LAID. Overzicht. De invoer van vee in Engeland Réclames. CAPSULES CARDYmetGABIAN-OLIE Zeet ij dingen. Handelsberichten. Prijzen van Effecten. Advertontiön. >udende klachten over i wezen. hoofdzaak neer op het Java naar Middelburg p de hoogte van Dun- >n voor een Vlissingsch eu Vlissingsche loods- voerder verplicht was, thoud, een Brouwers- ïemen. Eindelijk ont- n loods, die hem voor singen bracht. Op de ar zijn diepgang had alken het schip bij het nl. 72 decimeter, met ter voorkoming van ide, waarop de loods schepen boven 70 dec. mocht binnenbrengen, gegeven en passeerde ir geconstateerd werd ïad. te bezwaar betreft de Ie loodsgeld in dit ge- veroorzaakt noode- |rricht dan is de gewone 74J dec., zoodat het taren worden, en vraagt bnt het loodswezen de |sen het in de buitenhaven meer dan 70 dec. te |elijk de tusscbenkomst veel betaalde som van en sleeploon terug te ïlf zeer ingenomen met d, welke de haven aan ,u biedt voor diepgaande litspreekt, dat de kamer scbenkomst niet euvel belangen welker behar agen, eronder lijden, niet medewerkt, en de :ukt in plaats van die mmissie voor de maand t tot het indienen van .nister van marine tot erzoek van den gezag- [iat feiten als de in het ijman voorkomende den ïouden. en tevens erop ige maatregelen worden bungeness voortdurend Jchepen voor Vlissiogen 1 ondervinden, zooals ,1 is geweest, oppelaar nog herinnerd met de Mary heeft de kamer zich met het e. or de daartoe benoemde racht op de vraag van ingen betrekkelijk de van staatswege naar |aar gevoelen te kennen, acht dat het onderzoek an en bij de wet worde laarna gesloten, terwijl jeen bleven. lamemmgcn. ens te 8 uren. ind Toestand aar kracht lucht zee 2 bew. kalm 3 z. bew. 4 mist. 4 betr. 1 z. bew. helder 2 1. bew. kalm 4 1. bew. deining 2 bew. 3 helder 3 z. bew. deining 2 goed kalm 4 mist. 2 helder 2 betr. 2 helder rland 3.4 M. Graanbeurs: Corr 12 Mei. 'sav. 11 u. gr. Igr. 'a midd. 1 u. 66 gr. t namens de commissie oor het lager onderwijs ver de aanhangige weta- onlangs mede dat er nog bestond tusschen den 2. Zij waren liet eens loos en verplicht moest meende dat het gods ends uit geweerd moest Ferry, het beginsel der ende dien maatregel tot En. Ter elfder ure, toen reeds was vastgesteld* ch nog bekeerd en zijne egeven onl het volgende maakt geen deel meer uit het lager onderwijs, aan de leerlingen der open- gegeven door de bedienaren Het verlangen der ouders zal geraadpleegd "en gevolgd worden, aangaande het deelnemen hunner kinderen aan het godsdienstig onderricht. Dit onderwijs zal gegeven worden, hetzij in de kerk gebouwen, hetzij, indien de geestelijken dit verlangen, in de schoollokalen op de uren en onder de voorwaarden door de reglementen der scholen te bepalen. Hiermede heeft hij in beginsel toegegeven, daar onder deze voorwaarden wel geene geeste lijke broeders of zusters onderwijzers aan de staatsschool zullen willen blijven. De commissie erkent dit met ingenomenheid, maar vindt toch de redactie van den minister wat zwak. Zij wil vaststellen dat „geen godsdienstig onderwijs meer in de openbare scholen zal gegeven worden." Tusschen deze beide redacties zal de kamer eene keuze moeten doen. De bepalingen volgens welke men den leerplicht wil invoeren zijn de volgende. Lager onderwijs wordt verplicht gesteld voor allo kinderen van zes tot dertien jaren. Het wordt gegeven in openbare of bijzondore tscholen of in het huis gezin, hetzij door den vader, hetzij door iemand welken hij daartoe aanwijst. De vader of voogd moet 14 dagen vóór den aanvang van den cursus aan den burgemeester kennis geven op welke wijze hij zijn kind zal laten onderwijzen. De kinderen die onderwijs in het huisgezin ontvangen, moeten zoolang zij in den leeftijd verkeeren waarin het lager onderwijs verplicht is gesteld, aan het einde van ieder schooljaar een examen ondergaan. Is het resultaat daarvan onvol doende zonder dat er eene geldige reden van ver schooning is aan te voeren, dan moet den ouders aangezegd worden dat zij hunne kinderen naar eene school moeten zenden. De straffen voor de vaders of voogden zijnbij het eerste vergrijp eene berisping van de schoolcommissie; bij herhaling binnen een jaar aanplakking van den naam aan het gemeentehuis en bij eene tweede herhaling een vonnis van den kantonrechter wegens overtreding. De kamer te Parijs had eergisteren eene woe lige zitting. Een paar zaken die aan de orde waren liepen spoediger af dan men gedacht had, zoodat onverwacht de tweede lezing aan de orde kwam van het ontwerp op het recht van verga dering, dat de hoofden der geavanceerd liberalen nogal warm maakt. Tweo hunner, de heeren Floqnet en Perin, zouden het woord voeren, maar waren met hunne redevoeringen nog niet klaar. Zij vroegen uitstel der behaudeling, maar de kamer wilde afdoen en haar president, de heer Gambetta, zwaaide met ijzeren hand den hamer, thans niet tegen De Cassagnac en zijne vrienden, maar tegen een paar zijner geestverwanten. Uit stel der behandeling zou hebben moeten duren tot Maandag, en daarom was de president karig op den nationalen tijd. De uiterste linkerzijde is daarover boos op den heer Gambetta, en het gansche voorval zou op zich zelf onbeduidend zijn, als het niet weder een van de symptomen was van de spanning tusschen de volgelingen van den heer Clémenceau en den heer Gambetta, die zich blijft terugtrekken op zijn veiligen voor- zittersstoel. De Pruisische landdag komt den 20en weder bijeen om de zitting te hervatten, welke bij het begin der zitting van den rijksdag is afgebroken. Hij zal zijne werkzaamheden beginnen met de tweede lezing van het ontwerp eener verbeterde inrichting van het administratief bestuur des lands; terwijl nog een tweede daaraan verwant ontwerp ligt te wachten, op de bevoegdheid der administratieve ambtenaren en rechtbanken. De overige inhoud der agenda is van minder belang, behalve de voordracht door welke aan de regee ring de al of niet toepassing der Meiwetten wordt veroorloofd. De regeering zou dan de macht hebben om zacht te werk te gaan, overal waar de geestelijkheid zich onderwerpt, terwijl zij tevens het heft niet uit handen zou geven bij het voor komen van een later verzet. Deze voordracht is nog niet openbaar gemaakt, doch men spreekt en seint erover alsof zij het was. De verhouding tusschen Pruisen en de Roomsche curie zal door hare handeling eene nieuwe en zeer belangwek kende phase intreden. Engeland ontvangt voor een goed deel zijn vleesch, hetzij in den vorm van geslacht, hetzij in dien van levend vee, uit het buitenland, en het kan daarom geen verwondering baren dat dl openbare meening baren invloed doet gelden oi het nieuwe ministerie om de met het oog oj verschillende veeziekten ten bate van den Engel- achen veestapel ingevoerde belemmeringen van den invoer zoodanig te wijzigen dat zij niet zeer de verhooging van de vleeschprijzen in hand werken. Eene wet van 1818 geeft aan den Privy Council de bevoegdheid om bepalingen vast te stellen den invoer van „vreemd vee," eene benaming waaronder verstaan worden allo runderen, kalveren schapen, varkens en geiten welke ingevoerd om dadelijk te slachten, om te vetten, om tentoongesteld te worden en om in den Engelschen veestapel te worden opgenomen. Den len Januari 1819 trad eene beschikking van den Privy Council in werking volgens welke geen levend vreemd vee voor voedsel mocht worden ingevoerd uit eenigo haven van Europa beoosten eene lijn, welke men van Eiga naar Genua zou kunnen trekken. Slechts in éene haven, Southampton, mocht vee uit de Enssische havens aan de Oost zee worden ingevoerd, onder strenge bepalingen van quarantaine, mits het bestemd was om tentoongesteld of in Engeland geacclimatiseerd te worden, üit do overige landen van Europa, behalve Denemarken, Noorwegen, Zweden, Spanje en Portugal, mag het vreemde vee slechts in zes Engelsche havens, Deptford, Guole, Grimsby, Hartlepool, Plymouth en Sunderland, worden geland op eene opzettelijke daartoe aangewezen losplaats en onder de voorwaarde dat het binnen twaalf dagen na de lossing worde geslacht. Aan deze beperkende voorwaarde is dus ook het Nederlandsehe vee onderworpon. Spoedig werd, bij afzonderlijk besluit, ook het vee uit de Verec- nigde Staten aan dezelfde bepalingen onderworpen. Twee vragen doen zieh in dezen toestand op. Ten eerste: zijn de groote beperkingen van den invoer gewettigd door het gevaar van besmetting voor den inlandschen veestapel En ten tweede welken invloed oefenen zij uit op de vleeschprijzen 1 Beide vragen zijn onafscheidelijk van elkander en lossen zieh voor de wetgevende macht op in de vraag welk belang het zwaarste wegen moet na nauwlettende overweging van de bezwaren. Dit is een economische vraag van het hoogste gewicht, niet alleen voor Engeland, maar ook voor de veeteelt van andere landen, hoewel uit den aard der zaak alleen het Engelsche belang den doorslag moet geven. De beslissing zal ze6r moeilijk zijn, omdat de Engelsche veefokkers, naast het belang bij de gezondheid van hunnen veestapel een be lang hebben bij hoogere prijzen, die door iedere beperking van den invoer worden bevorderd. Eene onpartijdige studie der statistiek is de eenige weg om tot eene slotsom te geraken. De ingevoerde belemmeringen hebben natuurlijk de gelegenheid gegeven om tot zeer volledige cijfers te komen. Wij geven er enkele die ons zuilen helpen om het verloop dezer belangrijke vraag bij onze na buren te kunnen volgen. In 1819 werden ingevoerd 1.241.811 stuks vee, iets meer nog dan in het voorgaand jaar toen de beperkende bepalingen nog niet in werking waren. Buitendien leverde Ierland aan Engeland en Schotland 1.144.404 stuks. Dit was in een jaar waarin de nijverheid kwijnde, zoodat men kan aannemen dat de koopkracht in de fabrieks districten in gupstiger tijden nog aanmerkelijk zal toenemen. De gróOKi afmetingen welke het vervoer over zee neemt, maakt van de voorwaarden onder welke dat vervoerplaatsheuft een zeer belaugnjke factor in den prijs van het vleeseh. Het vervoer laat nu en dan veel te wenschen over. Uit offieieele, bij den Board, of Trade ingekomen rapporten blijkt dat verleden jaar alleen van het in de Vereenigde Staten ge scheepte vee 14.024 stuks werden overhoord geworpen, 1249 dood gelost werden en 455 zoo beschadigd of uitgeput waren dat zij oogenblik- kelijk na de lossing moesten worden afgemaakt. Een schip, de Sorrento, verliet New-York in de bitter koude Januari-dagen met 300 schapen op het dek en 121 ossen tusschendeks. In een storm spoelden al de schapen overboordterwijl 81 van de ossen óf gestikt óf verpletterd waren, daar „al de zwak gemaakte afscheidingen in den veestal zich begeven hadden." Het vee was holderdebolder in den storm door elkaar geschud, en volgens rapport van den stuurman had men twee dagen werk de doode beesten uit het schip te halen. Diep geladen schepen vertrekken midden iu deu winter uit Amerika met ossen op het dek aan den mast gebonden, zoodat iedere golf die over het schip slaat hen treft. In éen schip stikten 351 ossen, wijl men door ruw weer een groot gedeelte van de reis de luiken moest gesloten honden. W ij willen het gebied der dierenbescherming voor het oogenblik niet betreden en slechts erop wijzen dat deze verliezen eene verhooging der productiekosten vormen welke ten slotte den verbruiker van het vleesch treft. Meu meene echter uiet dat het vervoer in alle gevailen zoo gebrekkig is. Vele schepen toch volbrengen hunne reis in goed weder en het voedsel dat in Amerika geladen wordt is stoeds zeer goed. Het is meestal maïs en geperst hooi, terwijl nu en dan stroop met warm water gevoerd wordt, waaraan men een uitstekenden invloed toeschrijft. Onder gunstige omstandigheden wordt dan ook het vee op do reis niet minder. Heeft het echter geleden dan ligt het in den aard der zaak dat de zes of zeven dagen welke het ge woonlijk na de lossing nog in leven wordt ge houden, niet genoeg zijn om het te doen bijkomen, Wettelijke internationale bepalingen op het vervoer van vee schijnen echter in ieder geval wenschelijk en onafscheidelijk van het beginsel der bescherming van het Engelsche vee togen buitenlandse!» besmetting. Want zoo de ziekten niet door dit treurig vervoer ontstaan, worden ze er toch zeker door ontwikkeld. De onderstelling schijnt niet gewaagd dat kiemen van longziekte zich ontwikkelen bij vee dat in den winter gedurende een overtocht over den Atlantischen Oceaan zijn stal op het dek van eene stoomboot heeft. Toen de Pray Council het «plan vormde om het vee uit e ereemg e .Staten aan dezelfde beperkingen te onderwerpen als dat uit een deel van Europa, schreef de Amerikaansohe minister Evarts dat hij het zeer waarschijnlijk achtte dat do beesten de longziekte op de reis kregen, deels door slecht13 ventilatie van de in het schip ^gestalde, en door het blootstellen aan ruw weder van de deklading. De Engelsche en Amerikaansohe veeartsen zijn bekend als zeer knap, doch hetzij terecht of ten onrechte men beschouwt hunne adviezen niet zonder eenig wantrouwen, wijl de paniek voor de longziekte hun zoowel geldelijk als in maat schappelijk aanzien veel goed heeft gedaan. Gedurende het gansche jaar 1879 werd onder de 3.000.000 in Engeland en Schotland ingevoerde stuks vee geen enkel geval van runderpest ontdekt» en men kan wel aannemen dat er scherp toegekeken is, wijl zelfs maar éen geval de strenge maatregelen van den Privy Council veel steun in de openbare meening had gegeven en het toezicht door ambte naren van denzeltden raad wordt uitgeoefend. De statistiek van andere ziekten bij het inge voerde vee vinden wjj alleen voor dat uit de Vereenigde Staten, en deze luidt zeer gunstig. Slechts 137 runderen leden aan longziekte, 33 apen aan mond- en klauwzeer en 37 aan schurft. Hoewel men in aanmerking moet nemen dat doorgaans het beste vee wordt uitgevoerd, schijnt de gezondheidstoestand van den Ameri- kaanschen veestapel in geen geval te moeten onderdoen voor dien in Engeland, waar in het zelfde jaar, het jaar van de voorzichtigheid met den invoer, in 63 graafschappen 4.414 runderen door longziekte werden aangetast, waarvan er 4.296 werden afgemaakt. Mond- en klauwzeer werd in drie vierden der graafschappen van Engeland waargenomen, terwijl deze kwaal in Schotland niet voorkwam. Schurft bij schapen werd in 54.607 gevallen geconstateerd. Wij zullen over de slotsom, in Engeland uit deze belangrijke gegevens te trekken, waarschijn lijk spoedig meer hooren, daar de zaak met het oog op het nieuwe ministerie warm gemaakt wordt. Van het vorig kabinet hoopte men geene inkrimping der beperkende bepalingen meer. De ministers wien de zaak aangaat zijn sir William Harcourt, minister voor binnenlandsche zaken, en de heer Mundella, vici-president van den Privy Councilwelk lichaam wanneer er binnenlandsche zaken te behandelen zijn steeds door zijn tweeden voorzitter wordt gepresideerd. (Prijs der plaatsing 30 cent per regel.) dito dito 6' 1855. 5 Obligatiën 1862 5 dito 1864 f 10005 dito 1864 1005 Chronische ziekten der ADEMHALINGSWERKTUIGEN NIEUW GENEESMIDDEL Volgens Rapport aan de Sociétó Medical* de Therapentiqne te Parijs Chronische Bronchitis, Asthma, Hoest en Catarrh op de longen radikaal genezende, en krachtig werkend bij longtering. Parijs, Pharmacie GARDY, 45, rue Caumartin. TQ*Middelbury, bij V. d. KAMKR, Apoth. Van hier naar Vlissingen vertrokken het schoo- nerschip Adriana Wïlhelmina, gezag v. Reijn- hout. Vlissingen. Heden naar zee vertrokken de Engelsche schooner Perseverance, gezagvoerder Hawes, met spoorleggers naar Londen. GraanmarKten enz. Middelburg, 13 Mei. Uit Walcheren was er heden een kleine aanvoer, meestal bestaande iu tarwe. Van buiten was weinig aangevoerd. De handel was gering en alleen voor consumtie werd gekocht. De noteering der prijzen blijft onver anderd. gemiddelde marktprijzen. Versche boter 0.90 a f 1.eieren per 100 stuks 2.90. Bergen op Zoom, 13 Mei. Puike jarige witte tarwe 10.a 10 50; nieuwe dito 9 a 10.— mindere 7.50 a 8.75roode 7.a 10.50; rogge 8.a 8.25boekweit 5.60 a 5.80 nieuwe dito 5.50 a 5.75; zomergerst ƒ5.a 5.25 haver 8.50 a 9.kookerwten 10 a ƒ11.paardeboonen ƒ8.a ƒ8.50 kanarie zaad ƒ10.a ƒ10.50; bruinebooneu ƒ9.a /13witte boonen 8.50 a 9.—duivenboonen 8.75 a f 9.50. Suiker onveranderd 26 op 88 gradenmeiassen onveranderd; boter per stuk .90; kilo —.71; eieren per 26 stuks f.90. Amsterdam, 12 Mei 13 Mei, STAATSLEENINGEN. pet. IVedcrl. Cert. N. W. Sch. 2J dito dito dito. 3 dito dito dito. 4 dito Obl. 1818 f 1000 4 ïïeigië. Certificaten2* Frankrijk. Origin. Inschr. 3 Hongarije. Obl. Leening 1861 fl. 1205 dito Goudleenning5 dito dito fl 500 6 Italië. Cert. Adm. Amsterd. 5 Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 dito Febr.-Aug. E dito Jan.-Juli. 5 dito April Oct.5 dito dito Goud 4 Polen. Obl. Schatkist 1844. 4 Portug. Obl. Btl. 1853/1869. 3 dito dito 1816. 6 dito dito 6' Ser. 1818 100 6 Rusland. Obl. Hope C. 1198/18155 Cert. Inschr. 6" Serie 1854. 5 651 78 100* 101* 87} 72* 88* 60* 60} 60} 61} 74* 51} 50* 101* 95* 78} 78J 86* 92* 92* 91 90* 91* 91} 56* 56} 57} 57 56} 57* 87} 87* 87 87^ 86} 83* 83* 78* 78* 62} 62* 76} 76£ 65* 78} 100* 101,% 71* 60* 61* 60* 61 77} 51} 50} 101 98} 58} 87Ö - 18 17} 40* 40* 16* 16* 37* 9} 9* 10} 10} 59} 59} 89* 104} 105} 107 94} dito 1877 dito5 dito Oostersche le serie. 5 dito dito 2« 5 dito dito 3' 5 dito 1872 gecons. dito. 5 dito 1873 gecons. dito. 5 dito 1850 1° Leening dito. 4* dito 1860 2" Leening dito. 4* dito 1875 gecons. dito 4* Cert. Hope C° 1840 4 dito 2', 3' 4!' Leen. 1842/44. 4 Obligatie-Leening 1867/69. 4 dito dito 1859 3 Cert. van Bank-Assign. 6 Spanje. Obl. Buit. 1867/75. 1 dito dito 1876 2 dito Binnenl. Es. 5000-10000 1 dito dito 1876 2 Turkye. Obl. Alg.Sch. 1865 5 dito dito 1869 6 Egypte. Obl. Leening 1876 6 Spoorw. dito 1876 5 Vereen. Staten. Obl. 1877 4 dito dito Obl. 1876 4* dito dito 1871 5 dito dito 1861 6 Brazilië. Obl. Londen 1865 5 dito Leening 1875 5 dito 1863 1004* INDUSTBIEELE EN FINANCIEELE ONDERNEMINGEN. Wederl. Afr. Hand.-V. Obl. 5 pet. 21* 21 Ned. Hand.-Maatsch. Aand. rescontre. 5 105 106 Ned. Ind. Handelsb. Aand. 132 132 Stoomvaartm. Java Obl. 5 98 dito Zeeland Aand dito Obl5 dito gegarand. dito4* 101* Dultschland. Cert. Rijks bank Adm. Amsterdam. 148* Oostenrijk. Aand. Nat. B. 118* 118* SPOORWEG-LEENIN GEN. Wederland. Holl. IJz. Spw. Obl. 18715 pot. dito Maats, tot Expl. van St.- Spw. Aand Ned. Centr sp. Aand. f 250. dito gestemp. Obl. f 235 Ned. Ind. Spoorw. Aand. Ned. Rijn-spw. volgef. Aand. N.:Brab. Boxt. Obl. 1875» 5 dito dito 2' Hypoth Hongarije. Tbeiss. Spoorw. Aaud. fl. 200 5 dito dito Obl5 Oostenrijk. Fr. O.-Sp. Obl. 3 Italië. Zuid Ital. Spw. Obl. 3 Polen. Wars.-Bromb. Aand. 4 Warschau-Weenen dito. Rusland. Sr. Sp. Maatscb. Aand5 dito Hypoth. Obligatiën 4* dito dito dito. 4 Baltische Spoorweg. Aand. 3 Chark.-Azow Oblig. 100. 5 Jelez Griasi dito5 Jelez-Orel dito f 1000. 5 Knrsk.-Ch.-Az. Obl. 100. 5 Losowo-Sewastopol f 1000. 5 Morschansk-Syeran. Aand.5 Mosk.-Jaroslaw Obl. 100. 5 Mosk.-Kursk dito dito 6 Mosk Sn>ol. dito dito 5 Orel-Vitebsk Obl. dito 5 Poti-Tiflis dito /1000. 5 Riascbk-Wiasm Aand. 5 Zuid West spoorw.-Maats. 5 Amerika. Cent. Pac. Obl 6 dito California Oregon dito. 6 Chic. N.-W. Cert. Aand. dito dito 1« byp. Cert. ƒ1000. 7 dito Mad. Ext. Obl7 ditoMenomoneeD8.500-1000 7 dito N.-W. Union. dito. 7 dito vVinona St. Peter dito. 7 dito S.-W.0b.D8.500-1000. 7 Illinois Cert. v. Aand. dito Redempt. Oblig.6 St Paul Minn. Man. Ob. 7 Union Pao. Hoofdl. dito. 6 PREMIE-LEENINI Ncderl Stad Amst. f 100 3 Stad Rotterdam3 Gemeente Crediet3 België. Stad Antwerp. 1874 3 dito Brussel 1879 fr. 100. 3 ilongarjje. Staatsl. 1870 Oostenrijk. Staatsleening 1854 fl. 250 4 dito 18605 dito 1864 Crediet Inst. 1858 fl. 100. Rusland. Staatsl. 1864. 5 dito 1866 5 Spanje. Stad Madrid fr. 100 3 108 120* 120* 23* 23 56* 55* 139} 139* 151* Tl* Tl} 19* 20* 102} 102* 83 83 50* 50} 51* 51* 78} 79* 137* 137* 92* 92* 52* 52* 87* 87} 88* 86* 87 87 78* 80* 80* 68* 68* 95} 95} 102} 88} 88* 86* 86* 68* 67} 62 61* 110 102} 102* 105} 106* 108 113} 113} 113} 113* 105 104* 110* 110* 102 102* 106} 106} 109 N. t. 108} 108} 102* 101} 95 95 98 92* 93 104* 109* 147 146* 149* 149 i 143 139* 64} 64} Prijzen wan coupons en obligatiën. Amsterdam 12 Mei. Oostenrijk Papier f 21. Zilver 21— Diverse in U-T5 met affidavit. 12— Portugeesche Fransehe47.45 Belgische47.45 losbare Pruisische Hamb. Russen Russen in Z. R. Poolsche per Z. R. Spaanscbe Buitenl. Binnenl. Amerik. in dollars v PaPier 58.55 1.21* 1.24* 47M5 2.30 2.44* 2.44* 13 Me f 21.05 21.05 11.75 12— -T— 47.45 47.45 58.55 1.21* V 1.25 47.45 2.30 n 2.44* 2.44* Heden beviel voorspoedig van een welgeschapen Zoon mijne geliefde echtgenoote M. WISSE— RIKSEN. (Pottenmarkt.) Middelburg, 12 Mei 1880,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1880 | | pagina 3