1880
WATMOOD.
lSTEN,
Zeeland.
NT.
N«; 27.
123e Jaargang.'
Maandag
2 Februari.
880.
indmiddelen
SCHELDE.
U. X,
De kinderen in de Oost.
alle afmetingen
he rijk verzonden.
eROESIEN,
prijs, bij
SON, Nieuwstraat.
JEd. kennis, dat het
ij den heer J. J.
tt.
OENAART,
•ts te 's Rage.
rGNWONING
an den TUIS, op
drea Boekhandelaar
THEE, met geves-
vraagt voor die
onder gunstige voor-
entiën noodzakelijk,
ïoekb. D. B. HINSE,
terdam.
dei e. k.eene be-
als meid alleen,
den Boekhandelaar
Yllsslngen.
loenlijke DIEJVST-
loordstraat, C 35/36.
ED1ENST.
tongen v. v.
9,15; nm. 1, 3,30, 7.
0 in plaats van 1 nur.
ïm. 2,30, 5, 8.
burg—Zierikzee.
BE SPOORWEG GOES.
X
tub Zierikzee
vm. nm
n
12,30
o
n jj»
totCortg.
4—
12,30
terug
2,-
vm. 7,—
6.30 ti
n V,— n
5~"
en 3.20.
3.50.
VRIJDAG.
oorm. voorm.
7.45 7.45
1.15 8.15
0.30
1.—
0.30 en 12.— 10.30
.1.— 12.30 11.—
uren en 3.4S
te A2.50 en
ZATER-
DAG.
20
SO
5.87
11
6.88
10
w»
>5
4.45
.4
*5.59
*6.40
6.50
6.20
10
7.52
*7.57
8.45
5
9.12
10.18
10.41
5
9.6
10.50
5
*9.15
11.
7.15
10.55
3.50
6.50
10.40
6.10
8.5
11.50
7.30
8.65
12.40
8.20
9.15
1.8
8.40
9.80
1.20
8.66
MIDDELBllRGSCHE COURANT.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met nitzonderiiig ran Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentien: 20 Oent per regel.1
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Daubi en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Joms.
Aan het bnrean dezer courant is eene ge
sleten hns geplaatst, tot het ontvangen van
giften, waarin heden gevonden werd 3.te
zamen met het reeds overgemaakte 1120.51.
Middelburg 31 Januari.
Uit Nederlandsch-Indie, van waar in de
laatste jaren zoo dikwijls stemmen opgingen
die van ontevredenheid en verbittering ge
tuigden, en wederkeerig slechts wrevel en
stijfhoofdigheid konden kweeken, ligt nu een
stuk voor ons, dat tot voldoening stemt en de
gevoelens van welwillendheid en hulpvaardig
heid wakker maakt, op welke onze broeders
onder de Evennachtslijn met grond aanspraak
mogen, maken. Meermalen hebben ook wij,
met al den nadruk die in ons was, Nederland
zijne tekortkomingen ten opzichte van Indie
onder 'toog gehouden, Niet zonder vrees zien
wij het oogenbiik naderen waarop misschien,
na het einde van den Atjeh-oorlog, de In
dische inkomsten weder een schijnbaar over
schot zullen gaan opleveren. Dan zal de
sedert enkele jaren, faute de combattantsge
staakte strijd om het batig slot weder aange
vangen moeten worden en zullen wij onze stem
weder moeten verheffen om de schatkist terug
te houden van zich toe te eigenen wat haar
niet toekomt en ons land, op den duur, niet
anders dan onheil kan brengen. Maar voor
't oogenbiik bestaat tot die vermaning geen
aanleiding en mogen wij, met eenige tevreden
heid over de vrucht van den sinds dertig
jaren gevoerden strijd voor de toepassing van
milder en rechtvaardiger beginselen van
koloniaal regeeringsbeleid, deze woorden mede-
deeien, die in Augustus 1879 te Batavia ge
schreven zijn
.Be toestand van de kinderen del' Enropeeaclie ingezetenen
van Ned. Indië i. in de laatste twintig jaren in buiten
gewone mate verbeterd. Vonden toen de ouders, die om
financieele redenen of gemoedsbezwaren er niet toekonden
komen hunne kinderen voor hunne opvoeding naar Nederland
te zenden, hier voor hen slechts onvoldoend, veelal
gebrekkig lager onderwijs, hier en daar slechts wat
uitgebreid, geen zweem van middelbaar en voorbereidend
höoger onderwijs; zagen zij toen voor hunne kinderen,
die hier opgevoed waren, zoowel den toegang tot hoogere
nmbtèn van den burgerlijken staatsdienst als dien tot leger
en vloot onverbiddelijk gesloten, nu vindt de Indo-
Europees che maatschappij voor hare kinderen bijna overal
voldoend, hier eri daar zelfs voortreffelijk lager 'onderwijs,
zoowel voor meisjes als jongens, en oefent het bloeiend
middelbaar onderwijs uit de drie hoofdplaatsen van Indie
alom zijn gelukkigen invloed uit. Zoowel tot de voorbe
reiding voor de ambtenaarsexamens als tot het verkrijgen
Van het ambtenaarsradicaal bestaat thans in Indie de
gelegenheid. Bij gelijke bekwaamheden zijn thans alle
ambten van den burgerlijken dienst even goed open gesteld
voor hier opgevoede Nederlanders als voor hunne broeders
in Nederland.
Dit getuigenis draagt de handteekening van
de heeren Der Kinderen, lid van den raad van
Indie, Van den Berg, president der Javasche
Bank, dr. Hoorweg, directeur van het gym
nasium Willem. III, De Weyer enWeijhenke,
wier naam sedert jaren aan de geschiedenis
van het Indisch onderwijs verknocht is, Van
der Lee, E. Douwes Dekker, Soeters en Ver-
burgh, te zamen vormende het bestuur der
Vreeniging tot voorbereidend onderricht in N. I.
Op grond dezer verklaring van hen, wier
bevoegdheid om in deze uit naam der Indo-
Enropeesche maatschappij te spreken niet in
fwijfei getrokken kaa worden, mogen wij dus
aannemen dat Nederland, tengevolge der na
langen strijd tot heerschappij gebrachte libe
rale beginselen van koloniaal bestuur, ten 1
aanzien- van het onderwijs der Europeesche
kinderen zoo al niet zijne plichten geheel
vervuld, dan toch op den weg der plichtsver
vulling aanmerkelijke vorderingen gemaakt
heeft.
Om dit in te zien zonder het getuigenis der
Bataviasche commissie alleen op gezag aan te
nemen, is de kennis van den toestand waarin
het Indisch onderwijs vroeger verkeerde, nood
zakelijk.
De maatregelen van commissarissen-generaal,
die na het Britsche tusschenbestuur het beleid
der zaken in Indie aanvaardden, dragen ook
wat het Europeesch onderwijs betreft het ken
merk van den verlichten en vrijzinnigen geest,
welke deze vertegenwoordigers der Nederl.
regeering bezielde. Door den hoogleeraar Rein-
wardt, onder den gouv.-gen Van der Capellen
'benoemd tot directeur van landbouw, kunsten
en wetenschappen, werd eene regeling van het
lager en in 1819 ook van het middelbaar
onderwijs gemaakt. Twee middelbare scholen
werden te Batavia opgericht, terwijl te Sama-
rang eene opleidingschool voor officieren van
land- en zeemacht en voor ingenieurs van den
waterstaat, te Soerabaia eene zeevaartkundige
school, te Soerakarta een instituut voor de Ja-
vaansche taal verrees en bij de korpsen veel zorg
aan het onderwijs der kinderen van militairen
besteed werd. Keinwardt's opvolger, de heer
Van der Vinne, werd in 1822 aangesteld met
den titel van inspecteur van het middelbaar
en lager onderwijs.
Over de waarde van deze instellingen en
de vruchten die zij afgeworpen hebben, be
hoeven wij hier niet in beschouwingen te
treden. Als al wat mensohelijk is, hadden ze
haar onvolmaaktheden, en als al wat nieuw
is leverde haar in- en uitvoering bezwaren en
teleurstellingen op. Maar voor de goede be
doelingen en de offervaardigheid der toenmalige
Indische regeering ten aanzien van het Euro
peesch onderwijs leggen zij een onwraakbaar
getuigenis af.
Dat veranderde toen de welbekende „nood
van het moederland" de leuze „redding door
bezuiniging" naar Indie overplantte en tevens
de schraapzuchtige en gewetenlooze leer ten
froon verhief dat al wat Indie opbracht, onge
acht de behoeften der kolonie zelve, in de
schatkist van het moederland zijn natuurlijke
bestemming vond. Wat er van middelbaar
onderwijs in Indie te vinden was, werd achter
eenvolgens opgeheven. Het lager onderwijs
leidde, onder het beheer van eene hoofd-com-
missie en plaatselijke sub-commissien, welker
aanhoudend afwisselende leden even weinig
bevoegd als bekwaam waren om de hun gratis
opgedragen bestuurstaak naar behooren waar
te nemen, een teringachtig en kwijnend leven.
Toen ontstond een toestand, die zwaar drukt
op Nederlands verantwoordelijkheid als kolo
niale mogendheid en een donker schaduwbeeld
vertoont tegenover de blinkende figuur van het
moederland, goede sier makende van de Indi
sche batige sloten. Een toestand, die door
een bewoner van Indië, den beer Oosthoek, in
het eerste zijner vier opstellen over bet Euro
peesch onderwijs, in de Indische Gids van
Juni tot September 1879 met deze woorden
beschreven wordt:
"Be treurige toestand was het gevolg van een bekrompen
staatkunde, die bezuiniging eischte waar ze nooit geduld
had moeten worden, en van de heillooze zucht om in
N ederland alles wat Indië betreft te behecrschen.
Meer en meer vond de meerling ingang, dat het kind
in de kolonie niet de vereischte ontwikkeling kon opdoen;
maar de weinig vermogende ouders moesten zich met het
slechte onderwijs tevreden steltende meer gegoede kon
den hunne kinderen naar Nederland zenden, doch hoeveel
tranen heeft dat wegzenden niet aan de rjjkeren gekost I
Wie een kind heeft, waarvoor zijn hart warm klopt,
zal bet vreesehjke van zulk, een scheiding begrijpen.
Maar nog meer tranen moest de terngkeerende jonge
ling doen storten, wanneer lii| van zijne onders ten eenen
male vervreemd, dan wel door gewetenlooze kostschoolhouders
of zoogenaamde voogden geheel verwaarloosd bleek te zijn.
En hoe dikwijls was dat niet het gevalWerden er
geregeld en ruimschoots gelden naar Nederland gezonden,
dan ontvingen de ouders van die kostschoolhouders en
voogden do Meest geruststellende berichten aangaande de
vatbaarheid en de ontwikkeling van hun zoon, maar zagen
zij hun kind tërug, den ontmoetten zij niet zelden een
individu, dat intellectueel en moreel bedorven was. Toch
moest men in Indië voortgaan zijn kinderen naar Europa
te zeuden, omdat de regeering aan Indië de middelen tot
ontwikkeling onthield, en bovendien bij de stichting der
Academie te Belft verklaarde, dat deze de eenige inrichtiag
zou zijn, die den weg openstelde voor, elke betrekking
van beteekenis in Indië. Be geschiedenis van die Academie
en van haar resultaten heeft duidelijk de dwaling van hen
die de inrichting'tot stand brachten aangetoond: bruikbare
mannen heeft zij geleverd, maar zeer velen ook, die daar
heen gezonden werden, zijn voor de maatschapj'ij en hun
betrekkingen verloren gegaan. Zij had echter het privilege
voor de opleidingvan Indische ambtenaren. Het weg
zenden der kinderen werd meer dau ooit een bittere
noodzakelijkheid."
De hoofdcommissie voor bet Indisch onder
wijs, waarin dr. Van Hoëvell, de baanbreker
der liberale beginselen op koloniaal gebied,
met dr. Bosch langen tijd zijn invloedrijke
stem deed hooren, liet bet niet aan vertoogen
ontbreken over hetgeen aan het onderwijs voor
Europeesche kinderen ontbrak en daarvoor
gedaan kon en moest worden. Maar jaren
lang klopte zij aan doovemans deur en het
duurde tot in 1868 toen door de instelling van
een departement van onderwijs, handel en
nijverheid, met een directeur aan het hoofd en
inspecteurs onder zich, de regeeringstaak weder
aanvaard werd voor datgene wat in Indie nog
minder dan elders aan de zwakke en afwisse
lende krachten van het particulier initiatief
mag overgelaten worden. Welke heilzame
gevolgen die verandering gehad heeft, al is
ook nu nog op dit gebied lang niet alles
bereikt wat wenschehjk en noodig is, werd ons
door de straks medegedeelde verklaring der
Bataviasche commissie geschetst. Over een
voorstel, waarmede die commissie in 't belang
van het voorbereidend onderwys in Indie tot
alle ingezetenen van Nederland komt, spreken
wij in een volgend opstel.
Blijkens een bij het departement vdn koloniën
ontvangen telegram van den gouverneur-generaal
van Nederlandsch-Iudië, van 29 dezer, beeft zich
in Atjeh het voormalig sagihootd der XXV
Moekim (Toekoe Nja Abbas Sija Oèlama) aan
het Nederland; eh gezag onderworpen en heeft de
radja van Bamalangan, met vele voorname hooiden
uit dat landschap, een bezoek afgelegd te Kotta,
Radja.
Zie Laatste berichten van gisteren.)
Rotterdam, 30 Jan. Men had verwacht
dat de buitengewone vergadering der hed.-Indi-
sekt Gasmaatschappij, heden tijeengekomen, zkh
kenmerken zon door levendige debatten, omdat
eenige Amsterdamsche aandeelhouders hun voor
nemen hadden aangekondigd om voor te stellen
commissarissen in rechten aan te spreken om
vergoeding van de schade, door Pincoffs en zoon
aan de aandeelhouders toegebracht. De vergade
ring is echter zeer kalm afgeloopenhet bedoelde
voorstel kwam niet in, en men bepaalde zich tot
de verkiezing van nieuwe commissarissen. Of
liever: van oude commissarissen, want van de
vijf, die hun ontslag hadden genomen, werden er
vier bij eerste stemming opnieuw gekozen. Alleen
de heer R. Mees moest het gelag betalen, hij
kreeg hot kleinst getal stemmen (278), terwijl in
zijn plaats met 434 stemmen werd gekozen de
heer C. A. R. Van Lede.
De meerderheid der aandeelhouders heeft dus
de commissaris-en Mildel, De Bruijn, Van der
Hoop tii Joost van Vollenhoven de kroon weer
op het hoofd geplaatst. Voor zoover zij aanwezig
waren (alleen de heer De Bruijn ontbrak) ver
klaarden zij zich bereid de benoeming aan fe
nemen.
Er was intusscben eene sterke minderheid
tegen de oude commissarissen. Terwijl de stemmen
op hen uitgebracht, respectievelijk bedroegen
38è, 387, 390 en 418, vereenigden de candidatên
der opposit ie 317,328,335 en 330 stemmen op zich.
De commissie voor hét examen van apothekers
bediende in de provincie Utrecht tnaakt in. haar
verslag de volgende opmerking:
„De candidatên verstaan de gewone dagelijks
voorkomende recepten) waarvan de beteekenis
hun geleerd is, wel; elke afwijking echter van de
alledaagsche uitdrukkingen is, bij volslagen gemis
aan kennis van het Latijn; bij de meeste candi
datên een onoverkomelijke hinderpaal, en de
ongewone uitdrukking wordt óf niet, of Wat
nog erger is volkomen verkeerd veiklaard.
„Zoolang de recepten in het Latijn worden
gesch.even, kan de apotheker de kennis van de
beginselen dier taal niet: missen, en de commissie
hoopt dat de wetten, die thans de examens van
apothekers en apothekersbedienden regelen,
spoedig mogen worden gewijzigd in dien zin, dat
de kennis van de: beginselen'der Latijnsche taal
voor belden wordt geëischt.":
Op de aanstaande buitengewone vergadering
der staten van Noord-Brabant, te heieggen ter
beraadslaging over het voorstel tot .verleening
van een provinciaal subsidie van .een millioen
voor de ïivier-verbetering, zuilen gedep. staten
ook voorstellen een tijdelijk waterschap op te
richten over al de gronden, welke bij die ver-
beteiingswerken belang hebben, ten einde door
het heffen van omslagen nok van de betrokken
grondeigenaren eene beduidende bijdrage te
verkrijgen.
Naar het Haagsebe Dagblad verneemt, heeft de
regeering, op grond van art. 12 .«etboek van
koophandel, geweigerd haar goedkeuring te ver-
leenen aan die artikelen van de gewijzigde sta
tuten der Botterdamsche Bandelsvvreeniyingwelke
het goedkeuren van de balans en het bepalen van
het dividend opdragen aan de commissarissen der
vennootschap, omdat hun verdere werkzaamheden
in de vennootschap zich niet tot een bloot toezicht
bepalen, maar zij tevens deel nemen aan daden
van beheer.
De Indische Gids (uitgave J. H. de Bnssy te
Amsterdam) bevat: De jongste verdediging, door
den minister van koloniën, van het wetsontwerp
tot aanvulling van het uitvoerrechten-tarief, ge-
toetBt door O. Bosseher. Een handleiding voor
de studie van den Islam, beoordeeld door dr. A.
W. T. Juijnboll. D. De staking van het verzet
te Samarang, door C. E. van Kesteren. Het
tegenwoordige Regeeringsbeleid in do Residentie
Menado, door C. Bosseher. De nieuwe regeling
der oifioiers-pensioenen, door P. O. Revue,
Correspondentie enz. Schetsen uit het volks
leven in Nederl. Oost-Indië, Vdoor R. van Eek.
Benoemingen en besluiten.
leger. Eervol ontslag verleend uit Zr. Ms.
militairen dienst, wegeLS lichaamsgebreken, aan
den met verlof hier te lanhe aanwezigen kolonel,
laatst chet van het wapen der artillerie van het
leger in Nederlandsch-Indië, C. H. A* Raedt van
Oldenbarnevelt.
Onderwijs.
Omtrent de Bolio»ispaarbanken die sedert korten
tijd door het initiatief van de afdeeling der
vereeniging Volksonderwijs op de openbare scholen
te 's Hage zijn ingevoerd, wordt medegedeeld,
bat alle ouderwijzers, op wier scholen de spaar-
kisten zijn ingevoerd, eenparig als hun oordeel
uitspreken, dat tegenover alle voordeelen aan het
sparen verbonden, bijna geen bezwaien zich
hebben voorgedaan, en dat vooral de administratie
zoo is ingericht, dat geen onderwijzer het sparen
op school thans behoeft na te laten, tenzij hij eX
uit beginsel tegen is.
De minister van binnenlandsehe zaken brengt
in de St.-Cl ter algemeene kennis, dat voor het
verkrijgen van akten van bekwaamheid tót het