BIJVOB GSEL
MIDDELBURGSCHE COURANT
Middelburg 7 April,
Benoemingen en besluiten.
Onderwijs,
Kerknieuws.
Marine en leger.
Kunstnieu ws.
Het Panama-kanaal en de
paniek.
van de
VAN
Donderdag 8 April 1880. N° 83.
De heer W. M. Logeman geeft in het Album
der Natuur eene korte maar belangrijke beschou.
wing over het spiritisme en de natuurwetenschap.
Hij herinnert dat beroemde geleerden, de Engel-
sche scheikundige Crookes, ontdekker van het
thallium'metaal en uitvinder van den radiometer
de Duitsche hoogieerareu ZöllnerFechner en
Wilhelm Weber, openlijk en na ernstig onder
zoek de vaan van het spiritisme opgeheven en
dit voor de wetenschap aannemelijk verklaard
hebben. Ofschoon nu Crookes ten allen tijde
meer blijken heeft gegeven van genialiteit dan
van logischen redeneertrant, en Zöllner zijne
verklaring der spiritistische verschijnselen in ver
band brengt tot eene uiterst onbegrijpelijke, door
hem uitgedachte theorie der „vierde dimensie",
zou dit een en ander echter niets tegen het spi
ritisme zelf bewijzen en de mannen der wetenschap
niet ontslaan van den plicht om met het spiritis
me, als wetenschappelijk feit, rekening te houden.
Het is echter gebleken dat Crookes, de meest
gezaghebbende verdediger van het spiritisme in
Engeland, niet alleen zichzelf bedrogen heeft,
maar door anderen bedrogen is.
In de Times van 10 Januari jl. vindt men
namelijk eene beschrijving, onderteekend door de
heeren George B. Sitwell en Carl von Buch, van
eene spiritualistische séance, waarin het bedrog
ontmaskerd is. De zoogenaamde „geest" van een
twaalfjarig kind, die „opgeroepen" heette te
worden, bleek niemand anders te zijn dan het
medium zelf, dat gebonden achter eene gordijn
moest zitten.
Deze ontmaskering zou niets meer, maar
ook niets minder, bewijzen dan die welke te
Arnhem door dr. Cattie en op vele andere plaat
sen met Slade, „professor" Hansen en andere
„geestenbezweerders" zijn geschied. Maar nu
heeft C. A. Burke, de ondernemer der spiritistische
voorstellingen welke door de heeren Sitwell en
Von Buch aan de kaak gesteld zijn, in de Times
van 13 Januari geschreven dat het als bedriegster
ontmaskerde medium niemand anders was dan de
vroegere miss Florence Cook, die gedurende eene
reeks van jaren, met de uiterste voorzorgen tegen
misleiding, aan eene menigte proefnemingen onder
worpen was geworden door en ten huize van den
heer Crookes, den beroemden, hooger genoemden
geleerde en natuuronderzoeker.
Daar Burke overigens de juistheid der door de
heeren Sitwell en Von Buch verhaalde feiten niet
ontkent, volgt hieruit dat ook Crookes mot be
driegers te doen gehad heeft en de heer Loge
man komt dus tot de gevolgtrekkingóf
dat Crookes zedelijk verplicht is zijn vroeger
met het spiritisme uitgesproken instemming, op
grond van gebleken bedrog, in te trekken; óf
dat die instemming, indien hij haar volhoudt,
alle waarde verliest als op gebleken bedrog
berustende.
Wat Zöllner betreft, diens nevelachtige theorie
is alleen gegrond cp hetgeen hij gemeend heeft
waar te nemen bij Slade en Hansen, twee in
Nederland genoeg bekende „duivelskunstenaars".
zijn eigen huid en hij was op het punt van
ronduit te verklaren dat zoo'n zwarte rok, zooals
de andere bedienden droegen, voor hem volstrekt
niet paste, toen mevrouw hem opnieuw te hulp
kwam en zei:
„Gij hebt gelijk, zijn livrei is oud, maar als
gij mij genoegen wilt doen laat gij zijn nieuwe
net zoo makenhij bedient toch niet aan tafel en
als hij 's morgens in zijn gewone pakje met die
roode en gele opslagen door het huis loopt, om
de klokken op te winden en ons de brieven en
couranten te brengen, zal ik mij zelf verbeelden
dat ik nog jong ben en dan zien de kinderen
meteen hoe het hier ten tijde van hun grootvader
is geweest. Kasper zou 's winters kou lijden met
een rok en hij zou er met zijn lange beenen net
uitzien als een ooievaar," voegde zij er lachend
bij.
Mevrouw scheen wel te weten hoe zij met den
generaal moest omspringen, want hij stemde
terstond toe in alles wat zij zeide. Vader kwam
weer in dienst en de generaal bemoeide zich
niet meer met hemmaar hij begon den
volgenden dag met den opzichter het goed
in oogenschouw te nemen, zoodat hij meer
buiten dan in huis was en de opzichter volstrekt
niet wist hoe hij het met hem hadwant
ofschoon hij kaarten en plattegronden van de
geheeie bezitting had, reed hij langs alle velden
en wegen, door de bosschen en over de weilan-
pensioenen. Op zijne aanvrage op pensioen
gesteld de le luit. F. A. Hoefer, van het le reg.
veld-artillerie en dat pensioen bepaald op f 900
'sjaars.
legeu. Benoemd tot le luit. bij de He afd.
vest.-art., de 2e luit. A. li. Ophorst, van die afd.
Voor vijf jaren gedetacheerdbij de inf. van
het leger in N.-I., de kapitein F. H. A. Rijnders,
van bet 8e reg. inf.; en bij de inf. hier te lande,
en wel bij het 8e reg., de kapitein jhr. A. M.
van der Does de Bije, van het N.-I, leger.
Benoemd tot 2en luit. plaats, adj. 2e kl. te
Leiden, de wachtmeester H. K. van Dieponbrugge,
van het 4e reg. huzaren.
Aan den gepensioneerden kolonel jhr. K. Wï
de Koek en den gepensioneerden majoorV. W. R.
baron Bentinck tot Schoonbeten, is zonder eenige
gevolgtrekking voor andere gepensioneerde off.,
de rang verleend, respectievelijk van generaal-
majoor en van luitenant kolonel, als een blijk van
Zr. Ms. tevredenheid wegens de diensten, door
die hoofdofficieren bewezen als adjudant van
wijlen den prins van Oranje.
Het departement Waterland der maatschappij
Tot NtU van H Algemeen heeft f 5420 bijeenge
bracht, waaronder vier giften ieder van f 1000,
voor het oprichten eener bewaar-, naai- eu brei-
school te Nieuwendam. Aan het hoofdbestuur van
V Nut zal nu ook eene toelage gevraagd worden.
De commissie van toezicht voor 't middelbaar
onderwijs te Zutfen heeft aan den gemeenteraad
voorgesteld de traktementen der leeraren geza
menlijk met f 2470 te verhoogen en de vastgestelde
minimum-jaarwedden na vier- en tienjarige termijnen
van dienst geregeld te doen klimmen.
Het hoofdbestuur der Maatschappij tot
bevordering der Toonkunst heeft bij adres aan de
regeering verzocht in iedere lagere school een
afzonderlijk lokaal voor zangonderwijs beschikbaar
te stellen. Het verzoekt verder het examen der
hoofdonderwijzers in de zangkunst aanmerkelijk
te verzwaren.
Het provinciaal kerkbestuur van Zuid Holland
heeft in zake de Dordtsche quaestie besloten
lo. zelf te doen wat het klassikaal bestuur had
behooren te doen, met ontslag van dat bestuur
van verdere bemoeiingen in deze
2o. eene commissie van vier leden uit zijn
midden te benoemen, die bevoegd zal zijn, in ver-
eeniging met de predikanten, al datgene te ver
richten wat des kerkeraads is, althans voor
zooveel de goede gang van zaken dat onvermijdelijk
vordert, bepaaldelijk ook met opzicht tot de
aanneming van nieuwe lidmaten en de inschrijving
hunner namen in het lidmatenboek der gemeente.
Met den 1 Mei a. wordt te Hellevoetsluis in
dienst gesteld Zr. Ms. stoomschip 4e kl. Bonaire
onder bevel van den kapt. luit. t/z. J. P.van Rossum,
die tevens zal optreden als stations kommaudant
van Zr. Ms. zeemacht in de wateren van Curaqao.
De minister van mariae brengt in de St. Ct.
ter kennis dat het examen voor scheepsklerk dit
jaar in de maand Augustus a. zal plaats hebben.
De aspiranten moeten zijn Nederlanders en geboren
in de jaren 1863 of 1864. Het aantal vacaturen
bedraagt 6. De vereischte kundigheden en in te
zenden stukken zijn vermeld in de St. Ct.
Het Groninger opera-gezelschap dat den 13en
den en toen hij daar mede klaar was bezichtigde
hij even nauwkeurig alle schuren en stallen, de
branderij, de gereedschappen, onderzocht den
veestapel en de woningen der arbeiders en liet
precies opschrijven hoeveel .zielen er in elk
vertrek gehuisvest waren, waarbij ieder zijn
naam en ouderdom moest opgeven.
Dat vond niemand zeer aangenaam, daar de
menseh toch altijd gaarne weet wat men met hem
voorheeft en de generaal zich daar volstrekt niet
over uitliet. Alleen had hij tot den opzichter
gezegd dat hij de goederen heel anders dacht te
besturen. Die oude manier van het land te be
bouwen deugde niet en men moest buiten zooveel
mogelijk zien alles zelf te maken, om weinig van
anderen noodig te hebben en trachten zooveel
mogelijk voorbrengselen te verkrijgen en te ver-
koopen. De landbouwer miste handelskennis en
een goede militaire regeling. Met een goed
grootboek en flinke krijgstucht kon men overal
wonderen verrichten en daar zou hij spoedig een
begin mede maken.
De opzichter zei niets, maar in vertrouwen
liet hij zich tegen mijn vader niet gunstig over
die plannen uit; want hij vond dat alles wat op
het soldatenwezen betrekking had niet zoo van
zelf bij den landbouw te pas kwam, waarbij men
toch altijd van goed of slecht weer afhankelijk
was en daartegen «hielp geen krijgstucht of com-
mandeeren.
dezer alhier de Martha zal opvoeren, trad Maan
dag te Meppel op met Mozart's Figaro's Hochzeit
„Het talrijk opgekomen publiek, schrijft men
van daar, heeft een genotvollen avond door
gebracht. Het orkest was zeer goed bezet. Het
ensemble liet weinig te wenschen over de zang
was over het algemeen zeer zuiver, zoodat de
dames König als die Grafin en Ledwinka als
Susanneen de heeren Duvell als Almaviva en
Rechtmann als Figaro meermalen luide werden
toegejuicht.
Tartuffenaar de vertaling van prof. Alberdingk
Thijm, is thans bij Het Nederlandsoh Tooneel in
studie. De rolverdeeling getuigt zoowel voor de
zorg van de directie als voor de toewijding der
sujetten. Zij is als volgt:
TartuffeL. BouwmeesterFlmiremevr. De
VriesOrgonSpoor Cleante, Van Schoonhoven
Mad. Fernellemevr. KleineDorine, mej.C.Pool
man; Mariannemej. SablairollesValere, J. de
Vos; Damis Tourniaire; Mijnheer Loyal, De Boer,
GerechtsbeambieMorin.
De zuiver politieke quaestie van de wederin
voering van het Monroe-stelsel is in Amerika
wellicht meer voorwendsel dan oorzaak van het
verzet tegen de grootsche plannen van den heer
De Lesseps. Er is inderdaad in dat stelsel, wat
dé toepassing op het Panama-kanaal aangaat,
niet veel wat den practischen Amerikaan warm
moet maken. De invoering van Europeesch ka
pitaal en Euiopeesche werkkracht is vooral in de
Vereenigde Staten steeds met verstandige inge
nomenheid begroet, en waar nu juist het tegendeel
het geval is moeten wij minder zoeken naar de
redenen aan eene staatkundige tbeorie of aan
nationalen trots ontleend, dan naar practische
belangen, welke door de voltooiing van het kanaal
zouden benadeeld worden.
Het zou kinderachtig zijn eenige waarde te
hechten aan de door Amerikaansche dagbladen
opgeworpen bewering, dat het het groote Ameri
kaansche vasteland onwaardig zou zijn zich te
laten verdeelen in twee eilanden. Een evenmin
ern8tigen indruk maakt eene bewering der New-
Yorksche Tribune op ons, als zij zegt dat het
kanaal de Vereenigde Staten aan de genade van
Engeland zou prijsgeven, dat met zijne sterke
vloot in West-Indië zich van de kanaalinonden
zou kunnen meester maken en naar goedvinden de
kusten van Californië en Oregon zou kunnen teis
teren en brand^hatten, terwijl de Amerikaansche
vloot den langen omweg maakte om kaap Hoorn.
Het zwaartepunt van den aanval komt ons voor
gelegen te zijn in het eigenbelang der groote
spoorweglijnen. „Te midden van de schrikwek
kende onzekerheid en de fabelachtige uitgaven
van den burgeroorlog, zegt de Evening Mail
heeft de Amerikaansche activiteit, vrijgevig ge
holpen door de regeering, het reusachtige werk
ondernomen van eene spoorwegverbinding door
het gansche vasteland van Noord-Amerika. Nu
iedere tak van nijverheid nog den last draagt,
door dat heldentijdvak opgelegd, is het nu voor
ons het oogenbhk om de opening te begunstigen
van een waterweg, die eene ernstige concurrentie
zou voeren met ondernemingen die ten deele en
ieder jaar meer onze regeering en ons volk voor
de gedane uitgaven schadeloos stellen En isfiet op
dit oogenblik verstandig om mede te helpen aan
den aanleg van een kanaal, dat dienen zal om
onzen handel te verdrijven van den Stillen Oceaan,
zooals hij reeds van den Atlantischen verdreven
werd?
In deze weinige woorden zijn wellicht alleen de
motieven te zoeken van den strijd, die zich kleedt
De generaal dacht er echter heel anders over.
Bevelen en organiseeren was zijn lust en zijn
leven en ofschoon de menschen in het eerst voor
hem rilden en beefden, kwam er toch eensklaps
zooveel leven op de boerderij en in het dorp, dat
zij er zelf schik in kregen. Er kwamen metse
laars en timmerlieden uit de stad en na een paar
weken was het bouwen in vollen gang, zoodat er
veel handen noodig waren en daar het werk goed
betaald werd en de oogst zeer overvloedig be
loofde te worden, hoorde men al heel spoedig
zeggen dat het toch vrij wat voordeeliger was,
wanneer de eigenaars op het goed woonden en
niet in de stad.
Maar de blijdste van allen was weldra mijn vader,
toen hij zijn nieuw pak aan had, weer bedienen
mocht en zag hoe deftig alles op het kasteel
toeging; want de generaal, die zeer voortvarend
was, had terstond den omgang gezocht van al de
adellijke families in de buurt en er werden veel
menschen gezien, zoodat da heide knechts, die
vader eerst zulk een doorn in het oog waren ge
weest, nu de handen zóo vol hadden dat zij heel
blij waren wanneer hij, zonder een woord te zeggen,
in de bres sprong, opdat alles zijn geregelden gang
kon gaan. Somtijds kwamen zij zelfs bij hem
om zijn hulp in te roepen en het duurde niet
lang of de generaal liet hem, als het wat druk
liep, mede bedienen.
Zoo geschiedde hot op zekeren dag dat de oude
in algemeen politieke of op zonderÜDg begrepen
eigenwaarde rustende argementen.
Niet de geheeie openbare meening in Amerika
gaat echter met deze redeneeringen mede. De
heer De Ltsseps is in New-York en andere steden
warm ontvangen, en de krachtige bejaarde
„doorgraver" heeft met zeldzaam gelukkigen
afloop eene reeks van recepties, optochten, in aal
tij den en toosten doorstaan, die jonger menschen
ziek zouden kunnen maken. Een enkel voorbeeld
van een toost bewijze wat de man aan te hooien
had. „Zoodra de gansche aarde, riep iemand
te New-York aan tafel uit, slechts éene groote
bouwhoeve zal zijn, waarin iedere akker zal
voortbrengen wat het best gedijt op zijn grond
en in zijn klimaat, zoodra de voortbrengselen snel
en gemakkelijk zullea geruild en verspreid wor
den, zullen wij niet meer van hongersnood hooren.
Ieder zal zijn buurman van het noodige voorzien,
zooals wij het thans de uitgehongerde Ieren doen.
Zoodra de Afrikaansche neger brood zal eten en
een katoenen hemd zal dragen, zullen menschen-
eterij en slavernij verdwenen zijn. Zoodra de
Chinees het brood voor denzelfden prijs zal kunnen
koopen als do rijst, zal hij er de voorkeur aan
geven, eene geheeie verandering ondergaan en
gelijk worden aan de blanke rassen".
Die tafelwelsprekendheid zal zeker het kanaal
van Panama niet graven, en gelukkig valt er op
eene meer steekhoudende uiting der openbare
meening ten gunste van het kanaal te wijzen.
De New-York Herald, die geen geringe kracht
in de Vereenigde Sta ten is, stelt op den voorgrond
dat de Amerikaansche handel zelf voordeel zal
genieten bij het kanaal. „De groote zaak voor
onzen handel, zegt zij, is dat het kanaal
zoo spoedig mogelijk geopend wordt, het komt
er niet op aan door wien. De vrees dat onze
politieke invloed op dit vasteland erdoor vermin
deren zou is kleinmoedig, ja belachelijk. De
gemoederen der Amerikanen, die zich aan zulk
eene vrees overgeven, zijn geketend door politiek
bijgeloof zonder kracht. Met onze dag aan
dag wassende kracht, met zulke vooruitzichten
voor ons zou het laf en bespottelijk zijn in hyste
rische stuipen te vallen bij een hersenschimmig
gevaar voor de belangen van Amerika; terwijl
wij voor het tegenwoordige ruim de middelen
hebben om die te beschermen, en die middelen in
de toekomst voortdurend zullen toenemen."
Dat is zeker ruimer gezien dan de opgenoemde
bezwaren zich kunnen uitstrekken en de blik van de
New-York Herald kan do meening der toekomst zijn.
Behalve den tegenstand in Amerika bestaat
echter nog het groote geldelijke bezwaar. Het
kanaal is na de opmeting begroot op 843 millioen
franken. Een mooi cijfer. De heer De Lesseps
heeft reeds eenmaal eene inschrijving geopend
welke slechts een mager resultaat had en het is
zeer twijfelachtig of na zijn bezoek in Amerika
en do daar gewekte oppositie eene tweede poging
beter zou slagen. De kapitalisten zullen blijven
aarzelen zoolang de Amerikaansche regeerings-
kriugen zich tegen het plan verzetten, en in deze
kringen spelen de spoorwegmaatschappijen eene
groote rol.
Dat alles behoeft echter niet te dóen wanhopen
aan het tot stand komen van het werk. Het
Panama-kanaal is een van die grootsche denk
beelden die niet verdwijnen, als eens een machtige
geest ze heeft opgevat, verwerkt en tot algemeen
goed gemaakt. De heer De Lesseps kan gerust
zijn; al beleeft bij het niet meer dat groote
schepen met ongebroken lading in luttel tijds
van den Atlantischen in den Stillen Oceaan ver
plaatst zijn, zijne schepping zal niet verloren zijn,
en in figuurlijken zin zal het middenstuk van een
der Amerikaansche maaltijden waarheid worden,
waarop hij was voorgesteld in zwarten rok, met
eene spade in de hand en het onderschrift„De
Lesseps aan het werk."
graaf Van Berkow en zijn zuster vader opmerkten,
hem Kasper noemden en met hem over den ouden
beer begonnen te praten, waarbij de graaf tot
den generaal zeide, dat het hem altyd zooveel
geuoegen deed wanneer hij in den tegenwoordigen
tijd, waarin meesters en bedienden zoo wispel
turig waren, ten minste op een landgoed nog
zulk een oud familiestuk aantrof, waarop men
zich verlaten kon; want een knecht die in een
familie oud geworden is, is meer waard dan tien
anderen.
Dit stond natuurlijk de twee jonge bedienden
niet zeer aan en dat waren toch ook fatsoenlijke
lieden, die de graaf, toen hun diensttijd bij zijn
regiment afgeloopen was, bij zich gehouden had.
De jongste, August, kwam dikwijls 's avonds een
praatje bij ons maken en dan had ik het liefste
dat hij uit zijn soldatentijd of over de familie
op het kasteel vertelde.
Wordt vervolgd.)
gedrukt rij de gebroeders abrahams
te middelburg