1880.
N». 214
128e Jaargang
Vrijdag
10 September.
Het Atelier du Lys,
Middelburg 9 September.
FEUILLETON.
MIDDELBURGS» COURANT.
Dit blad veraohijnt dagelijks;
met uitzondering van Zon- en Feestdagen!
Prijs per 3/m, franoo 3,50.
Afzonderlijke nommera zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentlen; 20 Gent per regel!
Geboorte-, Trouw-, Doodberiohten enz,: van 1—7 regels rf, 1,50
iedere regel meer 0,20,
Groots letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de Publicité G. L. Daube Cie. te Parijs Londen, Frankfort a. M., Berlijn Weenen, Zurich enz.
De lang verwachte benoemingen van ambtenaren,
met het toezicht op het lager onderwijs belast,
staan heden in de Staatscourant. Onze lezers
vinden ze onder onze rubriek Benoemingen.
Wij hebben daarbij aangeteekend welke der
benoemden thans reeds deel uitmaken van het
schooltoezicht. Men zal er uit ontwarendat
al de inspecteurs en de bezoldigde schoolop
zieners, met uitzondering van een tal tot het
tegenwoordige personeel behooren. Belangrijke
veranderingen heeft de minister er dus niet in
gebracht.
Tevens bevat de Staatscourant het koninklijk
besluit tot uitvoeriag van art. 4 der schoolwet
van 1878. De voornaamste bepalingen daarvan
laten wij hier volgen.
I. Bij het bestek voor den bouw eener school
legt het gemeentebestuur aan den districts-school-
opziener over: een uittreksel uit de kadastrale
kaart en teekeningen van den platten grond, de
doorsnede en het uitwendige, op de schaal van
1 tot 100.
II. Laat het beschikbaar terrein dit toe, dan
wordt het schoolgebouw opgericht vrij van andere
gebouwen.
III. De grondslag van het gebouw wordt, zoo
noodig, opgehoogd tot ten minste 0,5 M. boven
den hoogsten normalen waterstand der omgeving.
IV. Er is binnen'shuis geen gemeenschap tus-
schen schoolgebouw en onder wijzers woning.
V. Elk schoolvertrek wordt voor niet meer
dan 100 leerlingen bestemd.
Vertrekken voor meer dan 50 leerlingen worden
zoo ingericht dat zij, door eene afscheiding, in
twee doelmatige vertrekken kunnen worden ver
deeld.
VI. De vlakke inhoud van elk schoolvertrek
bedraagt ten minste 0,8 M2 voor iederen leer
ling.
De lichamelijke inhoud bedraagt ten minste
3,6 M3 voor iederen leerling.
De hoogte tusschen den vloer en de zoldering
bedraagt ten minste 4,5 M.
VII. Het hoofd der school draagt zorg, dat
tusschen den werkmuur en de voorste bank een
afstand zij van ten minste 1,3 M.; dat de overige
gangpaden langs de muren of de afscheiding ten
minste 0,6 M. breed zijn, en dat de gangpaden
tusschen de naast elkander geplaatste rijen banken
eene breedte hebben van ten minste 0,4 M.
VIII. Het hoofd der school draagt zorg, dat
de afstand tusschen den werkmuur en de leaning
der daarvan verst verwijderde banken niet groo-
ter zij dan 6,5 M. De wanden van het school-
30
DOOR
de schrijfster van More.
HOOEDSTUK XIII.
VERBOEGEN.
Hij alleen kon zeggen wat zij het veiligst kon doen
en wat zij moest vermijdenhij matigde haar gevoel
van verantwoordelijkheid voor het bezighouden van
Mile De St Aignan, die zich nooit op straat durfde
wagen, dewijl hun eenige kans op behoud bestond in
onopgemerkt te blijven, zoodat deze geen andere
afleiding had dan zijn dagelijksche bezoeken die haar
altijd opvroolijkten en van lieverlede verdween
Edmée's argwaan toen er eenigen tijd verliep,
zonder dat hij op zijne gevoelens jegens haar zin
speelde. Met eiken dag scheen echter het gevaar
toe te nemen. Er waren te Parijs alleen reeds
3000 gevangenen en dat getal nam nog met den
dag toe, meestal onschuldige slachtoffers, wier
eenige misdaad bestond in aanzienlijke geboorte
of rijkdom. Zelfs kinderen leerden hunne woorden
prikken en wegen en terwijl velen zich hulpeloos
vertrek zijn licht en mat gekleurd. Het school
bord is mat geverfd.
IX. Het schoolgebouw is in alle deelen stevig
en eenvoudig. De buitenmuren hebben ten minste
0,23 M. dikte.
X. De lichtramen worden zoo geplaatst en inge
richt, dat het vertrek voldoende en doelmatig
verlicht zij, en dat te sterk invallend licht worde
getemperd.
XI. De vloer van het schoolvertrek is van hout.
XII. De schoolbanken worden voorzien van
eene rug- of lendeleuning. De schoolbanken hebben
niet meer dan twee zitplaatsen, en zijn zoo inge
richt, dat de afstand tusschen bank en tafelblad
kan worden gewijzigd. In elke school zijn, met
betrekking tot de afmetingen, niet minder dan
drie soorten van banken, waarvan de breedte
verschilt van ten minste 1 M. tot ten minste 1.1
M., de diepte van ten minste 0.67 M. tot ten
minste 0.8 M. Het tafelblad van een voldoend
aantal schoolbanken wordt ingericht voor de
oefeningen in handwerken voor meisjes.
XV. Voldoende middelen tot verwarming en
lucht ver versching worden in elk schoolvertrek
aangebracht.
XVI. Voor zooveel het beschikbaar terrein
het toelaat, is bij elke school een gedeeltelijk
overdekte speelplaats.
XVII. De vlakke inhoud van elk schoolvertrek
in lokalen, waar openbaar lager onderwijs wordt
gegeven bij het in werking treden der wet van
17 Ang. 1878 (St.bi. no. 127), bedraagt ten minste
0,65 M2 voor iederen leerling.
De lichamelijke inhoud bedraagt ten minste
3 M' voor iederen leerling.
Die lokalen worden vóór 1 Januari 1884 in
overeenstemming gebracht met de regelen, vast
gesteld bij de artt. 4, 5, 2e lid, 7, 8, 10, 2e lid,
11, 12, le lid, 13, le en laatste lid, 15 en 16.
Ten aanzien der lokalen voor bijzonder
onderwijs wordt het volgende bepaald
XXH. De vlakke inhoud van elk schoolver
trek bedraagt ten minste 0,65 M1 voor iederen
leerling.
De lichamelijke inhoud bedraagt ten minste 3
Ma voor iederen leerling.
Op lokalen, te stichten of in gebruik te nemen
tot het geven van bijzonder lager of middelbaar
onderwijs, zijn overigens van toepassiDg de rege
len, vastgesteld bij de artt. 8, 10, 11, 12, le lid,
13, le lid, en 15.
XXIII. De lokalen, waarin bijzonder lager of
middelbaar onderwijs wordt gegeven bij het in
werking treden der wet van 17 Aug. 1878 &t.bl
no. 127), worden vóór 1 Jan. 1884 in overeen
stemming gebracht met de regelen, vermeld in
het laatste lid van art. 22, met uitsluiting van
art. 10.
verscholen, begingen anderen uit wanhoop de
meest roekelooze losbandigheden. De eenige hoop
waarmede men zich kon vleien, was om vergeten
te worden. Mile De St Aignan had gedacht eenige
oude vrienden te Parijs te ontmoeten, maar zij
merkte spoedig dat er geen gezellig verkeer meer
bestond en dat de storm alle bekenden wijd en
zijd uiteen gedreven had. Haar leven te Morte-
mart was nog vroolijker geweest dan dat te Parijs
en Edmèe verbaasde zich over de blijmoedigheid
waarmede zij het verdroeg, in het geringste een
bron van genoegen vond en op de meest onbe
grijpelijke manier met iedereen in huis bekend
werd. Zij was spoedig goede vrienden geworden
met den bejaarden schoonvader harer hospita,
die doodelijk bang was voor zijn schoondochter
en geen vin durfde verroeren zoolang zij in het
gezicht was, doch zoodra hij er kans toe zag,
ongemerkt naar boven klom om, onder het een of
ander voorwendsel, Mile De St Aignan zijn nood
te komen klagen over zijn filldire^ zooals hij haar
noemde.
Zij had altijd veel schik in de zorg welke hij
bij die gelegenheden aan zijn toilet besteedde en
hoe groot zijn lust ook waB om boven te komen,
hij stond altijd op heete kolen en bij het minste
vermoeden dat de citoyenne Lafarge thuis kwam
snelde hij de trap af en stopte zijn das en jas met
bevende handen in een hoek.
„Het is altijd een liefhebberij van haar ge-
XXIVArt. 18,5e lid, geldt voor lokalen,
waar bijzonder onderwijs wordt gegeven.
Bij de toepassing van die bepaling op lokalen,
waar middelbaar onderwijs wordt gegeven, is de
taak, aan den districts-schoolopziener opgedragen,
hier die van den inspecteur van het middelbaar
XXVII. Geschillen over de toepassing van de
in dit besluit gestelde regelen worden door Ons,
den raad van state, afdeeliüg voor de geschillen
van bestuur, gehoord, beslist.
Door de rechtbank alhier is den 6en dezer opge
maakt de volgende alphabetische aanbeveling
voor drie candidaten ter vervulling van de be
trekking van kantonrechter te Middelburg, open
gevallen door het overlijden van mr. J. P. van
der Bilt:
Jhr. mr. J. Th. Schuurbeque Boeye, ambtenaar
van het openbaar ministerie bij de kantongerechten
Middelbnrg en Goes, ter standplaats Middelburg.
Mr. J. J. Kuipers, kantonrechter te Heerenveen.
Mr. J. P. F. van der Mieden van Opmeer, kan
tonrechter te Alkmaar.
Als naar gewoonte wanneer het FZora/»a-feesten
geldt, was gisteren avond een talrijk publiek, be
staande uit inzenders ter tentoonstelling en leden
of begunstigers der vereeniging it het volkVoor
het volk, in de groote zaal van H Schuttershof
alhier vereenigd om bij de uitreiking der prijzen
en premiën tegenwoordig te zijn.
Nadat door het orkest, onder leiding van
den beer Liesoy, een paar nommers waren ten
gehoore gebracht, nam de heer W. Appel het
woord en heette de feestgenooten hartelflk welkom.
Erop wijzende dat de vereeniging, den 13en Juli
1865 opgericht, dit jaar haar löjarig bestaan her
denkt, bracht spreker in herinnering dat de heer
mr. G. N. De Stoppelaar gedurende dien tijd
onafgebroken aan het hoofd ervan gestaan heeft
en steeds alle pogingen heeft aangewend om haar
in bloei te doen toenemen.
De heer Appel schetste verder in bezielde woor
den het lief en leed der Vereeniging, de miskenning
en teleurstelling, maar ook de waardeering en
voldoening die het bestuur ten deel vielen. Vooral
de Floralia'sthans voor de vijfde maal gevierd,
hebben zich de sympathie van het publiek ver
worven. Spreker bracht vervolgens dank aan
allen die de zaak der aankweeking van bloemen
zedelijk of stoffelijk of door hunne belangstelling
willen steunen, uitte de hoop dat steeds diezelfde
samenwerking, waar iets goeds en nuttigs tot
stand te brengen is, moge gevonden worden en
eindigde met den wensch dat de Vereeniging Uit
het volleVoor het volleonder het bestuur van
mr. De Stoppelaar, nog jaren moge bestaan en in
bloei toenemen, met welken wensch het publiek
weest," zei hij dan met een trillende stem, „zelfs
toen mijn zoon nog leefde, ofschoon die er haar
voor opsloot (hij was zoo moedig, mijn zoon,)
maar zij moest altijd gaan kijken als er iemand
gehangen werd. Ieder zijn smaak. Ik ril van
zulke dingen. Ik ben eens medegegaan om
dat zij zeide dat het moest en daar valt dan niets
tegen te zeggenmaar ik was er zoo akelig van
dat ik -fleur d'orange heb moeten nemen eer ik
naar bed gingwant ik ben zeer gevoelig, weet
u, zeer gevoelig. Het is een groote ramp zoo
gevoelig te zijn
Dit belette hem echter niet om alles te weten
te komen wat er voorviel, en zijne praatjes maak
ten Mile De St Aignan vaak bezorgd en somber,
ofschoon zij haar best deed om het voor Edmée
te verbergen.
Het jaar liep ten einde. In October was de
koningin ter dood gebracht en in November had
men het Christendom, in naam der natie, openlijk
verloochend. De levensmiddelen werden hoe lan
ger hoe schaarscher en zelfs in de afgelegen straat,
waar Mile De St Aignan woonde, was somtijds
een oploop van volk dat een bakkerswinkel plun
derde. In den beginne had de citoyenne Lafarge
haar van tijd tot tijd een paar brooden bezorgd,
maar op zulk een onvriendelijke manier dat Ed
mée, zoodra zij kans zag om die onwillige hulp
te ontberen, er zelf op uitging, uren lang in
het gedrang stond te wachten bij de winkels en
door daverende toejuichingen betuigde in te
stemmen.
De heer Koning hield daarna nog eene korte
toespraak, waarin hij zich gelukkig achtte te kun
nen vermelden dat de Middelburgsche Floralia
steeds vooruitgaat en de pogingen der Vereeniging
om de bloemen-liefhebberij te bevorderen, tevens
ook om de zucht tot sparen op te wekken, zoo
uitstekend slagen. Hij wees er verder op dat het
welslagen van feesten als dat van heden voor een
groot deel is toe te schrijven aan den ij ver en de
zorgen van den voorzitter, den secretaris en den
penningmeester, die hij, even als de jury, namens
alle aanwezigen daarvoor dankte. Ook den heer
Blaas, wien de Floralia's zoo groote verplichting
hebben, bracht spreker warmen dank.
De Middelburgsche Floralia steekt uit boven
vele anderen zei spreker, ook in grootere
steden, zoodat zelfs leden van elders gevestigde
vereenigingen hier een kijkje en een voorbeeld
komen nemen.
Jammer dat bij zooveel reden tot tevredenheid
weder een wanklank moest gehoord worden. De
heer Koning toch was verplicht, even als een
vorig jaar, mede te deelen dat er andermaal po
gingen waren aangewend om de jury te bedriegen,
door inzending van overjarige planten. De wijze
waarop spreker de bedriegers aantoonde hoe moei
lijk het gaat in dergelijk bedrog te slagen, zal,
hoopte hij, allen in 't vervolg ervan terughouden.
Vervolgens bad de uitreiking der pry zen en
premien op de gewone wijze, onder fanfares der
muziek en toejuichingen van de aanwezigen plaats,
terwijl daarna de heer Koning de bijeenkomst
met een „tot wederzien in 't volgend jaar" sloot.
De Staats-courant bevat een kon. besluit van
den 4eB Sept. jl. (Stbl. no 170), houdende bepaling
dat de wet tot bescherming der voor landbouw of
houtteelt nuttige diersoorten in werking zal treden
den 1 October 1880.
Even als onlangs van Amsterdam is geleverd,
bevat het Handelsblad thans eene door dr. H.
Sanders Ez. opgemaakte bijdrage tot de „statistiek
der kiesgerechtigden" voor de 2e kamer te 's Gra-
venhage. Hier zijn 203 van de 10.000 inwoners kie
zers, terwijl dit te Amsterdam slechts met 141 van
de 10.000 het geval is. De lijst van hen, die niet
tot deze bevoorrechten behooren, is curieus. Men
vindt er op éen minister van staat, drie leden van
den raad van state, drie staatsraden in buitenge
wonen dienst, twee leden van de rekenkamer, den
directeur en de beide referendarissen van 't kabinet
des konings, een raadsheer in den hoogen raad,
een raadsheer in 't gerechtshof, al de 16 hoofd
onderwijzers van de openbare en 20 van de
bijzondere scholen benevens 104 hulponderwijzers,
10 predikanten, den directeur van de algemeene
dikwijls terug gedreven werd door een ongedul
dige troep, die misschien lang niet zoo uitgehon
gerd was als die bleeke vrouwen, die den heelen
morgen te vergeefs gestaan hadden.
Zij begon benieuwd te worden hoe lang hare
middelen toereikend zouden zijn de wouing was
zeer duur, evenals de levensmiddelen en hoe
moesten zij aan geld komen Met angst zag zij de
noodzakelijkheid te gemoet om zich tot De Pel ven
te moeten wenden en teneinde dit zoo lang moge
lijk af te weren, kocht zij voor vijf franken eenige
benoodigdheden om kant te makenwant zelfs
nu was de liefhebberij in kant nog niet uitgedoofd
en zij hoopte vroeg of laat haar werk in een
winkel te kunnen verkoopen. Zij besteedde nog
een paar franken aan teeken- en schilderbehoeften,
maar dat was meer ten pleiziere van Mile De St
Aignan dan in de hoop van er veel mede te ver
dienen en Edmée pruttelde over deze buitenspo
rige uitgaaf totdat het genot van het penseel
te hanteeren, baar al het overige deed verge
ten.
Mile De St Aignan zag met groot genoegen
hoe verdiept zij in dit werk kon zijn, maakte
allerlei aanmerkingen, waaruit haar volslagen on
wetendheid bleek, en eens toen Edmée er niet bij
was liet zij De Pelven een half voltooid schilder
stukje zien, zeggende:
„Zij heeft talent, bepaald talent. Het is
verwonderlijkmaar het was m groot voorrecht