1880.
m 243
123* Jaargang!
Donderdag
14 October.
Het Atelier du Lys,
Middelburg 13 October.
Benoemingen en besluiten.
HIDDELBURGSGHE COURANT
Dit blad verschijnt dagslyksj
met uitzondering van Zon- en FeeetdagehS
Prjjs per 3/m, franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent;
Advertentïen! 20 Cent per regel.
Geboorte-; Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Qroote letters worden berekend naar plaatsruimte,
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
In de heden namiddag gehouden zitting van
den gemeenteraad van Middelburg is op voorstel
van burg. en weth. besloten dat de toekomstige
gemeente-gasfabriekonder oppertoezicht van
burg. en weth., zal worden bestuurd door eene
commissie bestaande uit een lid van het dage-
lijksch bestuur en twee raadsleden, jaarlijks door
den raad te benoemen.
Voor het eerst werden tot leden van die com
missie benoemd de heeren D. A. Dronkers en J. J.
van der Harst.
De jaarwedde van den te benoemen directeur
der gasfabriek werd bepaald op 2000, met
genot van vrije woning, vuur en licht of vergoe
ding daarvoor van ƒ500 'sjaars, en burg. en
weth. gemachtigd sollicitanten voor die betrek
king op te roepen.
Aan de heeren ds. Sibmacher Zijnen en B. A.
Fokker werd, op hun verzoek, eervol ontslag
verleend als leden der plaatselijke schoolcommissie,
onder dankbetuiging voor de vele en gewichtige
diensten aan de gemeente bewezen.
Het adres van den heer D. de Leeuw jr. te
Heemstede, om concessie voor den aanleg van een
drinkwaterleiding te Middelburg werd aangehou
den en om advies gesteld in handen van burge
meester en wethouders, even als dat van den heer
J. L. Gruber te Utrecht, concessionaris van den
tramweg MiddelburgYlissingen, om verlenging
tot 1 April 1881 van den termijn voor den aan
vang van het werk bepaald, en om concessie
voor een tramweg van Middelburg naar Domburg.
Aan den heer A. F. Wisse werd, op zijn ver
zoek, met 1 October eervol ontslag verleend als
hulponderwijzer op school G.
Achtereenvolgens werden benoemd:
Tot voorzitter der commissie van toezicht op
het lager onderwijs de heer mr. C. J. Pické;
tot hulponderwijzer aan de school voor kinderen
van minvermogenden (hoofdonderwijzer de heer
De Man), de heerenL. C. van de Woestjjne te
Ylissingen en J. H. van der Bel te IJsselmonde;
tot hulponderwijzeressen in de handwerken aan
die school, mejuffrouwenM. R. van Hen ven en
S. P. Roth beiden alhiertot hulponderwijzer
aan de school voor kinderen van onvermogenden
(hoofdonderwijzer de heer De Jager), de heeren:
H. Meyler te Vlissiugen en N. van Bakergem te
Middelburg; en tot hulponderwijzeressen in de
handwerken aan die school, mejuffrouwenE. A.
de Nood en J. A. Wattel.
FEUILLETOISr.
58
DOOK
de schrijfster van More.
HOOFDSTUK XIV.
Zooals Edmée gedacht had was het zeer volop
straat en zelfs ia dezen treurigen tijd had da ge-
heele stad een feestelijk aanzien, door al de bloemen
en vlaggen die men zag en het gejnich en gezang
dat men allerwege hoorde. Zij bereikte gelnkkig
spoedig het haar aangednide huis en vond den
dokter thnis, die haar beloofde spoedig te komen
maar toen zij tegen den stroom in, terng wilde,
merkte zij dat dit niet mogelijk was.
Er bleef haar niets anders over dan op een
stoep in een openstaande dear in de Hue St Ho-
noré te vluchten en de rol van onvrijwillige toe
schouwster te spelen. Men had met blijdschap
opgemerkt dat de guillotine den vorigen avond was
weggenomen, en gelijk iedereen hoopte voorgoed.
Voor de Tuileiiën was een groote zuilengang
opgericht met bloemen en groen versierd; daar
onder bevond zich de tribnne voor de Conventie
gn iedereen verdiepte ziclj in gissingen wat daar
In eene gisteren avond alhier gehouden verga
dering der liberale kiezersvereeniging Be Grondwet
werd, eerst door het bestuur en daarna door een
van de leden der daartoe benoemde commissie,
mededeeling gedaan omtrent den uitslag der po
gingen tot oprichting van eene centrale liberale
kiesvereeniging. Uit die mededeelingen bleek dat
deze pogingen afgestuit zijn, te Vlissingen en Ter
Neuzen op volslagen gemis van belangstelling bij
de daartoe aangezochte liberalente Oostburg op
den tegenstand, welken het denkbeeld eener alge
meens kiesvereeniging, met Middelburg ais mid
delpunt, ontmoette op eene aldaar gehouden, zeer
druk bezochte en van groote belangstelling in de
publieke zaak getuigende vergadering van de af-
dceling Volksonderwijs.
Daar Be Grondwet, tengevolge van het reeds
op de vorige vergadering genomen besluit, om
over te gaan in eene centrale kiesvereeniging,
feitelijk had opgehouden te bestaan, bleef er thans
niets anders over dan aan dien feitelijken toestand
een wettigen vorm te geven.
Door enkele der in zeer gering aantal aanwezige
leden werd echter de vraag geopperd, of dit wei
de bedoeling was geweest en of, nn de centrale
kiesvereeniging doodgeboren bleek, Be Grondivet
hare taak van voorlichting der liberale kiozers
niet behoorde voort te zetten
Het antwoord op deze vraag werd door een
ander lid gegeven, met te wijzen op de uiterst
geringe belangstelling, welke het leven of sterven
der Grondwet bij hare eigen leden nog opwekt.
Hechtte men daaraan eenig gewicht, hoe was het
dan mogelijk dat men van eene vergadering, be
legd met het doel om over de ontbinding der
kiesvereeniging te beraadslagen, nagenoeg eenparig
wegbleef
Het bestunr beaamde de noodzakelijkheid van
opheffing der vereeniging. Hiertoe werd dan ook,
na deze korte gedacbtenwisseling, besloten.
Aan ons bericht van gisteren omtrent do doop
plechtigheid van de jeugdige prinses in de Wil
lemskerk te 's Gravenhage, hebben wij uit de
verslagen der Haagsche bladen slechts weinig
toe te voegen. Het aantal officieele nitnoodigingen
tot bijwoning der plechtigheid was zeer beperkt.
Een aantal toegangskaarten waren echter beschik
baar gesteld voor niet-genoodigden, welke alle
opengebleven plaatsen in de kerk en op de gale
rijen vulden. De ceremonie heeft volgens het
aangekondigde formulier, op de gebruikelijke wijze
plaats gehad. Alleen de ingang der kerk was
met een portiek van zijde en fluweel versierd.
Vóór den preekstoel was een tapijt gelegd en
daarop stonden leuningstoelen voor den koning,
de koningin, den vorst van Waldeck-Pyrmont,
zon moeten gebeuren. Sommigen beweerden dat
Eobespierre een algemeene amnestie zou afkondi
gen en dit bericht vervulde de geheele stad met
een blijdschap, welke verried hoe men het bloed
vergieten moede was. Wat zou ook beter bij
zulk een feestviering gepast hebben? De opge
wondenheid nam hoe langer hoe meer toe, er wer
den boodschappen gezonden naar hen die thnis
waren gebleven. Daar kwamen de leden der Con
ventie, en namen plaatsweldra zon de prooessie
komen; alleen Eobespierre was er nog niet
hij was nog te huis neen daar kwam hij
neen, nog niet hij zat te ontbijten in
het Pavilion de Flore; ontbijten terwijl ie
dereen wachtteonmogelijk. Het bleek
echter waar te zijn en ofschoon hij toen hij ein
delijk verscheen door de menigte toegejuicht werd,
begroetten zijne collega's hem met een veelbetee-
kenend stilzwijgen, en luisterden niet eens naar
zjjn toespraak, waarvan slechte enkele klanken
tot het volk doordrongen. „Wat zegt hij Wat
belooft hij Laat de dwingelanden sterven
Goed, wat verder en er volgde een algemeen
ontevreden gemompel, omdat men niets bepaalds
kon opvangen. Het rumoer drong door tot op den
hooge stoep waar Edmée stond en op een- ver
bleekte zij van schrik, toen zij een bekende stem
zaebt, maar duidelijk hoorde zingen: „O Ri
chard, OI mon roi I"
„Dat kan niemand anders zijn dan Isnard,"
dacht zij terstonden weldra zag zij hem ook, dewijl
zij hem kende van een portret dat Balmat had en
prins Frederik, prinses Hendrik, de groothertogin
van Saksen-Weimar, 'skonings zuster, en haar
gemaal. De vorstin van Waldeck werd door
ziekte verhinderd tegenwoordig te zijn. De koning
was in generaals-uniform, de koningin in blauw
fluweel, met blauw satijnen banen, de groother
togin in licht blauw, prinses Hendrik in wit
satijn. De koningin zag er voortreffelijk nit en
schijnt volkomen hersteld.
Den tekst der leerrede van ds. Van Koetsveld
deelden wij gisteren mede. Voor haar inhoud
verwijzen wij naar de groote bladen.
Uit het verslag van het Bagblad zien wij dat
de kleine prinses voortaan bij haar eersten naam
Wilhelmina en niet, zooals dat blad eerst
beweerd heeft, bij dien van haar tante Pauline
genoemd zal worden.
Z. M. de koning heeft aan den burgemeester
van den Haag eene gift ten behoeve der stads
armen geschonken.
Tengevolge van het onverwacht overlijden van
den kapitein ter zee titulair P. Eoodzant, zal,
naar men verneemt, tot inspecteur van het loods
wezen te Vlissingen benoemd worden de kapitein
luitenant ter zee J. Spanjaard, thans inspecteur
te Nieuwediep en in diens plaats de luitenant ter
zee le klasse J. C. de Euijter de Wildt.
Te Groningen is eene vergadering gehonden
voor de oprichting van een provincialen bond
voor algemeen stemrecht. Het beginsel van het
algemeen stemrecht werd met geestdrift en wel
sprekendheid verdedigd door de heeren D. Pe
kelharing, predikant te Surlraisterveen en J.
Hoving, een werkman te Apingedam. Met het
oog op de betuigingen van instemming ook nit
Friesland, is besloten de op te richten vereeni
ging den naam te geven van Het noordelijk verbond
voor algemeen stemrecht.
In den zomer van 1881 zal te Leeuwarden, ter
gelegenheid van het 25jarig bestaan der Vereeni
ging Nijverheid aldaar een nationale wedstrijd
worden gehonden. Prijsvragen zijn nitgesehreven
o. a. voor: menbelmakers, beoefenaars van deco
ratieve nijverheid, bouwkundigen, graveurs, juwe
liers, tapijtfabrikanten, metaalwerkers, smeden,
kaperslagers, steenhouwers, fabrikanten van ge
bakken steen, tegels, aardewerk, glas, molen- en
wagenmakers, schilders, steendrukkers, boekdruk
kers, boekbinders, touwslagers, zadelmakers, pho-
tografon enz,
Eeglementen en programma's zijn kosteloos
verkrijgbaar bij den secretaris der kamer van
koophandel alhier.
ook van dien avond toen hij geholpen had bij de
ontvoering van MUe De St Aignan. Niemand
lette gelukkig op hem en hij was in een druk
gesprek gewikkeld met een mooi meisje, dat hij
aan den arm had, toen Edmée hem aanstootte.
Hij zag verschrikt om en legde de hand op iets,
dat hij onder zijn jas verborgen hield; doch aan
stonds helderde zijn beweeglijk gelaat op, toen hij
haar herkende en uitriep
„Gij hier 1"
Zij helderde hem het geval met een paar woor
den op en hij plaatste het meisje dat hij bij zich
had naast haar, zijn best doende om een trede
lager vóór haar te blijven staan, totdat zij mede
lijden kregen en hem lachend tusschen haar beiden
innamen, toen het gedrang zich een weinig ver
deelde om de prooessie naar het Champ de Mars
te zien gaan. De leden der Conventie gingen
voorop, met driekleurige pinimen en sjerpen en
ruikers van papavers, korenbloemen en rijp koren
éen man liep bij toeval of misschien met opzet
geheel alleenzijn kleeding was van zachter blauw,
zijn ruiker grooter dan die van de anderen; aan
alles zag men dat hij de meester was en zij die hem
volgden slechts zijne onderhoorigen waren; maar
hij ging schoorvoetend en met neergeslagen oogeD,
die hij echter even ophief toen hij langs de stoep
kwam waar Edmée stond en zij rilde van den
vreemden, gluiperigen blik die haar trof, zoodat
zij den onderdrukten kreet van Isnard„Dwin
geland, uw uur heeft bijna geslagen," niet noodig
had, om haar te zeggen dat dit Eobespierre was.
Bij min. beschikking is de heer L. J. B. van
Es, civiel en bouwkundig ingenieur, gesteld ter
beschikking van den gouv.-geo. van Ned. Indië,
om te wordeu benoemd tot aspirant-ingenieur bij
den waterstaat en 's lands burgerlijke openbare
werken daar te lande.
RiDDEKOKDEN. Benoemd tot kommandeur der
orde van den Nederlandschen Leeuw mr. W. baron
Van Goltstein, minister van koloniën; en tot
ridders mr. C. J. E. graaf Van Bylandt, referen
daris bij het dep. van buitenl. zaken; M. J. H.
van Lier, consul te Parijs; S. Hartogensis,
consul te Mannheim; J. J. Verbeke, consul te
Messina; G. Vair Turn buil, consul te Leith; mr.
C. Polis, adv.-gen. bij den hoogen raad; mr. H.
J. Kist, proc.-gen. bij het gerechtshof te Amster
dam; mr. H. Verloren van Themaat, pres. der
rechtbank te Utrecht; mr. L. G. Greeve, kantonr.
'sGravenhage; mr. P. A. Broers, deken der orde
van adv. te Utrecht; mr. J. H. Alberda, lid van
ged. staten van Friesland; dr. A. W. Alings,
hoofddirecteur van het instituut voor doofstom
men te GroningenJ. W. Bilders, kunstschilder,
te Oosterbeek dr. H. Kern, hoogleeraar te Leiden;
mr. D. van Meurs, hurg. van Harderwijk; mr.H.
Eoijaards van Seherpenzeel, curator van de uni
versiteit te Utrecht; jhr. dr. J. P. Six, lid van
de kon. academie van wetenschappen te Amster
dam; de kapt.-luits. t/z J. P. van Eossnm, P.
Swaan e» W. SteffenB; de lnit. t/z le kl. H. J.
van der Mandelede off. van gezondh. le kl. J.
J. Borst; mr. G. Schot, mr. C. J. A. vanEijcke-
vorsel, leden van de eerste kamermr. L. Olden-
huis Gratama, mr. L. E. Lenting, F. H. H. Borret,
jhr. mr. J. A. Sandberg, mr. J. E. Corver Hooft,
leden van de tweede kamer; mr. H. H. Verniers
van der Loeff;jbr. mr. M. M. van Asch van Wjjk;
mr. J. H. Molkenboer, dir. van de Ned. bank
M. P. Smissaert, administrateur van de reg., de
bypot. en het kad.; G. Oorthuys, hoofdinspect.
der dir. bel., invoerr. en ace.; H. A. .Schotanus
Steringa Lemke, dir. der reg. en domeinen te
Leeuwardende gen.-maj. C. M. H. Pel, de gen.-
maj. jhr. W. J. A. Storm de Grave, inspect, der
cavaleriede kol. F. F. Steenberghe kol. J. A.
Schuurman; A. L. de Bruyn Kops, hoofd-ingen.
bij den waterst. te Arnhem; J. Leyds, ingenieur
le Amsterdam; jhr. W. J. de Pesters, dijkgr. van
het col. van den Lekdijk-Bovendams, te Utrecht,
S. de Clercq Wz., dijkgr. van Ehijnland, te Lei
den; mr. G. Th. H. Heuny, directeur van het Dep.
van binnenl. bestuur in Ned. Ind.; H. D. Canne
gonvern. van Sumatra's Westkust; D. A. J. B.
de Graaf, havenmeester te Batavia; mr. A. Looijen,
Hij werd nu niet toegejuicht; het volk was ge
heel verdiept in den optocht. Daar klonk een
stem die riep
„Plaats voor den commissaris der Conventie,'!
en David ging voorbij, met zijn hoed wuivende
en zijn best doende om de verschillende groepen
op hun plaats te doen blijven. Edmée herkende
ook hem, maar zij kon hem niet veel aandacht
wijden, daar hare oogen onwillekeurig Eobespierre
moesten volgen en bniverend fluisterde zij„Het
is alsof een adder mij gestoken heeft!" maar het
meisje naast haar lachte haar nit en zei:
„Kom, moet gij nu onzen heelen dag be
derven? Laten wij pleizier hebben; zie hoe
blanw de lncht is, hoe de zon schijntHoe grap
pig die deftige heeren er uitzien met die bloemen
en veeren, kijk, die een ziet naar ons
tiens men zou zeggen dat hij ons kent 1"
Edmée had niet op haar vroolijk gesnap gelet,
maar nu fluisterde Isnard
„Wie is dat, die zoo strak naar ons ziet?"
en die bezorgde toon maakte dat zij over de
hoofden der menigte heen naar de leden der Con
ventie keek.
„O hemel I" stamelde zij, en werd doodsbleek
want de oogen die haar met znlk een vurigen,
dreigenden blik aanstaarden, waren die van De
Pelven. Isnard herkende hem nu ook en zei
haastig tot zijn meisje:
Taistoi Lanre! die man is haar vijand
hij kan nu niets doen, hij kan zijn plaats niet
verlaten en ook geen spion op om afzendenwij