Gemengde Berichten. Breskens, 10 Jan. Op uitnoodiging van den burgemeester heeft zich alhier eene commissie gevormd, bestaande uit vijf jonge dames, tot het inzamelen van giften voor de hulpbehoevenden tengevolge van den watersnood. Ook de geneeskundige raad van Friesland en Groningen heeft in zijne wintervergadering zijn instemming betuigd met de motie, door den raad van Utrecht en Gelderland aangenomen op voor stel van prof. Van Overbeek de Meijer en dus de Benoemingen en besluiten. Onderwijs. Ker kn ie uws. Knnstiieuws. ding hoogst moeilijk te eonstateeren. Hij die consciëntieus is, wordt dns alleen gebonden. Moge de beslissing, die op, of naar aanleiding van het adres genomen wordt, blijken in het wel begrepen belang der gemeente te zijn en de ver bodsbepaling, door ons bestreden, den langsten tijd bestaan hebben. Amsterdam, 10 Jan. Het kiescollege der Ned. Herv. gem. heeft heden avond in eene der vier bestaande vacatures een drietal opgemaakt, bestaande uit de predikanten: Geselschap te Rot terdam, Van Loon te Meppel en De Jager te Anjum. In den afgeloopen nacht is in een hotel van den 4en rang in de Warmoesstraat alhier een moord gepleegd. Toen nl. een logé te half een naar bed wilde gaan, was de deur van zijn kamer gesloten, en nadat die met geweld geopend was, vond men het lijk van de 40jarige dochter van den hotel houder op den grond liggen. De eenige bediende van 't hotel gaf zich heden morgen zelf bij de politie als de moordenaar aan. De aanleiding tot den moord is nog niet volledig bekend. Volgens bij de Goesche Ct. ingekomen be richten moet er op de Boven-Sehelde en op de Brusselsche vaart veel ijs wezen. Het drijfijs was sedert Zaterdag zeer toegenomen en wordt hin derlijk. In de avondzitting der eerste kamer van gis teren avond was, behalve o. a. een nota omtrent den toestand der schatkist, ingekomen een nota van den min. van koloniën, omtrent de invoering van plaatselijke besturen in Indië. Het ontwerp-strafwetboek werd naar de sec tiën verzonden. De heer Van Rijckevorsel verzocht, wegens den hartverscheurenden toestand vanNoord-Brabant, den min. van waterstaat te mogen interpelleeren over hetgeen gedaan kan worden om in dien erbarmelijken toestand te gemoet to komen. De oorzaak is nu duidelijk, de nood tot een toppunt men mag dus eindelijk vragen wat geschieden zal. Daarom wilde spreker vragen: zal de re geering nu eindelijk met een plan komen en, zoo ja, wanneer en is het niet mogelijk de zandverstuivingen op Vlijmen te brengen? Deze interpellatie zal op een nader te bepalen dag plaats hebben. De regeering heeft een ontwerp van wet inge diend om voor rekening van den staat aan te leggen een kanaal van het Noordzeekanaal by de Stadsrietlanden te Amsterdam met een ombuiging ten westen langs Utrecht, langs Vreeswijk en Vianen, tot in de Merwede bij Gorinchem. De kosten daarvan worden geraamd op 12 millioen; terwgl die van een kanaal door de Geldersche vallei 18 millioen zonden bedragen. De duur van het werk wordt geschat op 4 jaren; die van het kanaal door de Geldersche vallei op minstens 9 jaren. Als algemeen profil is aangenomen een bodem- breedte van 20 en eene diepte van 8.10 M. Wat de sluis- en bruggelden betreft, zoo zal een vaartuig, dat thans f 54 moet betalen, in het voorgestelde kanaal slechts ƒ2.50 hebben te voldoen. harten ook van deze sombere bloedrechters begon te verteederen, werd den graaf bericht dat er beneden op het plein een zangster was aangeko men, die de gunst verzocht om de heeren een lied te mogen voorzingen. Zy was door kommer en gebrek vermagerd, maar nog een schoone vrouw, voegde de knecht, die zyn heer kende, er zacht bq en zy had een half volwassen meisje bij zich, zoo schoon als een engel. Montfort wenkte, zonder de toestemming zijner gasten te vragen, dat men die rondtrekkende vrouw zou bovenbrengen en weldra verscheen Gaudairenca op het balkon, in rouwgewaad, met een doorzichtig floers voor het gelaat, en haar dochter Constance aan de hand, die haar viool bedeesd onder den arm hield en de oogen niet durfde opslaan voor die gevreesde krijgshelden Het kind was slank en teer opgegroeid en had in gelaat en gebaren iets engelachtigs. De moe der was niet meer die liefelijke verschijning- die zelfs nog na haar verdrijving aller oogen te Carcassonne trok; maar het bleeke gelaat oefende toen zij den sluier terugsloeg, door de weemoedige uitdrukking een des te dieper invloed uit op allen die aan tafel zaten, en uit hare zwarte oogen schoten onwederstaanbare vlammen toen zij de lippen opende en bij het zachte vioolspel van het kind, dat met bevende hand den strgkstok voerde> de volgende verzen zong Om Godswil hoor mij, graaf Montfort, wenschelijkheid uitgesproken van geneeskundig toe- zicht op de prostituées, mits dit goed ingerioht zy. Het water blijft te 's Hertogenbosch geregel d vallen, verschillende toegangswegen zijn weder drooggeloopen. De Beersche overlaten, alsook de overlaat Rossum St. Andries hebben opgehouden te werken. De buitengewone rivieroorrespondentie langs de Maas van Cuijk tot Woudrichem is opgeheven; alleen het station Heusden blijft voorloopig nog bezet. Te Woudrichem is het water binnendijks nu ook vallende; de brug buiten de Koepoort is weer droog. De watersnoodcommissie doet on vermoeid haar plicht; levensmiddelen, voer voor vee, kleederen, dekens, alles wordt uitgereikt, anders was de ellende niet te overzien. Binnen in het land moet de toestand verschrikkelijk zgn; met den jongsten storm zijn verscheidene wonin gen ingestort, zoodat er weer meer vluchtelingen te herbergen vallen. Alleen in het district Heusden moeten ongeveer 4900 noodlijdenden dagelijks verzorgd en 1347 stuks vee gevoederd worden. Het Bellamy-feest, den lOen Juli des vorigen jaars te Vlissingen gevierd, toen ter nagedach tenis des dichters een gedenksteen onthuld en eene tentoonstelling, op zgn leven betrekkelgk, gehouden werd, heeft den heer Joh. Dyserinck, voorzitter der commissie voor die plechtigheid, aanleiding gegeven tot het schrijven van een gedenkschrift. Het is, in flinken en aantrekkelijken vorm, uitgegeven bij de firma J. C. en W. Al- torffer en opgedragen aan mr. A. M. Becius, den eenig overgeblevene der vier Zeeuwsche studenten (Becius, D. M. de Superville, J. C. Schorer, en J. W. van Sonsbeeck), die in 1825 in de Nicolai kerk te Utrecht een gedenksteen voor Bellamy deden plaatsen. Wij vinden in 't geschrift van den heer Dyse rinck een verslag van de onthulling op den lOen Juli, met de daar en bij de opening der tentoon stelling gehouden toespraken. Onder deze laatste heeft de Heugenis aan Bellamy, een gedicht, door den heer J. C. Altorffer bg deze gelegenheid voorgedragen,eene meer dan voorbggaande waarde. Voorts wordt eene besohrijving gegeven van al wat op de tentoonstelling te vinden was, met een aantal belangrgke aanteekeningen en opmerkingen. Een en ander is voor de kennis van des dichters leven en werken van groote waarde en is oorzaak, gelgk de schrijver in zgne Inleiding zegt te hopen, dat zijn werk voor een toekomstigen levensbe schrijver van Bellamy en verzamelaar zijner ge dichten, eene onmisbare bron zal zijn, voor veel dat nog van elders niet bekend was. Die verzameling en beschrijving, welke de kroon zal zetten op den arbeid, door Ockerse, Loosjes, Emm. Rosseels en Van Vloten reeds ver richt, zal, naar wij uit het geschrift van den heer Dyserinck ontwaren, niet zeer lang meer op zich doen wachten. Immers de firma Altorffer, die in 1884 haar eeuwfeest hoopt te vieren, is voornemens dat op te luisteren door eene nieuwe uitgave van Bellamy's geschriften, met eene le vensschets van den dichter. Tot deze feestgave aanleiding te hebben gegeven, is zeker niet het minst heugelijke gevolg van den te Vlissingen ge- vierden Bellamy-dag. In de St. t. is opgenomen een kon. besluit tot vaststelling van bepalingen van politie op de Nieuwe Merwede, de Oude Maas, het Mallegat, de Dortsche Kil, het Krabbe, het Spui, het Hol- landsch Diep, den Amer, de Maas, den Gelderschen IJsel, het Zwartewater en het Zwolsche Diep. De begrafenis van jhr. Heldewier, minister resident der Nederlanden, heeft Vrijdag middag te Madrid met veel plechtigheid plaats gehad. De lijkkoets werd gevolgd door de hofkoetsen, al de En luister naar mijn bede en klacht, Hij die hoog hoven de aarde troont, Ver hoven aardsche praal en macht, Verstoot ook den geringste niet; Want wie voor hem, is groot en klein? Bedenk dat gij ook, machtig heer, Voor hem gering en klein zult zijn. God heeft u zooveel macht verleend Dat zege u volgde op al uw paan, Beziers, Tonlouse vielen u Te voet, 't is met hun trots gedaan. Doch nu die glorie is behaald, Nu buig 'k mij diep voor u ter neêr, En smeek u«machtige adelaar, 'rervolg den nachtegaal niet meer Voort i00g jjjj mej. een (jïchterzwerm Hij die ,qo rug^g ZOng en sloeg In t heerlijk toen hem de storm Deed zwijgen en na. buiten joeg_ Doch was zijn straf me, ,vaar g Daar hij zijn vrijheid en zij. Moest derven? Heer, och laai vrij, Hij zal n roemen levenslang. Simon van Montfort, in 't belang Ook van u zelf, hoor naar mijn taal, 't Betaamt den trotschen adelaar niet Dat hij vervolgt den uaehtegaal. Juist door genade toont hij, dat Hem toekomt macht en heerschappij, En hij, die eerst hem heeft gevloekt, Zal luid hem roemen blij en vrjj I leden van het Nederlandsche gezantschap en een groot aantal leden van het corps diplomatique. De rouw werd gedragen door den minister van buitenlandsche zaken, den Franschen en den Bel gischen gezant. Het lgk werd begraven op het Engelsche kerkhof buiten de stad, op de schilder achtige hoogte by de Manzanares en in het gezicht der hoofdstad. De Anglicaansche aalmoezenier van het Engelsche gezantschap verrichtte den dienst. Men verneemt dat het overlijden van den mi nister-resident bij het Spaansche hof vermoedelijk eene vereeniging van de posten Madrid en Lissa bon, met de Spaansche hoofdstad als residentie, tengevolge zal hebben. Onder onze nieuwjaarsgeschenken voor 1881 be- hooren twee kalenders van de stoom-drukkerg der firma P. C. J. Faddegon en Co., te Amster dam, zgnde twee fraaie proeven van photo- lito- graphie. Deze kalenders vertoonen ieder een fraai stadsgezicht op het postkantoor en den munttoren te Amsterdam, in een ovaal, smaakvol met bloemen, bladeren en kinder-figuurtjes omkranst. Ze mogen als sieraden aan den wand genoemd worden. Tot dezelfde categorie van verrassingen behoort de, te lang door ons onvermeld gebleven, Almanak der Zeeuwsche landbouw-maatschappij. Deze is weder, als in vroeger jaren, in den vorm van een hand- en zakboekje gebonden en bevat, behalve de gewone kalender-opgaven, verschillende wetens waardige mededeelingen op landbouwkundig gebied, voornamelgk bewerkt door den heer G. A. Vorsterman van Oyen. De beurtregeling der wedstrijden, tentoonstel lingen en algemeene vergaderingen van de Zeeuw sche maatschappij gedurende de eerstvolgende 20 jaren, zooals zg in 1878 is vastgesteld, laten wy hier volgen. AfdeelingWedstrijd. Tentoonstelt, en vergader. Walcherenin 1878in 1878, 1886 en 1894. Heinkenszandin 1881in 1881, 1881 en 1897. Zierikzeein 1884in 1884, 1892 en 1900. Hulstin 1887in 1879, 1887 en 1895. Noord-Beveland in 1890; in 1882, 1890 en 1898. Tholenin 1893; in 1885, 1892 en 1901. Oostburg in 1896in 1880, 1889 en 1896. Kruiningen in 1899in 1883, 1891 en 1899. marine. Op verzoek, eervol uit den zeedienst ontslagen de luit. t/z le kl. J. D. baron van Wassenaer tot Catwijk. Bevorderd tot kapitein t/z, de kap.-luit t/z H. J. S. van den Sloot; tot kap.-luit. t/z, de luit. t/z le kl. E. L. Ehnle; en tot luit. t/z le kl. de lnit. t/z 2e kl. A. G. I. baron van Plettenberg, en machtiging verleend om den luit. t/z le kl. Ehnle voornoemd eervol te ontheffen van het bevel over Zr. Ms. wachtschip te Amsterdam en dat bevel op te dragen aan den lnit. t/z le kl. G. J. Buyskes. pensioenen. Op pensioen gesteld de kapitein t/z K. C. Bunnik, op grond van in en door den dienst ontstane lichaamsgebreken, onder toekenning van eenjaarlgksch pensioen van 2100 en van eene verhooging van dat pensioen van 1200 's jaars, voor werkelijk verblijf in mil. dienst tusschen de keerkringen. Op pensioen gesteld de luit.-kolonel L. T. J* A. baron van Boecop, van het 7e reg. inf., ten bedrage van ƒ1800 's jaars, en genoemden hoofd officier de rang verleend van kolonel. leger. Benoemd bg het wapen der infanterie tot majoor bg het 7e reg., de kapitein jhr. L. D. Meijer, van het 6e reg. telegraphie. Op verzoek eervol ontslag ver leend uit 's rijks dienst aan den telegrafist le kl bij den rijkstelegraaf' J. A. Noback jr., behoudens op pensioen. Kind, speel zoo roerend als gij kunt, Daar ge om 't geluk uws vaders smeekt Zie 'k niet in *s graven oog een traan, Dis van genade en deernis spreekt? Bij het laatste vers, had de stem bijna vruoh- teloos met den opkomenden tranenvloed geworsteld. Eindelgk barstten zy los, de arme vrouw wierp zich voor den geweldenaar neder en trok het spelende kind mede op de knieën, zoodat het naspel op de viool, door een vreeselijken wanklank afgebroken werd. Daar lagen moeder en kind met gebogen hoofd, voor hem die haar lot in zijn hand hield, stom en onderworpen als wachtten zij zelve den doodslag. De sombere abt had met een gefronst voorhoofd geluisterd, maar graaf Simon, die in zijn jonge jaren de ridderlijke gebruiken gehuldigd en nog niet alle opwellingen van hoffelijkheid had leeren onderdrukken, hief de weenende vrouw stilzwijgend op, stelde haar met een woord van troost gerust en vroeg toen, alsof het geen vraag van leven en dood gold, naar hare lotgevallen waarvan hy wel gehoord had. Hij vroeg schertsend waarom zij bij haar jeugd en schoonheid al niet lang een tweede gelijk had aangegaan; of zg niet geneigd was verzet6 toe^omst te d°en en w'e kaar die mooie vioolspel 'eerd had en kaar dochter dat liefeiyk wenkt en dielfrtU88chei1 had hij een dienaar &e* ■zachter toon iets opgedragen en Door den gemeenteraad van Doesborg is beslo ten aan eene dame, die daar eene inrichting van uitgebreid lager onderwgs voor meisjes wil tot stand brengen, een schoolgebouw en een jaarlij k- sche toelage van f 1830 aan te bieden. De heer B. H Carp Wzn., predikant bij de Engelsche gemeente te Middelburg en Vlissingen, hoopt den 23en dezer zgne öOjarige ambtsbediening te herdenken. In 1830 werd de heer Carp als candidaat door het prov. kerkbestuur in Zuid- Holland toegelaten en den 23 Januari 1831 trad hij te Muiderberg als predikant bg de Ned. her vormde gemeente op. Sedert 1847 is de heer Carp in zgne tegenwoordige standplaats geves tigd. De heer J. F. L. Abresch, sedert 1855 predi kant bij de Ned. Herv. gemeente alhier, herdenkt den 2en Mei van dit jaar den dag waarop hij 40 jaar geleden te Baambrugge als predikant optrad. De heer A. J. J. Warnsinck, sedert 1856 pre dikant bij de N. H. gemeente te Kloetinge, zal mede den 21en November van dit jaar zyn 40jarigen dienst herdenken. Door het Rotterdamsch tooneelgezelschap zal op den 2en Maart a. nog eene voorstelling gege ven worden te Goes, indien het aldaar bestaande comité voor de bevordering van goede voorstel lingen door partiouliere iuschrgvingen gedekt wordt voor een mogelgk tekort. De gelegenheid om daartoe mede te werken is tot den 25en dezer opengesteld. Te Breda is Zaterdag in 60jarigen ouderdom overleden de heer F. W. J. Rüdersdorff, oud kapelmeester der veld-artillerie en directeur van het muziekkorps der dd. schutterij te Breda. Zaterdag avond heeft alhier een treffend onge luk plaats gehad. Een bejaarde juffrouw uit Goes, met hare dochter den dag hier bg hare familie doorgebracht hebbende, zou des avonds het huis van haar zoon verlaten om per trein naar Goes terug te keeren. Nauwelgks halverwege de trap viel zg en was onmiddellijk een lgk. Gisteren middag zijn te Hansweert zes tjalken aangekomen om een aanvang te maken met het lichten en op het droge brengen van het gezonken vaartuig Maine XVI, welk werk de heer J. van Gelder te Middelburg heeft aangenomen voor 5000. De lading en inventaris zijn meest door duikers geborgen. De spoorwegbrug over de Mark te Breda, die ten gevolge van den hoogen waterstand ge durende eenige dagen gesloten was, is thans ten behoeve der scheepvaart weder geopend. Eenige te Uitgeest gelegen perceelen tuin grond, te zamen groot ongeveer twee en een halve hectare, hebben b'j publieken verkoop op gebracht de belangrijke som van f 33,155. Waarschijnlijk tengevolge van het gebruik van slecht drinkwater, beginnen in de gemeenten Nienwkuik en Vlijmen zich veel gevallen voor te doen van buikloop en monduitslag. Onlangs is gemeld, dat de wereldberoemde Qudheden van mejuffrouw Fregeres te Broek in Waterland zgn aangekocht door eenige Amster dammers, die voornemens zgn er een soort mu seum van te maken. Deze heeren zijn dezelfde als de stichters van het panorama. Het „Broeken huis," een gebouwtje in oud-Hol and- schen trant, zal geplaatst worden aan den Over toom, waar reeds grond er voor is aangekocht. Het Soer. Hbl. verneemt, dat mej. Mina Kruseman bg den raad van justitie te Soerabaya aangeklaagd is wegens hoon in openbaar gesehrift door mevr. Enthoven. De Dordrechtsche watersnoodcommissie heeft aan de algemeene commissie 4000 overgemaakt, van het fonds hetwelk nog onder haar seder* 1876 berustte. Een 76jarig grijsaard, J. K., even buitefl Goes wonende en bezoek gehad hebbende van een vriend, bracht dezen in 't donker over zijn erf naar den dyk, teneinde te voorkomen dat zijn gast in een vijver zou loopen. Terugkeerende naar zgne woning had de grgsaard zelf het on geluk in den put te loopen, waarvoor hij zyn terwijl de zangster nu alle vragen behoorlijk en met kalmen ernst beantwoordde, trok heer Simon het kleine meisje op zijn schoot, liet haar uit zyn beker drinken en stak haar druiven en confituren in den mond, zich vermakende met de verlegen heid Van het aanvallige kind. Ook sloeg hy een schertsenden toon aan, die den abt een ergernis was, toen hij vroeg of de jongejuffer geen lust had om zgn vrouw te wordenhy was wel niet meer zoo heel jong, maar daar haar moeder den man, die haar zooveel leed en smaad berokkend had, zoo getrouw gebleven was, zou zy ook wel een goed trouw huismoedertje worden, en nog allerlei andere praatjes, die het kind niet begreep, maar de moeder het bloed naar de wangen joegen. (Worüt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1881 | | pagina 2