1880. N°. 70 123e Jaargang: Dinsdag 23 Maart. BERICHT. Middelburg 22 Maart, Benoemingen en besluiten. Onderwijs. Kerknieuws. MIDDELBURGSCHE COURANT. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. PrijB per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Ad verten tien: 20 Cent per regel.' Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 17 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte^ Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de puhlicité étrangére G. L. Daubi en Cie. te Parijs en Frankfort, direeteuren Elsbach en Jonas. Sedert eenige dagen ia de Prijslijst van effecten, coupons en obligatien in dit blad ■weder aanmerkelijk uitgebreid. Onder de verhalen, welke in het volgende kwartaal in het Feuilleton zullen worden opge nomen, verdient Helmareen roman uit de kunstenaarswereldvan de bekende, door diepe menschenkennis, fijne gave van opmerken, zuiveren smaak en groot meesterschap over den vorm beroemde Duitsche schrijfster Fanny Lewald de bijzondere aandacht van het lezend publiek. Zij die zich met denl en April a. abonneeren, ontvangen de tot dien datum verschijnende nommers kosteloos. De Précurseur van Zaterdag en die van Zondag bevatten weder stukken over hetgeen men kort heidshalve de „quaestie-Vlissingen" kan noemen. Zooveel onze ruimte toelaat laten wij hier eene vertaling daarvan volgen, het betreurende dat onze kolommen niet de lengte van die van het Antwerpsche blad hebben. In het nr. van Zaterdag wordt de brief van den burgemeester Smit opgenomen, dien wij reeds in ons n*. van Zaterdag hebben medegedeeld. De Précurseur zegt, naar aanleiding der opmerking van den heer Smit dat het debat nu loopt over particuliere feiten, dat die feiten in hun geheel den algemeenen toestand doen kennen. Immers wat de onvoldoende inrichting der havens, magazijnen enz. betreft, is er geen sprake van particuliere feiten^ daar de stad zelve daar over het beheer hééft. (De Précurseur is itf dit opzicht in 't geheel niet op de hoogte. Red.). En voorts zijn de quitantiën, die de redactie onder de oogen heeft gehad, onderteekend door Jan, Piet of Klaas, allen inwoners van Vlissingen. De Précurseur eindigt met te herhalen dat zij Vlissingen niet zoekt te benadeelen, dat zij met belangstelling de ophelderingen der kamer van koophandel afwacht en dat zij de belangen van Vlissingen beter gelooft te dienen door ronduit de waarheid te verkondigen, dan door de kwade praktijken te bevorderen, die allen vooruitgaDg voor Vlissingen onmogelijk en de vreemdelingen voorgoed van de haven afkeerig zouden maken. In de Précurseur van Zondag is een zeer lange brief opgenomen van een Rotterdamsch handels huis in granen, die tot ons groot genoegen ten aanzien der meeste punten in quaestie een vol ledig getuigenis ten voordeele van Vlissin gen aflegt. In de maand December jl. viel, tengevolge van de vorst, een voor bedoeld huis bestemde stoom boot meL 2000 ton graan te VlissiDgen binnen. *Wij hebben, schrijft de firma, niet de minste moeilijkheid ondervonden om de lading aldaar te lossen en op te slaan. "Daar deze werkzaamheden onder ons persoonlijk toe zicht verricht zijn, gelooven wij met kennis van zaken over den toestand te Vlissingen te kannen spreken. «In vele opzichten zijn wij 't met u eensdaarentegen moeten wij sommige uwer beschouwingen betwisten. "Uw voorbeeld volgende, zullen wij ons onthouden van »t noemen van namen, ofschoon de stoomboot, die 10.000 fr. heeft moeten betalen voor het lossen van 200 ton, ons zeer goed bekend is. «•De vraag of door onsnaar evenredigheid van de geloste hoeveelheid, even veel betaald is, kunnen wij tot ons genoegen ontkennend beantwoorden. #De geheele lading onzer boot, ongeveer 2000 ton graan, is gelost, in pakhuizen opgeslagen, behoorlyk ge wogen, onder ons eigen toezicht, voor ongeveer 7000 franken, daaronder begrepen onze eigen commissie, welke wy berekend hebben tegen hetzelfde bedrag als te Rotterdam. «Ook wij hebben moeten betalen voor het vervoer der kalken en planken van de losbrng en wij zijn het met u eens dat de kosten daarvan niet gering zijn geweest. Alleen hebben wij den duren lichter achterwege gelaten en ons bediend van een vlot, dat men ons bereidwillig Afgestaan leeft. «Ieder die, evenals wij, gezien heeft op welke bijna belachelijke manier het graan en de andere goederen voor Antwerpen gelost zijn en hoe onhandig men daarbij te werk ging, heeft kunnen hegrijpen dat dit onvermijdelijk met buitensporige kosten gepaard moest gaan. Wat de zakken-geschiedenis aangaat, die lijkt ons zoo ongerijmd dat wij er niet bij zullen stilstaan. Ook hebben wij ons niet al te zeer te beklagen gehad over hetgeen door u //wonderlijke kosten" genoemd wordenpnze rekening zou echter veel hooger geweest zijn indien wij van da meer dan voordeelige gelegenheid hadden ge bruik gemaakt om er posten van eigen fabricaat op te doen voorkomen. "Binnen weinige dagen werd Vlissingen overstroomd door stoom- en zeilschepen en daar dit slechts zeer zelden gebeurt, kon men redelijkerwijs in deze kleine stad dezelfde hulpmiddelen niet verwachten welke men te Rotterdam of te Antwerpen vindt. "In dit buitengewono geval moesten de eigenaars der ladingen buitengewone maatregelen nemen voor de lossing. Men heeft zich te Antwerpen daarover zeer weinig be- kommerd, want zoo ver wij hebben kunnen nagaan had men met de lossing van de stoomboot, op welke gij het oog hebt, iemand belast die, hoe bekwaam hij voor 't overige moge zijn, van dit soort van werk niet veel verstand scheen te hebben daar hij zelfs niet wist wat en hoeveel materieel hij voor de behooilyke lossing noodig zou hebben. "De Antwerpsche huizen hadden beter gedaan met eenige goede meesterknechts naar Vlissingen te zenden, die kalm de zaken hadden kunnen opnemen en daarna hun maatregelen genomen hadden. Want wat was het gevalj? Door het gebrek aan werklieden was men genoodzaakt menschen uit de naburige dorpen, meest landbouwers, te nemen, van wie men redelijkerwijs niet verwachten kon dat zij dadelijk even goed werkten al9 sjouwerlieden van beroep. Als men hen onder een kalm en practisch man gesteld had, om hen bij de regeling van het werk te helpen, zou men zich niet te beklagen gehad hebben over deze lieden, die wel is waar onhandig, maar vol goeden wil waren. Op deze manier hebben w ij ons zeer goed met hen kunnen redden. //Bij het lossen der Antwerpsche ladingen hebben wij niet kunnen bemerken dat behoorlijk toezicht gehouden werd, wel werden door de personen, die ermede belast waren, luide klachten aangeheven, maar zij staken geen vinger uit om de zaken beter te doen gaan. //Wat pakhuishuur betreft, moeten wij verklaren dat wij nog iets minder betaald hebben dan het door u aangehaalde Antwerpsche tarief. "Van cene in 'toog loopende -zucht om voordeel te trekken van de omstandigheden van 't oogenblik, hebben wij, wat on3 betreft, niet veel bemerkt. Men vroeg on9 ook wel verbazende prijzen voor sommige zaken, maar wij gaven daar niet dadelijk aan toe en ten koste van eenige moeite, werden wij dan veel goedkooper geholpen. "Wij houden ons overtuigd dat de Antwerpenaars zeiven de schuld zijn geweest van de meeste grieven waarover zy zich beklagen. "Wij moeten erkennen dat de hulpmiddelen der haven van Vlissingen nog zeer veel te wenschen overlaten. Er waren ook te weinig waggons, maar dit was niet alleen te Vlissingen het geval: overal was, tengevolge van den geweldigen toevloed van goederen, gebrek. "Het is echter geheel onjuist te beweren, dat er geen goederenwagens te Vlissingen te krijgen waren. Wij zeiven hebben er voor vrij groote hoeveelheden goederen van gebruik gemaakt en wel tot niet hooger prijs dan in gewone tyden te Rotterdam. Hieruit blijkt dus dat de persoon, die u hieromtrent ingelicht heeft, zich niet genoeg moeite heeft gegeven, "Wy zijn het volkomen met u eens dat de heffing van een recht van een galden per waggon ongerymd is, tenzij men ons daaromtrent opheldering geve. "Ten slotte spreken wij de hoop uit dat het gemeente bestuur van Vlissingen den aanstaanden zomer moge benuttigen om de haven behoorlyk in te richten, zoodat men bij eene volgende gelegenheid op alles voorbereid zij. Maar tevens zal het te wenschen zijn dat de Ant werpsche huizen, die van de haven gebruik willen maken, hun belangen voortaan toevertrouwen aan personen, toegerust met een kalm doorzicht, met practische kennis, met het bewustzijn van hun plicht en volkomen op de hoogte hunner taak, welke somtijds met zeer groote moeilijkheden gepaard gaat. In dat geval zal Vlissingen, waarvan wy thans de prachtige dokken slechts in tijd van nood gebruiken, in de achting van Belgie en Nederland rijzen en zal het beter als voorhaven van Antwerpen kunnen dienst doen." Het komt ons voor dat deze belangrijke brief een kalm en beredeneerd inzicht in den stand van zaken geeft. Wij zijn zeer benieuwd of de Antwerpsche handel hier weder iets tegen in te brengen zal hebben. Iutusaeben verdient de onpartijdigheid van de Précurseur, die zich de moeite beeft gegeven om den Rotterdamschen brief niet alleen op te nemen maar ook te ver talen, waardeering. Wij vestigen eindelijk nog de aandacht op de onder onze advertentien van heden voorkomende verklaring van drie zakkenverhuurders te Vlissin gen, dat zij met de beruchte „zakken-geschiedenis," waar men te Antwerpen zooveel beweging over maakte, niets te doen gehad hebben. In de heden gehouden vergadering van de kamer van koophandel alhier werd mededeeling gedaan van eenige ingekomen stukken en, naar aanleiding van het in de vorige vergadering be- hande'de, geschreven brieven; terwijl ook besloten werd het schrijven van verschillende scheepsbouw meesters en reeders omtrent het door hen inge diend adres aan de regeering, voor kennisgeving aan te nemen. Voorts was de zitting gewijd aan de behande ling van het jaarverslag. De tentoonstelling van schilderijen op het stadhuis alhier werd Zaterdag bezocht door 75 personen, Zondag door 240 en heden door 123 personen. Onder de bezoekers van Zondag waren 82, die van den verminderden toegangsprijs van 10 cent gebruik maakten. Heden zijn twee der tentoongestelde stukken verkocht, n° 87 Dorps mandenmaker van H. Val kenburg, en n° 64 Aan den Amstel bij Amsterdam, van Gr. Poggenbsek, beiden aan ingezetenen van Middelburg. Door de gedeputeerde staten van Zeeland is bepaald dat de verkiezing van een lid der pro vinciale staten, ter vervanging van wijlen jonkhr. F. C. de Casembroot, in het hoofdkiesdistrict Tholen zal plaats hebben Dinsdag 6 April 1880 en de herstemming zoo noodig Dinsdag 20 April daaraanvolgende. Naar wij vernemen zullen Z. K. H. de prips van Wales en zijne gamalin aanstaanden Vrijdag op hunne reis naar het vasteland te Vlissingen aankomen. De overtocht uit Engeland geschiedt met eene daartoe van de maatschappij Zeeland afgehuurde stoomboot. Door de Vlissingsche sub-commissie voor de watersnoodloterij zijn tot heden 380 loten ge plaatst. Als prijzen werden de navolgende voor werpen ontvangenvan den heer A. Smit een aquarelle, van den heer Th. van Uije Pieterse een aquarelle en eene lithographie, van mevr. de wed. H. Winkelman twee consoles en van mevr. Kleijn- hens een taartenbak. Door de kamer van koophandel te Vlissingen is besloten tot het zenden van een adres aan de tweede kamer, waarin de wenschelijkheid, het nut en de noodzakelijkheid zoo gemotiveerd moge lijk zullen betoogd woiden van de onveranderde aanneming der conventie Ter NeuzenGeut, in verband met de overname van het op Nederlaudsch grondgebied liggend gedeelte van den Grand Central Beigespoorweg. (VI. Cf.) Zierikzee, 21 Maart. Door den minister van waverstaat is afwijzend beschikt op het ver zoek van den heer mr. J. Mauritsz Ganderheijden, burgemeester van Zierikzee c. som rente-garantie door het rijk van het kapitaal, benoodigd voor den aanleg vau een stoom-tramweg van Brou wershaven naar Roozendaal, met eene stoomboot voor de overvaart van het Zijpe. HontenIsse, 20 Maart. Aan hen, die zich in 't zuidelijke gedeelte dezer gemeente tot Z. M. den koniDg hebben gewend met verzoek deze gemeente te willen splitsen, is van wege den minister van binnen! andsche zaken bericht, dat geen grond is gevonden om dit verzoek in te willigen. Mogen de enkele raddraaiers, welke deze afscheidingsbeweging in 't leven hebben geroepenj hieruit leeren, dat ais zij voor de vierde maal eens lust mochten krijgen om splitsing te vragen, deugdelijker redenen moeten worden aangevoerd dan die, welke nu reeds driemaal tevergeefs zijn opgegeven. Sclierpenlsse, 21 Maart. In tegenwoor digheid van den aannemer en eene groote menigte belangstellenden is jongstleden Vrijdag aan den oever van Gorishoek, gemeente Scherpeniase, voor de oever verdediging „een stuk gezonken." Lang zaam maar geregeld daalde het goed voorziene zinkwerk en zonder stoornis liep dit voor de ingelanden van Scherpenisse zoo belangrijke werk af. De Indépendance Beige bevat het volgende tele gram uit Den Haag: „Eerstdaags zal officieel worden aangekondigd, dat koningin Emma in een belangwekkenden toestand verkeert." De audiëntie van den minister van oorlog zal op Donderdag, den 25eu Maart aanstaande, niet plaats hebben. Ofschoon er sprake van geweest is den zomer dienst op de spoorwegen dit jaar op 10 Mei in te voeren, zal dit toch op het gewone tijdstip, 15 Mei, geschieden. schutterij. Op verzoek, eervol ontslag ver leend, aan mr. J. H. de Laat de Kanter, ala auditeur bij den schuttersraad by het 3e bat. der rustende schutterij, wien tevens eervol ontslag wordt verleend als auditeur bij deu schuttersraad der dienstdoende schutterij te Goes bij het 5e bat., aan C. J. A. Fercken en A. C. N. Grenu, beiden ais 2e luit. (Zie laatste berichten van Zaterdag.) Benoemd bij de rustende schutterijin de prov. Zeeland, 3e bat., tot kapt. F. W. Prumers en H. K. Ju. van den Bussche, beiden thans le luit.; tot le luit. L. C. P. Boogaert, J. Welleman en J. Meerburg Snarenberg, allen thans 2e luit.; tot 2e lnit. H. A. de Vos tot Nederveen Cap oei en M. Noordijjke, beiden thans schutter, en W. J. van Dam, vroeger 2e lnit. bij de dienstdoende schutterij te Goes 5e bat., tot kap. J. A. Pateer Ez., thans 2e luit., en mr. F. J, F. M. Walter, vroeger 2e luit. bij de dienstdoende schutterij te Breda; tot le luit. J. B. Stevens, thans 2e luit.tot 2e luit. P. Bauwens, thans korp., en P. J. van Brabaud, thans schutter. belastinoeb. Benoemd tot ontvanger der dir. bel. en ace. te Monttoort c. a. W. C. Kantelaar, thans ontvanger te Wijehen c. a. Op verzoek eervol ontslag verleend aan A. H. B. He.elerkamp, als ontvanger der dir. bel. en ace. te Culenborg c. behoudens aanspraak op pensioen. Benoemd tot ontvanger der dir. bel., invoerr. en ace. te Haarlem c. a. L. R. van Sandick, thans ontvanger te Doesburg e. a. legeb. Benoemd bg het wapen der cavalerie! bij den staf van het wapen, tot gen.-maj. en be velhebber in de 2e mil. aid., de kolonel jhr. W. I. A. Storm de Grave, komm. van het 3e reg. üuz., adj. des konings in buitengewonen dienst; tot kolonel en komm. van het 3e reg. huz., de lnit-kol. jhr. L. Ridder van Rappard, van het korps. (Zie Laatste berichten van Zaterdag). De voordracht voor de benoeming van een hoogleeraar in het strafrecht enz. aan de univer siteit van Amsterdam, bestaat nit de heeren mr. A. O. Waller, redacteur der Haarlemsche courant G. A. van Hamel, vroeger substituut-officier van justitie te Rotterdam, thans rechtsgeleerd adviseur bij het departement van oorlog in den Haag en J. Domela Nieuwen huis, leeraar bij het middelbaar onderwijs, schoolopziener en advocaat te Am sterdam. De kerkeraad der Ned. Herv. gemeente te Middelburg heeft beBloten dat de leerlingen, die onlangs bij moderne predikanten zijn aangenomen en bevestigd, niit in het lidmatenboek zullen worden ingeschreven en bun de rechten van lid maatschap niet zullen worden toegekend. Dr. Sib- macher Zijnen heeft kennis gegeven ■voornemen»

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1880 | | pagina 1