1880. N°. 274. 128e Jaargang. Vrijdag 19 November. Het Atelier du Lys, Middelburg 18 November. FEUILLETON. MDDELBURGSCHE COIUtA» Dit blad verschijnt dagelijks? met uitzondering van Zon- en Feestdagenï Prijs per 8/m. franoo 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentlen: 20 Oent per regetf Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz. Door eene commissie uit de gedeputeerde staten van Zeeland werden heden alhier geopend de inschrijvingsbiljetten tot deelname in de4pets provinciale geldleening van f 40,000, voor gedeel telijke bestrijding in de kosten voor de calamiteuse polders. Er was ingeschreven voor f 166^000, t. w. door de heeren: L. W. Roelse, te Middelburg, 6 aan- deelen tot den koers van 1007.50 en 24 aan- deelen a f 1004; Van den Broecke, Luteijn en Schouten alhier, voor 10 aandeelen a f 1002 N. Gr. Bos alhier, voor 20 aandeeltn a 1000; H. Tak alhier, voor 10 aandeelen a f 1000J. A. Zip alhier, voor 5 aandeelen a f 997.61, en 40 a ƒ993.11; F. Gr. Sprenger alhier, voor 10 aandee len a f 987.50; H. Tak alhier, voor 10 aandeelen a f 986; F. Gr. Sprenger alhier, voor 10 aandee len a f 980; J. H. C. Heijse, te Zierikzee, voor 15 aandeelen a f 980, en L. van Waesberghe Janssens, te Hulst, voor 6 aandeelen a f 950. Vlisslagen, 18 November. Op de gisteren avond gehouden vergadering der kiesvereeniging Plichp en Recht zijn ter vervulling der vacaturen voor de periodieke aftreding der leden van de kamer van koophandel tot candidaten gekozen, de heeren W. C. van Duuren Dutilh, O. Mortier, P. G. de Vey Mestdagh (allen aftredende leden) en V. Gravesteyn voor de vacature-Goeree. Verder werd gekozen tot candidaat voor het lidmaatschap der provinciale btaten (vacature mr. Snyder) de heer Arie Smit, burgemeester vah Vlissingen. Te beginnen met Vrijdag 19 November a. zullen, tot nader order, dagelijks in den goederen trein 439 rijtuigen der drie klassen van Roosen- daal naar Esachen geplaatst worden. Gewone- en retourbiljeten der drie klassen zijn geldig. Daardoor wordt de volgende verbinding ver kregen van de Zeeuwsche lijn mot Antwerpen Vlissingen (stad) v. 2.10 namiddag Middelburg v. 2.21 Goes2.50 Bergen op Zoom v. 3.50 lioosendaal a. 4.5 v. 4,10 Esachena. 4.25 v. 4.45 Antwerpen5.36 Maandag avond had op het raadhuis te Oost-, burg, op uitnoodiging en onder voorzitterschap DOOR de schrijfster van MUe More, TWEEDE DEEL. HOOFDSTUK XI. HOOF EN VREES, Balmat vond David bereid hem te helpen om Alain De St Aignan in de gelegenheid te stellen om zonder gevaar voor zijn leven terug te keeren. Het had wel eenige moeite gekost om mr. De Lys te bewegen zich niet met de zaak te bemoeieD, uit vrees dat De Pelven, als hij merkte dat men zich moeite gat voor Alain, berichten zou inwinnen en zoo doende het spoor van Edmée ontdekken. Haar vrees voor hem was onoverwinnelijk, of schoon zij wist dat hij haar thans, nu de tijden zooveel veranderd en kalmer waren, by na niet meer in gevaar kon brengenmaar de overtuiging van zijn macht en toeleg om haar en al wie haar jftef wareD, leed te berokkenen was zoo groot dat van den burgemeester van Breskens, en in tegen woordigheid van den heer Henri Boers, uit Utrecht, eene samensproking plaats tusschen de colleges van burgemeester en wethouders der verschillende gemeenten, betrokken bij den aanleg van een stoomtramweg van Breskens naar Maldeghem, teneinde zooveel mogelijk overeenstemming te verkrijgen in de voorwaarden, waarop door de gemeenteraden eventueel subsidie aan den tram weg zal worden gegeven. Uit de gehouden be raadslaging mag men opmaken, dat het den ondernemers aan steun niet zal ontbreken. (N. R. Ct) Door den minister van waterstaat zijn de be sturen der waterschappen nitgenoodigd, in te zenden exemplaren der geldende keuren dier waterschappen, en zulks ten behoeve van eene voorgenomen wettelijke regeling van de water staats-aangelegenheden. Door den heer G. H. Clifford, te Bergen op Zoom, is aan belanghebbenden eene circulaire ge zonden, waarin hij een plan ontvouwt om eene vennootschap of maatschappij op te richten, die zich ten doel stelt „den oesterhandcl niet alleen te beschermen, maar ook feitelijk te ondersteunen en te verdedigen tegen de exploitatie-zucht van vreemden." De heer Clifford wil dat doel trach ten te bereiken door de vereeniging of maat schappij in den loop der maand Augustus den prijs der oesters te laten vaststellen. Voor dien vastgestelden prijs moet zich de maatschappij verbinden, na aftrek van 5 procent commissie, de goede leverbare oesters van hare leden te koopen. De maatschappij zorgt op deze wijze, dat de oesters niet beneden de waarde verkocht worden. Thans is uit een brief, namens H. M. de koningin aan een letterkundige gericht om hem te bedanken voor de opdracht van een gedicht, officieel ge bleken dat de dochter des kouings Wilhelmina en niet Pauline genoemd wordt. Wij hebben dit reeds, bij gelegenheid van den doop van het kindy nit het Dagblad medegedeeld. De St. Ct. van heden bevat een besluit hou dende vaststelling van regelen, met inachtneming waarvan militieplichtigen kannen worden toegelaten tot de vrijwillige verbintenis, bedoeld bij art, 21 snb a, der wet van 2 Augustus 1880 (St. Ct) no 145.) Het Handelsblad schrijft, naar aanleiding van het besluit der kamer om 1980 te schrappen tot verhooging van eenige traktementen van ambte naren bij het gevangeniswezen, het volgende, waarin wij, zonder het minste genoegen, eene bevestiging vinden van hetgeen reeds dik wijls door ons geschreven werd: zij ontroerde als zij slechts zijn naam hoorde, atgezien van de schaamte en den toorn, die er om andere redenen door opgewekt werden. Op eens verrees er een nieuwe moeielijkheid bij de vraag waar Alain zich bevond. Zij wisten dat hy in Engeland was geweest en hadden van hem gehoord uit Italië; maar waar was hij thans? Balmat vond dit echter geen onoverkomelijk be zwaar, daar er een vrijmetselarij onder de kunste naars bestond, die hem vroeg of laat in staat zon stellen het verblijf van Alain te ontdekken en hy stelde terstond een onderzoek in, door middel van zijn vriend in Rome en wel met zoo veel vertrouwen en overtuiging dat Mile De St Aignan en Edmée er ook in begonnen te deelen en de laatste zich ten prooi zag aan allerlei ge voelens, die haar verrastten en beletten zich als vroeger in haar werk te verdiepen. „Als de zaak maar eens beslist was, als bij maar eerst hier was en alles met my besproken had, zou ik mij weer voelen als gewoonlijk," herhaalde zij telkens bij zichzelf, ofschoon zij voelde dat zij nooit weer het vreedzamq, kalme geluk zou kun nen smaken, waarvan zij in de eerste dagen welke zij in het atelier du Lys doorbracht, zoo ten volle genoten had. Uiterlijk toonde zij weinig van haar spanning, alleen verried nu en dan een ongewoon blosje op haar wang of een tinteling van baar oog, wat er in haar omging. Zelfs in hare droomen werd zjj vervolgd door vizioenen, alsof „De eenige reden, waarom ditmaal de kamer zoo streng is in het schrappen, is daarin te vinden, dat de Indische baten zich nog altijd laten wachten en de kamer geen lust heeft de Nederlanders door hoogere belastingen in hun eigen behoetten te laten voorzien. De demoraliseerende kracht van het batig slot is dieper doorgedrongen dan men denkt. Het is zeker een heilzaam gevolg van de geldelijke ongelegenheid, indien zij tot spaarzaamheid leidt en tot beperking van het heirleger ambtenaren. Maar het strekt ons parle ment waarlijk niet tot eer, dat bet alleen op grond van het tekort door het uitblijven van Indische bijdragen, de landsdienaren te karig be loond en hun de verhooging, waarop zij ook in 's lands belang aanspraak hebben, onthoudt. Daar tegen meenen wij met nadrnk te moeten opkomen." De heer Adama van Scheltema komt in het Handelsblad nog eens op de Engelsche bell-ringers terug en wascht de Standaard en hare partij andermaal ongenadiglijk de ooren. Zijn stuk eindigt aldus: „Och, of men minder in een gemakkelijken leunstoel bij een fijne sigaar en een glaasje mor genwijn over het booze in de wereld zuchtte en meer de handen uitstak om de duizenden, die offers van kroeghouders en zedelooze harpijen zijn, te behouden. Met geen praatjes, maar met handen uit den mouw steken redt men drenke lingen en bluscht men brand. Hoe dikwijls 'ver schilden geneesheeren van geneeswijze en zoo zullen ook wel menschenvrienden, allerlei beproevende, nu beter, ginds minder slagen. Maar wie in den mensch het beeld Gods huldigt en wien het daarom ernst is niets onbeproefd te laten om verwaarloosden en ongelukkigen te winnen, zal wel niet zoo haastig zijn om vrome en vroede mannen, maar die een anderen weg dan hy volgen, als „grappenmakers" te stempelen, noch ook iemand, die gelijk ik meen gedaan te hebben, jaren lang onder en voor het volk geleefd heeft, der openbare verachting prijs te geven door het beweren, dat hij „er de prijsstellenden op gods dienst leelijk heeft laten inloopen". „Persoonlijk treft mij dat oordeel niet, maar het smart mij om de goede zaak, daar zulk vreesaanjagen jongere en practische menschen licht zal afschrikken om in plaats van nieuwe, gezonde en fri8sche middelen te baat te nemen, óf niets meer te doen, óf den pruikerigen weg te blijven volgen, waarbij de werkende standen al meer en meer in een poel van onzedelijkheid, ontevreden heid en godsdienstloosheid verzinken." Op het verzoekschrilt, door de maatschappij Tot Nut van 't Algemeen aan den koning gericht, om van regeeriDgswege de goede hoedanigheid van het drinkwater zooveel mogelijk te verzekeren, Alain eensklaps het atelier binnentrad en haar met verbazing, misschien met weerziD, herkende. Zij stelde zich slapende en wakende dit tooneel op zoo velerlei wijzen voor, dat zij meende op alles vodibereid te zijn, daarbij vergetende dat het eenige waarop men stellig kan rekenen is: Vimpré vu. Van den anderen kant maakte Mile De St Aignan volstrekt geen geheim van haar hoop en haar ongeduldig verlangen naar tijding van haar neef. Zij wilde over haar gevoel niet met Balmat spreken, daar hij toch slechts een horlogemakers- zoon was en dos geen begrip kon hebben van haar bezorgdheid over den band tusschen Edmée en Alainmaar zij nam mr. De Lys in beslag waar en wanneer zij kon en ergerde hem onbe schrijfelijk, daar zij er niets van wilde hooren dat zijn liefste wensch was Alain geheel te ver geten en niets te vernemen van dit storend element in een leven, dat voor hem althans zoo aangenaam mogelijk was. „Alles is het onderste boven gekeerd; maar eenmaal komt de goede oude tijd toch terug," zei zij, waarover mr. De Lys eenvoudig de schouders ophaalde. „Men weet tegenwoordig niet wat er gebeuren kan, maar in onzen tijd kwam niemand ooit op de gedachte dat er veel gehechtheid tusschen man en vrouw moest be staan. Het zou onbehoorlijk geweest zijn; hoe zonden zij zich met hunne gasten hebben kunnen is door den minister van binnenlandsche zaken, namens den koning geantwoord: dat blijkens de jaarlijk8che verslagen van de bevinding en hande lingen van het geneeskundig staatstoezicht, de geneeskundige ambtenaren, zooveel in hun vermo gen is, het verkrijgen van zuiver drinkwater trachten te bevorderen dat die pogingen reeds op vele plaatsen een gunstig gevolg hebben gehad; maar dat daar, waar dit niet het geval is geweest, Uit noch aan het geneeskundig staatstoezicht noch aan de regeer!ng te wijten is, die zich in zaken als deze, waarvan de zorg door de gemeentewet aan de gemeentebesturen is opgedragen, van directe iumengiDg behoort te obthouden en alleen raad gevend kan optreden. Er wordt tegenwoordig te Londen dagelijks melk aangevoerd, uit Nederland. De ontvangers beklagen zich nog over de groote onkosten aan het vervoer verbonden en trachten die op een minimam terng te brengen. Mochten zij daarin naar wensch slagen, dan zal de handel in melk tnssschen Engeland en Nederland zeer toenemen Het verdient vermelding, dat de eerste stoot, tot uitbreiding van dezen handel gegeven is door de op de jongste vee- en zuiveltentoonstelling door Hollandsche koeien behaalde melkprijzen. De heer J. G. Chevalier, stationschef by de Mij. tot exph van S aatsspoorwegen te Roosendaal, wordt op zijn verzoek, in den loop dezer maand in zijn betrekking overgeplaatst naar Neerpelt. Dientengevolge zijn tot stationschef benoemd te Roosendaal J. B. Horbag, thans te Valkenswaard en te Valkenswaard H. A. Maas, thans te Neerpelt. De N. R. Ct. heeft weder eeu tabel gegeven van te laat aangekomen treinen, in de week 713 November. Tien treinen kwamen te laat van Emmerik of Utrecht, vier uit Venlo, vier uit Amsterdam en een uit Antwerpen allen meer dan 10 minuten. In de aankomst van de treinen uit het Zuiden is verbetering merkbaar; drie van de vier malen dat de Hollandsche trein te iaat was geschiedde dit met trein 31, omdat deze te Haarlem op den trein van Den Helder had moeten wachten; de vraag, waarom toch de dienst op de Noord- Hollandsche staatslijn zoo „bummel-achtig" gaat, is daarbij niet misplaatst. Eergisteren is bovendien trein 96 (staatsspoor), uit Brussel, ruim twee uren te laat aangekomen, doordien bij bet station Antwerpen twee locomo tieven op elkander waren geloopen, waardoor een ervan ontspoorde, beiden zwaar werden bescha digd en de weg werd versperd. De Economist over November bevateene bijdra ge tot de theorie der gemeentelijke inkomstenbe- bemoeien als zij altijd met elkander vervufd waren geweest Niemand die afgetrokken is, kan aan genaam in gezelschap zijn, dat heb ik Edmée dikwijls genoeg gezegd. Mijn broer; zag zijn vrouw zelden; hij bad zijn post aan het hof en als zij ook te Versailles was, moest zy voor hare gasten zorgen. En toch waren zy vrij gelukkig. Maar ik weet niet of zulk een leven Edmèe zou bevredigen. Zij is romanesk; zij is een kind van haar tijd." „Mevrouw de gravin had hare kindèren lief. Zij was een trouwe moeder." „Dat is waar, maar vóór den tyd van Jean Jacques werd dit voor tamelijk burgerlijk gehou den. Het beviel mijn broeder volstrekt niet dat zij zooveel tijd te St Aignan doorbracht, toen de chevalier klein wasmaar zij heeft het toch door gezet. Ik denk dat zij voelde dat haar oudste jongen te veel aan de lakeien was overgelaten; want de gouverneur, dien zijn vader voor hem koos, was ook niet veel meer. Mijn broeder ver langde dat zij te Versailles zou wonen en hoopte daardoor zijn positie te verbeterenwant een schoone vrouw, die wist te smeeken en te vleien, kon alles gedaan krijgen. Zij kon bisdommen, abdijen, pensioenen, alles voor haar familie ver krijgen, door een glimlachje en een compliméntje." „Dat was geen vak waarin mevrouw do gravin uitmuntte, zij kon alles voortreffelijk) be halve dat,"

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1880 | | pagina 1