Gemengde Berichten. Benoemingen en besluiten. Onderwys. Marine en leger. Landbouw. Rechtszaken. machtigd, om in de nieuwsbladen openlijk bekend te maken de volgende woorden, voorkomende in een brief van dankbetuiging, door Z. Exc. ge schreven naar aanleiding van de toezending van een exemplaar van het adres van prof. Harting I trust you and your fellow-countrymen will not ceate to appeal to the better nature of Englishmen on behalf of your kinsmen in South-Africa" (Ik vertrouw, dat gij en uw landgenooten niet zult ophouden om een beroep te blijven doen op de betere natuur van het Engelsche volk, ten gunste van uw stamgenooten in Zuid-Afrika.) „Zij, die meenen mochten, dat men na de ver zending van het adres de zaak het best zou be vorderen door in Nederland stil te zitten, worden door den Eritschen vice-minister zeiven terecht gewezen. Laat ons daarom de verwachting van dien bewindsman niet teleurstellen, maar voort gaan, door verspreiding van geschriften als an derszins, de Britsche natie op gepaste wijze voor te lichten. „Ik kan hierbij nog voegen, dat het Londensche comité voor de Transvaal, onder tijdelijk voor zitterschap van capt. E. H. Yerney, zich reeds met het Nederlandsche in betrekking heeft gesteld en niets liever wenscht dan in onderling overleg te handelen." Als alle kenteekenen niet bedriegen, zal de zomer van dit jaar in ons land een krachtig bad plaatsleven te aanschouwen geven. Overal maakt men nieuwe gelegenheden tot ontvangst van be zoekers of breidt men de bestaande uit. Yoor Wijk aan Zee zijn groote plannen in bewerking Zandvoort schijnt Scheveningen naar de kroon te willen steken; Katwijk blijft niet achter en bouwt een nieuwe groote restauratie; Domburg wacht op den tramaanleg om een hooge vlucht te ne men, en Scheveningen zal stellig niet willens zijn zich te laten overvleugelen. Nv. d. D.) De St. Ct. bevat de wet tot verhooging van het achtste hoofdstuk der staatsbegrooting voor het dienstjaar 1880. Uen leest in het Handelsblad: Te Nieuw-Amaterdam en te Dedemsvaart zijn op vergaderingen van verveners de arbeidsloonen voor 1881 vastgesteld. De verlaging, die door de achteruitgang der turfprijzen noodzakelijk is geworden, bedraagt van 15 tot 20 pet. De prijsvermindering der turf bedraagt wel 30 pet. Fabrieksturf wordt beter op prijs gehouden, maar is toch ook omstreeks 20 pet. gedaald. Deze laatste soort wordt bijna uitsluitend door steenbakkers gebruikt en neemt omstreeks 4/5 van de geheele voortbrengst in. Het is dus niet te verwonderen, dat het een pijnlijken indruk maakte, toen bij de beschrijving van het Panorama-gebouw te Amsterdam gemeld werd dat daarbij uitsluitend Duitsche steenen gebruikt zijn. Men zegt, dat die roode, harde en kantige Buhrortsohe steenen voortreffelijk zijn en 10 pet. aan arbeidsloon en metselspecie besparen. Anderen daarentegen zeggen„de goede Duit sche steen is veel duurder dan de Nederlandsohe en dit verschil bedraagt geen 10, maar wel 50 pet." Hoe dit «y, de zaak is te belangrijk om te berusten in den blaam op de Nederlandsche steen geworpen. Duizende nijvere handen aan onze rivieren verdienen door de steenbakkerij een eerlijk stuk brood. Duizende arbeidersgezinnen in de venen vinden hun bes.taan in het graven en drogen der tabrieksturf, en nog eens hebben duizende bin nenschippers hun welvaren aan het vervoeren van steen en turf te danken. voudig dak, dat ik, als ik wijzer ware geweest nooit had moeten verlaten. Ga dus met God, heer Kaimon, en als u iets eraan gelegen is; weet dan dat ik zonder vijandschap aan n denk en den hemel in mijn gebed smeek, dat u nog een gelukkig lot beschoren moge zijn." „Ik vermoedde, dat gij aldus zoudt spreken,' antwoordde hij op doffen toon „Ik heb het niet aan u verdiend dat gij een einde maakt aan mijn boete en den last uwer grootmoedigheid, die mij bijna verplettert, van mijn ziel wegneemt; maar wanneer gij voor u zelve de herinnering aan hetgeen wij eenmaal voor elkaar geweest zijn, verbant, zijt gij jegens uw kind verplicht voor haar te behouden wat haar toekomt. Vergun mij dat ik Constance naar den burcht harer vaderen geleide en haar als burchtvrouw van Miraval voor het geheele land bevestige." Gandairenca wisselde een blik met haar broeder en zei na eenig stilzwijgen„Daarin hebt gij gelijk, heer Raimon, en ik dank u dat gij bedacht zamer en billijker handelt dan ik zou gedaan hebben. Het kind moet zich gereed maken en zoo gij wilt kunt gij haar terstond meenemen." Zij stond op, zocht eenige kleêren en benoo- digdheden bij elkaar, waarvan zij een pakje maakte en gelastte het meisje, dat met groote oogon geheel verbaasd nu eens haar vader, dan weer haar moeder aankeek, haar viool vooral niet te vergeten. Toen zij haar op het paard geholpen en het pakje achter aan het zadel vastgebonden had; waarbij een steeds aangroeiende volksmenigte Moet deze Nederlandsche tak van nijverheid nu door een Duitsch fabrikaat verdrongen worden Het zoude daarom hoogst wenschelijk zijn, dat een onpartijdig onderzoek in deze zaak plaats vond. De Nederlandsche steenbakkers moeten weten of hun fabrikaat bij het Duitsche achterstaat of dat zij, zooals gezegd wordt, alleen met het vooroordeel van een enkel architect te doen hebben. In het eerste geval moeten zij alles in het werk stellen om het Duitsche fabrikaat te evenaren. kadaster. Bevorderd tot landmeter le kl. W. F. Morel, te ZutphenD. J. H. Warmelink, te Heerenveen thans landmeters, 2e kl. Tot landme ter 2e kl. K. P. J. Oerder, te GroningenA. A. G. J. Soutendijk, te 's HertogenboschP. van Dijk, te Amsterdam; J. C. vaH der Year, te 's GravenhageJ. F. H. Israel, te Brielle J. A Bongenaar, te Zierikzeethans landmeters 3e kl Na afgelegd examen, benoemd tot landmeter 3e kl. van het kadasterA. F. van Beurden, J. W. A. Zeiler, D. D. van den Bout, en H. A. van der Zanden, te. AssenJ. L. de Lange, te Noordwólde P. W. G. Komijn, te DeventerJ. G. A. Boon, te LeidenJ. W. den Hartogh, te Groningen F. A. Bonté, te GorinchemA. W. van Ameyden, te Groningen; A. J. Welling, te Amersfoort; J. Holtbuizen, te Noordwolde; E. R. de Vries, te Haarlem; J. Kietsema, te 's Gravenhage; A. van der Werf, te Leeuwarden; C. Wondergem, te Groningen; J. Groeneveld, te Assen, en L. J. Krook, te Amsterdam; thans aspirant-landmeters. staats commissien. Eervol ontslag verleend aan de heeren jhr. mr. W. G. Hovy, voorzitter, mr. J. C. Reepmaker, lid., mr. O. F. T. van Man nen, lid, mr. J. G. Kist, lid en mr. F. S. K. Ji graat van Randwijck, secretaris, der bg de wet van 9 Maart 1852 ingestelde en by de wet van 12 Nov. 1879 ontbonden Algemeene commissie van liquidatie der zaken betreffende de voormalige wees- en momboirkamers, en aan die heeren Zr. Ms. bijzondere dank betuigd voor de uitstekende wijze waarop zy zich als voorzitter, leden en secretaris dier commissi van hunne moeielgke en omvangrgke taak hebben gekweten. pensioenen. Pensioen verleend aan J. J. Cla rion, ontvanger der directe belastingen en accijn- sen, ten bedrage van f 918 's jaars. Tot leerares in de geschiedenis aan de H. B.S. voor meisjes te 's Gravenhage zijn voorgedragen de dames A. S. C. ten Hoet te Arnhem, R.G. G. van Holthe te Dordrecht en A. M. Kapteijn te Middelburg. Oestkapelle, 13 Jan. De gemeenteraad heeft het traktement van den hoofdonderwijzer alhier verhoogd tot f 950. Sint Maartensdijk, 12 Jan. Yoor de vacante betrekking vau hulponderwijzeres alhier (jaarweddo f 600) heeft zich geen enkele sollici tante aangemeld. Uit de herhaalde oproepingen blijkt dat verscheidene gemeenten in dat bezwaar deelen. Als men in aanmerking neemt, dut een jaar geleden, betrekkingen van 400 a f 500 bijna onmiddellijk vervuld werden, dan kan men gerust zeggen, dat de wet van '78 aanvankelgk uitstekend werkt op de beurs van dames-onder wijzeressen. Door den minister van koloniën wordt in de St.Ct. medegedeeld dat bij het bataljon mineurs en sappeurs de gelegenheid bestaat voor tien jon gelingen van zestien tot achttien jaar om te worden opgeleid tot korporaal en sergeant by de Indische genietroepen. haar omringde, fluisterde zij haar nog iets in het oor, terwijl zy zich in den stijgbeugel oprichtte om bav-r een afscheidskus te geven. Daarop nam de vader den teugel weer in de hand en leidde het dier, dat zfln lichten last gewillig droeg, stap voets door de toeschouwers heen, die hem meer medelijdende dan toornige blikken achterna zonden. Buiten was het lente en alle vogels zongen maar vader en dochter spraken geen woord. Het meisje had haar viool op haar schoot en zag blozend voor zich, want in haar hartje schaamde zij zich dat zij te paard zat, terwijl haar vader er barrevoets naast liep. Zij zou hem gaarne gevraagd hebben of hij bg haar op het zadel wilde komen zitten; maar moeder had haar gelast hem te laten begaan, wat hg ook deed. Toen zij een halt uur zoo voortgegaan waren kreeg het goede kind tranen in de oogen, als zg het beklagenswaardige lot van haar vader over woog en al de wrok, die zij ooit tegen hem in haar hartje gedragen had, smolt weg in die zachte stroomeD. Niet wetende hoe zij haar verdriet voor hem zou verbergen en daar zy hem toch gaarne wilde doen begrijpen dat zij niet als een gevoellooze pop daar in de hoogte troonde, terwijl hy met zyne bloote voeten de scherpe steenen fan den weg betrad, nam zy eensklaps haar instrument ter hand en speelde zulk een treurige, zachte melodie dat het den vader te moede was alsof de ziel van zyn kind zich in tonen uitte en hy haar een dankbaren blik toewierp. Zy glimlachte door hare tranen en van dat De voorwaarden zijn in de St. Ct. van heden opgenomen Het eskader, bestaande uit de stoomschepen Van GalenLeeuwarden en Marnix, dat op 't oogenblik nog in den Atlantischen Oceaan kruist, zal den 15n Febr. a. te Lissabon het stoomschip Suriname ontmoeten en gezamenlyk eene reis in de Middellaudsche zee gaan doen. Tot blijdschap van de landbouwers in den Tielerwaard, die geen voordeeligen oogst hadden, zijn de agenten van suikerfabrieken begonnen met het sluiten van contracten. Tegenover het ontvangen van voorschotten verbindt men zich suikerpeen te zullen leveren. De prgs van de in het a. najaar te leveren vrucht is vastgesteld op f 10 per 1000 kilo. De 26e tentoonstelling der Vereen, t. b. v. d. Tuinbouw in Zeeland zal, blykens het programma, op den 30en Juni en 1 Juli d. j. in bet Schut tershof alhier gehouden worden. De inzendingen moeten Maandag of Dinsdag van de week der tentoonstelling geschieden. Het programma om vat 33 inzendingen van planten en bloemen en éen van tuinmeubelen en sieraden. Uitgeloofd worden a voor liefhebbers of hun tuiniers9 zilveren en 9 bronzen medailles; b voor handel drijvende kweekers en bloemisten9 zilveren en 9 bronzen medaillesc voor alle inzenders zonder onderscheid3 zilveren vergulde, 16 zilveren en 13 bronzen medailles. Vóór eenige jaren overleden te Hulst de twee gezusters De N. Zij hadden op denzelfden dag een testament gemaakt, waarbij de eene tot universeele erfgename instelde de kerk van den Heiligen Martinus, en de andere znster de kerk van den Heiligen Cornelius, beide met algeheele uitsluiting der bloedverwanten. Yoor het geval de kerk niet kon of niet wilde erven, werd tot algebeelen erfgenaam gesteld de tydeiyke pas toor bij ieder dezer kerken. Na het overiyden van een der zusters werd aan de kerk van den H. Martinus de vergunning om te aanvaarden geweigerd, waarop de tijdelijke pastoor, de heer S, van den executeur de erfenis ontving. Eenige der bloedverwanten hadden hiertegen bezwaar en dagvaardden den executeur tot rekening en verantwoordiging en den pastoor tot afgifte der nalatenschap na nietigverklaring der erfstelling. De gedaagden beweerden voor de Middelbnrgsche rechtbank, dat de eischers niet ontvankelyk waren in de ingestelde vordering, op grond dat deze niet door al de bloedverwanten was ingesteld. De exceptie werd door de recht bank verworpen, doch overigens den eischers hun vordering ontzegd. Tegen dit vonnis kwamen zij in hooger beroep by het Gerechtshof te 's Gravenhage en namens hun werd betoogd dat de erfstelling van den tydelijken pastoor nietig was, op grond dat deze zou zijn een der tusschenbeide komende personen bedoeld bij art. 958 B. W. De advocaat mr. W A. Yan Hoek uit Middelburg trachtte dit breed voerig aan te toonen, vooral op grond der bepalingen van het kanonieke recht. Yolgens dit recht konden geordende geestelijken slechts dan iets voor zich zelf verkrggen, wanneer het hun niet in hun qualiteit was vermaakt. Dit was echter hier wel geschied en zelfs in de sterkst mogelijke mate, omdat de erflaatster, die n. b. lezen noch sehryven kon, niet vooruit kon weten wie bij haar overlijden pastoor der kerk zou zijn. Ook op grond van verschillende andere omstan digheden trachtte pleiter aan te toonen, dat de oogenblik zagen zij elkaar onafgebroken aan en verstonden zonder woorden wat de een den ander wilde zeggen. Zoo waren zg eindelyk aan den voet van den berg gekomen, van waar de burcht met zyne verwoeste torens en gapende vensteropeningen droevig omlaag zag. Het meisje had, door dien aanblik somber gestemd, haar viool neergelegd en deed slechts af en toe met hare slanke vingers een greep in de snaren. Doch toen zg de hoogte bereikten nam zg eensklaps het instrument weer onder de kin en streek nu zoo vlug met den strijkstok en speelde zóo opgewekt de vroolijkste danswys die zg kende, dat heer Raimon, die het hoofd weer op de borst had laten zinken, ver wonderd opzag, want hg herkende de melodie die hem dien eersten avond geboeid had. En toen hij juist wilde vragen wat zijn lief kind eensklaps zoo blijde maakte, zag hij er met eigen oogen de reden van en hield diep ontroerd het paard aan. Uit de donkere poort trad Gaudairenca hen te gemoet. Zij hield een groenen krans van lauwer en granaattakken in de hand, waarmede zij de naderenden zachtkens wenkte om geheel boven te komen. Toen het paard, moediger dan zgn heer, zich weder in beweging zette en eindeiyk voor de ophaalbrug bleef staan, werd ook de gestalte van den broeder in het oude gebouw zichtbaar, die met den hoed wuifde om de binnentrekkenden te begroeten. De schoone vrouw, die au geen bleeke wangen erflaatster met de erfstelling van den pastoor alleen had ten doel gehad, dat haar vermogen aan de kerk zou komen. Door den advocaat mr. B. M. Ylielander Hein werd in de eerste plaats betoogd, dat de appel lanten ten onrechte door de rechtbank in hun vordering ontvankelijk waren verklaard, omdat zij niet de eenige erfgenamen waren; wat echter de hoofdzaak betrof, betwistte pleiter de stelling dat de pastoor in deze een der personen zou zyn, bij art. 958 bedoeld. Ook volgens het kanonieke recht was de pastoor volstrekt niet verplicht, het geld aan zyn kerk te geven, en derhalve was zyn erfstelling volkomen geldig. De uitspraak in deze vermelden wij nader. Vad Heden middag is de 67jarige I. E., die aan boord van het 3/m schip 's Gravenhage alhier werkzaam was, door een stortluik tusschendeks gevallen, tengevolge waarvan hg eene kneuzing aan het dg been bekwam. De heer Janssen ver leende de eerste geneeskundige hulp. Goes, 11 Jan. Door de Brandwaarborg maatschappij te Zierikzee is eene gratificatie van f 75 en eene van 25 toegekend aan de beman ningender brandweer te Goes en te Wilhelminadorp, wegens hare gverige medewerking tot het beteu gelen van den brand op den 27™ Deo. jl., bij Joh. Stoutjesdijk, wonende op den weg naar Wilhel minadorp, gemeente Goes. Te Hellevoetsluis is eene oommissie gevormd tot het bevorderen van een vierden tocht met de Willem Barentsbestaande uit de zeeofficieren G. C. C. Thierens en A. de Bruyne, met de heeren H. K. Vlielander en P. Gallas. Maandag avond omstreeks 5 uren, (laag water) was het schip Mains XVI door zware kettingen bevestigd aan dezes lichters, diepaars- gewyze door dennen aan elkander waren gekop peld. Met den invallenden vloed wachtte men nu de dingen af, die komen zouden. Omtrent 7 uren bleek het dat de Mains vlotte. Nu ging het werk geregeld voort, zoodat het schip reeds des avonds te 10 uren aan de westzyde der haven te Hans- weert gebracht was. Donderdag morgen werd de Mains opnieuw vast gepakt en lag met hoog water aan de oostzijde op de slikken, waarmede de lichting was afge- loopen. (G. Ct.) Z. K. H. prins Frederik komt in de laatste dagen dagelgks te Amsterdam om de hulp te erlangen van dr. Mezger in het Amstel-hotel, ter genezing van een geringe ontwriohting van den daim. Het ramschip Stier zal bemand worden met bestemming voor IJmaiden, om aldaar gedurende den winter gestationeerd te blijven tot het be vaarbaar houden van het Noordzeekanaal. De dienst op de spoorwegiyn Winterswyk— Bismarck, door het instorten van een gedeelte van een der pijlers van de Lippebrug, bij Dorsten, gedurende 24 uur gestremd, is Dinsdag weder hervat, nadat het bleek, dat slechts èen der drie op die brug liggende sporen onbruikbaar was. Hoogwater sobynt aan de stroomzyde ontgron ding en daardoor instorting van een hal ven pyier te hebben veroorzaakt. Men verwacht een groote deelneming van Engelsche en Sehotsche schaatsenrijders aan den door den hertog van Devonshire georganiseerden internationalen wedloop op schaatsen tusschen Rotterdam en Utrecht. Als de vlugste looper, die Engeland in 'tveld zal zenden, noemt men Fish-Smart uit Welney, die in staat is op een effen baan een Engelsche mijl in minder dan drie minuten af te leggen. Zgn broeder Jermin wordt meer had, maar als een bruid straalde van blgd- schap en geluk, riep haar man toe „Gij zgt lang onderweg geweest, heer Raimon. Wy hebben ons intusschen langs een omweg gespoed om het u af te winnenwant waarlgk het was dwaas dat ik u toestond dat het kind hier alleen als slotvrouw zou heerschen Waar de dochter is, moet ook de moeder zijn, vooral daar er een ervaren huisvrouw noodig zal zgn om de schade aan dit oude slot weer te herstellen en het nest weer bewoonbaar te maken voor den nachtegaal. Gy behoeft dus ook niet te vreezen dat ik tyd zal hebben om te zingen en dat er voortaan meer dan éen Troubadour hier in huis zal zijn. Kom nu en rust uit en laat ik u de voeten wasschen, die niet aan den steenachtigen weg gewoon zijn geweest." „Gaudairenca," riep hij snikkend uit „is het mogelijk is het uitgewischt „O Raimon!" fluisterde zy, hem om den hals vallende. „Ik weet niet of uw boete lang genoeg is geweestmaar de mijne heeft mij byna het leven gekost, en ik had toch niets misdaan 1 Nu zult gij mij, al zijn uwe haren vergrijsd, weer lust en lachen aanbrengen!" EINDE.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 2