuur om de nieuw te stichten
school B te bouwen op het terrein bij de
Stadsschunr.
Na discussie en nadat een amendement van den
heer Tak, om die school te bouwen op een aan
de heeren Van Uije en Zonen toebehoorend stuk
grond in de Zusterstraat, met 12 tegen 3 stemmen
was verworpen, is het voorstel van burgemeester
en wethouders met 14 tegen 1 stem aangenomen.
In een volgend nommer geven wij het gewone
verslag.
Rotterdam, 10 Februari. De gemeenteraads
zitting van heden leverde een verrassing op. Van
den minister van waterstaat is eene missive bij
burg. en weth. ingekomen, waarin zij worden
uitgenoodigd aan den raad het voorstel te onder
werpen, dat door de gemeente in de kosten voor
voortzetting der werken tot verbetering van den
Eotterdamschen waterweg ten hoogste 3 millioen
gulden zal worden bijgedragen, en wel êen tiende
van elk millioen, dat na het weder opvatten van
het werk daarvoor door den staat zal worden
besteed.
vVij noemen dit een verrassing, maar eigenlijk
•was het geen verrassing, want de minister had
er reeds vroeger zoo iets van laten doorschemeren,
dat er plan bestond om van Botterdam eene bij
drage te vragen.
De minister beroept zich hierop, dat de door de
staatscommissie voorgestelde werken minder in
het uitsluitend rivierbelang zijn dan wel in het
belang van de zeevaart op Botterdam. Hij ver
wacht daarom, „dat Botterdam bereid zal worden
bevonden om naar vermogen in de kosten bij te
dragen, vooral om van hare belangstelling en van
haar vertrouwen in het welslagen van het werk
met de daad te doen blijken."
Van dit schrijven is in de raadszitting mede-
deeling gedaan, en de raad besloot het in handen
van bnrg. en weth. te stellen om advies.
Zonder op dit advies vooruit te loopen, schijnt
Wel gezegd te mogen worden dat er voor den
ïaad niet anders op over zal schieten dan een
goed gezicht bij een kwade zaak te zetten, en de
bijdrage toe te staan. Drie millioen is voor eene
gemeente, die niet ruim in het geld zit en waar
de gemeentelijke belaetingen reeds tot een beta
melijke hoogte zijn gestegen, geen kleinigheid
maar de verbetering van den waterweg is voor
Botterdam een levensquaestie, en werd het voor-
VAK
R0SEGGER.
Op den berg drie groote kruisen, in het dal drie
arme menschen ziedaar het onderwerp van
deze merkwaardige geschiedenis.
De kruisen op de Lahmerhoogte zijn pas uit
lurikshout getimmerd en blinken in de avond
zon als rood gondop de groene weiden en tus-
schen het geboomte. Ze zijn eerst voor eenige
dagen opgericht, zonder dat men een beeld van
den Heiland, oi een armen, onschuldigen boschbe-
"woner gekruisigd heeft.
Wat beduiden dan toch die drie kale palen
Gij denkt aan den Heiland en de beide boosdoe
ners en vergeet dat men den linker, den vertwij
felenden en verlorenen niet gebruiken kan als
beschermer tegen bliksem en onweder.
„Die drie kruisen", zoo sprak laatstleden Zondag
jde pastoor yan Trabpden, „die drie kruisen, welke
stel van den minister afgewezen, dan zou het
vooruitzicht op het tot stand komen van het
werk al heel geriBg worden. Vooral nu men met
het dwaze plan voor den dag is gekomen om
Botterdam's- zeehaven naar Scheveningen te ver
leggen, is het zaak dezerzijds alles te doen
om de plannen der staatscommissie te bevorderen.
Aan C. Dijkwel, bewaarder in het huis van
arrest en bewaring alhier is, op zijn verzoek, met
den 1 Maart a. eervol ontslag uit die betrekking
verleend.
In de laatste twee maanden hebben zich in de
provincie Noord-Brabant niet minder dan tien
gevallen van hondsdolheid voorgedaan, en is het
gebod tot bet dragen van den muilkorf of het
vastleggen der honden reeds sedert geruimen tijd
in meer dan 30 gemeenten uitgevaardigd, meest
gelegen in de omstreken van Eindhoven en Hel
mond. Toch kwamen in de laatste dagen weder
twee nieuwe gevallen voor, nl. een te Boxtel en
een te Beek en Donk. De commissaris des konings
heeft het daarom noodig geacht de burgemeesters
tot dubbele waakzaamheid aan te sporen en hun
aan te schrijven, om vooral aan de voorschriften
der wet van den 5en Juni 1875 (Stbl.) met klem
de hand te houden.
Door de ingezetenen van Betranchement zijn
twee adressen, beide voorzien van ruim 40 hand-
teekeningen, aan de ministers van waterstaat
en financien, opgezonden. Het eene bevat een
verzoek om verandering in den bode-loop op
die gemeente, het andere om een kantoor van in-
en nitgaande rechten en accijnsen met een sub
ontvanger aan het hoofd.
Op 8 dezer werd te Vlissingen een winddruk
waargenomen van 87 kilogrammen, dus een storm
van buitengewone hevigheid. Niettegenstaande
dat, kwamen de mailstoomboot Prins Hendrik
aldaar en de Prinses Marie te Queenboro op
gewonen tijd, zoodat passagiers en brievenmalen
geen oogenblik vertraging ondervonden, terwijl de
schepen niet de minste schade beloopen hadden.
Opnieuw is hierdoor de voortreffelijkheid dezer
mailbooten bewezen. (Bott. NU.)
Bij een gisteren door ons, als in de Staats
courant opgenomen, vermeld koninklijk besluit,
worden met 1 April a. twee commissien ingesteld,
waarbij de aangever van goederen, die bij invoer
belast zijn naar de waarde, in beroep kan komen
wij op de Lahmerhoogte opgericht hebben, bedui
den, geloof, hoop eu lietdein welke teekenen
wij overwinnen. Daarom schrijven wij die niet
alleen op voorhoofd, mond en borst als voorbe
hoedmiddel tegen de listen en lagen van den
booze, maar wij richten ze ook op tegen de ver
woestende elementen der natuur, die onze woningen
en aardvruchten bedreigen; tegen bliksem en
onweder. Daarom zullen die nienwe onwfierskruisen
plechtig ingewijd worden en dat wel, aanstaanden
Zaterdag, den heiligen dag van Johannes den
Dooper, des middags om drie uur. Mogen alle
mijne gemeenteleden, en ook de godvruehti-
gen uit de naburige parochieën in grooten getale
bij deze heilige handeling tegenwoordig zijn
Deze uitnoodiging drong ook door in het lom
merrijke Schirmthal, tot aan het laatste huisje
van het dorp, waarin baas Gied met zijn gezin
woonde. Toen eenige jaren geleden een gedeelte
van het Schirmwoud geveld werd, was Gied
(Egidius) boschbaas geworden en daar hij in dien
tijd begreep, een vrouw te kunnen gebruiken en
onderhouden, nam hg er een: een braaf, keurig
net meisje. Waarom ook nietdat is iedereen
geraden.4
Neenhet is niemand geradenDe groote
geldcrisis van drie en zeventig, die ons hedeu
nog in de ooren klinkt, is ook tot in de weligste
bosschen doorgedrongen. In het Schirmwoud
werd het houtkappen gestaaktbaas Gied was
van de beslissingen der provinciale inspecteurs
omtrent de reclames tegen benaderingen.
Iedere commissie bestaat uit drie leden, waar
van een benoemd wordt door den minister van
financiën, een door de kamer van koophandel en
fabrieken en een door de arrondissements
rechtbank.
De eene commissie heeft zitting te Amsterdam
en beslist omtrent de benaderingen in Gelderland,
Noord-Holland, Friesland, Overijsel, Groningen en
Drente. De andere commissie is te Botterdam
gevestigd voor de benaderingen in de andere
provinciën.
Beslist de commissie dat de waarde der goederen
te laag is aangegeven, dan blijft de benadering
in stand, doch is de waarde niet te laag aange
geven, dan worden de goederen ter beschikking
van den benaderde gesteld.
De door de kamers van koophandel en door de
rechtbanken benoemde leden der commissien en
hunne plaatsbekleeders genieten een presentiegeld
uit de Bchatkist.
De penningmeester van het Itoode Kruis heeft
aan het Nieuws van den Dag, in antwoord op
een verzoek om inlichtingen betreffende de geld
middelen dier vereeniging, het volgende geant
woord
„Het Boode Kruis had tot hulp in de Transvaal
de vrije beschikking over ruim 25.000; hierop is
reeds beschikt over 13.000, zoodat alle middelen
zich thans nog bepalen tot p. m. f 12.000.
„Wanneer niet spoedig krachtige bijdragen
toevloeien, zal het hoofdcomité zich weldra in
zeer moeilijke omstandigheden bevinden."
De afdeelingen Wageningen, Breda en Schermer
van het Boode Kruis hebben aan het hoofdbestuur,
voor zijne bemoeiingen in de Transvaal, ieder
voor zich ƒ200, 300 en ƒ200 overgemaakt.
Woerden zond 50, Zaltbommel voorloopig f 240,
Winterswijk 50, Botterdam, de inzameling van
2 dagen, f 2500. Te Kralingen en te Bolsward
zijn commissien voor het inzamelen van gelden
werkzaam. De zangvereeniging Amphion te Bot
terdam zal een uitvoering voor het Boode Kruis
geven. Een Leidsch student bracht in 't Ca jé
Neuf f 81 voor de Transvalers bijeen en bjj den
optocht op den dies r.atalis, werd een inzameling
voor hetzelfde doel gehouden.
Op een vergadering te Haarlem, tot behandeling
van de zaak der Transvaalsche Boeren, werd
Woensdag door jhr. mr. A. J. Eethaan Macaré
eene voordracht over dat onderwerp gehouden.
Daarna sprak de heer A. D. Vbigbt, thans te
Haarlem woonachtig, maar tot vóór korte jaren
in den Oranje-Vrijstaat gevestigd, die voorlezing
deed van een brief, zoo pas door hem van een
zonder werk en bleet alleen meeBter in de kunst
der tevredenheid. Hij had steeds bigde vooruit
zichten, altijd genoeg geld en was op den duur
goed geluimd. Vroolijk zingend en fluitend deed
hij kleine karreweitjes, die hem bijna niets opbrach
ten en ging dan het bosch iu en naar de weiden,
om zich te verlustigen aan de schoone natuur,
of ook wel om werk te zoekenals hij iets vond
was het meestal in een paar dagen weer afge
daan en dan kwam hij thuis met een stuk
wild, dat hij heel goedkoop van een jager gekocht
had. Hij leidde eeu stil, vergenoegd leven, zooals
die schepsels die niet zaaien en niet maaien en
toch altijd de tafel gedekt vinden.
Het was een gelukkig gezin, zij hadden elkaar
innig lief en de een genoot van het geluk van
den ander.
Na een poos kwam er een kleintje en nu was
de hemel op aarde zoo goed als volmaakt, het
was een bosch-idylle, zooals de dichters haar zoo
gaarne scheppen en de werkelijkheid by na nooit.
Maar de werkelijkheid heeft gelijk.
Dat Gied altijd verzadigd was, zonder ooit eens
flink te eten, was iets dat zijn vrouw het eerBt
opviel.
„Gied", sprak zij op zekeren dag tot hem,
„mjj dunkt het is niet in den haak met n: er is
iets dat gij mij niet zegt; gij zijt al zoo lang
zonder werkhoe is het toch mogelijk dat wij
het op den duur nog zoo goed hebben?
zijner zonen nit den Oranje-Vrijstaat ontvangen,
üit dien brief sprak niet alleen de groote sym
pathie van den schrijver voor de zaak der Boeren,
maar daarin weid ook gemeld, dat vele burgers
van den Vrijstaat de Transvalers zijn gaan helpen.
Tevens schreef hij o. a., dat hg van iemand, die
uit de Transvaal kwam en er wel over oordeelen
kan, vernomen had dat onder de Boeren eene
bereidheid om aan hnnne bevelhebbers te gehoor
zamen, eene krijgstucht en geest van samenwerking
heersehen, die des berichtgevers verwachtingen
zeer verre overtroffen hadden. Toen deze brief
afgezonden werd ongeveer vier weken geleden
stond Jonbert met 1500 man in den Lang
nekspas.
Er werd vervolgens eene inzameling ten behoeve
der Transvalers gehouden, welke ongeveer f 300
opbracht.
Een der aanwezigen, een man uit den hand-
werkstand, bracht, in plaats van de Transvaal,
Atjeh ter sprake en de wijze waarop Nederland
zijn koloniën verkregen beeft. Dezen spreker
werd echter door den voorzitter het woord ont
nomen en door de vergadering het voortgaan
onmogelijk gemaakt.
De Naam wijeer der gemeente Goes, benevens van
Zuid- en Noord-Beveland is over 1881 weder
uitgegeven bij de firma F. Kleeuwens en Zn., met
medewerking van den heer J. Bisseeuw, te
's Gravenpolder. De inhoud is andermaal uitgebreid,
o. a. met een lijst der onbezoldigde rijksveldwachters
en der kerkeraden. Wij treffen er ook een tabel
der watergetijden in aan. Het handige en nette
boekje is tot den 20n Januari jl. bijgewerkt.
Behalve dat ook uit Belgie een adres aan het
Britsche volk is gericht tot verdediging van de
rechten der Transvaalsche Boeren, hebben
vele Belgen, waaronder prof. Em. de Laveleye de
eerste onderteekenaar is, zich tof hun koning
gewend, met verzoek ten gunste der Boeren zijn
bemiddeling aan te bieden. Men weet dat Z. M.
Leopold II zich aan het doen van ontdekkingsreizen
en het bevorderen der beschaving in de binnen
landen van Afrika bijzonder veel gelegen laat
leggen. Met bet oog daarop schrijven adressanten
o. a.
«Niemand heeft voor Afrika meer gedsan, en niemand
is aan het Engelsche Hof en bij het Engelsche volk beter
bevriend, hooger geacht, dan de wijze zoon van Belgie 's
eersten koning.
«Met den diepsten eerbied veroorloven wij ons te ver
zoeken, dat uwe majesteit, op de wijze die haar de ge-
voeglijkste zal toeschijnen, hare welwillende tussehenkomst
zon aanbieden, om aan den oorlog een einde te maken.
De Transvalers, sire, evenals de bewoners van den Oranje-
Vrijstaat, spreken de taal onzer vaderen: die mogen niet
uitgeroeid worden! Werden zij rustig in 't bezit gelaten
Gied begon bij die toespraak hartelijk te lachen
en zei:
„Kom, Martha, bekommer n daar niet over.
Laat het u goed smaken en denk aan het kind;
ik lijd geen gebrek."
Martha wist niet dat hij !s nachts nren lang
wakker lag door de zorgen die hem kwelden en
over dag vaak honger leed, opdat hij haar en het
kind het noodige zon kunnen geven. Maar een
goede vronw ontgaat op den dunr nietswat zij
niet weet, dat gist zij. Waar zij ging en stond
vervolgde haar de gedachte dat zij de spade
moest opnemen en gaan spitten, of een mand om
wilde vruchten te gaan zoeken, die in het Schirm-
dal groeiden. En als zij 's nachts ontwaakte
zonder dat het kind baar gewekt had meende
zij altijd dat zij de armen moest opheffen, de hau-
den vouwen en bidden.
Zij verzorgden bet kind als de oogappel, waar
door zij den hemel aanschouwden. Het waB pas
eenige weken oud; hoe gaarne staarden zij op
dat kleine gezichtje, waarop nog al de vrede van
een sluimerend zielsleven lag. Daar ontkiemde
een leven, gelijk aan een slingerplant, die een
steun behoeft en er geen vinden zal. Beden
genoeg van bezorgdheid voor de moeder.
Maar zelfs ondankB dit alles was er toch
ook reden genoeg om gelnkkig te zijn. Een
lief, gezond eigen kind! Het was een meisje
en meisje» hebben veel leed te ^wbtfaj oMftg