N°. 108. 188Ö! 123* Jaargang! Zaterdag 8 Mei. NATIONALE MILITIE. Jacht en Visscherij. Middelburg, 7 Mei. Benoemingen en besluiten. Onderwijs. Kerknieuws. Marine en leger. Kun stnieuws. Rechtszaken. in het patent I Totaal der voor: aanslagen Gl. Ct. Gl. Ct. 1.15 1.15 832.93 821.43% 98.56 98.56 7.04 7.04 7.04 30.72 1.02« 38.78% 724.63 8i4.a 808.32% 794.03% 756.50 743.92% 3.84 1.15 1.15 67.20 693.50 686.08% 683.47 67.20 682.08% 676.12 407.04 407.04 157.44 157.44 656.39 649.09 649.- 645.07 642.98 628.70 Zeeland, Voorzitter. MIDDELBIIRGSCHE COURANT. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, Prijs per 3/m, franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 6 Cent. Advertentlen: 20 Oent per regel! Geboorte-, Tronw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 7 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte! Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de puhlicité étrangére G. L. Daubs en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jonss. GEMEENTERAAD. De burgemeester van Middelburg maakt be kend, dat op Maandag den lOen Mei 18iO, des namiddags te half 3 uur, een openbare zit ting van den gemeenteraad zal plaats hebben. Middelburg, den 7en Mei 1880. De burgemeester voornoemd, PICKÉ. Oproeping van Verlofgangers der lichting 1877. De burgemeester van Middelburg, gezien de circulaire van den commissaris des konings in deze provincie van den 12 April 1880, A no. 1192, 3e afdeeling, (Provinciaal blad no. 39); roept bij deze op dtf in deze gemeente wonende milicien-verlofgangers der lichting 1877, behoo- rende tot de le, 4e, 5e, 6e en 8e batterij van het, le regiment veld-artillerie, om op den tijd en plaats als in de aan hen uit te reiken order is vermeld, tegenwoordig te zijn, voorzien van al de voorwerpen van kleeding en uitrusting, door hen bij hun vertrek met groot verlof medegeno men, benevens van hun verlofpas, teneinde recht streeks naar hun korps te vertrekken. Zij moeten zich vooraf en vel op Donderdag den 13 Mei a., des voormidilpga tusschen 10 en 11 uren, bij den burgemeester nuniier woonplaats aanmelden, voorzien van hun veilofpas, teneinde de noodige biljetten, alsmede daggeld, indien zij dit verlangen en daarop recht hebben, te ont vangen. De verlofgangers, die op het bepaalde uur niet ter aflevering verschijnen, worden bij hun korps gestraft. Zij die niet aan de oproeping voldoen, worden als deserteurs behandeldterwijl degenen, die door ziekte verhinderd worden op den bepaalden dag onder de wapenen te komen, van die omstandigheid, onder overlegging van eene verklaring van den geneesheer, tijdig kennis be- hooren te geven aan den burgemeester. Na hun herstel vervoegen zij zich bij hun korps. Middelburg, den 5 Mei 1880. De burgemeester voornoemd, PICKÉ. De burgemeester van Middelburg, gezien de circulaire van den commissaris des konings in de provincie Zeeland van den 27 April 1853, A no. 2861, 1 afd. B, (Provinciaal blad do. 61), noodigt de ingezetenen die zich voor het dienst jaar 1880/81 van eene jacht- of visch akte wen- schen te voorzien, uit, zich daartoe van den 15 Mei aanstaande tot den 31 Mei daaraanvolgende ter gemeente-secretarie aan te melden. Middelburg, den 5 Mei 1880. De burgemeester voornoemd, PICKÉ. In de laatst gedrukte exemplaren van ons vorig Dommer is reeds gemeld dat de „vogelenwet", alias de wet tot bescherming van voor den landbouw en de houtteelt nuttige dieren, door de tweede kamer Woensdag nog met 41 tegen 18 stemmen aangenomen werd. Er waren dus weder 27 leden afwezig. Deed de veelheid der bestrijders aanvankelijk vreezen voor eene afstemmende meerderheid, het bleek dat er slechts eene zakelijke verdediging, als die van den heer Sickesz en van de beide ministers (justitie en waterstaat) noodig was om het pleit te beslechten. Bij de stemming vertoonde zich weder dezelfde dooreenmenging der partyen, die in den jongsten tijd in meer gevallen waar te nemen is geweest en die, wanneer het onderwerpen betreft welke tot algemeene politieke of sociale beginselen in verband staan, de juiste kennis der partp-groe- peering in onze kamer niet gemakkelijk maakt. Vijf liberale tegenstemmers der rijks-spaarbank, Schepel, Van Delden, Dijckmeester, Van Kerkwijk en Gratama, verklaarden zich ook tegen de nu aanhangige „uitbreiding der staatsbevoegdheid." Bij hen voegden zich echter ditmaal de heeren Be Brnijn Kops, Zijlker, Van der Feltz, Vening Meinesz, De Beaufort, Bom bach en Dullert, die men onder de orthodox-liberale staathuishoud kundigen mag rangschikkenmaar ook de heer Van Houten, die het katheder-socialisme verte genwoordigt. De liberalen De Jong, Viruly en Butgers hadden bezwaar tegen het beschermen van spaarpenningen door het lijk, maar zagen geen kwaad in de rijks-dierenbescherming. Ook de meerderheid der anti-revolutionairen was tegen het van rijkswege sparen van het „aardsehe slijk", maar verklaarde zich nu vóór het sparen der „nuttige diersoorten." Uit eene mededeeling van den voorzitter bij de beraadslaging over de regeling der werkzaamhe den, bleek dat de minister van financiën niet vóór 15 Juni a. het boekdeel, bevattende het verslag over de rentebelasting, kan beantwoorden. Van invoering met 1 Juli is dus nu geen sprake meer. Over het strafwetboek schijnen spoedig de eerste drie verslagen (boek I, II en III) te zullen worden ingediend. Deze zullen zeker den minister van justitie wel overtuigen dat ook zijne hoop, van nog dit jaar het wetboek te kunnen behan delen, eene illusie geweest is. Vóór 1 Juli zou er dus voor de kamer geen werk wezen, tenzij zij goedvinde voor de behan deling van de kanalenwet en van de suppletoire begrooting voor de uitvoering der schoolwet nog even bijeen te komen. Vooral voor deze laatste zouden wij wenschen dat de kamer hiertoe bereid ware. Hoe eerder dat onderwerp van de baan zal zpn, hoe eerder de strijd erover, die nu nog eenig voedsel vindt, zal uitdooven. De gemeenteraad van Middelburg zal op Maandag a. des namiddags te half 3 uur een openbare zitting houden, ter behandeling der volgende zaken Ingekomen stukkenBapport van burgemeester eu wethouders, a adres J. M. Zietse, vrystelling van boeten, uitdieping Heerengrachtb adres A. Ic- gelse c. s. verlaging van de Spijkerbrugvoorstellen van burgemeester en wethouders; a aanvulling en wpziging der verordeningen betreffende het gymnasium, in verband met de bestaande vacature van leeraarb herstelling van den scheidingsmuur der Commercie compagniec voortzetting van werken aan de sluizen, in de Heerengracht. Vlfs&ingeii, 7 Mei. Door de Kiesvereeni- ging Plicht en Recht alhier is besloten voor de vier aftredende leden der provinciale staten geen andere candidaten in plaats te stellen, terwijl zij voor de vervulling der vacature, ontstaan door de aftreding van den heer Van Citters, over twee personen van gedachten gewisseld heeft, zijnde de heeren P. Foibes Wels en J. Verkuyl Quakkelahr. Eerstgenoemde werd met meerder heid van stemmen als de candidaat der vereeuigiDg aangewezen. Blijkens achterstaande advertentie is de heer Wels echter niet voornemens de candidatuur te aanvaarden. Vlissingen, 7 Mei. Gisteren middag werd door de roeiers van het Belgische loodswezen in het zeegat de Wielingen eene sloep onder zeil gezien, welke door hare vreemde bewegingen hunne aandacht trok. Erheen gaande zag men dat er zich slechts éen man in bevond, die door koude verkleumd en niet in staat was het vaartuig te besturen. Men nam het bootje op sleeptouw en bracht het alhier in de haven. Het schijnt dat de sloep van Antwerpen afkomstig is. De zich daarin bevindende persoon werd, als verdacht, door de politie in bewaring genomen Veere, 7 Mei. In de heden gehouden zitting van den gemeenteraad is de heer J. A. Geldof, griffier ter secretarie, met algemeene stemmen tot gemeente-secretaris benoemd. Bij de commissie tot ondersteuning der behoef tige weduwe Wesdorp alhier is eene gilt groot f 50 ontvangen van H. K. H. prinses Marianne. Tot candidaat voor 't lidmaatschap der provinci ale staten van Noord Holland is o. a. gekozen de heer H. de Veer, hoofdredacteur van het Nieuws van den Dag De Nederlandsohe consul generaal In Zwitserland schrijft in zijn jaarverslag over 1879 het volgende: Het is onbetwistbaar, dat de Hollandache kolooiale producten, die vroeger in Zwitserland de eerste plaats bekleedden, tegenwoordig ernstige concur rentie hebben te lijden. Wij meenen echter dat de Nederlandsche handel, die uitmuntende producten van tamelgk lagen prijs te zijner beichikking heeft, met eenige inspanning en door zich beter rekenschap te geven van de behoeften van Zwitserland, het verloren terrein zou kunnen herwinnen." De St. Ct. bevat een kon. besluit tot vaststel ling van een reglement voor het gebruik van de staatsspoorweghi ven in de stads Bietlanden te Amsterdam en de wet, tot goedkeuring eener overeenkomst tusschen den staat en Z. K. H. prins Frederik der Nederlanden, houdende regeling der afdoening van vorderingen, iü verband staande met de goederen bedoeld in de wet van 25 Mei 1816 Staatsblad n®. 25). De audiëntie van den minister van binnenlandsche zaken zal op Zaterdag, 8 Mei aanstaande, niet plaats hebben. pensioenen. Pensioen verleend aan H. G. Clerkx, auj.-comm. late kl., met den personeelen titel van commies, ter provinc. griffie van Noord-Brabant ad f 1043 's ïaars. belasti. GEK.g-Benoemd tot ontvanger der dir. bel. en acc. te Yianen c. aS. Hallungius, ont vanger te Hengelo. Tot directeur aan de te Haarlem op te richten school voor middelbaar onderwijs is benoemd dr. NV. Middel veld Viersen van Almelo. De heer Lion Cachet, onlangs nit Zuid-Afrika teruggekeerd, heelt zich bij de Ned. herv. ge meente weder beroepbaar gesteld. De betrekking van plaatselijk kommandant te Breda is opgeheven en de kommandant van het 6e reg. infanterie met de waarneming daarvan belast. Een koopman te Londen, Eduard Kummwald, is door aankoop eigenaar geworden van eene viool, die door Beethoven kort voor zijn dood aan zijn vriend Karl Holz vermaakt werd. Het was zijn lievelings-instrument, dat hij altijd be speeld heeft. De kostbare reliquie is met zekere plechtigheid te Londen ontvangen. De verzegelde mahoniehouten kist was, nadat de weduwe Holz die aan den heer Kummwald verkocht had, bij den notaris Comerford in bewaring gegeven en werd daar, in tegenwoordigheid van professor Joachim en den heer Ellisen, geopend. In de kist lag een viool met de letter B op den rug gekrast, benevens een portret van Beethoven met het opschrift An Berm v. Holz, von seinem Freunde Bethoven. Verder een eigendomsbewijs in het Duitsch, onderteekend Elise Holz, geboren Von Bognar, luidende: „Mijn man, Karl Holz, ontving deze viool van zijnen vriend Ludwig v. Beethoven, als een present, en na den dood van mijn man werd zij myn eigendom. Weenen 14 Juni 1879." De echtheid dezer stukken werd door officieele ceitificaten in 't Duitsch gestaafd. De spelling van den naam Beethoven met éene e in het onderschrift van het portret, vindt men ook boven het portret in drukletters. Professor Joachim heeft het eerwaardige stuk dadelqk beproefd en zeide dat het een uitmuntend instrument was. Den heer jhr. E. C. U. van Doorn, afgetreden commissaris des konings in Utrecht, is door de ambtenaren der provinciale griffie een afscheids geschenk aangeboden, bestaande uit twee teekenin- gen in waterverf, uitgevoerd door den heer J. Hoevenaar, de eene voorstellende de achterzijde van het huis van den commissaris te Utrecht, nit den tuin gezien, en de andere zyn studeer- en arbeidsvertrek in dit gebouw. Gaven wij in ons vorig nommer den indrnk terug, door den verslaggever der N. Sott. Ct. van bet eerste „gastspel" der Meiningers te Amsterdam opgedaan, ziehier wat men daarover aan de Arnh% Ct. schrijft: „Wij zagen op 4 Mei den Julius Caesar zóo als die in de werkelijkheid te Bome kon zijn voorgevallen. En toch streefde niemand naar effect door een schoonen stand, en toch verlangde blijkbaar niemand te koketteeren met de drapeeriug van zijn kleed, en toch behoefde bg de groepeerin gen niet vóór alle dingen effectbejag in aanmerking te komen. Neen, allen waren te Bome; ze leefden met Calpurnia als zij haar droom vertelt, ze zwoeren samen met Brutus en Cassiusj ze stonden mede onder het gehoor van Marcus Antonius l Als Marcus Antonius zijn beroemde rede houdt, zien we op de meeBt uiteenloopende wijze de uit werking zijner woorden bij mannen, vrouwen en kinderen: zóo natuurlijk en zóo waar, dat men zich niet kan voorstellen, dat dit alleen spel is. Neen, zoo moeten de weldoordachte woorden van Marcus Antonius op de menigte hebben gewerkt, zulk een verward gejuich, gemor, gejoel en dreigend rumoer moet er uit de saamgedrongen Bomeinen zijn opgestegen toen Brulus en daarna Marcus Antonius sprak. Dat onvergelijkelijke samenspel is de vrucht van eene volmaakte directie en een overpoosden arbeid. Terwijl al het decoratief zoowel als alle attri buten hierheen werden gebracht, was voor dit zoo honderdmaal gespeelde stuk nog een vie r-tal repetitien te Amsterdam noodzakelijk geacht. Maar in dat viertal repetitien waren ook een honderdtal Hollandsche soldaten in Bomeinen ver anderd, zoo, dat men ze onmogelijk herkennen kon, toen ze in dichte drommen bij den volksoploop samenschoolden of wel met geweldige slagen medestreden bij Pbilippi. De werkelijkheid, ons door de kunst voorge- tooverd, Bome met zijne paleizen en zijne triomt- bogen, zijn binnenhnizen en zgn heerlijken hemel en daar de gebeurtenissen, die de dichter beschrijft, voor onze oogen voorvallende met al de waarheid der werkelijkheid, met al de beperking der schoonheid. De Julius Caesar zal viermaal achter elkaar gespeeld worden, om dan plaats te maken voor een ander stuk. Zooveel is zeker, dat we na deze opvoering de overtuiging hebben, dat ieder stuk van waarde op deze wijze gespeeld niet alleen begrepen, maar mede doorleefd wordt, en dat de maand Mei 1880 onvergetelijk zal zijn in de jaarboeken der tooneelhistorie, omdat die znaand ons een kunstgenot te genieten gaf, waarvan niemand en flauw besef had en dat machtig is, ons indrukken te geven die ons in geheel ons volgend leven niet weder verlaten zullen." Ter terechtzitting van het kantongerecht te Middelburg van 4 Mei jl. zijn de navolgende personen veroordeeld: J. K., te Middelburg, wegens het moedwillig mishandelen van een kali op de openbare straat aldaar, in eene boete van 3 of drie dagen gevangenisstraf. E. C. d. K., te Vlissingen, wegens het bniten noodzaak anders dan stapvoets rijden met een niet op veeren of riemen rustend voertuig, in eene binnenwijk te Middelburg, in eene boete van f 3 of een dag gevangenisstraf. C. J. B., H. v. U., vronw van J. J. P., en S. S., vrouw van P. S., te Middelburg, wegens het werpen van water en stinkend vocht op de open bare straat aldaar, ieder in eene boete van 3 of een dag gevangenisstraf. P. J. C., wed. F., te Vlissingen, wegens het als herbergierster aldaar niet branden van een licht boven de voornaamste deur harer woning, éen urn- na zonsondergang, in eene boete van 2.50 of een dag gevangenisstraf. P. A. v. d. V., J. v. K. en J. C. A., te Vlis singen, wegens het beschadigen van den helm ia

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1880 | | pagina 1