Benoemingen en besluiten.
Onderwijs.
Kerknieuws.
Marine en leger.
Kun st nieuws.
Fröbelschool gesticht, waar ruim 80 kinderen
tegen een schoolgeld van 48 tot 72 per
hoofd, voorbereidend onderricht ontvangen.
Te Soerabaia is men, op bescheidener voet,
dit voorbeeld gevolgd. Te Batavia ziet de
commissie, met welker plan wij ons thans
bezig honden, naar middelen uit om, naast
hare reeds bestaande, eene tweede Fröbelschool
op te richten. Dit alles is echter meest ten
behoeve der bemiddelde Europeanen, en het zijn,
de onvermogenden voor wie de roepstem om
hulp het dringendst gehoord moet worden.
Wij hopen dat deze oproeping niet zonder
weerklank moge blijven. Indië bezit in Ne
derland vele vrienden en belangstellenden, nit
vroegere en nog bestaande betrekking. Van
den anderen kant is het geslacht van hen, die
voor het zedelijk en verstandelijk welzijn
hunner medemenschen, al wonen zij ook in een
ander werelddeel, iets over hebben, nog niet
uitgestorven. Vrij wat geld en moeite worden
besteed om den Christelijken godsdienst te
brengen aan Javanen, die hoegenaamd niet
barbaarsch of onbeschaafd en, op hun stand
punt, ook niet onwetend zijnaan lieden die,
in hun paradijsachtig land, onder hun vrien
delijk klimaat, zich zeer gelukkig en tevreden
voelen met het weinigje godsdienst, van alle
haarkloverij en dweepzucht vrij, dat zij erop
na houden. Wij laten de waarde dier pogingen
te liever buiten beschouwing, daar de vruchten
welke zij dragen tot dusverre te onbeduidend
zijn om er gewicht aan te hechten. Maar met
deze pogingen voor oogen, durven wij hopen
dat het niet hersenschimmige, maar zeer be
reikbare en voor de hand liggende doel der
Bataviasche commissie ook op eenigen steun
aanspraak zal mogen maken. Door de over
plaatsing van ons Nut naar Indië, met het
oogmerk om zich de onderwijsbelangen der on-
en minvermogende Europeanen en daarmede
gelijkgestelden aan te trekken, te beginnen met
de bewaarscholen en om later tot de andere
takken van het onderwijs op te klimmen, zou
den wij een werk „tot nut van Java" ver
richten, practischer en vruchtbaarder dan alles
wat door de maatschappij „tot nut van den
Javaan" ooit gewenscht of tot stand gebracht
werd.
Door burgemeester en wethouders van Middel
burg is bepaald, dat de verkiezing vau een lid
van den gemeenteraad, ter voorziening in de
vacature ontstaan door het vertrek van jhr. mr.
Sohorer, zal plaats hebben op Dinsdag den 24en
dezer.
Naar wij vernemen is tot directeur van de
Export-maatschappij voor Zeeland benoemd de
heer B. Bodenhuis, thans ambtenaar bij de stoom,
vaartmaatschappij Zeeland te Vlissingen.
Uonteal Me, 1 Februari, la de gemeen
teraadsvergadering van Vrijdag jl. deelde de bur
gemeester, baron Colloc d' Escury, mede dat hij
aan den minister van binnenlandsche zaken
had verzocht in Maart e. k. niet meer voor eene
herbenoeming in aanmerking te komen. Op een
daaromtrent gedane vraag van een der raadcleden
verklaarde de burgemeester, dat zijn besluit on.
herroepelijk was,, waarop de raad terstond besloot
zich bij adres tot Z. M. den koning te wenden
tot het benoemen van een ingezetene ais barge
meester. Op eene heden avond gehouden verga
dering van ingezetenen werd een adres ter onder-
Hij staarde een poos voor zich uit en begon
toen zacht en aarzelend, als zocht hij de beelden
in het duister:
„Daar is de zoon van eoh adellijke familie, wier
naam reeds lang tot de geschiedenis behoort, daar
niemand hem meer draagt. Hij en zijn vader zijn
de laatsten van hun geslacht. De jongeling moet
de wereld leeren kennen, of hetgeen men in dien
tijd de wereld noemde. Hij bezoekt de hoofdsteden*
van Duitschland en zal ook naar Parijs gaan.
Een eerezaak houdt hem echter op en de koge|
van zjjn tegenstander maakt eensklaps een eindo
aan dat jonge leven, waarop zooveel hoop ge
bouwd was. Dit bericht bereikt eerst na vele
weken het kasteel van zijn vader en dompelt
dezen en zijne beide dochters in den diepsten rouw*
Daar meldt zich eensklaps een oude vrouw Uit
den geringen stand bij hem aan, een waschvrouw
uit de academiestad, waar die zoon zijn laatste
levensjaar heeft doorgebracht, en schrijft dat deze
in betrekking had gestaan met haar kleindochter,
die overleden is na de geboorte van een zoon,
waarvan de jonge graaf de vader was. Hoe
onzeker en twijfelachtig het geval ook klinkt en
hoezeer het ook een brutale bedelpartij gelijkt,
sloegen de bedroefde familie-leden er toch geloof
aan en zien in dit kind een dierbaar pand van
hun zoo diep betreurden lieveling. Zij informeeren,
doch kunnen natuurlijk weinig zekerheid erlangeni
Het blijkt dat de kleindochter en de dochter dier
steuning van dit verzoek besproken en door de
meeste aanwezigen geteekend.
Algemeen is men hier van gevoelen dat onze
tegenwoordige burgemeester alleeD bedankt heeft
omdat het hoogere bestuur van liet kroondomein
hem daartoe gedrongen heeft, op grond dat het
burgemeesterschap nadeel zou doen aan het
rentmeesterschap, eene betrekking mede door
den burgemeester bekleed.
Er heerscbt tengevolge van een en ander hier
eene zekere spanning, zoowel omtrent de aanlei
ding als omtrent de mogelijke gevolgen van dit
geheel onverwacht ontslag.
Walsoorde, 2 Februari. Onder de rivier
en ijsberiobten in de N. R. C. van gisteren wordt
van hier ge.neld, dat de spoorboot den dienst
heeft gestaakt. Gelukkig is dit bericht, geheel
bezijden de waarheid. Weliswaar kan de boot
wegens het drijfijs niet geregeld varen, doch tot
dusverre heeft zij nog dagelijks minsteus eens de
heen- en terugreis gemaakt en er bestaat thans
uitzicht om zelis twee reizen te gaan maken.
Stoppeldijk, 1 Februari. De bekende
Passions-Spieler hebben hun intrek genomen in
de openbare school aan de Veenstraat alhier en
zullen daarin een viertal voorstellingen geven.
Waar eene openbare school al niet voor dienen
kan
Aa i de Hollander wordt gemeld dat de zen-
dingscommissie der Chr. Ger. kerk geen bezwaar
heeft tegen de aanvaarding van het lidmaatschap
der tweede kamer door den zendingsdirector
J. H. Donner.
Een splinternieuw gezichtspunt op het toelaten
van kerkelijke prucessiën en vertooningen op de
openbare straat, wordt geopend in de volgende
zinsnede van een uit Koermond aan De Tijd ge-
richten brief
„Wil men weten, wat in Limburg aan menigeen
een gevoelige schade berokkend heeft, dan wijzen
wij op de bemoeielijking der bedevaarten vanwege
de openbare staatsmacht. Om slechts een enkele
plaats te noemen, bijv. in Roermond, klagen de
logementhouders, herbergiers en winkeliers steenen
uit den grond over het groote nadeel dat zij
lijden, sinds politie en justitie de processiën en
bedevaarten naar de kapel in 'tZaud gedwars
boomd eu belemmerd hebben."
De St.-Ct bevat de wetten, houdende vaststelling
van het tweede en derde hoofdstuk der staats-
begrooting voor het dienstjaar 1880.
Bij min. beschikking zijn bij den aanleg van
staatsspoor wegen benoemd: tot opzichter 3e kl.
P. Dorrenboora en C. J. Smithtot opzichter
4e kl. J. W. Scheileiaaren bevorderdtot
bouw- en werktuigkundige le kl., waarnemende
den dienst van sectie-ingenieur, de bouw- en
werktuigkundige 2e kl. K. H. van Brederode;
tot sectie-ingenieur, de adjnnct-ingenieurs A. J.
F. G. M. Verhtijen en I. A. Lindo; tot opzichter
le kl. de opzichters 2e kl. J. L. Terneden, J. H.
Dauner, J. C. Mak, H. Pabbruwd, H. B. Nijmeijer
en J. A. H. Crollaer; tot opzichter 2e kl. H. T.
Klompé, C. W. D. Broman en H. H. van Wee
huizen tot opzichter 3e kl. J. A. Frioke en
G. H. de Bie; tot opzichter 4e kl., de opzichter
5e kl. P. Kaan.
kabiseï des KoSijröd. Benoemd tot referen
daris bij het kabinet des kotiings jhr. P. J.
Vegelin van Claerbergen, thans commies bij dat
kabinet.
POSTERUEk. Benoemd tot commiesen der pos-
oude vrouw zeer slecht ter naam en faam bekend
stonden, maar toch kunnen zij er niet toe besluiten
om het kind aan do zorg dier overgrootmoeder
over te laten, die er gaarne voor een som gelds
afstand van wil doen. Het knaapje wordt bij
den ouden graat gebracht 6n moet eerst in stilte
opgevoed worden, maar de lieido voor dat kind
neemt zoo toe, dat het weldra de lieveling en de
speelpop van zijn grootvader en van de tantes wordt
die zich verbeelden in hem het evenbeeld v-n
hun aangebeden broeder weer te vinden. Daar
zij aan zijn afkomst gelooven is dat kind voor
hen kléinkind en neef en als zoodanig wordt,
het vertroeteld, verwend en in den grond bedorven.
„Die knaap ben ik. Daar hebben we al éen
raadsel, waarover ik vroeger dikwijls gepeinsd
heb. Ik had een stuk van mijn leven willen
geven om met zekerheid te weten aan wien ik
het aanzijn te danken heb. Ik ben geboren ais
een wees, zonder ecnig recht ter wereld, zonder
naam en werd de speelbal van teugen, bedrog en
willekeurige liefde. Wat beminden de graaf en
zijne dochters aan mij 1 Niet mjjne hoedanigheden,
niet mijne beminnelijkheid, zij beminden een
begoocheling. Als men had kunnen bewijzen dat
zij zich vergisten, was ik niets geweest. Zóo
ben ik opgegroeid, zonder grond ohder de voeten
zonder eenig recht van bestaan, een fala Mor
gana, dat uit ecu bedriegeljjken nevel ontstaat eu
voor het daglicht verdwijnt.
terijen van de 4e kl., J. G. van Nauta Lemke
en K. G. Graadt van Eoggen, thans surnumerairs
der posterijen.
leger. Op verzoek, eervol ontslag verleend
uit Zr. Ms. militairen dienst, aan den met verlof
hier te lande aanwezigen onder-intendant 2e kl.
bij het leger in N. I., B. D. Filet.
T holen, 1 Febr. De laatste Januaridag
was ook de Iaat3te van het bestaan der rijks
oefenschool te Tholen. Maandag 2 Febr. beginnen
de lessen aan de normaalschool.
Verheugen we ons, dat door de oprichting der
normaalschool de opleiding tot onderwijzer ook
hier verbeteren zal, we willen de oefenschool in
dankbare herinnering houden. Menigeen die in de
bijna 30 jaren van haar bestaan hare lessen volgen
mocht, zal haar met erkentelijkheid gedenken.
We hopen dat de normaalschool, die over zooveel
meer krachten en middelen te beschikken heeft»
eene waardige dochter van de 30jarige doode zal
blijken.
Als iedere dochter tracht beter te zijn dan de
moeder die haar het aanzijn gaf, dan is er goede
kans óp vooraitgaog.
De heer J. A. van Driel, hulponderwijzer
aan de school voor meer uitgebreid lager onder
wijs voor jongens alhier, is benoemd tot onder
wijzer aan de jongensschool te Leiden.
Door de commissie voor de zaken der Waalsche
kerken is tot haren president benoemd de heer
J. H. Gerlach, predikant alhier.
Men verneemt dat met 1° Mei a. de eerste off.
van gez. der 2e kl. J. J. C. L. Pilgrim, in gar
nizoen te Vlissingen, in zijn rang wordt over
geplaatst naar Delft, en vervangen door den off.
van gez. le kl. P. K. J. Pabst, van Leiden.
In het vervolg zal aan de militairen, die
onderwijs ontvangen om tot officier te worden
opgeleid, bij rengagement geen premie meer
worden toegekend.
De heer A. C. L(offelt) heeft in het Vaderland
eene critiek geleverd op het blijspel S of Z van
den heer Justus van Maurik en deze laatBte
antwoordt daarop in een ingezonden stuk in
't Vaderland van Maandag (tweede blad), waar
de heer Loffelt weer een klein onderschrift bij
plaatst.
De brief van den heer Van Maurik tintelt van
geestigheid, zonder scherpte eu zonder een zweem
van, onder fijnen vorm verborgene, hatelijkheid.
De heer L. neemt in het onderschrift het hem
toegediende snuifje goedhartig aan, zonder met
iets leeüjks terug te gooien.
Daar deze verschijnselen, zelts in de letterkun
dige were'd, tot de zeldzaamheden bebooren,
vestigen wij de aandacht onzer lezers erop.
Te Rotterdam is Zaterdag avond het 20
jarig bestaan der Duitsehe opera gevierd met de
eerste opvoering van Gliick's klassiek zangspel
Orpheus und Euryiice en met de voordracht eener
feestcantate, gedicht door den heer Pabst en ge
componeerd door den kapelmeester Muller. De
schouwburg was propvol en de stemming zeer
feestelijk. Den heer W. S. Burger Wzn., wien
meer dan iemand anders de eernaam van stichter
en onderhouder der opera toekomt, werden ver
schillende geschenken aangeboden. Ook aan de
andere oprichters en iustandhouders vau het
kunst-institnut, waarop Botterdam met reden
trotsch is, werd verdiende hulde gebracht.
Maar men gaf mij rechten ais pleegkind, als
vondeling. De graaf wist van den vorst gedaan
te krijgen dat ik een adellijken titel en den naam
van een zijner goedi ren mocht voeren en hij
spaarde zooveel mogelijk van zijn fortuin voor
mij, als ware ik een prachtig gedenkteeken op
het graf van zijn zoon.
KindsheidJongelingsjaren I welke schoone
herinneringen zijt gij voor hen, die daarmede het
aandenken aan het ouderlijk huis, aan een eigen
gezin verbinden. Voor mij gingen zij voorbij te
midden van overdreven, verkeerd geplaatste tee-
derheid en toen ik eindelijk vernam, wie ik was,
of liever wie ik niet was, hoe veranderde toen
mijn geheele wezen hoe ontaardde toen mijn
levensmoed in wrok en onbeschaamdheidHetgeen
men mij zoo kwistig toe wierp, beleedigde mij ais
een aalmoes en wat men mij moest onthouden, de
volle rechten van een zooo, scheen mij weder,
rechtelijk ontnomen goed toe en in plaats van diege
nen lief te heb oen aan wier inbeelding ik zooveel te
danken had, begon ik hen te benijden en te dwingen.
Smadeljjk beeld mijner bandelooze jeugd,
Verzink in den nevel der vergetelheid... Ik wil
U niet meer onder de oogen zien!
Hij bedekte zjn gelaat met beide handen en
Hendrik durfde zich niet verroerenmaar wachtte
totdat de grijsaard zjjn bjjstand zou inroepen.
Na eenige oogenblikken richtte hij zich echter
weer op en vervolgde'.
Eigenlijk is de dag der feestviering te vroeg,
daar de opera in September 18ö0, met de eerste
opvoering van Don Juan (met het vij ftal Kainz,
Bertram Mayer, Seijffarth, Dalli Asti, Brassin
enz.) geopend werd. Maar men heeft misschien
het feest nu gevierd omdat over het al of niet
bestaan der opera in September 1880 op eene
vergadering morgen avond waarschijnlijk beslist
zal worden.
Een 17jarig jongeling nit Antwerpen, H. v.
d. B., die in 't begin van December des vorigen
jaars van daar met omstreeks 1300 francs van
zijn patroon op den loop ging, reeds twee von
nissen in Belgiö te zijnen laste bad en te Vlis
singen gearresteerd werd, toen bij op het punt
stond naar Engeland over te steken, is, na een
paar maanden verblijf in de gevangenis te Middel
burg op vrije voeten gesteld. Hij heeft bewezen
Nederlander te zijn en zal dus niet worden uit
geleverd. (Vad.)
In den laatsten tijd werden uit de waggons
van de Bollandsche spoorwegmaatschappij aan de
Nieuwe Vaart een aantal diefstallen gepleegd.
Rozijnen, china's appelen, honing, gember, tafwe,
r°gge» vijgen, enz. verdwenen op onverklaarbare
wijze. Endelijk is het de politie gelakt een der
dieven, een jongen die reeds vroeger wegens
diefstal veroordeeld werd, te betrappen en in
verzekerde bewaring te stellen.
Door een bekend verzamelaar van ondheden,
nabij Leeuwarden woonachtig, is zijne zeldzame
verzameling gouden, zilveren en bronzen munt
stukken, gedenkpenningen enz., waarvan wel de
meeste op Friesland betrekkiug hebben eu p. m.
3000 Romeinache keizersmunten, ter beschikking
gesteld van het Friesche Genootschap
Bij bovengemelde verzameling behoort nog eene
belangrijke collectie etsen en gravures, voornamelijk
al wat op de provincie betrekking heeft en
waarbij zich 25 stuks gravures vaQ de gebr.
Bolsward bevinden, die men tevergeefs elders zal
zoeken. De kunstkasten, boekwerken enz. zijn
daarbij tevens afgestaan.
Te Sloten is een bejaard persoon, niettegen-'
staande hij in het bezit van duizende turven en
eene groote hoeveelheid brandstof was, van koude
en gebrek omgekomen. De gierigaard laat een
aardige erfenis, ook in geld, na.
Door de militaire wacht der mariniers aan
de Nieuwe kerk te Helder is in de vorige
week aan een infanterist, die in beschonken
toestand verkeerde, f 100 ontsiolen, welk geld
onder de manschappen werd verdeeld. De geheele
wacht zal nu eerstdaags voor den krijgsraad
terecht staan.
In den nacht van Donderdag op Vrijdag
bemerkte de Petersburgsche politie een geheel
gesloten huis, dat hare achterdocht opwekte. Men
sloeg de deur open, maar werd ontvangen met
pistoolschoten door drie mannen en twee vrouwen.
Een dezer personen doodde zich zelf, de anderen
zijn gevangen genomen. Men vond in het huis
eene drukpers, een groot aantal exemplaren van
het nihilistische blad Narodnaja Woljaander
drukwerknagemaakte stempelsnagemaakte
paspoorten, vergif, dynamiet en wat er zoo al
verder behoort tot den inboedel van een recht
geaard nihilist.
Het aantal jongelieden, dat jaarlijks in
Duitschland gepaatst wordt in de Ersatz-reserve-
bedraagt tusschen de 50,000 en 60,000. In 1874
was het juiste aantal 60,374. Hiervan moeten
afgetrokken worden zij die de plaatsen in het
actieve leger moeten aanvullen, door overlijden
of andere oorzaken opengevallen, zoodat men
jaarlijks op 45,000 man mag rokenen. Deze zullen
nu volgens het nienWe ontwerp eener legerwet
ter oefening mogen worden opgeroepen, wat vroe
ger niet het geval was, en vermits deze klasse
der reserve jongelieden bevat van 20 tot 31 jaren,
zal zij het Duitsehe leger versterken met 495,000
geoefende soldaten.
De Berlijnsche studenten zullen een fakkel
tocht houden ter eere van den heer Meyet, 'lid
van den Pruisischen landdag, wijl deze zyn stem
„Het helpt niet. Heden heb ik den slentel
teruggevonden en hoe ik er mij ook tegen verzette
ik moest hem opnemen, er alle deuren mede openen
en daar lag allés Weet Voöt mij, dat naar ik
meende sedert jaren begraven en vernietigd was*
Het waren twee oogen, met denzelfden blik, als
die welke als een helder licht in mijn woeste
jeugd doordrong. Óp eens was ik weer op het
kasteel van mijn pleegvader, die gebokt gaat
onder bet leed over de ondankbaarheid, de licht
zinnigheid van zjjn pleegkind.
(Jfordt vervolgd.)