N«. 27.
124* Jaargang.1
1881.
W oensdag
2 Februari.
Rationale Militie.
HET SPOOK
Dit blad verschijnt dagelijks^
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels f 4.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Puhlicité O. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
Middelb;urg, 1 Februari.
FEUILLETON.
MllagglO
MIDDELRllRGSCHE COURANT.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gelet op art. 28 en volgende der wot van den
19 Augustus 1861 (Staatsblad no. 72);
brengen bij deze ter kennis van belanghebbenden
dat de loting der in het vorige jaar voor de
militie ingeschrevenen, zal plaats hebben op de
boven-zaal van het raadhuis, Maandag den 7
Februari 1881, te beginnen des voormiddags te
10 uren
dat gedurende vijf dagen, te rekenen van den
dag waarop de loting heelt plaats gehad, tegen
de wijze waarop zij is geschied, bij gedeputeerde
staten bezwaren kunnen worden ingebracht door
belanghebbeude lotelingen, of door hunnen vader
of voogd;
dat de bezwaren moeten worden ingediend door
middel van een door de noodige bewijsstukken
gestaafd verzoekschrilt, op ongezegeld papier,
onderteekend door hem, die ze inbrengt, welk
verzoekschrilt bij den burgemeester moet worden
overgebracht, tegen bewijs van ontvang;
dat op Dinsdag den 15 Februari 1881, des
voormiddags van 10 tot 12 nren, in de boven-
achterzaal van het raadhuis zitting zal worden
gehouden tot het opmaken van de getuigschriften
ter bekoming van vrijstelling wegens broederdienst
of op grond van te zijn eenige wettige zoon,
bedoeld in de 2e en 3e zinsnede van art. 53 der
bovengenoemde wet;
dat zij die op zoodanige vrijstellingen aanspraak
maken, op gemelde» tijd ten raadhnise zullen
moeten verschijnen, vergezeld van twee bij den
burgemeester bekende meerderjarige ingezetenen.
Middelburg, den 31 Januari 1881.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
P I C K
De secretaris,
J. W. DE RAAD, l. s.
Volgens eene verklaring, door den Engelschen
minister van oorlog Childers gisteren in 't parle
ment omtrent de Transvaal afgelegd, zullen „de
Boeren geheel naar de regelen van beschaafde
«oorlogvoerende partijen behandeld worden, ook
•wat betreft het wederzijds uitleveren van gevan
genen." Generaal Colley telegrapheert, dat de Boeren
de gewonden humaan en vriendschappelijk be
handelen.
Nu dus de Britsche regeering zelve den knoop
doorgehakt heeft, zal het hoofdbestuur van het
Boode Kruis misschien wel niet plus Brittannique
que le gouvernement de la Grande Bretagne willen
wezen en zijne bezwaren opgeven.
In dat geval zou 't ons zeer wenachelijk voor
komen dat de bemoeiingen, aanvankelijk door 't
YAK
Hij viel spoedig in slaapmaai ik werd ondanks
alle vermoeienis wakker gehouden door de ge
dachte aan mijn kofler. Zou hij niet aan de
•waakzaamheid van dien man, die hem als zijn
eigendom beschouwde, onttrokken en onder de
bouwvallen verborgen kunnen worden, totdat zich
een gunstige gelegenheid voordeed om hem weg
4e halen? Er waren hier schuilhoeken genoeg,
waar iets jaren lang onopgemerkt kon blijven
liggen; en na rijp beraad ging ik zachtjes naar
buiten, op de binnenplaats, zonder mijn reisge
noot te wekken. De regen had opgehouden, de
wolken waren weggedreven en de nacht was
kalm en schoon, de maan die hare stralen
Hog niet op de plaats liet vallen, verzilverde reeds
de afgebrokkelde steenén en deed de natte bla
deren in de hoogte glinsteren. Het was echter licht
genoeg om te zien dat er een houten balkon,
boven langs de kamers die wij betrokken hadden,
liep. Het kostte mij geen moeite om erop te
komen en eenmaal daar zijnde kon ik met behnlp
yan een vooruitstekend afgebrokkeld stuk muur
nieuwe Oranje Kruis opgevat, door de ondere
zuster-vereeniging werden overgenomen en voort
gezet. Deze laatste' is toch in 't bezit van veel
meer ervaring en hulpmiddelen.
Wij zonden dit vooral daarom gaarne zien,
dewijl het verleenen van hulp aan de zieken en
gewonden, op zooveel mogelijk ruime schaal en
in den meest afdoenden vorm, ons nog altijd,van
alle voorgestelde of in uitvoering zijnde manieren
om ons gevoel van deelneming en stamverwant
schap aan den dag te leggen, do meest waar
dige, de meest beteekenende en de
minst aan bedenking onderhevige
toeschijnt.
Met volkomen instemming nemen wij dan ook
over hetgeen prof. P. Harting heden in het Utr.
Dagblad schrijft, naar aanleiding der berichten
omtrent de nederlaag, door de Boeren aan de
Engelsche voorhoede toegebracht:
„In het ontvangen bericht luidt het: „Ook de
Boeren leden zware verliezen". Weet gij, waarin
die verliezen bestaan? Bijna uitsluitend invaders
van huisgezinnen. De Transvaalsche Boer trouwt
vroeg. Na zijn een en twintigste jaar is hij
dienstplichtig. Ouderdom en lichaamsgebreken
geven wel vrijstelling, doch de keuring geschiedt
niet door een arts, maar door den veldkornet.
De Transvaalsche Boer laat zijne jongens, die
nog niet genoeg gehard zijn om de vermoeienissen
van een veldtocht te doorstaan, bij zijne vrouw
en overige kinderen te huis en gaat zelf voor
zijne vrijheid en onafhankelijkheid vechten.
„Men begrijpt nu, wat het „zware verlies der
Boeren" te beduiden heeft. Wednwen en weezen
bij menigten, vernietigde welvaart, zelfs hongers
nood door gebrek aan zaaikoorn in het vooruit
zicht, zooals Pretorius jammert in zijn den 3en
December aan den administrateur, kolonel Lanyon,
geschreven treffenden brief.
„Het is om die reden, medeburgers, dat zelfs
in het gunstigste geval, dat namelijk de Britsche
regeering eindelijk hare dwaling inziet en bevel
geeft tot staking der vijandelijkheden, wij Neder
landers gereed moeten staan om onzen Transvaal-
schen stamgenooten op een gegeven oogenblik
te hnlp te komen, niet door de wapenen, maar
door liefdewerken, om het doorgestane leed zoo
veel mogelijk te verzachten. Het is hiervoor,
dat in de eerste plaats geld noodig is, veel geld
zelfs. In zijne oproeping vraagt het hoofdcomité
u daarom. Geeft het met ruime handen, en weest
verzekerd, dat het goed besteed zal worden."
Ter installatie van den nienw benoemden ma-
joor-kommandant werd heden middag over de
dienstdoende schutterij alhier eene inspectie ge
houden, die, behalve door den afgetreden kom»
mandant, door de officieren van het garnizoen
werd bijgewoond.
den top der ruïne bereiken, van waar ikdentnin
en de vertokken waar de familie van den waard
en de ezeldrijvers sliepen, kon overzien. In bet
eerst scheen het onmogelijk verder voort te
gaan, zoo dicht waren de slingerplanten en zoo
steil was de hoogte waarop ik mij bevond en er
lag zó» veel puin dat het iemand, die van beneden
kwam, veel moeite zon gekost hebben om bet gat
in het dak te vinden, waardoor ik naar boven
was gekomen. Na veel zoeken en eeoige schram
men gelukte het mij een tak van een ouden kas
tanjeboom te grijpen en zoo in den tuin af te
dalen. Als ik ontdekt werd was het nog zoo
erg niet en dus ging ik naar de schuur op het
voorplein, waar de Romein en een deel der overige
drijvers zouden slapen. Daar waren de muilezels,
daar waren de goederen en daar was zelfs mijn
koffer, en ik zag ook een ronden indruk, die door
het zware lichaam van den Romein in een hoop
zakken gemaakt was; maar tot mijn verbazing
was hij er zelf niet, evenmin als de anderen.
Mogelijk waren zij allen in de keuken of in de
daarbij gelegen vertrekken geborgenmaar daar
van kon ik geen zekerheid krijgen, ofschoon ik
bij de nachtelijke stilte, zelfs door de gesloten
deur, duidelijk hoorde dat daar binnen een groot
aantal menschen sliepen.
Ik was in groote verzoeking. Maar het is toch
een hachelijk geval om betrapt te worden op het
stelen, zelfs van uw eigen koffer. Als ik ontdekt
Nadat de troep, die op den Dam was aange
treden, naar de Markt was gemarcheerd, werd
da?r voorlezing gedaan van het kon. beslnit,
waarbij aan de heeren Berdenis van Berlekom, Yan
Hoek en Snouck Hurgronje eervol ontslag uit hunne
betrekkingen bij de schutterij verleend en de heer
F. G. Sprenger tot majoor-kommandant benoemd
is. Daarna nam de burgemeester, die in officieel
kostuum tegenwoordig was, het woord, om, na
erop gewezen te hebben dat niet alleen op het
leger, maar ook op de schutterij de plicht rust
om den vaderlandschen grond te verdedigen en
na aan de dagen van '30 herinnerd te hebben,
ook de edele taak der schutterij, handhaving der
orde, in het licht te stellen. Hij bracht hulde en
dank aan den heer Van Berlekom, die gedurende
lange jaren het kommando over de schutterij
voerde, om vervolgens den nieuw benoemden
kommand&nt, wiens vader zoo vele jaren dezelfde
betrekking bekleedde, met zijne benoeming geluk
te wenschen en als zoodanig te installeeren.
De heer Sprenger dankte den burgemeester en
gaf de verzekering alles te zullen aanwenden wat
in zijn vermogen is om de schutterij te doen
worden wat ze moet en wat ze kan zijn. Hierbij
sprak hg de hoop uit, op de medewerking van
de officieren en manschappen te mogen rekenen.
Nadat de troep had gedefileerd was de plechtig
heid, die door de muziek der schutterij opgeluisterd
en door een talrijk publiek bggewoond werd, af-
geloopen.
Heden middag wordt door den burgemeester
aan de officieren der schntterg, te zgnen huize,
een diner aangeboden.
Naar wg vernemen, bestaat bij de regeering
het voornemen, binnenkort tgdsverloop de kleinere
gemeenten, waar het minder drukke verkeer de
kosten van een gewoon telegraafkantoor niet
dekken kan, in het genot van telegrafische gemeen
schap te stellen door de telefoon. (N. R. Ct.)
Het in eenige couranten opgenomen bericht dat
de heer J. P. Ragut, gepensioneerd ambtenaar
van den waterstaat, benoemd worden zal of
zelfs reeds benoemd is tot directeur der alhier
op te richten ambachtsschool, mag op zgn minst
voorbarig genoemd worden. Eerst over eenige
dagen zullen de statuten der vereeniging de Am
bachtsschool vastgesteld en zal dan ook een bestuur
benoemd worden.
Naar wg vernemen is de Onderofficiers vereeni
ging van het depot 3e regiment infanterie voorne
mens op den avond van 's konings verjaardag in
de groote zaal van het Schuttershof alhier een
groot militair assaut te doen plaats hebben, ge
volgd door eene tooneelvoorstelling, een en ander
ten voordeele van de watersnoodigdenden.
Oost-Souburg, 31 Januari. De collecte voor
den watersnood, welke heden persoonigk door de
leden van den gemeenteraad alhier is gehouden,
heeft de som van f 134 opgebracht.
Bath, 31 Januari. De sterke dooi der laatste
dagen heeft het gs op de rivier als 't ware weg
geveegd. Zaterdag was nog bijna geen blank water
te zien en Zondag avond passeerde hier een zee
boot, die heden door andere werd gevolgd. De
vaart kan als heropend worden beschouwd.
Zlerlkzee, 1 Febr. Door gedeputeerde staten
van Zeeland is aan de heeren De Meulmeester
Co., te Delfshaven, vergunning verleend tot het
gebrnik maken van den provincialen straatweg
van Zierikzee naar Zijpe, voor den aanleg van
een stoomtramweg van Brouwershaven naar Roo
sendaal.
Te St. Philipsland heeft de watersnood-collecte
f 128.10 opgebracht, te Kloetingen ruim f 125,
te Krabbendijke f 100.
Hoofdplaat, 31 Januari. De watersnoodcol
lecte heeft alhier opgebracht f 192.35.
werd was ik niet in staat mijne rechten
te doen gelden, want als hg werkeigk in een
ravijn was gevonden, was de Romein bepaald
tgdelgk bezitter; het eenige wat er in mgn daad
gezien zou worden, was dat ik een gedeelte der
pakgoederen wegnam en daarvoor zon de Lynch
wet der ezeldrgvers zeker zeer streng op mg
toegepast worden. Er was dus alle reden om te
aarzelen, maar van den anderen kant kon de
waan, waarin de Romein verkeerde, zeer noodlottig
zgn voor elke schikking die men met hem zon
willen maken en hoogst verderteigk voor den
inhoudterwgi het zeer veel tqd, moeite en geld
zou kosten om den koffer te Lncca of Livorno
in beslag te doen nemen en de Italiaansche
politie van de rechtvaardigheid van mijn eisch
te overtuigen. De slotBom was dat het beter
zon zijn om eraf te blgven, maar de mensch
doet niet altgd hetgeen hij voor het beste houdt
en opeens was ik toch bezig om hem weg te
dragen en in een gat in den mnur, in de nabgheid
van den kastanjeboom, te verbergen.
Nauwelijks was ik daarmede gereed em weer
in den boom geklommen, of twee mannen, de
Romein en de oom van Richetta, kruisten van
verschillende kanten het schgnsel van de maan
en bleven beneden mij in de schaduw staan.
„Dus zijn de vreemdelingen niet hier," zei
de laatste op zachten toon.„ Als ik Richetta maar
durfde laten spreken, maar neen, als mgn broeder
J
Ter Neuzen, 31 Jannari. Op de reede
alhier is thans hoegenaamd geen ijs te zien. Het
ijs in het kanaal is mede opgebroken, daar gis
teren eene Engelsche stoomboot van Langerbrngge,
bg Gent, hier aankwam, die open baan had ge
maakt. Daarbij komen nn de aftappingen van
het kanaal op gisteren en heden. Door een en ander
is het gs afgekomen, dat zich nn heeft opgehoopt
voor de bruggen en sluizen alhier. Die aftappin
gen, zoo onverwachts aangezegd, deden bij de
vele bier liggende schippers bezorgdheid ontstaan
voor schade aan hunne vaartuigen, daar die nog
vast in het ijs zaten. Niettegenstaande men zoo
veel mogelijk het ijs in der haast verwijderde,
hebben verschillende schepen schade ge'eden,
zoomede twee schoeners beduidende averg bekomen,
welker trossen sprongen, waardoor ze tegen de
brug aan de Westsluis werden opgedrongen.
Voorheen werd bij strenge winters en gsbe-
zetting op het kanaal rekening gehouden met de
gevolgen van eene geforceerde aftapping en dien
tengevolge opbreking van het gs, maar het schgnt
thans, dat men voor klachten hetoor sluit. Dat dezer
zijds door den beambte, wien het aangaat, aan de
met de zaak belaste autoriteit te Gent op de gevaar-
Hjke gevolgen zal gewezen zijn, vertrouwen wg ten
volle, maar dat er wellicht van de andere zgde
bedoelingen kannen bestaan, niet ten voordeele
van Ter Neuzen, zon ook waar kunnen wezen.
De St. Ct. bevat de wetten houdende vaststelling
merkt dat ik mg in de zaak gemoeid had zon hg
mij buiten, Milaggio, in het Zuccheser gebergte
laten doodhongeren. Zij moeten toch ergens ver
stopt zijn; maar dit is zoo 'n raar oud neBt en
als gg mg honderd dukaten gaaft zou ik niet
weten te zeggen waar. En bovendien hebt gg
nooit gehoord van den Bloedigen Geest van graaf
Julius, die hier rondwaart. Hij is over dat
balkon op de steenen in de rivier gesprongen.
Men zegt dat ais gij bem ziet, gij zeker een
geweldigen dood zult sterven. Ik zon hier ook
niet staan als het geen maneschijn was en er niet
zooveel van uwe makkers in mijn nabijheid
waren 1 Jezuswat is dat De Romein,
ook niet misdeeld van bijgeloovige vrees, was
getroffen door dit verhaal en schrikte even als
zgn medgezel door een beweging die ik in de
takken maakte; maar hg was een kloeke vent
en toen hg een poos geluisterd had, zonder ver
der iets te hooren, zei hij „Kijk eens, Nic-
colo I Ik ben niet bang voor geesten als warm
vleesch en bloed mg lokken. Er zal geen kwaad
van komen, dat zweer ik u, bg de moeder van
Christus; maar ik heb nooit zoo vurig naar iets
verlangd, als om maar éen oogeublik de roode
lippen van znlk een Engelsche dame te kussen.
Begrijp mij goed, het is een hartstocht van mij,
die nooit zoo sterk gebrand heeft als op dit
oogenblik. De anderen willen de Inglesi bang
maken en een boel geld afpersen, dat is allef