N°. 250
122® Jaargang.
ism1
Donderdag
23 October.
BLAUWE EOZEH
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen;
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentien: 20 Gent per regel;
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels f 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Daube en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones.
Middelburg 22 October.
^BXJI3L.IjEa?02Sr.
het huwelijk van
Uitgebreid lager onderwijs.
sèate
Zferikzee, 20 Oct. Heden werd eene bui
tengewone algemeene vergadering gehouden van
aandeelho uders der Zierikzeesche stoombootmaat
schappij, belegd ten gevolge van een voorstel van
aandeelhouders, naar aanleiding van het door den
directeur A. van Gastel genomen ontslag tegen
het einde dezes jaars, om dien directeur onmiddel
lijk te ontslaan. Nadat dit voorstel was toege
licht en door den directeur eenige ophelderingen
en mededeelingen waren gedaan, is besloten de
beslissing aan te houden tot eene volgende ver
gadering, die bepaald is op 27 dezer, teneinde
deu directeur in de gelegenheid te stellen een
voorstel te doen, naar aanleiding eener gedane me-
dedeeling van den firmaKloos&C0.te Alblasserdam,
Vlisslngen, 22 Oct. Gisteren werden alhier
ten aanzien van eene menigte menschen proeven
genomen met een nieuw reddingstoestel, door
den uitvinder, den heer Danco van Antwerpen,
reddingvest gilet de sauvetage) genoemd. Het be
staat uit een net vest van zwarte stof, dat door
zijne bijzondere constructie, door den drager in
eenige seconden iu een onfeilbaar zwem machine
hervormd wordt, door tusschen de voering lucht
in te blazen, waartoe zich aan de binnenkant een
gulttaperchabuisje met mondstuk bevindt. De
heer Danco heeft om het ook voor dames geschikt
te maken, corsetvesten gemaakt, die even goed
aan het doel beantwoorden.
De proeven voldeden uitmuntend, en de prijs
van een vest bedraagt slechts 35 franken.
In de gisteren avond alhier gehouden vergade
ring van aandeelhouders der Maatschappij van
visscherij en van gebouwen en grondbezit, genaamd
Nijverheids veremiging, is, ter voorziening in eene
vacature, als bestuurslid gekozen de heer N. A.
van Benthem Jutting.
Ingevolge het onlangs ingestelde tarief tot het
vervoer van goederen langs staatsspoorwegen,
verneemt men dat de firma Krupp, te Essen,
evenals vroeger, geneigd is hare zeeschepen weder
te Vlissingen in de havens te doen lossen, waaruit
de goederen alsdan verder zullen vervoerd worden.
r (N. R. ct.)
De kamer van koophandel te Bergen op Zoom
heeft zich bij adres aan den minister van financiën
beklaagd, dat tengevolge van den onlangs in
werking getreden winterdienst op de staatsspoor»
15
OF
HELEUVA II X I. I IV O S S K A,
DOOK
de schrijfster van Vera".
HOOFDSTUK XV.
Een familiekring.
En dat was ook zoo. Hoe heerlijk scheen de
zon door die ineengegroeide takken! hoe geurig
was het gras, hoe liefelijk waren de bloemen, en
dan de rivier! die "langs den heuvel stroomde,
waarop het kasteel Milford stond, en eerst een
helder meertje vormde, daarna allengs smaller
werd en met verdubbelde snelheid naar de zee
liep, doch eerst nog een kleine baai vormde,
waarin bootjes lagen te schommelen en de golfjes
van den stroom de eerste schuimende baren ont
moetten.
Het ontbijt werd gebruikt op de binnefiplaats
der ruïne. Daarna onderzocht Helena al de bouw-
wegen, de brieven, welke van Antwerpen des
voormiddags te 8§ uur te Roozendaal worden
aangebracht, eerst met den trein, die te 10.46 uur
van daar vertrekt, naar Bergen op Zoom gezonden
en aldaar niet voor 12 uren bezorgd worden. De
kamer heeft den minister verzocht te bevelen,
dat het pakket, voor Bergen op Zoom bestemd,
in den postwagen van Antwerpen gereed worde
gemaakt en met den goederentrein, die ongeveer
10 minuten na aankomst van den Antwerpschen
trein van Roozendaal vertrekt, worde doorgezonden.
Op de postverbinding met Zeeland zijn, zooals
wij reeds een en andermaal aantoonden, dezelfde
aanmerkingen van toepassing, welke door de
Bergen op Zoomsche kamer gemaakt zijn.
In dei Kunstbode wordt door den heer Van der
Keilen het denkbeeld geopperd om een recht van
20 pet. te heffen op den uitvoer van voortbreng
selen van oud-Nederlandsche kunst.
Met dit middel tot bescherming onzer kunst
schatten zou men des noods vrede kunnen hebben,
doch wij meenen dat het niet veel geven zou.
De koopkracht der buitenlandsche verzamelaars
overtreft den kooplust der Nederlandsche gefor-
tuneerden met veel meer dan 20 pet. Het uitvoer
recht zou dus alleen als bate voor de schatkist
waarde hebbendoch met dat doel wordt het
door den heer Van der Keilen niet voorgesteld.
Bescherming zal, in dit evenmin als in eenig
ander opzicht, op den duur kunstmatig in 't leven
kunnen houden wat uit zichzelf niet bestaat.
Dezer dagen is door den minister van financiën
aan de hypotheekbewaarders de inzending na
1 Januari 1880 verzocht van een statistieke opgaaf
der op dat tijdstip vernieuwde of bestaande hypo
thecaire inschrijvingen (die ten behoeve van
hypotheekbanken afzonderlijk te vermelden) en
een raming der in 1880 nog te vernieuwen in
schrijvingen, ingedeeld naar den rentetax, teneinde
daaruit het bedrag der rente van onder hypothe
cair verband belegde kapitalen te leeren kennen.
De heer M. A. Perk is voor het volgend jaar
benoemd tot voorzitter van het hoofdbestuur der
Maatschappij Tot nut van 't algemeen en heeft die
benoeming aangenomen.
Uit IJmuiden wordt van gisteren 3 uren bericht:
De Willem Barents was heden morgen voor de
kust, seinende om een sleepboot. Tweemaal ging
de Simson uit, doch moest wegens hooge zee
terugkeeren; de vuren werden uitgedoofd. Het
Poolschip is het laatst gezien onder klein zeil,
liggende uit den wal. Zie laatste berichten.
vallige trappen, plukte handen vol viooltjes, die
op de maren groeiden en ging op een steen zitten
om Das Feïlchen te zingen, waarnaar mijn
heer en mevrouw Baldwin aandachtig luisterden.
Zij zong het tweede couplet met zulk een drama
tische kracht en werd zoo bleek bij de woorden:
„het viooltje was dood", dat mevrouw Baldwin er
van huiverde.
Er was een korter weg van het kasteel Milford
naar Iffiehage dan men in het heengaan genomen
had en er werd overlegd of een gedeelte van het
gezelschap ook terug zou wandelen, terwijl de
anderen per rijtuig gingen. Helena verklaarde
liever te voet te gaan en volgde zonder eenige
aarzeling haar man en Frederik Baldwin.
Maar welk een wandeling was datEerst
sloegen zij een verkeerd pad in en moesten op
hunne schreden terugkeeren. Daarna ontmoetten
zij een kudde varkens, die zij voor zich uit
moesten drijven. Toen kregen zij een regenbui
en moesten schuilen in een herberg, waar Helena
thee kreeg en wilde leeren hoe zij brood moest
roosleren. Eindelijk klommen zij boven op een
diligence van Bexminster naar Denton, die hen
tot op drie mijlen van huis bracht. Helena zat
tusschen de heeren in en rookte dapper sigarettes
om zich te verwarmen 5 maar zij kwam zoo nat
en verkleumd thuis dat zij drie dagen lang haar
stem kwijt was. Lady Baldwin zou wel gewenscht
hebben dat een jong meisje beter voor haar
gezondheid zorgde; daar echter Heiena's bl ij moe-
Ter voldoening aan mijne belofte, gedaan aan
'tslot van mijn artikel in het bijvoegsel van n"
244 van dit blad, schrijf ik deze regelen, waar
voor ik de aandachtige overweging verzoek van
alle schoolmannen en van alle ouders, die de
behoefte gevoelen, bij mijn vorig artikel om
schreven.
Vooreerst de omvang der leerstof, het programma
dier klassen voor uitgebreid lager onderwijs,
verbonden aan de gewone dorpsscholen, over
welke ik in mijn eerste opstel sprak.
Ik breng daarop: o. Wiskunde, b. Natuurkennis,
c. Nederlandsche taaloefeningen, d. Fransch, e.
Hoogduitsch of EDgelsch, Handteekenen, g.
Staathuishoudkunde en h. Aardrijkskunde.
Onder wiskunde versta ik hier1° voortzetting
der rekenkunde, zooveel doenlijk in aansluiting
met de eischen van het practische leven; 2° al
gebra: behandeling der geheele en gebroken
vormen en vergelijkingen van den eersten graad;
3° lagere meetkunde en 4° algemeene beginselen
van het boekhouden.
Ik denk mij het onderwijs il die vakken vol
strekt niet zoo als zulks gegeven wordt aan
middelbare scholen; maar veel eenvoudiger. Dat
ik van meetkunde geen grens opgeef, geschiedt
omdat ik het beter acht, dat de onderwijzer in
dat vak voor de door mij gedachte klasse datgene
uitkiest wat hem geschikt voorkomt, zonder zich
aan de volgorde van een of ander leerboek te
storen, en zoo de geheele lagere meetkunde door
loopt. Voor boekhouden zou ik niet gaarne zien,
dat men de leerlingen honderden memoriaal-posten,
tientallen balansen enz. te verteren gaf, neen,
alleen de algemeene grondslagen, toegelicht uit
de alledaagsche practijk. Aan lateren leeftijd
en aan het practische leven kan men daarna
gerust het opdoen van meer kennis van boek
houden overlaten.
Ik gebruik het woord natuurkennis, om daardoor
aan te duiden dat ik aan geen der natuurweten
schappen den voorrang wil toegekend zien. Ik
dweep met eene vermenging dier wetenschappen
bij 't onderwijs. Ik stel voor eene vermenging
van natuur- en scheikunde b. v. zooals die aan
gegeven is inLeiddraad bij het onderwijs in de
kennis der levenlooze natuur, naar dr. R. Arendt
door D. C. B. Spruijt. Hoe gemakkelijk zou
daarmeê wat eenvoudige delfstofkunde en aard
kunde verbonden kunnen worden Ik vestig de
aandacht op eene behandeling wij ze van plant en
dierkunde a la Salverda, maar met andere voor
werpen ter aanschouwing, met den rij ken planten
en dierenschat, waarmede de natuur iedere school
zoo kwistig omgeeft.
Onder „Ned. taaloefeningen" versta ik niet het
digheid zelfs niet onder een zware verkoudheid
leed en zij het mooie, eigenzinnige vrouwtje niet
gaarne iets in den weg wilde leggen, bleef zij bij
haar voornemen om het jonge paar „op hun eigen
manier gelukkig te laten zijn."
Maar hoe lang zou dat geluk duren en was
Francis Baldwin de man om dit hartstochtelijk
dweepziek karakter te leiden en om aan te vullen
wat haar aan verstand en levenswijsheid ontbrak
HOOFDSTUK XVI.
Kerstmis.
Het was dit jaar een zoele Kersttijd en op den
eersten Kerstdag regende het onophoudelijk, zoo
dat na het ontbijt Helena Baldwin met Adelaide
Treberne in het boudoir van lady Baldwin bij het
vuur zat. Het was een lief vriendelijk vertrek
met een boogvenster, waartegen de klimop heden
af en toe door den wind geslagen werd.
Helena was bezig een beurs te knoopen en had
haar schoot vol strengen roode zijde, terwijl
lAdelaïde een vuurseherm van witte veeren in de
hand hield.
Men kan zich moeilijk een grooter contrast
voorstellen dan deze beide schoonhedende eene
had prachtige trekken, een blozende kleur, ronde
vormen en droeg al de kenteekenen van gelukkige,
evenslustige jeugd. De andere was slank, tenger
en mager en had een uitdrukking van zielelijden.
inpompen van taalregels, maar eene behandeling
onzer moedertaal, waardoor de leerlingen niet
alleen hare vormen maar vooral haar rijken
inhoud leeren kennen. Ik stel ook hierbij voor
eene innige dooreenmenging van hetgeen men
noemt lezen, spraakleer, ontleding, woordver
klaring, stijl, opstellen maken, enz. Ik wijs ter
verduidelijking mijner meening op de bekende
werkjes van Stelwagen, Boogaerts en Koenen, die
ik wel niet bladzijde voor bladzijde zou willen
volgen, doch waarvan de richting mij voorbeeldig
voorkomt.
Ik liet bij vreemde talen de keuze tusschen
Hoogduitsch en Engelsch, omdat drie vreemde
talen mij te veel toeschijnt en de plaatselijke
behoeften in de eene streek meer voor de eene
dan voor de andere taal partij moeten doen
kiezen. Overigens denk ik mij het onderwijs in
vreemde talen ook niet zoo dor, niet zoo omvang
rijk, dat zulks een te groot deel van den tijd zou
moeten innemen. Ook hierbij niet meer dan
gezonde voorbereiding voor eigen verdere studie.
Ik heb nooit kunnen begrijpen, waartoe dat in
stampen van honderden taalregels en dat maken
van nog meer thema's dienen moest. Gelukkig
komt men daarvan dan ook al meer en meer
terug.
Het zal misschien bij sommigen verwondering
wekken dat ik op mijne miniatuur-burgerschool
de staathuishoudkunde wil invoeren, nu zoovelen
hun best doen om dat leervak op onze groote
burgerscholen afgeschaft te krijgen. Toch vlei
ik mij het goed recht van bestaan voor dat vak
te kunnen aantoonen, mits men er maar niet door
versta de wetenschap der staathuishoudkunde.
De inrichting der maatschappij, de verschijnselen,
welke daarin voorkomende voornaamste instel
lingen, welke met voortbrenging en verbruik in
verband staan, enz. dat alles kan aan jeugdige
hoofden begrijpelijk gemaakt worden, dat alles
kan aan aankomende staats- en wereldburgers
warme belangstelling inboezemen, als het maar
op geschikte wijze wordt meê gedeeld. De onder
wijzer, die geene vreemdeling in staathuishoud
kunde is en die de kunst verstaat om uit de
maatschappelijke omgeving zijner leerlingen zijne
voorbeelden te nemen, bouwt zoo gemakkelijk
in 't hoofd der laatsten een geheel op, dat we
geen staathuishoudkunde in den zin der weten
schap mag genoemd worden, doch dat meer dan
voldoende is om hen te brengen tot verder
nadenken en verder onderzoek in de maatschappij
zelve en in wetenschappelijke werken.
Is het bovenstaande programma afgewerkt, dan
kunnen de leerlingen rijp zijn voor tal van maat
schappelijke betrekkingen, dan'mogen zij gcBjhikt
geacht worden om nog verder zich te bekwamen
zoowel door eigen oefening als door het bezoeken
Haar zwaar bruin haar, dat een roodachtige tint
had, droeg zij iu een dikke vlecht om het hoofd
gewonden, hetgeen aan haar anders zoo eenvoudige
en kleine gestalte een zekere waardigheid ver
leende. Haar blank voorhoofd vertoonde aan de
slapen blauwe aderen en ofschoon hare grijze
oogen haar iets weemoedigs gaven, was haar
glimlach zeer liefelijk, en somtijds zelfs pikant.
Haar stem was zacht en welluidend.
Zij had haar moeder op haar achttiende jaar
verloren en 's levens last en verantwoordelijkheid
drukten zwaar op hare jonge schoudersmaar
haar blinde vader, die haar aanbad, stond haar in
alles trouw ter zijde. Haar zusje was lief en
gehoorzaam en zij had zelve een flink, moedig
karakter. Weldra ontstond er, zooals wij gezien
hebben, een wederzijdsche liefdeband tusschen haar
en haar buurman Humphrey en de blinde stemde
erin toe om zijn lieveling af te staan. De trouw
dag was bepaald, doch wij weten hoe eensklaps
aan haar geluk den bodem werd ingeslagen.
Het was een vreeselijke slag, dien zij alleen
door den tijd en door den steun van haar gelukkig
huiselijk leven leerde dragen.
Voor kolonel Treberne was Adelal'de nu al wat
hij bezat en van hem leerde zij de zegening der
zelfverloochening.
„Men moet alleen in het gebed aan zijn beproe
vingen denken," was de leus van den armen
blinde.
„Waarom zou ik altijd met mijn gebrek vervuld