1880!
N«: 93.
Ï23e Jaargang!
Dinsdag
20 April.
HEL MAR.
Middelburg, 19 April.
FEUILLETON.
Benoemingen en besluiten
Onderwijs.
Marine en leger.
Ku nstn ieu ws.
middelburgs™ courant.
Dit blad verschijnt dagelijks,'
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franoo 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent,
Advertentien: 20 Oent per regel!
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte!
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Daub* en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jomis.
De minister van binnenlandsche zaken heeft aan
gedeputeerde staten der provinciën een concept-
wet gezonden, strekkende tot wijziging van de
bepalingen der gemeentewet omtrent de^vaststel-
ling der kohieren van hoofdelijke omslagen en
andere directe plaatselijke belastingen, met ver
zoek, daarover hun gevoelen te willen mededeelen.
Het ontweip luidt aldus:
Art. 1. De artt. 264, 265 en 266 der wet van 29
Juni 1851 Staatsblad no. 85), worden gelezen als volgt
"Art. 264. De kohieren der hoofdelijite omslagen en
andere directe plaatselijke belastingen worden vastgesteld
door burgemeester en wethouders en behoeven de goed
keuring van gedeputeerde staten, alvorens uitvoering te
kunnen erlangen."
«Art. 265. Het aanslagbiljet vermeldt de dagteekening
der goedkeuring van het kohier. Binnen drie maanden
na de goedkeuring kan de aangeslagene tegen zijn aanslag
bij den raad bezwaren inbrengen.
"De raad beslist daarop zoodra mogelijk en deelt zijne
beslissing terstond aan den belanghebbende mede. Deze
kan binnen 30 dagen na die mededeelmg bij gedeputeerde
staten in beroep komen.
"Gedeputeerde staten doen ten spoedigste uitspraak en
dee'len die aan burgemeester en wethouders en aan den
belanghebbende mede. Burgemeester en wethouders wij
zigen bet kohier overeenkomstig de beslissing van den
raad of van gedeputeerde staten."
"Art. 266. De verplichting tot bet betalen van den
aanslag wordt door het indienen van bezwaren en het
instellen van beroep, bedoeld in het vorig artikel, niet
geschorst.
Heeft de belastingschuldige voor de eindbeslissing zijn
aanslag geheel of gedeeltelijk betaald, dan wordt hem het
te veel betaalde zoo spoedig mogelijk teruggegeven.
•Het indienen van bezwaren en bet instellen van beroep
geschiedt op ongezegeld papier.
"Art. 2. Voor de kohieren, welke betrekking hebben
op bet dienstjaar, dat loopt bij de afkondiging dezer wet,
blijven de thans bestaande bepalingen van
Een manwiens nagedachtenis algemeen met
hoogachting en door velen met dankbaarheid
herdacht zal worden, werd gisteren door den dood
uit ons midden gerukt. De heer dr. H. Polman
Kruseman, rector van het stedelijk gymnasium te
Middelburg, overleed na eene ziekte van slechts
weinige dagen, welke hem te midden zijner
ambtswerkzaamheden overvallen was.
Den 15 Juni 1812 te Haarlem geboren, in 1884
gepromoveerd als doctor in de letteren, aanvan
kelijk praeceptor te Middelburg, vervolgens rector
der Latijnsche school te Wageningen, daarna den
31 October 1839 benoemd tot opvolger van dr.
Cr. A. Schneither in het rectoraat dier school te
Middelburg, heeft dr. Kruseman op de vorming en
13.
Een roman uit de kunstenaarswereld-
VAN
FANNY LEWA1D.
NEGENDE HOOFDSTUK.
„Ik ben slechts een paar maanden te Pots
dam geweest en kwam, zooalB gij weet, weinig
over. Dat wilde vader liever niet. Behalve bij
de familie ben ik eenige malen in de opera geweest
en op een paar groote partijen ten huize van
onzen bankier."
De graaf vroeg wie dat was.
De heer Wollmann, lid van de kamer van
„Het is zonderling dat ik u dan nooit ont
moet heb! die doet ook mijne zaken en ik kom
wel eens bij hem aan huis. Het is een zeer
fatsoenlijk man. Een lieve beschaafde familie.
Men ontmoet er aardige menschen en de dochter
is welopgevoed en geestig.
TT vind haar allerliefst!" stemde Clamor in.
opleiding van een talrijk deel der beschaafden onder
het thans levend geslacht onzer stad-en gewestge-
nooten een overwegenden invloed uitgeoefend. Hij
was een ernstig man, van het oude, langzamerhand
uitstervende rectoren-type-, streng en nauwgezet
voor zich en voor anderen de studie der klassieke
wetenschappen als het hoogste middel tot verstands-
en karaktervol ming aanmerkende en met al de
krachten van zijn lichaam en zijn geest, tot in
de laatste dagen zijns levens, arbeidende om die
overtuiging ook bij zijne leerlingen en mede-
leeraren wortel te doen schieten. De reorganisatie,
welke het gymnasium volgens de nieuwe wet op
het hooger onderwijs ten vorigenjare moest onder
gaan, bracht in zijn dagelijkschen arbeid en
bemoeiingen eene groote verandering die, op zijn
leeftijd, bem zwaar dreigde te vallen. Dit belette
hem echter niet, met onverzwakte geestkracht en
nauwgezetheid zich eerst aan het tot stand komen
en later aan het uitvoeren dier nieuwe regeling
te wijden.
De heer Kruseman was van 1853 af als lid der
plaatselijke schoolcommissie en van 1858 tot 1871
als schoolopziener in het le. schooldistrict van
Zeeland ook werkzaam voor het lager onderwijs.
Van het Zeeuwsgh Genootschap der Wetenschappen
was hij lid en gedurende geruimen tijd bibliothe
caris en secretaris. Van zijne hand verscheen in
druk Epichartti FragmentaEd. H. Polman Kru
seman, Harl. 1834 8°.
IJxendfjke, 17 April. De gemeenteraad
heeft een subsidie van f 100, voor het^loopende
jaar, verleend aan den diligence-dienst van den
heer W. Bouwens, tusschen deze gemeente en
Breukens.
*Zierikzee, 17 April. In de algemeene ver
gadering der Zierikzeesche stoombootmaatschappij
werd het dividend over 1879 op 11 pet. bepaald,
en werd de heer R. Koole tot commissaris her
kozen. Uit het door commissarissen uitgebrachte
rapport, betreffende den aankoop eener tweede
boot, bleek dat zij daarin niet geslaagd zijn.
JSatli, 18 April. Op verzoek van den bur
gemeester heeft de heer Beusen, rijksontvanger
alhier, zich bereid verklaard weerkundige waar
nemingen op te zenden aan het Kon. meteorologisch
Instituut te Utrecht.
Door den minister van financien wordt in de
St. Ct. ter algemeene kennis gebracht, dat in den
loop van dit en het volgende jaar honderd
veertig commiesen 4e kl. der directe belastingen,
invoerrechten en accijnsen kunnen worden aange
steld op eene bezoldiging, wegens traktement en
toelage, van 480 's jaars.
„Dat is het goede woord, zij is een type
van haar volksstam en dat trekt ons in 't bijzonder
aan. Zij is buigzaam, slank en sierlijk gebouwd,
heeft mooie oogen, een levendigen aard en is,
zooals de meeste jodinnetjes, slim en coquet! Wees
maar op uwe hoede!"
Toen ik wegging lachten zij nog over deze
waarschuwing.
Na een poos kwam Clamor naar beneden en
daar hij mij met eenige kameraden op de plaats
zag staan, wenkte hij mij om bij hem te komen.
„Hoe lang moet je nog dienen vroeg bij.'*
„Nog vijf maanden.
„En dan? Waar ga je dan heen? Wat
denk je dan te beginnen
„De ritmeester vindt dat ik te Berlijn moet
blijven en hij zal de goedheid hebben te zorgen
dat ik aan de academie en op een atelier
geplaatst word."
*En waar moet je dan van leven
„De ritmeester zegt en dat geloof ik ook
dat ik hier gemakkelijker dan te Dusseldorp
in mijn onderhoud kan voorzien totdat ik van
mijn schilderen kan leven."
„Daardaar heb je wat om mee te beginnen
zei Clamor en wilde mg een briefje van vgf
daalders in de hand drukken. Hij was veel vrien
delijker dan ik hem ooit gezien hadmaar het
hinderde mij toch dat bij zoo uit de hoogte tot
mij sprak, alsof ik nog een jongen was, of bij zijn
Voor nadere inlichtingen verwijzen wij naar
de Staats-Courant.
De audiëntie van den minister van justitie zal
op 20 dezer, die van de ministers van financien en
waterstaat op 22 dezer niet plaats hebben.
Utrecht, 17 April. Aan het op 12, 14 en 16
dezer aan centraal-bureau der Maatschappij tot
Exploitatie van Staatsspoorwegen gehouden examen
voor de betrekking van leerling-telegrafist, leer
ling-weger en leerling-conducteur namen 67 can-
didaten deel.
Hiervan hebben aan de gestelde eischen voldaan en
werden alzoo benoemd: als leerling telegrafist
de heer J. C. Korsman te Middelburg, I. Solien
te Kruiningen, C. J. Jansen te Ylissingen en M.
Hout te Stavenisae; als leerling-weger de heer
P. C. H. Hölscher te Middelburg en als leerling
conducteur de heer J. Grimminck te Woensdrecht.
burgemeesters. Op verzoek eervol ontslag
verleend aan H. W. Croes, als burgemeester van
V ierpolders.
posterijen. Benoemd tot directeur van een
der rijkstelegraafkantoren, de telegrafist 2e. kl.
bij den rijkstelegraaf, F. K. C. Kahle.
Akte-examens in Zeeland.
Voor de akte als onderwijzer in de Fransche
taal, hadden zich 6 aspiranten aangegeven, waar
van er 1 niet opgekomen was, toegelaten werden
i heeren: P. C. Gilde, en A. J. Laernoes, te
Vlissingen, C. Hondius, en O. Timmermans te
Middelburg.
Als onderwijzeres in de Hoogduitsche taal werd
toegelaten mej. M. J. Verbrngb, te Middelburg.
Als onderwijzeressen in de vronwelijke band-
werken, waarvoor zich 15 aspiranten hadden aange
meld, werden toegelaten de dames: A. M. L. Buijzej
te Zierikzee, nutt. en fraaie E. M. Maznre, te
Groede, n., K. A. Pervoost, te Middelburg, n. en f.,
W. E. A. Polak, te Zierikzee, n., J. L. Betering, te
Vlissingen, n., J. H. E. Sevenhuijzen, te Brouwers
haven, n., P. C. Verpoorten, te Zierikzee, n. en f.,
A. M. Was, te St. Maartensdijk, n. en f., F. V.
Wijnvoord, te Middelburg, n., C. W. Wolff, te
Middelburg, n. en f.
Voor de akte als onderwijzer in de gymnastiek
hadden zich 7 aspiranten aangegeven, 5 ervan
werden toegelaten, de heeren J. A. Brakman, M.
Broeckhuijsen, A. Neter, L. van Oeveren, H. Sprui-
tenberg, allen te Middelburg.
De examens zijn atgeloopen.
Zaterdag vierde de heer W. Goedhardt,
ouders in dienst en het stnitte mij tegen de borst
om geld van hem aan te nemen, ofschoon ik heel
goed wist hoe veel behoeite ik er aan zou hebben,
als ik weer bnrgerwerd. Clamor verwonderde
zich dat ik niet terstond toetastte.
„Wat beduidt dat? Speel nu niet den
grooten mijnheer. De ritmeester zegt dat er wat
voor jè gedaan moet worden en een groot kapi
taal zal je wel niet bezitten."
Het bloed steeg mij naar het hoofd en ik schaamde
mij over mijn armoede, alsof zij een groote schande
ware.
„Ik heb den dncaat nog, dien mevrouw mij
vier jaar geleden gezonden heeft I" zei ik gejaagd.
Ik wilde hem laten voelen dat ik zijne aalmoezen
niet noodig had.
„Heb je dien nog?" riep hjj nit en voegde
er lachend bij „dan ben je zuiniger geweest
dan ik 1 Ik heb nooit geld, behalve van daag,
omdat zij het mij net gestuurd hebben. Maar
des te heter 1 neem dit maar aan en bewaar het
erbg. Er zal wel een tijd komen waarop gij het
noodig hebt. Als ik naar huis schrijf, zal ik
Kasper laten weten dat ik je gezien heb en dat
je ritmeester veel met je op heeft. Vaarwel I
Tot wederziens I
Dit zeggende gaf hij mij de hand en dat was
voor mij meer waard dan zijn geld. De goedheid
van den ritmeester had hem tot inkeer gebracht.
Ik bedankte hem, stelde mij in postuur totdat hij
hoofdonderwijzer aan de openbare school in da
Molenstraat te Hontenisse, zijn 25 jarig jnbiléals
zoodanig. Beeds vroeg in den ochtend wapperde
de driekleur van alle woningen te Kloosterzande,
Molenstraat en Groenendijk. Eene eereboog was
op het plein voor de school opgericht, terwijl het
schoollokaal inwendig versierd was.
Eene corporatie uit den gemeenteraad bood den
jubilaris een met zilver gemonteerd inktstel aan
een nit de leerlingen een zilveren tafelschel; een
nit de oud-leerlingen een gouden remontoir-horloge
terwijl de onderwijzers en oud-onderwijzers van
het onderwijzersgezelschap Buist 2 vergulda
lustré kandelabres aangeboden.
Door dr W. A. Lehman de Lehnsfeld,
tijdelijk leeraar aan het gymnasium te Middel
burg, is ontslag uit die betrekking verzocht.
De le luit. J. B. Veltman, van het 4e bat. 3e
reg. inf. is overgeplaatst bij het 3e bat. van ge
noemd reg. in garnizoen te Bergen op Zoom.
Ingevolge min. beschikking is de eerstaanw.
off. van gezjondh. 2e kl. J. H. C. L. Pelgrim, dienst
doende bij de garnizoens infirmerie te Vlissingen,
op 1 Mei a. in zijn rang overgeplaatst bij die te
Delft.
De off. van gezondh. le kl. P. K. J. Pabst,
van het 2e reg. veld-art. te Leiden, is bestemd
om bij de garnizoens infirmerie te Vlissingen als
eerstaanwezend off. van gezondheid op te treden*
Het muziekfeest der Maatschappij tot Bevorde-
ring der Toonkunst te Utrecht zal plaats hebben
op 4, 5 en 6 Jnni a., in de zaal van het park
Tivoli. Het programma luidt als volgt:
Eerste dagDe drie eerste deelen en het eerste
koor van het vierde deel van het Weïhnachtsora-
torium van Joh. Seb. Bach (eerste uitvoering in
Nederland); symphonie no. 2 van J. Brahms.
Tweede dagDes Sangers Fluchballade voor
koor en soli van R. Schumann; klavierconcert
Es dur van Beethoven en Die letzte Walpurgis-
nacht voor koor en soli van Mendelssohn.
Derde dag: matinée, hoofdzakelijk gewijd aan
werken van kleineren omvang en solovoordrachten.
Als solisten zullen o. a. optredende dames
Lillian Bailey, sopraan uit Londen, en Auguste
Hohenschild, alt uit Berlijn; de heeren R. von
Zur Mühlen, tenor uit Munster, en Georg Henschel,
baryton uit Londen. De heer Richard Hol zal den
dirigeerstok voeren.
Een uitmuntend plan is door de Rotterdamsche
afdeeling der Maatschappij van Toonkunst opgevat*
Zij zal het oratorium Die Schopfung, van Haydn
op een Zondag avond in het ruime „Feestgebouw'!
voorbij was en ging mijn vgf daalders wegbergen,
zooals hij gezegd had.
Jaren lang hebben die ducaat en dat briefje
naast elkaar gelegen, zonder dat ik wist waarvoor
ik hen zou besteden; maar toen ik er eenmaal
toe kwam om dat geld uit te geven, behoefde ik
mij niet te schamen waarvoor en toen was Clamor
er bij.
TIENDE HOOFDSTUK.
Ik was blij ?dat mijn diensttijd om was. Blij
en toch verlegen, want als men een paar jaar
lang geen vrijen wil gehad heeft, kan men dien
niet zoo dadelijk terug vinden wanneer men hem
noodig heeft en alle vroegere toestanden zijn u even
vreemd geworden als de bnrgerkleeren, die in het
eerst volstrekt niet paesen; maar mijn goede
genius, in de gedaante van mijn ritmeester, hielp
mij over alle moeilijkheden heen en van dat
oogenblik af liep mijn karretje zoodanig op een
zandweg, dat ik mij telkens, wanneer ik weer een
nieuw pnnt bereikt had, afvroeg hoe ik daar
toch eigenlijk gekomen was.
De gunstige berichten die hg door Clamor over
mij aan de gravin gezonden had, bezorgden mij
gedurende twee jaar een toelage van vijftig
daalders. Dat was voor mij een heele som en
een groote zekerheid; buitendien zorgde hij dut
