N«: i3o.
I5S« Jaargang!
188Ö;
Vrijdag
4 Juni.
Middelburg, 3 Juni.
Een ontmoeting op reis.
NOVELLE
MIDDELBURGSCHE COURANT.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en FeeBtdagen!
Prijs per 3lm. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 6 Cent.
Ad verten tlens 20 Cent per regel!
Geboorte-» Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte!
Hoofdagenten roor het Buitenlapd: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Da mi en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Eisïach en Joiris.
Uit eene opgave van de directie der stoomvaart-
maal schappij Zeeland is ons gebleken dat de Prins
Eendrile op den proeftocht niet 14.9 mijl, doch
16.8 miji heeft geloopen.
Het is heden een gedenkwaardige dag voor
Amsterdam. De Willem Barents vertrekt ten
derden male om met kieine hulpmiddelen maar
onverzwakten moed in het hooge noorden getui
genis af te loggen dat Nederland zijn rang wil
handhaven onder de volken van dezen tijd, dat
er bij zijne zonen wetenschappelijke geest en energie
woont en bij een groot deel van het volk nog
genoeg spranken van geestdrift te verzamelen zijn
om de bears te openen voor een doel, waarvan de
uitkomsten niet aanstonds tastbaar, in practischen
koopmanszin wellicht geheel te betwijfelen zijn.
Het gejuich der duizenden welke heden ochtend
ons Poolscheepje aan den IJkant uitgeleide deden
toont echter dat ons volk nog niet overgoten is
met den geest van onverschilligheid en matheid,
welken men het wel eens wil toeschrijven. Ook
buiten Amsterdam zijn velen heden in de gedachte
bij het vertrek der Willem Barents tegenwoordig
geweest en hebben hare bemanning behouden
reis" gewenscht.
Van dat vertrek was de getuige een der eerste
mannen van onzen tijd, de heer Ferdinand do
Lesseps, het beeld eener zeldzame vereeniging van
wetenschappelijke ontwikkeling en ondernemings
geest. Landen en steden reist hij af, onvermoeid,
om bekeerlingen te winnen voor zijn grootsch
plan, de doorgraving van de landengte van Pa
nama. Daartoe zal hij morgen eene voordracht
houden in het Instituut van ingenieurs te 's Gra-
venhage. In afwachting daarvan ontvangt
Amsterdam hem op waardige wijze. Het program
ma bevat een bezoek aan de Oranjesluizen, aan
IJmuiden en een feestmaaltijd, door een lOOtal
Amsterdammers aan De Lesseps aangeboden.
Vllsslngcn, 3 Juni. Volgens ontvangen
bericht is de Vlissingsche vischsloep de Zeeuw,
schipper D. Meyboom, gisteren van het Nieuwe-
diep naar zee vertrokken voor de zoutvisscherij,
eene reis die gewoonlijk 10 a 12 weken dunrt.
De sloepen hebben in 't algemeen lang moeten
wachten om aas te krijgen en dit dunr moeten
betalen.
*Amnterdam, 3 Jnni. De heer Ferdinand de
Lesseps, met reisgenooten, zijnde de HH. Gallay,
zijn vriend, mr. Couvreux fils, zoon van den aan
nemer van het Suez-kanaal, zijn secretaris Henri
de Bionne, en den heer Dauprat, zijn heden
FEXTIXaXJETOJST.
6.
tan
jHORST.Ï
Ik smeekte hem niet verder voort te gaandoch
na eenige oogenblikken richtte hij zich weer op
en vervolgde op zachten toon:
„Ik ging naar de schrijftafel der gravin, in de
hoop van iets te vinden waaraan ik mijne naspo-
ringen zon knnnen vastknoopen. Ik trok do
laden openzij waren allen ledig alles was
zorgvuldig opgernimd, alle papieren waren ver
nietigd. Er was niets wat mij kon helpen. Ver
pletterd viel ik op een stoel bij den schoorsteen
neder. Nog altijd geen licht in het duister
Daar viel mijn oog op een half verkoold stuk
papier, dat blijkbaar op den haard was geworpen
om het te laten verbranden. Ik greep er met koorts-
achtigen haast naar en zag dat het een strookje
grof papier was door de vlam zwart geworden
de gasten der hoofdstad en bezoeken de kanaal-
werken. De minister van financien heeft zich doen
vertegenwoordigen door den heer W. A. Ribbe,
administrateur der generale thesanrie, en de
minister van waterstaat door de heeren J. F.
Bogaard, secretaris generaal, en W. Fijnje, raad
adviseur van zijn departement. Onder de autoriteiten
welke den heer De Lesseps ontvangen, behooren
de commissaris des konings in Noord-Holland, jhr.
Schorer, en de burgemeester van Amsterdam, mr.
G. van Tienhoven, alsmede de ingenieurs Dirks,
Conrad en Waldorp en de directie en commissarissen
der Kanaal-
Sluis, 2 Juni. Bij de opening der stem
briefjes ter verkiezing van zeven leden van den
raad der nieuwe gemeente Sluis bleek dat 91
geldige stemmen waren uitgebracht.
De heeren Jac. Ie Roij die 70, J. H. Henneqnin
die 67 en mr. P. C. J. Hennequindie 62 stemmen
bekwam, werden gekozen.
Eene herstemming moet plaats hebben over de
heeren J. de Brnijne Brevet, met 45, Cta. Lievens,
met 38, J. Sanders, met 36, L. A. Croin, met 27,
K. F. Koksma, met 47, C. B. Wijffels, met 27,
Jac, de Brnijne, met 35, en Habesoone, met 25
stemmen.
(Zie laatste berichten van gisteren).
Te Hansweert hebben zich twee gevallen van
typhus voorgedaan, die tot heden een gunstig
verloop hebben. Indien de heerschende droogte nog
langer mocht aanhouden vreest men voor veie ziek
ten, aangezien het gebrek aan zuiver drinkwater
aldaar tot een ongekende hoogte is gestegen en er
door het gros der bevolking van allerlei voor de
gezondheid schadelijk water wordt gebruik ge
maakt. Veie ingezetenen laten, per stoombooten
Telegraaf en andere, Maaswater nit Holland mede
brengen, doch aangezien men aan 't drinken daar-
van niet gewoon is, veroorzaakt dit bij velen
buikloop. Voor mensch en dier is er geen
water aan te halen en zou een regenmousson een
ware uitkomst zijn. Oct.)
Men schrijft nit Luxemburg aan het Dagblad
„De Luxemburgsche kamer heeft heden haar
werkzaamheden hervat. Het rapport van de centrale
atdeeling over de conventie met Nederland werd
ter tafel gebracht. De commissie heeft, met 4
tegen 3 stemmen, tot de aanneming geconcludeerd.
„Het rapport treedt in een geschiedkunuig over
zicht van de quaestie der schuldregeling. Er
wordt op gewezen hoe de aanvankelijk door
Nederland aangenomen arbitrage voor Luxemburg
schadelijke kansen opleverde en dat de overeen
komst het voordeel heeft het land buiten het
alternatief te plaatsen van een som van 500,000
fr, met de kosten a 50 tot 70,000 fr. te betalen.
„De commissie voegt erbij, dat de tusschen de
en gedeeltelijk vergaanmaar ik kon duidelijk
enkele woorden ontcijferen, die er in sierlijk
schrift opgeschreven warenje t attends AG....
train ponr M. de main 4. ponr C
Ik herkende de hand van den marchese en die
enkele woorden waren voldoende om mij den weg
voor mijne nasporingen te wijzen.
Mijn vronw was ongetwijfeld met den marchese
van Gothenburg naar Malmö gegaan en van daar
naar Kopenhagen.
Ik besloot terstond hen na te reizen en als ik
eenmaal te Kopenhagen was kon ik gerust, zonder
argwaan te wekken, naar de vluchtelingen vragen
daar kende niemand mij en daar zon niemand kunnen
nagaan wat mij er toe dreef hen te achtervolgen.
Ik regelde mijne zaken nog dienzelfden dag en
vertrok 's avonds, zonder bedienden; mijne dienst
boden in den waan latende dat ik mij over
Kopenhagen naar Engeland begaf, teneinde de
gravin af te halen.
In Kopenhagen vernam ik zonder veel moeite
dat een heer en een dame die geheel met
mijn beschrijving overeenkwamen, daar aange
komen en een halven dag later naar Lubeck
vertrokken waren. Ik volgde de vluchtelingen
daarheen en vond dadelijk het hotel waar zij ge
logeerd hadden. In Liibeck had de eavaliere zich
bij ken gevoegd.
Ik volgde hnn spoor tot Hamburg van daar
naar Keulen en eindelijk tot hier in Parijs, waar
heeren De Blochausen en Van Lynden den 6en en
7en Januari gewisselde brieven aan de diplomatieke
vertegenwoordiging een duurzaam karakter gaven,
doeh dat de debatten in de Nederlandsehe kamers
dit wel eenigszins hebben verzwakt.
„Wegens het gewicht van die qnaestie stelde
een der leden (de heer Metz) voor, om de beraad
slaging tot aanstaanden Donderdag te verdagen.
Dat voorstel had geenerlei politiek doel, maar
strekte alleen om de kamer tijd tot ernstig beraad
te geven.
„De minister De Blochansen scheen uitstel niet
noodig te achten; hij deed den heer Metz opmer
ken, dat in Luxemburg de zaak reeds veel langer
aanhangig is dan in Nederland en dat desniette
min de wetgevende kamers daar te lande de zaak
reeds hebben afgedaan.
„Een ander lid, de beer Lafontaine, achtte
daarentegen zelfs een nitstel van acht dagen en
tot Dinsdag a. noodig.
„Wat de zaak zelve betreft, ontkende de beer
André de juistheid der in het rapport van de
commissie voorkomende beweering, dat Luxemburg
een kwade kans zon hebben gehad bij de arbitrage,
omdat verschillende stukken, die tot grondslag
hebben gestrekt voor de besluiten van het Lon-
densch congres, in handen zijn van Nederland.
Hij vroeg mededeeling van die stukken.
„De minister De Blochausen verklaarde zich
bereid alle stukkeu over te leggen, over welke
bij de beschikking kon krijgen.
„Ten slotte werd de beraadslaging over de
conventie bepaald op Dinsdag a."
In de St.-Ct zijn opgenomen de volgende
wettentot herziening der wet van 6 Maart
1818 (Stbl. no. 12), omtrent de straffen tegen
overtreders van algemeepe verordeningen, enz.;
die tot bescherming van diersoorten, nuttig voor
landbouw of hontteelttot wijziging en verhoo
ging van het vijfde hoofdstuk der staatsbegroo-
ting voor het dienstjaar 1880; houdende nadere
bepalingen omtrent den accijns op de suiker,
(wijziging der wet van 2 Juni 1865, Stbl.no. 63);
tot goedkeuring van den kosteloozen afstand
aan de gemeente 'sGravenhage van de strook
grond vóór het ert der nieuwe koninklijke stallen
aldaar, en tot verhooging der begrooting van
N.-I. voor het dienstjaar 1880, (hoofdstuk I, uit
gaven in Nederland en hoofdstuk II, nitgaven in
N.-I.), ten behoeve van den aanlog van een spoor
weg tusschen Madioen en Soerakarta.
Door de kiesvereeniging Noord-Brabant is tot
candidaat gesteld voor de tweede kamer in het
hoofdkiesdistrict Eindhoven dr. Vermeulen, leeraar
aan de hoogere burgerschool te Roldnc, ter ver
vanging van den heer mr. C. A. H. Barge.
In dé jl. Dinsdag gehouden vergadering van de
ik nu sedert acht dagen ben. Ik weet zeker dat
zij hier zijn, maar het is mij nog niet gelukt hun
verblijf te ontdekken. Zij zijn aangekomen en
niet vertrokken dat is al wat ik weet.
Ik zoek van den ochtend tot den avonden
vraag in alle hotels; in de schouwburgen op
straat ontgaat mij niemand. Maar alles te ver
geefs, te vergeefs.
Hier hield hij op en zweeg een geruimen tijd,
daarna reikte hij mij de hand en zei met een
bevende stem:
„En waarom heb ik n dit alles verteld, mijn
vriend Omdat ik vertrouwen in u stel en omdat
ik hoop dat gij mij zult helpen en bijstaan. Wilt
gij dit doen?"
„Ja, dat wil ik en ik zal n ter zijde staan,
zooveel in mijn vermogen is. Keken geheel
op mij
Van dien dag af bracht ik verscheidene dagen
op straat door en nam iedereen die mij tegenkwam
op met den blik van een politieagentmaar
mijne nasporingen bleven even vrachteloos als die
van den graaf zelf. 's Avonds bezochten wij vier
of vijf schouwburgen, in de hoop van daar de
vluchtelingen te zien maar steeds te vergeefs.
Op zekeren avond den vijfden dag van onze
gemeenschappelijke onderzoekingstochten kwa
men wij in het théatre du Palais Royal, waar
het dwaze stuk; les Demoiselles de Mont/ermeib
Ned. afd. van de Association for the reform and
codification of the lata of nations, hield de voor
zitter, de heer Cremers, een belangrijke voordracht
over de handhaving onzer neutraliteit op de
Westerschelde in «oorlogstijd. De conclusie van
den heer Cremers was, dat zij een verkeerd advies
uitbrachten, die meenden dat onze neutraliteit
zon toelaten, zelfs vereisohen, in oorlogstijd vrije
lijk de schepen van de oorlogvoerende partijen de
Westerschelde, voor zoover deze rivier op ons
grondgebied loopt, te doen doorvaren; wel verre,
dat onze nentraliteit dit zon toelaten, zon zij juist
door die handelwijze worden geschonden.
Aan het verslag der Maatschappij tot exploitatie
van staatsspoorwegen over 1879 ontleenen wij het
volgende.
Aan de sterk vermeerderde beweging op het
Zuidernet werd tegemoet gekomen door het leggen
van het tweede spoor tusschen Boxtel en Eind
hoven, hetgeen op 19 November in gebruik geno
men kon worden, terwijl een aanvang gemaakt
werd met het voorzien van dubbel spoor van de
sectiën BoxtelBreda en BredaHollaudsch Diepï
Voorstellen tot uitbreiding der stations Venlo
en Eindhoven mochten de goedkeuring der regeei
ring verkrijgen. Ongelukkigerwijze wordt daartoe
onteigening vereischt, met de daaraan in ons land
verbonden vertraging in de nitvoering van werken.
Gedurende de overstelping met goederen, die
het gevolg was, eensdeels van het gesloten water
in de maand December, anderdeels van de pogingen
van den handel om, met het oog op de met 1
Jannari 1880 in Duitschland in werkiDg tredende
hoogere rechten, de goederen nog vóór dien datum
over de grenzen te brengen, ondervond de dienst
schier onoverkomelijke bezwaren, voor geen
gering deel het gevolg van te bekrompen stations
terreinen of wel van de inrichting dier emplace
menten.
Wat de pogingen betreft om het verkeer naar
Engeland via Vlissingen met do maatschappij
Zeeland te leiden, deze leveren bemoedigende
resnltaten.
Doch bet moet betreurd worden, dat er te
weinig gebrnik wordt gemaakt van de uitmuntende
havens van Vlissingen, anders dan als vluchthaven
bij geheel gestremde vaart naar AntwerpeD. In
de tien eerste maanden van 1879 was de hoeveel
heid goederen, ten spoorwegvervoer aangeboden,
door andere afzenders dan de stoompakketdienst
Zeelandniterst onbeduidend. Toen nu in de maand
December de vorst de havens geheel gevuld had
met schepen, trachtte de maatschappij zoo spoedig
mogelijk van de bevelvoerders te weten te komen
of het voornemen was te Vlissingen te lossen en
per spoor te vervoeren; doch de reeders, wier
orders ingewacht werden, besloten hiertoe niet
dan op het laatste oogeublik. Natuurlijk wilden
toen allen tegelijk geholpen worden en brachten
gegeven werd. De zaal was propvol en het
daverend gelach der menigte begroette herhaal
delijk de vaak zeer dubbelzinnige aardigheden,
en te midden van al dat gejuich, van dit lichtzinnig
gewoel stond ik met dien zwaar beproefden man,
wiens hart verscheurd, wiens kracht gebroken
was, met dien rampzalige, die niets meer verlangde
dan den dood en de eeuwige rast 1
Wij stonden zooals gewoonlijk bij den ingang
der fauteuils d'orchestre en konden zonder gezien
te worden een groot gedeelte van den schouwburg
overzien. Wij hadden weer niets ontdekt en
wilden ons juist naar de andere zijde begeven
toen de graaf eensklaps krampachtig mijn arm
greep.
„Zie eens daarheen, daarheen!" bracht hij
met moeite nit en richtte den blik op een der
voorste loges tegenover ons, waar juist een heer en
dame plaats namen. Wij konden door den voor
uitstekenden wand niet veel van hunne gezichten
zien, te meer daar de dame zich achter een waaier
verborg en de heer diep in den hoek ging zitten
maar hunne bewegingen en hun houding deden
mij terstond aan de gravin en den marchese
denken.
„Wees bedaard, mijn vriend, wees bedaard",
fluisterde ik hem in het oor.
Wordt vervolgd.)