N». '127.
1880!
Dinsdag
irieven.
18Se Jaargang!
Jaarverslag.
Middelburg, 31 Mei.
FEUILLETON.
Een ontmoeting op reis.
NO.VELLE
sel) 27 Mei 1880.
J do verkiezingen van
eren te Brussel. Dat
id ondernemen zonder
kosten en moeite ver-
Bat zon des te minder
net voor de ultramon-
beschikbare krach ten
jtot heden meester van
bij ditmaal een harden
ntwerpeu en te Namen,
candidaten zullen wij
van vier candidaten
I de Association libérale
aftredende leden aan-
Ige jaar te Amsterdam
i te Brussel werklieden
|relke de vaan van het
Ik laat de personen
keuze is niet zeer
bekend om propaganda
|en stemrecht. Op het
Iwe aandacht vestigen
pnsus-kiezers zelve een
Iten voordeelo van het
spreken is een teeken
leeken is eene redevoe-
ller Taelen, wethouder
■per. en candidaat der
|bij de aanstaande ver-
1 der Taelen heeft zich
(der van het algemeen
ik reeds lang geleden
lad gesproken heb van
I maar toch bestaande
pet algemeen stemrecht
Igen tegen dezen maat-
Itreeksch en algemeen
zegt men, moet he t
anders is het gelijk
fn op eene rots. De
maar niet aan, even-
i duisternis tot licht
lts langzaam verspreidt
Ie.
bering. Doch, wie moet
bogenblik gekomen is
dat zou hunne abdicatie
barne vrijwillig afstand
kunnen begrijpen die
met kleine schreden
beland. Hier in België
|-Orban „noch in eens,
drieën, nooit!'* Een
voor zulk een uitspraak,
ning van het kiesrecht
de ongeschiktheid der
zou kunnen betwisten
J algemeen stemrecht op
lelijke uitdrukking des
ieder volk, doch inner-
het volk zelf kan het
Jfening van dat recht te
Bid wordt bepaald door
tedexom wordt verkregen
pm is het volksonderwijs
geeringen aan de volken.
I census steuneude regee-
en algemeen stemrecht
laten zij dan toch eene
p onderwijs. Zoodoende
Inne oppositie een schijn
Icht geven.
I onze lezers kunnen weten
londent in gevoelen.
lp een vigelante geladen
br een goede fooi als hij
I bracht. Voort ging het
Iraat reed ons een ander
Ite gemoet zoodat de
tardea moesten inhouden
[imen en toen ik toe-
was het alsof ik door
den koetsier zat de
reiataschje in de hand,
beel alleen, nonchalant
Hij reed blijkbaar
{Wordt vervolgd
IHIDDELBIIRGSCHE
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen!
Prijs per 3/m. franoo 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Oent.
Advertentlan: 20 Oent per regel!
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels lj50
iedere regel moer 0,20.
Groot» letters worden berekend naar plaatsruimte;
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Daubi en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jonis.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
makeu bekend
dat het verslag van den toestand dezer ge
meente over 1879, door hen, naar aanleiding van
art. 282 der gemeentewet, aan den gemeenteraad
gedaan, tegen betaling van/.50 bij de uitgevers
J. C. W. Alturffer, verkrijgbaar is gesteld.
Middelburg, den 28 Mei 1880,
De burgem. en weth., voornoemd,
PICKE,
De secretaris,
G N. DE STOPPELAAK.
De heden namiddag gehouden openbare verga
dering der kamer van koophandel en fabrieken
alhier, was uitsluitend gewijd aan de mededeeling
van ingekomen stukken. Daaronder bevond zich
ook een schrijven van het comité tot organisee-
ïing van het Congres international du commerce
et de Vindustrie te Brussel, waarbij, onder toezen
ding van een 25tal programmas, de kamer tot
deelneming aan het congres wordt uitgeuoodigd.
Op voorstel van den voorzitter wordt besloten,
om dank te betuigen voor de toezending en zoo
een of meer leden het congres zullen bijwonen
•daarvan bericht te zenden.
De leden bleven in comité bijeen.
In de heden alhier gehouden vergadering
.yan de afdeeling Walcheren van de Maatschappij
tot bevordering van Landbouw en Veeieeit in Zee
land werd verworpen een voorstel om den stier
der afdeeling, waarvan niet zooveel gebruik wordt
gemaakt als wenschelijk is, ook voor de koeien
van niet-leden kosteloos beschikbaar te stellen.
Eveneens werd verworpen een voorstel, om het
comité voor inzendingen van zuivelproducten op
de internationale tentoonstelling te Londen door
een subsidie of op andere wijze te steunen.
Eindelijk werd aangenomen een voorstel om nog
in den loop van dit jaar eene afdeelingstentoon-
s telling van rundvee en paarden te houden, welke
in de eerste helft der maand September te Mid
delburg, op een daartoe kosteloos door den heer
,S. van Straten aangeboden weiland,aan den Seis-
weg, zal plaats hebben.
Ia een volgend nommer geven wij het gewone
verslag.
De audiëntie van den minister van financiën
zal aanstaanden Donderdag, den 3 Juni, niet
plaats hebben.
Ingevolge eene overeenkomst op 30 Maart jl,
tusschen Nederland, Frankrijk en België gesloten,
roeders abrahams
lbüiiq-.
tam
HORST.
Ik verzweeg deze ontmoeting voor mijne dames
doch gevoelde mij gedurende verscheiden dagen
ongerust over het lot dier drie personen, die ik
in zulk een korten tijd had lief gekregen en die
mijne gedachten voortdurend bezighielden.
Het ging mij echter zooals het meestal me'
kennismakingen op reis gaat.
Na eenige weken dacht ik bijna niet meer aan
den graaf S. of aan zijn vrouw en toen ik,
thuiskomende drukke bezigheden vond en niemand
had met wien ik over hen spreken kon vergat ik
hen geheel en al.
In September van datzelfde jaar moest ik voor
eenigen tijd naar Parijs en nam een kamer in een
hotel ia de Hue Lafitte hotel dy Abexondrie
komt, te rekenen van 1 Juni a., voor het tele
grafisch verkeer tusschen de beide eerstgenoemde
staten een gewijzigd tarief in toepassing, dat,
zonder heffing van een vast bedrag per telegram,
0.10 per woord bedraagt.
AUssingen, 30 Mei. Het nienwestoomschip
Prins Hendrik voldeed ook bij zijne proefreis
naar Queenborough en terug in alle opzichten.
Eenige cijfers ter gemakkelijker beoordeeling
van de snelheid, waarmede dit prachtige schip
het water doorklieft, zullen velen niet onwelkom
zijn.
De af te leggen vaarweg tusschen Vlissingen
en Queenborough bedraagt ruim 27 Duitsche mijlen
of 200 kilometers; deze afstand werd gemiddeld
in uur doorloopeu, zoodat het schip op deze
reizen, niettegenstaande op de heen- zoowel als
op de terugreis de stroom in de Wielingen zeer
sterk in het nadeel was, per uur een afstand van
27.5 kilometer heeft afgelegd, een afstand die
nagenoeg overeenkomt met vier malen den
afstand tnsschen Middelburg en Vlissingen, of
149 mijl per wacht.
Amsterdam 31 Mei. In de heden namid
dag gehouden jaarlijkscbe algemeene vergadering
van aandeelhouders der Amsterdamsche Kanaal-
Maatschappij is verslag uitgebracht over de
verrichtingen van de directie en deu toestand van
het Noordzee-kanaal in 1879.
Daaruit bleek o. a. dat nog steeds onderhan
delingen met de regeering worden gevoerd over
de overname van het kanaal door den staat, en
dat aan het oordeel der betrokken ministers vier
voorstellen daaromtrent zijn onderworpeu en vol
gens schrijven van den min. van waterstaat ernstig
worden overwogen.
Naar aanleiding van de bekende dading tusschen
de regeering en de gemeente Amsterdam, waarin
mede de subsidie van 3 mil ioen van de Kanaal-
Maatschappij betrokken was, blijft er vermoedelijk
voor de Mij. nog over een saldo van 367.000.
De minister had van den hoofd-iugenieur eene
ramiDg gevraagd der kosten van de voltooiing en
het onderhoud der werken, naar aanleiding waar
van ook de directie een raming had gemaakt
welke zij den min. heeft toegezonden. Tusschen
die twee opgaven is een verschil van f 1 739.900.
En wordt de 250 meter breede geul voor de
scheepvaart voldoende geacht, dau komt de
directie tot een som van f 284.500 en de hoofd
ingenieur tot 1.259.500.
In 1879 zijn 4013 schepen door de Noordzee-
sluizen naar en nit zee geschut tegen 3242 in
1878. De opbrengst der kanaal- en havengelden
was 29.173 meer dan in 1878, voornamelijk het
gevolg van de mailbooten die van het kanaal
gebruik maken.
Het bedrag der valschelijk in omloop gebrachte
dat mij door vrienden was aanbevolen en door
de stilte die er heerscht en de voortreffelijke wijze
waarop het bestuurd wordt, zeer goed beviel.
Men merkt er niets van de drukte der Boulevards
en iB toch vlak bij den voornaamst en en vroolijk-
sten van allen den Boulevard des Italiëns, in
éen woord het heeft al de voorrechten eener
goede ligging, zonder de schaduwzijden er van te
ondervinden, en mijnheer en mevrouw Marx weten
het hunne gasten zóo aangenaam te maken, dat
men vergeet dat men in een logement is en
zich geheel thuis gevoelt. In den regel at ik aan
de table d' höte, waaraan echter niet alle gasten
deelnamen en in dien kleinen kring van twaalf
personen, bevonden zich Mexikanen, Brazilianen,
Engelschen, en Italianen, terwijl ik Duitschland en
mgnheer Marx met zijn familie Frankrijk verte
genwoordigden.
Ons gezelschap bleef, weken achtereen hetzelfde,
zoodat er inderdaad een vriendschappelijk verkeer
ontstond. Mijnheer Marx zorgde met echt Fran-
sche levendigheid dat het gesprek nooit haperde,
terwijl mevrouw en haar getrouwde dochter er
steeds op bedacht waren om iedereen zijn lieve
linge schotel voor te zetten en alles zoo gerieffelijk
mogelijk in te richten.
Op zekeren dag vertelde mijnheer Marx ons dat
er twee andere nationaliteiten een Pool en
een Zweed in zijn hotel afgestapt waren, die
echter tot zijn leedwezen niet aan de table
aandeelen door den vroegeren secretaris is weder
vermeerderd. Weder zijn eenige oude stukken
ter inwisseling aangeboden tot een nominaal
bedrag van f 13.300. Het totale bedrag van
frauduleus in omloop gebrachte aandeelen is nu
292.300.
De ontvangsten in 1879 hebben bedragen
f 2.940.292,841, de uitgaven f 2.588.532,02, zoodat
op 1 Jan. 1880 beschikbaar bleef f 351.769,821»
Sedert langen tijd keken de Haagsche gasver-
bruikers met een ijverzuchtig oog naar de nabij
gelegen stad der sleutels en peueraars, waar het
gas eene lichtsterkte had van 18.7 tot 20.1 kaarsen,
terwijl het Haagsche gas maar 15.5 tot 17 kaarsen
kon halen. De directeur der Haagsche fabriek
vermoedde hierin een abuis, dat ook werkelijk
door professor Rijke is ontdekt. Deze vond op
1000 meter afstand van de Leidsche fabriek
slechts eene lichtsterkte van gemiddeld 14.21 en
aan de fabriek zelve van 16.2 kaarsen. Het
verschil van zijne resultaten met die der fabriek
was te vinden in het gebruik van een anderen
lichtmeter. Professor Rijke gebruikte hetzelfde
systeem als in Den Haag en vond toen dat het
Leidsche gas slechter was dan het Haagsche.
Bij een zoo aanmerkelijk verschil schijnt het
noodig dat, waar in contracten of statistieken van
lichtsterkte van het gas wordt gesproken, ook de
lichtmeter worde opgegeven welke voor de meting
gebruikt is of zal worden. Anders verliezen die
cijfers hunne beteekenis.
De Etoile Beige bericht, dat bij Blankenherghe
een Nederlandsch visschers vaartuig door de Belgen
is genomen.
Sedert eenigen tijd komen, volgens dat blad,
Nederlandsche visschers in de Belgische wateren
hun beroep uitoefenen, en hebben zij reeds dikwijls
de zeeweringen langs de kusten aanmerkelijk
beschadigd.
De havenmeester van Blankenherghe, de heer
Doyers, had hun hei haalde malen gelast zich te
verwijderen, zondei dat zij aan zijn bevel gevolg
gaven. Eergisteren ochtend wierp weer een Ne
derlandsch visschersvaartuig, dat het nommer 125
droeg, zgne netten uit, op korten afstand van de
havenhoofden. De heer Doyers begaf zich terstond
met de reddingsboot naar de visschers, en beval
hen onmiddellijk met visschen op te houden.
Hij werd echter door de bemanning van het
vaartuig met luid gelach en spottende woorden
ontvangen. Toen telegrapheerde hij onverwijld
naar Ostende om een stoomboot, ten einde de
visschers gevangen te kunnen nemen.
Een uur daarna maakte hij met de boot jacht
op de Hollandsche visschers. Leze hadden, zoodra
zij bemerkten welk gevaar hen dreigde, koers
gezet naar Vlissingen, maar zij werden door de
d' höte wilden eten, 't geen hem te meer speet omdat
die Zweedscbe heer er zoo gedistingueerd uit zag
en hem door zijn innemend, ernstig wezen zoo
bijzonder aantrok.
Toen ik na dep eten de trap opging om mij
naar mijn kamer te begeven, kwam ik een heer
tegen die zeer langzaam liep en het hoofd zoo
voorover hield dat ik zijn gezicht niet kon zien.
Hij keek ook niet op toen hg langs mij heen
moest en toch wist ik op eens dat ik tegenover
den graaf S. stond.
Maar hoe was hij veranderdDie statige
knappe man was geheel geknakt en ter neerge
bogen. Zijn gelaat was doodsbleek en veel
langer geworden, zijn baard geheel grijs en zijne
oogen hadden zulk een vreemde uitdrukking, dat
ik mij niet meer kon voorstellen hoe zij mij eens
stralende van geluk hadden aangezien.
Onwillekeurig noemde ik zijn naam, 't geen mij
oogenblikkelijk berouwde, want ik wist immers
niet of hij herkend wilde worden. Als versteend
bleet hij staan. Een donkere blos overtoog zijn
gelaat en hij keerde zich langzaam naar mij
toe. Ik zag dat hg nog even aarzelde, maar
toen stak hg mij zijne beide handen toe en riep
„Mgnheer Horst, welke een onverwachte ont
moeting 1"
Ik drukte hem hartelijk de hand want
woorden kon ik niet vinden! Wat moest ik tot
hem zeggen Op dit oogenblik, waarin ik zijn
stoomboot ingehaald nog vóór zij de sluizen van
Heyst bereikt hadden, en met hun vaartuig
naar de haven van Blankenherghe gebracht,
waar men proces-verbaal tegen hen opmaakte.
Lijst van brieven, geadresseerd aan onbekenden,
verzonden door het postkantoor Middelburg,
gedurende de 2e helft der maand April 1880:
A. de Haas, A. P. Freeman, A. Huijge en Reck-
leber, allen te Amsterdam, J. Verhaar, Rotterdam,
M. Holthuyzen, te
De laatste aflevering van Eigen Haard bevat
een portret van S. L. Verveer met een bijschrift
van Joh. Gram en eene houtsnede naar Verveera
Torenstraat ie Schevenmgen bij regenachtig weêr.
De aarde en haar volken vervólgt de beschrij
ving der Zuid-Afrikaanpche diamantvelden én
bevat het begin eener reisbeschrijving van mevrouw
De Ujfalvy-Bourdon, Van Orenburg naar Samar
kand.
Bg deu uitgever P. Gouda *Quint te Arnhem
zal een gedenkboek verschijnen van het koloniaal
militair invalidenhuis Bronbeekdat de geschiedenis
en beschrijving dezer instelling zal bevatten met
een aantal afbeeldingen en portretten.
In de vacant-^ een bundel verhalen van Sleekx,
reeds in 1864 verschenen, beleeft en verdient een
tweeden druk bij deu uitgever Ad. Hoste te
Gent.
Aan de Arnh. courant wordt uit Den Haag
„Het laat zich aanzien dat het zittingjaar
1879—80 van de sta ten-generaal, dat als zoo
langdurig en met gewichtige werkzaamheden
opgevuld werd begroet, ten slotte toch vrij wat
kalmer zal afloopen dan men verwachtte. Het
wetsontwerp op de reutebelasting ondergaat eene
geheele omwerking, welke volgens de verklaring
van den minister van financiën zelfs niet voor
half Juni afgeloopen kan zijn, zoodat er aan eene
afdoening van dit ontwerp vóór 1 Juli zelfs door
de tweede kamer alleen niet te denken is. Men
zegt mij namelijk dat de omwerking niet alleen
het voorgestelde belastingstelsel betreffen zal, en
dat de minister „van de hém door de tweede
kamer geboden gelegenheid wil gebruik maken''
door niet slechts zijne denkbeelden omtrent de
hervorming van het belastingwezen mede te dee-
len, maar die meteen in voorstellen te formuleeren*
Ik geloof niet dat de minister daardoor de
kaasen op aanneming van een enkel zijner voor
atellen vertioogen zou; zeer zeker althans zal er
een groot tijdverlies het gevolg van zijn, en om
deze beide redenen hoop ik van harte dat.de
gewoonlijk zoo wel ingelichte persoon, van wien
ik het vermelde vernomen heb, voor ditmaal
slecht ingelicht moge zijn. Want een zoo sterk
geheele ellende peilde al zijn leed doorzag.
„En woont gij ook in dit hotel?" vroeg hi)«
Ik antwoordde bevestigend en toen bleek het dat
wij reeds sedert acht dagen onder hetzelf-le dak
gewoond hadden, zonder het te vermoeden of
elkaar tegen te komen.
Terwijl de .graaf met mij sprak werd hij beur
telings bleek en rood, zijn borst ging krampachtig
op en neder, zijne handen beefden het was een
hartroerend schouwspel voor mij en ik vroeg
fluisterend
„Mag ik n morgen ochtend een bezoek
brengen, mijn waarde graaf?"
Hij knikte toestemmend, greep nog eens mijne
handen en drukte die zoo hartstochtelijk, dat ik
het bijna uitschreeuwde van de pijn. Daarop rukte
hij zich los en stoof de trap af en het huis uit.
Den volgenden morgen om elf uur liet ik my
bij hem aandienen en hij kwam zelf op den gang
om mij uit te noodigen binnen te komen. Bij
daglicht was de vreeselijke verandering in zijn
uiterlijk nog merkbaarder; zijn haar en baard waren
geheel wit, onder de oogen had hij breede zwarte
kringen, zijne trekken waren ingevallen, zijn
neus stak vooruit, zoodat het mij zelfs verbaasde
hoe ik hem gisteren avond zoo ineens herkend
had. Maar hij was kalmer, koeler, strakker.
Zijn oog flikkerde niet meer zoo koortsachtig,
doch had een matte uitdrukking als na een door
waakten nacht.