Kerknieuws.
Weerkundige waarnemingen;
BUITENLANDT
Benoemingen en besluiten.
Landbouw.
Underwijs.
Rechtszaken.
29 November des morgens te 8 uren.
Algemeen Overzicht.
ingevoerd spek. De heeren dr. Couvêe, iTan
Berlekom en Dozy maken deze commissie uit.
Tllssingen, 29 November. Donderdag
avond overleed alhier de heer G. J. de Ruijter
laatstelijk administrateur der garnizoensbakkerij
en vroeger adjudant-onderofficier bij het leger. Naar
velen meenen, was de overledene een der weinige
nog in leven zijnde rechtstreeksche afstammelingen
van den admiraal M. A. de Ruijter. Hij was een
uitstekend militair, begiftigd met het Metalen
krult en bij allen die hem kenden zeer geacht.
De heeren Idzerda, Lenting én Bergsma hebben
de liberale leden der tweede kamer uitgenoodigd,
een banket aan te bieden aan den heer mr. Kap-
peyne van de Coppello, oud-leider der liberale
partij, dat in de eerste dagen van December zal
gegeven worden.
Naar wij vernemen zullen Z. M. de koning en
de koningin den 5en December te 's Gravenhage
terugkeer en.
H. K. H. de kroonprinses van Denemarken
verliet gisterenmiddag te 4.20 uren, na eenige
weken de gast te zijn geweest van prins Frederik,
met haar kinderen de residentie. Vad
Seroogkerke (Walch.) 28 November. De
raad dezer gemeente heeft heden aan mr. F. M.
C. van Deinse, op zijn verzoek, eervol ontslag
verleend als secretaris der gemeente, ingaande met
1 Januari a.
Aardenburg, 28 November. Door den raad
dezer gemeente werd, in de zitting van heden, weder
eene commissie tot wering van bedelarij samen
gesteld, zooals die alhier steeds sedert vier en
twintig winterseisoenen met nut werkzaam is. Zij
bestaat uit een lid van den raad, een lid van het
algemeen armbestuur, een diaken der N. H. ge
meente, een dito der Doopsgezinde gemeente, een
lid van het R. kath. armbestuur en een ontvanger
griffier.
Verder werd, met het oog op de duurte der
levensmiddelen, het geheel mislukken van den
aardappeloogst en het talrijk gezin van den
gemeente-veldwachter, aan dezen voor 1880 eene
gratificatie van 100 verleend.
In eene gecombineerde vergadering van leden
van den gemeenteraad en regenten van het bur
ger-gasthuis is tot regent herbenoemd de heer G. A.
Vorsterman van Oijen.
Weder wordt gekliagd over achteruitstelling
der Nederlandsche nijverheid tegenover de buiten-
landsche. Ditmaal zijn het de ministers van
oorlog en marine, die eene groote bestelling van
ijzeren en stalen affuiten aan de fabriek van Erupp
te Essen gedaan hebben, niettegenstaande de
fabriek van den heer Van der Made twee affuiten
tot proef heeft afgeleverd en aanbood de ver
vaardiging tot concurreerenden prijs te bewerk
stelligen.
Het is noodig dat de ministers, even als de
Kon. Ned. Stoombootmaatschappij gedaan heeft,
zich op inderdaad afdoende wijze over deze klacht
verantwoorden.
Het hoofd-comité voor de Noordpooltochten
heeft aan de plaatselijke comités kennis gegeven
van zijn op de jongste vergadering eenparig ge
nomen besluit tot het doen ondernemen eener
derde reis naar de Noordelijke IJszee. Met het
oog op de belangrijke uitkomsten, ook op den
jongsten tocht van de Willem Barents verkregen,
acht het hoofd-comité het meer dan ooit nood
zakelijk het aangevangen werk voort te zetten.
Het herinnert daarbij aan den droevigen dood
van Koolemans Beijnen en zegt„Over het graf
van hem, die zooveel voor de zaak der Pool
tochten heeft gedaan, willen allen elkander de
hand reiken om met verbonden krachten zijn
werk, een werk ter eere en nutte van Nederland
en de wetenschap, voort te zetten."
Voor den nieuwen tocht is minstens benoodigd
eene som van 14 a 15000 gulden.
Het comité van uitvoering is samengesteld uit
de heeren: J. D. Fransen van de Putte, voor
zitter; M. H. Jansen; O. baron van Wassenaer
Catwjjck P. J. Veth; jbr. mr. J. K. J. de Jonge,
algemeen penningmeester(Kanaalstraat 5, 's Hage);
mr. G. Wttewaal, secretaris, (Van den Boschstraat
14, 'sHage).
Naar aanleiding der opmerking van gisteren
over het ontbreken van het handelselement inde
staatscommissie tot herziening van het Wetboek
van Koophandel, verneemt het Handelsblad dat
de minister gemeend heeft de commissie geheel
te moeten vrijlaten omtrent de wijze, waarop
zij de raadgevingen der praktijk wenscht in te
winnen. Indien haar de gelegenheid wordt ge
geven om voor speciale onderwerpen zich een of
meer leden uit den handel te assumeeren, zou
het bezwaar weggenomen worden.
Burg. en weth. van Rotterdam hebben aan den
raad ingediend een rapport en bouwplan voor de
oprichting eener stads-slachtplaats onder Croos-
wijck. De kosten worden geraamd op 550,000,
over verschillende jaren te verdeelen.
In de jongste vergadering van den raad werd
eene nieuwe verordening op het rijden vastgesteld,
vaarbij een voorstel van den heer Muller om te
verbieden dat honden vóór wagens gespannen
worden, met groote meerderheid verworpen werd.
De Si. el. bevat de wet houdende vaststelling
der begrooting van Nederlandsch-Indië voor het
dienstjaar 1880 (hoofdstuk H. Uitgaven in Neder
landsch-Indië).
Het afgeloopen debat in de tweede kamer over
de staatsbegrooting in 't algemeen zal nog meer
dan éene gelegenheid opleveren om erop terug te
komen, als het officieel verslag in ons bezit zal
zijn. Om het belang der zaak meenen wij echter
reeds nu eene plaats te moeten geven aau de
gewichtige verklaring, waarmede de minister van
binnenlandsche zaken de beraadslagingen sloot,
in antwoord op de vragen van den heer Elout
van Soeterwoude.
De verslaggever der N. Rott. Ct. verhaalt dit
indrukwekkend moment aldus:
„Wat zou de minister van binnenlandsche zaken
(de heer Elout wilde zijne rede niet aanvangen
vóór de minister in de zitting verschenen was)
antwoorden Thans was het beslissend oogenblik
daar; het to be or not to be van hem, die niet
langer weifelen mocht. Hamlet bleef weifelen tot
het laatstde minister van binnenlandsche zaken
moest onbewimpeld spreken. En hoe hij het
deed? 't Was in 't laatste half uur der zitting;
maar bleven de toejuichingen rechts niet achter
wege, toen de heer Elout had geëindigdluider
klonken zij ter linkerzijde, toen de heer Six ge
ëindigd had. Zijn beslist partij kiezen voor het
openbaar onderwijs is 't schoonste resultaat van
dit langdurig debat. In ernst en gematigdheid
van voordracht, plechtigheid van toon, deed hij
voor den heer Elout niet onder. „De heer Elout,"
sprak hij, „meende dat ik, toen ik de uitvoering
der schoolwet beloofde, de kracht mijner woorden
niet besefte, en weet dit aan mijn kortelings op
treden ik heb de kracht dier woorden volkomen
beseft, en zoolang mijne eenvoudige kennis der
moedertaal niet geheel is ondergegaan in de par
lementaire taal, kan ik niet zien, dat er iets
krenkends in die woorden is gelegen. Welke
mijne voornemens zijn met betrekking tot de
onderwijswet Ik heb mijne taak aanvaard met
overtuiging, en werk dagelijks aan de invoering
dier wet met een goed geweten. Met allen eerbied
Voor de leden der rechterzijde: dat voor hen
de onderwijs-quaestie een zaak van politiek- en
partijbelang is, heb ik altijd betreurd; de quaestie
is zuiver pedagogisch, en de vraag is geene
andere dan dezehoe zullen onze kinderen ver
standig en zedelijk het best ontwikkeld worden
De grondwet van 1848 heeft de gemengde school
gewild, maar ook uit ervaring mag ik spreken,
en dan heeft mijne ervaring geleerd, dat, of de
school gemengd dan wel speciaal godsdienstig zij,
alles ten slotte afhangt van dén invloed van den
hoofdonderwijzer; en ook op eene godsdienstige
school kan, als de hoofdonderwijzer niet goed is,
de karaktervorming der kinderen worden belet.
In mijne vroegere ambtelijke betrekking ben ik
èn met openbare èn met bijzondere scholen veel
vuldig in aanraking gekomen, en dan kan ik
verzekeren, dat er geen de minste grond bestaat
om de openbare school te veroordeelen. Ik maak
er zelfs geen geheim van te verklaren, dat ik
altijd heb afgekeurd het stelselmatig streven der
kerk om christelijke scholen te vestigen, waar dit
niet noodig was, en altijd heb ik gemeend dat de
gelden, daarvoor bijeenverzameld, beter waren
besteed voor de opleiding van christelijke onder
wijzers om in de tusschen-uren onderwijs te geven
op de openbare school."
„Vooral de peroratie van den minister maakte
indruk „In deze discussie is vele malen gewaagd
van mijn onvergetelijken bloedverwant, de edele
figuur, aan wien ik met weemoed terugdenk. De
miskenning zijner geloofsgenooten heeft de laatste
levensjaren van Van der Brugghen verbitterd, en
tengevolge van de felle aanvallen, die hij toen,
ook van den afgevaardigde van Leiden (den heer
Elout) te verduren heeft gehad, is hij bezweken.
Ik eindig met denzelfden afgevaardigde van Leiden
te verklaren, dat zijne aanvallen op mij mij niet heb
ben verwonderdmaar mij ook niet hebben
geschokt."
„Of de heer Six ook waardig is een zetel in te
nemen in het ministerie? Of nog iemand twijfe
len mocht dat „verschil van tonen leidt tot een
harmonisch accoord." Het mannelijk pleidooi
voor openbaar onderwijs, door den heer Six uit
gesproken, moge bij hoofdstuk V opnieuw een
reeks van zwaarden wetten de sympathie der
liberale partij is van heden af dezén minister ge
waarborgd, maar haar steun Zal hem eerst Ver
zekerd zijn, indien hij de belofte aflegt de uiterste
krachtsinspanning te zullen aanwenden om nog in
den loop van 1880 de nieuwe schoolwet in te
voeren.
notarissen. Benoemd tot notaris binnen het
arrondissement Alkmaar, ter standplaats de ge
meente Uitgeest, J. van Leeuwen Az., candidaat-
notaris te Leidén.
koloniën. Op verzoek eervol ontslag verleend
uit 's lands dienst, met toekenning van pensioen,
aan den Oost Indischen hoofdambtenaar G. H. L.
van Oordt, laatstelijk hoofdingenieur, chef der
afdeeling stoomwezen van het departement der
burgerlijke openbare werken in Nederlandsch-Indië,
thans met verlof hier te lande.
De candidaat L. G. Th. Creutsberg heeft het
beroep naar de Herv. gem. te Oosterland aange
nomen.
Als eene bijzonderheid kan hier bijgevoegd
worden, dat zijn vader en grootvader in dezelfde
gemeente het predik-ambt vervulden.
Aardenburg, 28 November. De heer G. A.
Vorsterman van Oijen heeft aan het bestuur der
Maatschappij van landbouw en veeteelt, afdeeling
Oostburg, verzocht zoo veel mogeljjk van het
houden van voorlezingen gedurende dezen winter
verschoond te blijven.
Ook voor voorlezingen elders is door genoemden
heer bedankt om' redenen van gezondheid.
Benoemd tot leeraren in het Latijn, Grieksch,
Nederlandsch, de aardrijkskunde en de geschiedenis
aan het progymnasium te Tiel, D. Bruins, docto-
randus te Lochem, en P. J. Smit, docent te Zetten.
De heer W. H. Keun heeft dj namens hem
gedane aanteekening van cassatie van het tegen
hem gewezen vonnis der rechtbank te Middelburg,
in zake het gebruik maken van een niet meer
geldig spoorwegbiljet, ingetrokken.
Alweêr een inbraak te Amsterdam.
Een commensaal kwam in den nacht thuis. Hij
schelde, maar kreeg geen gehoor en had zijn
huissleutel vergeten.
Daarom trapte hij het onderste gedeelte van
de zeer ouderwetsche huisdeur, een zoogenaamde
vouwdeur, in èn wrong zich door de opening.
Agenten van politie zagen de braak kort daarna,
vonden zelfs een stuk onderdeur op straat, on
derzochten het feit en constateerden toen, dat
iemand bij zich zelf had ingebroken.
In een tapperij op het Rembrandtplein te
Amsterdam werd Donderdag avond kaart ge
speeld door twee personen. Een hunner verloor
ruim honderd gulden en betaalde.
Toen de wiuner het geld wilde opsteken werd
plotseling het licht in de kamer uitgedraaid en
maakten onderscheidene personen zich meester
van het geld, benevens van ruim zeven honderd
gulden, die de winner nog bij zich had
In deze zaak zijn reeds vele personen gehoord
en niet het minst de bestolene, die rekenschap
moet afleggen omtrent het aanzienlijk bedrag
dat hij bij zich droeg en dat hij als zijn eigendom
opeischt.
Bij de toewijzing van het aantal obligatiën
aan de aandeelhouders der Maatschappij tot exploi
tatie van staatsspoorwegen, die ingevolge art. 6
der statuten gebruik maakten van het recht van
voorkeur tot het nemen van obligatiën in de door
de Maatschappij uitgeschreven leening ad 6.000.000
doch waarvan voorloopig slechts 1.000.000 wordt
uitgegeven, bleek, dat door hen voor ruim acht
maal het bedrag was ingeschreven waarop zij
volgens genoemd artikel recht hebben.
(Fad.)
Door het comité uit den handel en de indus
trie te Parijs, gevormd tot leniging van den nood
der slachtoffers van den jongsten watersnood in
Murcia, wordt een beroep gedaan op de liefdadig
heid van de Nederlandsche handelaars om prijzen
te schenken voor de te honden tombola. Als
vertegenwoordiger van de Nederlandsch-Indische
pers staat de heer E. Elsbach aan het hoofd der
commmissarissen, die verzoeken de prijzen welke
men mocht willen afstaan, te zenden aan den heer
Jules Jaluzot, Grands Magasins du Printemps te
Roozendaal.
Het is volop winter in Italië. In den nacht
van den 19en is een felle storm losgebroken over
het noorden des lands van Turijn tot Venetië,
gevolgd door zware sneeuwbuien, die de telegraphi-
sChe communicatie hier en daar verbraken, wijl
de draden braken onder het gewicht der sneeuw.
De treinen kwamen overal te laat aan, en de
spoorweg van Como naar Milaan was bijna geheel
versperd. In Rome is men blij met de vroege
koude, die daar droog is, wijl ze de laatste kiemen
der malaria doet verdwijnen, die dezen zomer iu
de hoofdstad buitengewoon erg heeft geheerscht.
In Januari heeft in Frankrijk eene volkstel
ling plaats van de ingezeten paarden en muilezels.
Vooral te Parijs is dat geene kleinigheid. Ver
leden jaar bleek bij de telling, dat aldaar 84.570
van die nuttige dieren waren, die aan 21.506
eigenaars toebehoorden. De telling geschiedt
vooral ten behoeve der militaire administratie,
die ia geval van oorlog met een oogopslag zal
kunnen zien, waar zij trek- en lastdieren kan
requireeren.
Men wéét, dat er in vele groote steden van
Amerika en in Londen reeds maatschappijen zich
gevormd hebben voor telephonische verbinding.
Men neemt een draad in huis, die naar het cen
traal-kantoor loopt. Wil men iemand spreken,
die ook een draad heeit, dan vraagt men in den
telephoon om met dien persoon in verbinding
gesteld te worden. Beider draden worden aau-
eengehecht en een geregeld gesprek kan beginnen.
Ihe Electrician geeft een voorbeeld hoepractisch
zulk een toestel kan werken. Eene jonge moeder
vraagt des nachts telephonisch aan hare schoon
moeder of zij dadelijk bij haar wil komen, wijl
haar kind door een kroephoest is overvallen en
zij radeloos is. De schoonmoeder telephoneert
aan den huisdokter om dadelijk te komen. De
dokter telephoneert weder aan de jonge moeder
„Laat het kind bij den eersten aanval van hoest
in den telephoon hoesten." Dit geschiedt en de
dokter antwoordt„Onnoodig dat ik dadelijk
bij u kom uw kind heeft eeu onschuldigen hoest,
die met kroep niets te maken heeft." Ook aan
de grootmoeder werd langs denzelfdeh weg kennis
gegeven dat het niet zoo erg was, en het geheele
gezelschap kon na tien minuten pratens rustig in
huis en in bed blijven.
Londen. De gezant van Ghili bevestigt dat
Iquiqui genomen is.
Honstantlnopel. Baker Pacha vertrekt
heden naar Aleppo. Op raad van den Engelschen
gezant Layard zal de sultan christen gouverneurs
benoemen te Erzerum en Zeitum. Het is on
waar dat Engeland geprotesteerd heeft tegèn de
financieele regeling.
NAMEN
Ba-
Wind
Toestand der
SER
rom.
PLAATSEN.
afwijk.
richt.
kracht
lucht
zee
N. Shields
5.1
NNW
2
sneeuw
deining
Sylt
4.7
NNW
4
1. bew.
Hartlepool
-f 0.8
NW
sneeuw
kalm
Swinemunde
6.7
wzw
3
mist.
Hamburg
5.0
wzw
1
bew.
Delfzijl
3.8
WNW
1
z. bew.
Groningen.
3.1
NW
0
bew.
Helder.
19
NNW
2
bew.
kalm
Yarmouth.
NW
1
bew.
kalm
Vlissingen.
1.9
ONO
1
bew.
Maastricht
2.8
ZW
1
mist.
Valentia
Portsmouth.
6.1
ONO
3
z. bew.
deining
NO
1
betr.
kalm
Grisnez
2.6
N
3
z. bew.
Parijs.
3.3
N
1
helder
St. Mathieu.
5.7
O
5
betr.
Biarritz
13.4
WZW
4
regen
Grootste verschil in Nederland
's ochtends 8 urenH. V. 1.5 G.
des namiddags
Barometer te Middelburg, Graanbeurs: (Corr.)lQ0
Thermometer» 28 Nov. 'sav.llu.36 ?r.
29 Nov. 'smorg. 8 u. 36 gr. 's midd. 1 u. 38 gr.
's av. 5 u. 35 gr.
De koning en de koningin van Denemarken
zijn gisteren ochtend te Berlijn aangekomen om
den keizer een bezoek te brengen. Wij noemden
bet eergisteren waarschijnlijk, dat dit een gewoon
beleefdheidsbezoek zou zijn zonder speciaal poli
tiek doel, zooals eene bespreking van het Wel-
fenfonds. Zulk eene onderhandeling schijnt niet
op hare plaats, waar toch al het bezoek op zich
zelve zulk eene groote beteikenis heeft. Dene
marken heeft sedert 1864, en werkelijk niet ten
onrechte, gepruild en met eene mengeling van
afgunst en verbeten woede zün machtigen nabuur
aanschouwd. Voor den oppervlakkigen beschouwer
was er juist nu geene toenadering te wachten,
nu nog kort geleden nieuwe wonden zijn ge
slagen. De opheffing van artikel 5 van het
Prager verdrag, welke de laatste hand iegde aan
de annexatie van Noord-Sleeswijk, en de houding
der ministerieele pers te Berlijn, gepaard met
diplomatieke demonstraties bij bet huwelijk van
prinses Thyra met den hertog van Cumberland,
deden niet vermoeden, dat de koning oogenblik-
kelijk na een bezoek aan zijn schoonzoon de
schreden zou richten naar het keizerlijk paleis te
Berlijn.
De openbare meening in Denemarken kan zich
dan ook nog niet ontworstelen aan den puden
wrok, en terwijl de invloedrijke dagbladen een
loftoon aanheffen op de herboren vriendschap
met Dnitschland, doen de correspondenties uit
Kopenhagen aan buitenlandsche dagbladen zien,
dat menig Deensch h»rt samenkrimpt bij de
gedachte aan eene omhelzing van koning Christiaan
met keizer Wilhelm. En toch, het is nu eens
het lot der kleine staten van Europa om zich te
leeren schikken in voldongen feiten. Alle gevoel
moet op den duur wijken voor de noodzakelijk
heid des levens en het getuigt dikwijls van groote
levenswijsheid om zich tijdig te schikken in het
onvermijdelijke. Wat zou het nu nog voor nut
kunnen hebben voor Denemarken om booze ge
zichten te toonen aan het Duitsche rijk? Het
zou er Slees wijk niet mede terugwinnen en den
hertog van Cumberland evenmin aan het Welfen-
fonds als aan den troon van Hanover helpen.
De Berlijnsche dagbladpers begroet het bezoek
van het koninklijk paar zeer wellevend en har
telijk. De Norddeutsche zegt, dat de stad Berlijn
hen begroet als het „hooge, Bouvereine echtpaar
van een naburig volk, waarmede, in het belaDg
van beiden, betrekkingen van goede buurschap
liggen in de bedoelingen van hooggeplaatsten in
Duitscbland en Denemarken, bedoelingen waaraan
de Duitsche volken zich loyaal aansluiten." Zonder
het nog noodig te achten in dezen hoogdra venden
toostenstijl te vervallen, drukken National-Zeitung,
Tageblatt, Tribune en Börsencourier allen hunne
voldoening uit over de verzoening, waarvan dit
bezoek de officieele uiting is.
De verklaring van den heer Frère Orban, dat
hij van het behoud der Belgische legatie bij het
Vatikaan eene kabinetsquaestie maken zal, heeft
terecht groote verbazing gewekt. Het zou eene
oneerlijke handeling zijn om na de gevoerde
onderhandelingen de betrekkingen af te breken,
zegt de minister. Hoe vragen anderen^
waartoe bindt eene onderhandeling waaruit dui
delijk blijkt, dat men een loopje met ons wil
nemen Zijn wij door ai dat heen en weder
schrijven een stap nader tot ons doel gekomen
en kunnen diplomatieke betrekkingen met den
paus eenig nut hebben, nu het blijkt, dat in de
practük de paus volstrekt niet het hoofd is der
Belgische katholieken, of dat hij, wat erger zou
zijn, achter onzen rug om andere bevelen geeft
dan hij in zijne brieven beweert De vragen
zijn duidelijk genoeg gesteld en vinden een vóór
een haar grond in de gewisselde correspondentie.
Uit de verklaring van den heer Frère echter zou
men willen afleiden, dat nog niét de volle waar
heid is gezegd en dat het ministerie zich tot meer
heeft verbonden dan erkend is.
Niemand is dupe van het pauselijk geschrijf.
Er is niet eens op toepasselijk, zooals de Indé-
pendance geestig zegt, het woord van Laroche-
foucauld, dat er leugens zijn, die zoozeer het
karakter van waarheid aannemen, dat het^ ver
keerd zou zijn ze niet te gelooven. Toch is de
slotsom van het betoog der Indévendance, dat
men niettegenstaande de ongerijmdheid der zaak
met het kabinet moet medegaan. Het tegenwoof-
dige ministerie schijnt onmisbaar voor de Bel
gische liberalen, die bij eene kamerontbinding
gevaar zouden loopen de verleden jaar veroverde
meerderheid te verliezen en al het werk ongedaan
te zien maken, wat zoo ijverig is tot stand
gebracht. Hoezeer de onlogische redeneering van
den premier de liberalen moge hinderen, er zijn
groote belangen te beschermen, waarvoor men
wel eenige opoffering mag over hebben. Dé