W. 25.
124® Jaargang.
188L
Maandag
31 Januari.
Het onderwijs-debat.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 5/m. franco f 5,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1-7 regels f 4.50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenlandde Compagnie générale de Publicité 0. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlyn Weenen, Zurich enz.
Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL,
Middelburg, 29 Januari.
DDELBIIRG
Er heeft in de eerste kamer ook een onder
wijs-debat plaats gehad. Geheel zakelijk,
en zich aansluitend aan de aanbevelin
gen van den heer De Sitter omtrent het in
acht nemen van zuinigheid bij het op- en in
richten van rijksgebouwen, zou het geen ver
melding vorderen in onze beschouwing der
slotsommen van het kamer-debat, indien door
de tegenstanders van het openbaar lager onder
wijs uit het gesprokene geen gevolgtrekkingen
gemaakt werden, over welke wij iets te zeggen
hebben.
In het verslag der afdeelingen was aanbe
volen, alle noodelooze opdrijving van uitgaven
te vermijden, ook teneinde de gemeenten, die
ondanks de 30 pet. uitkeering, toch reeds hare
onderwijs-uitgaven aanmerkelijkzullen zien
stijgen, niet meer dan noodig te bezwaren. De
xegeering had dit beaamd, als „een nuttige
wenk voor de gemeentebesturen."
De heer Pické kwam haar, in de openbare
beraadslaging, van deze opvatting terugbren
gen. De gemeentebesturen konden zelve wel
beoordeelen wat zij doen moestenmaar de
regeering moest hun het voorbeeld geven van
zuinigheid, en door hare ambtenaren van het
schooltoezicht niet tot onnoodige opdrijving
aanleiding doen geven. Hij haalde, als een
'voorbeeld van te kostbare inrichting, de kweek
en leerschool te Middelburg aan. Hij waar
schuwde tegen de teleurstelling, welke de
regeering zou ondervinden, indien zij zich
voorstelde dat zij door de subsidiën, welke zij
aan jongelieden voor opleiding aan kweek
scholen verstrekt, alle hulponderwijzersplaat
sen, op afgelegen dorpen, bezet zou krijgen.
Hij beval haar daartegen het middel aan, dat
in België aangewend wordt: bij het verleenen
van subsidie eene overeenkomst te vorderen,
waarbij de kweekeling zich verbindt gedurende
een zeker aantal jaren zich beschikbaar te
stellen voor hitlponderwij zersplaatsen aan open
bare scholen, waar zich geen aspiranten voor
aanmelden. Hij critiseerde verder eenige be
palingen van het koninklijk besluit betreffende
den bouw en de inrichting der scholen. De
voorgeschreven ruimte achtte hij te groot. Houten
"vloeren beschouwde hij, voor kinderen ten plat
ten lande, die het grootste gedeelte van hun
leven doorbrengen in woningen met steenen
"vloeren, als niet noodzakelijk. Sommige voor
schriften oordeelde hij te onbestemd en daardoor,
in de hand van schoolopzieners, die niet tot
zuinigheid gezind mochten zijn, aanleiding tot
«verdreven eischen.
De minister van binnenlandsche zaken ver
klaarde zich dankbaar voor de ontvangen
raadgevingen en beloofde ze, zooveel mogelijk,
te zullen opvolgen. De kweek- en leerschool
te Middelburg kost, ja, 138.000; maar zon
der de persoon.ijke bemoeiingen van den mi
nister zou ze f 179.500 gekost hebben. Ook
de bepalingen van het koninklijk besluit van
80 Aug. 1880, ofschoon voor critiek vatbaar,
zijn toch veel gematigder dan die, gesteld in
het bekende rapport der staatscommissie. Valt
er nti nog iets in deze voorschriften af te
keuren, dan is dit veelszins het gevolg van
verschil van gevoelen tusschen de paedagogen
én hygiënisten zelve. Zoo zijn o. a. de steenen
vloeren door niemand der geraadpleegde des
kundigen in bescherming genomen. De minis
ter zou echter niet nalaten, bij het beslissen
hooger beroep pv$r de uitspraken der school*
opzieners of inspecteurs, de beginselen van
gepaste zuinigheid te betrachten, welke in
't belang der schatkist en in dat der gemeen
ten, ook waar 't het onderwijs betreft, in acht
behooren genomen te wordeD.
Van die toezegging nam de heer Pické nog
maals akte. „Een woord, zeide hij, door
den minister in deze vergaderzaal gesproken,
is een woord gericht tot alle gemeentebesturen
en bovenal tot alle ambtenaren, die onder
hem toezicht over het onderwijs zullen uitoefe
nen. Dat woord, hier gesproken, zal overal
gehoord worden en zoo zullen die ambtenaren
weten, dat als zij zich schuldig maken aan
overdrijving, zij in den minister een tucht
meester zullen vinden."
Hiermede liep het debat over het lager
onderwijs af. Wat wordt daarin nu gezocht
door hen, die voortgaan de wet van '78, ook
na hare aanneming en invoering, te bestrij
den
Zij vinden er de bevestiging in van hetgeen
door hen altijd voorspeld is gewordendat
het openbaar onderwijs, onder de nieuwe wet,
veel meer geld zou kosten. Zij beweren dat
den voorstanders der wet, die op hun voor
spellingen, toen het nog tijd was, niet verko
zen te letten, thans de schrik om het hart
slaat, nu zij zien waar de wet toe leidt, en
dat „de oogen hun opengaan" voor hetgeen zij
begonnen hebben. (Zie het Zuiden van 27 dezer.)
Er is in deze voorstelling eenige waarheid
en veel onjuistheid. Waar is het, dat het
onderwijs meer geld gaat kosten; maar de
geheele bedoeling der wet van '78 is niet
anders geweest dan aan de openbare scholen,
aan welke door de karigheid van vele ge
meentebesturen het noodige onthouden werd,
door den staat mede te doen betalen in de
kosten en daardoor aan het staats-toezicht stem
te geven in de uitgaven, te doen verstrekken wat
haar toekomt. In dit opzicht kan er geen
sprake zijn van teleurstelling en de geheele
tegenstand, welke de herziening der wet van '57
jaren lang bij vele liberalen ondervonden heeft,
sproot nergens anders uit voort dan juist uit het
besef dat iedere herziening geld zou kosten.
Als 't op betalen aankomt, begint men met,
bij liberale zoowel als bij andere belasting
schuldigen, op onwil en bezwaren te stuiten.
Waar is het ook, dat nu de staat en zijne
ambtenaren voor 't schooltoezicht aan 't werk
gaan om de wet uit voeren, het blijkt dat in
dezen tak van den staatsdienst, even goed als
in alle anderen, gewaakt moet worden tegen
overdreven ijver of verkeerde inzichten. Dat
is de taak der Vertegenwoordiging en der
openbare meening, en de heer Pické heeft niets
anders gedaan dan hetgeen zijn ambtgenoot
De Sitter op ander gebied deed, toen hij bij
den minister erop aandrong dat deze, ook in
de staatszorg voor het openbaar onderwijs, op
de belangen der belastingschuldigen zou letten.
Ook deze uitkomsten waren echter te voor
zien en men moet al zeer geringen dunk van
de scherpzinnigheid zijner tegenstanders heb
ben, om te meenen dat hun voor eene zoo
eenvoudige zaak eerst zoo laat „de oogen open"
zouden gaan. „Staats-werk is duur werk" is
een spreekwoord, waarmede de liberalen langen
tijd, toen het beginsel van het laisser aller
nog in zijn volle kracht, in eene andere
richting, moest toegepast worden, tegen onnoo
dige staats-bemoeiing opgekomen zijn. Het
zou wel wonder zijn indien zij dat spreekwoord
plotseling vergeten waren, nu het eene uitbrei
ding der staatszorg betreft, tot welke velen
hunner slechts met aarzeling, met tegenzin
zelfs, zijn overgegaan, omdat gebleken was dat
de noodzakelijkheid ertoe dwong.
Daarop komt het aan en onze tegenstanders
behoeven zich geen illusie te maken dat, in
d i t opzicht, de oogen ons open zullen gaan
voor het licht dat zij vermeenen te zien. Even
als de ondervinding met de wet van '57 heeft
geleerd dat aan de gemeentebesturen niet
zonder hooger toezicht de zorg voor het open
baar onderwijs kon overgelaten blijven, zoo
had, lang voor dien tijd, de geschiedenis van
het onderwijs geleerd dat, wanneer dit van
particuliere bemoeiingen afhing, er in 't geheel
niets van terecht kwam. In dit opzicht brengt
schier iedere dag nog nieuwe lessen. Of weet
men niet wat te Hoogeveen geschiedt Daar
bestond vroeger eene bijzondere school der
zeer talrijke Christelijk-gereformeerde gemeente,
waar het onderwijs in streng kerkelijke richting
gegeven werd, Die school verliep, lang vóór
dat er van de wet van '78 sprake was, en de
kinderen trokken of naar de openbare, of naar
de Christelijk-nationale school. De beweging
van '78 deed zich echter ook te Hoogeveen
voelen en onder de ijverige bemoeiingen van
een nieuwen Chr. gereformeerden predikant
werd het plan opgevat om, naast de openbare
en de „school met den bijbel," nog weder
eene school te stichten, voor de Christelijk-
gereformeerde gemeente. Heftige strijd werd
daarover gevoerd, niet slechts tusschen de
confessioneelen en de Christelijk gerefor
meerden, maar in den boezem dezer laatsten
zelve. Of het plan tot uitvoering komen zal
is nog niet zeker, maar er wordt aan den
eenen kant even ijverig voor gecollecteerd, als
het aan de andere zijde heftig bestreden wordt.
Of het onderwijs daaronder lijdt, behoeft men
niet te vragen.
Wanneer men zulke staaltjes van oneenigheid
ziet in de zorg voor het onderwijs, tusschen
twee richtingen die beide op streng orthodox
standpunt staan, dan begrijpt ieder wat ervan
komen zou wanneer die zorg geheel aan de
bemoeiing van particulieren of van bijzon
dere lichamen werd overgelaten. Daarom, en
omdat gebleken is dat ook de gemeenten in
dat opzicht niet deden wat het volksbelang
vorderde, is de staat, de dure, maar onzijdige
staat, met het werk belast. Ons aller belang
brengt mede, toe te zien dat de „duurte"
niet grooter worde dan, in 't belang van 't
onderwijs, gevorderd wordt. Maar dat onze
oogen voor eenig ander licht geopend zullen
worden, daarop geeft ook het debat, in de
eerste kamer gevoerd, niet het minste uitzicht,
De spoorboot is heden morgen te 10 uren van
Zierikzee vertrokken, kwam te 12 u. 30 m. te
Yeere aan en is te 2 u. 30 m. naar Zierikzee
teruggekeerd.
Goes, 29 Jan. Door burg. en weth. is, na
de beurs-commissie gehoord te hebben, bepaald
dat de graanbeurs, met ingang van 8 Februari
a., weder van half een tot half drie uur gehouden
zal worden.
Veere, 29 Jan. De Nederlandsche vice-consul
te Margate heeft in een nader schrijven het treurig
bericht van het vergaan der vischsloep Vrouw
Clatina bevestigd. De geheele bemanning is omge
komen, met uitzondering van den matroos Meule-
meester, die waarschijnlijk morgen naar Arnemui-
den, sijne woonplaats, terug zal keeren.
Goes, 28 Januari. Het voorstel-Massee ten
aanzien der Werkliedenvereeniging is, schoon door
den voorsteller met warme overtuiging verdedigd,
door den raad verworpen.
Het debat kan in 't kort aldus geresumeerd
worden. Het beginsel, waarop de vereeniging
steunt, bleef onaangetasttrouwens de principieele
quaestie werd door den heer Massee eeuigszins
losgelaten. Hoofdzakelijk werd over de inwendige
regeling der vereeniging beraadslaagd. Dat ten
aanzien van dit laatste verbeteringen kunnen
worden aangebracht, valt niet te loochenen. De
hoofd-commissaris, het raadslid Den Boer, die de
verdediging van het „gilde" op zich nam, was
zelf van oordeel, dat eenige veranderingen wen*
schelijk zijn. Dat echter sommige gebreken geen
grond mogen opleveren om eene overigens nuttige
instelling af te schaffen, ligt voor de hand,4Ü^
dat zij den heer Massee, na den val van zijn
voorstel, aanleiding zullen geven om eene herziening
der verordening voor te stellen, ligt minder voor
de hand, maar wenschen wij in 't belang der
vereeniging.
Retrenchement, 28 Januari. Gisteren is
alhier tot lid van den gemeenteraad gekozen de
heer Pieter Brevet.
Groede, 28 Januari. De collecte voor den
algemeene commissie van den watersnood te Am
sterdam, heeft alhier opgebracht f 315.40; van
Christelijk- nationale zijde zijn buitendien ook nog
gelden gecollecteerd voor eene bijzondere com
missie ergens in Noord-Brabant; zoodat men het
totaal voor deze gemeente op ongeveer f 400 kan
stellen.
Bath, 28 Januari Bij afgaand water komt
er zooveel drijfijs van boven, dat de rivier er
bijna geheel mede is bedekt en zelfs ontzaglijke
schotsen op en over elkander kruien. Met den
vloed is meer blank water te zien.
Starenisee, 28 Jan. Het aantal deelnemers
'n de scboolspaarbank alhier bedroeg op l
Januari jl. 87, met een tegoed van f 744.01.
Gedurende het jaar 1880 werd terugbetaald
197.66, terwijl aan rente 27.031 werd bijge
schreven. De hoogste inleg is f 44.50 en de laagste
0.28.
De volksspaarbank telde op 1 Januari 25
deelnemers, met een kapitaal van ƒ819.814. Uit
gehaald werd in 1880 ƒ114,904 en aan rente
ƒ10.74. De hoogste inlegger had 450, de minste
ƒ2 te goed.
Door ingelanden van den Maagspolder is op
verzoek eervol ontslag verleend aan J. Blok, als
gezworen en aan A. Weijns als afgevaardigde
voor het waterschap de Valkenissegeul, en tot
beide betrekkingen benoemd M. Hooiaard te
Krabbendijke. (ff. Ct).
De opbrengst der watersnood-collecten is ge
weest: te Heinken8zand f 135X24, te 's Heer
Arendskerke 101.10 en te Wolfaartsdijk ƒ324.864.
Wegens vergevorderden leeftijd heeft de secre
taris der Mij tot Nut van 't Algemeenmr. P. M.
G. van Hees, eervol ontslag uit die betrekking
verzocht. Het hoofdbestuur heeft bij circulaire
aan de departementen voorgesteld, dit ontslag te
verleenen onder toekenning van pensioen, en in
de vacature te voorzien door eene keuze uit het
volgend drietal: mr. A. Kerdijk, directeur der
rijks-postspaarbank te Amsterdam, W. J. van
Gorkom, schoolopziener te Leiden en P. Bruijn,
sinds 1877 onafgebroken werkzaam aan het alge
meen secretariaat.
Het hoofdbestuur heeft de departementen uit*
genoodigd hunne besluiten uiterlijk op 1 Maarts,
te willen mededeelen.
Zwolle, 28 Jan. De jaar lij ksche algemeene
vergadering der schippers-vereeniging Sehuttevaer
zal Woensdag den 2 Februari alhier gehouden
worden. De stichter, die dezer dagen in goede
gezondheid zijn 83n verjaardag vierde, zal de
vergadering als eere-voorzitter bijwonen. In
plaats van het overleden bestuurslid de heer J.
de Graaff is verkozen de heer D. J. H. van
Tussenbroek.
De St.-Ct. bevat de statuten van de vereeniging
Nederlandsche vereeniging van gemeente-ambtenaren,
gevestigd te Utrecht, ten doel hebbende het be
vorderen van de belangen der gemeente-ambtena
ren, waartoe in de eerste plaats behoort de
oprichting te hunnen behoeve van een pensioen-,
weduwen- en weezenfonds.
Tot leden der vereeniging worden zonder ballo
tage alle gemeente-ambtenaren in den uitgebreidsten
zin des woorls toegelaten.
Bij kón. besluit is ontbonden de staatscommis
sie, ingesteld bij besluit Van 30 Januari 1878$
no 3, met dankbetuiging aan de beerenjbr. par.