N°. 222
122« Jaargang.
1879.
Zaterdag
20 September.
Oprichting Slachtplaats.
UCST EN DUISTEMIS.
Dit blad verschijnt dagelijks,1
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.1
Prijs per 3/m, franco 3,50,
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.'
Advertentïens 20 Cent per regel.1
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 17 regels ï.,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte^
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Daubb en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones.
Zij die zich voor 1 October 1879 op
deze courant abonneeren, ontvangen de
nog in dit kwartaal verschijnende nóm
mers gratis.
Middelburg 19 September.
BETTILLETOJSr.
O ORDULA.
Benoemingen en besluiten.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gezien de artikelen 6 en 7 der wet van den
2 Juni 1875 Staatsblad n° 95) tot regeling van
het toezicht bij het oprichten van inrichtingen,
welke gevaar, schade of hinder kunnen veroor
zaken.
maken bekend
dat ter gemeente secretarie ter visie is gelegd,
een verzoek met bijlagen van B. L. Frank alhier,
om vergunning tot het. inrichten van perceel T
n° 7, aan den Veerschen singel, tot slachtplaats
dat op Maandag den 6 October a. ten raadhuize
dezer gemeente des namiddags ten half 2 ure
gelegenheid zal worden gegeven om tegen het
maken dier inrichting bezwaren in te brengen en
deze mondeling of schrifteljk toe te lichten,
Middelburg, den 19 Sept. 1879.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
SCHORER
De secretaris.
J. W. De RAAD, l. s.
Gedurende de week van 11 tot en met 17
September zijn te Ylissingen aangekomen met de
stoomschepen van de maatschappij Zeeland 655
en vertrokken vandaar naar Engeland 855
passagiers.
Het Weekblad van het Begt verheugt zich, dat
de troonrede van dit jaar, sprekende van de
„vaststelling van een nationaal wetboek van
strafrecht1', als van eene zaak, „waarbj het belang
en de eer des vaderlands in hooge mate zijn
betrokken," een stap verder doet dan die van
verleden jaar, toen er nog maar sprake was van
de toekomstige indiening van het ontwerp.
Het Weekblad hoopt dan ook dat er nu van
verder uitstel tot een volgend zittingjaar geen
sprake moge zijn en schrijft:
„Het landsbelang en de eer des lands
eischen, dunkt ons, gebiedend, dat de „provisio-
neele" handhaving van den anti-nationalen Code
Pénal, die nu zoo ongeveer zes en zestig jaren
Uit het Italiaansch van
HEDEN:
De oude vrouw bracht de paarden naar den stal
en Robert ging met Adelina den tuin in. Die
tuin bestond uit een vierkante grasvlakte, aan
alle zijden door heggen ingesloten en aan den
achterkant door een gang, begroeid met wijn
gaardranken, waarvan de bladeren reeds afvielen
en waardoor men een fraai uitzicht had op wei
landen, gescheiden door rijen van boomen, en op
een onbegrensde vlakte. Zij kozen het meest
afgelegen plekje in den geheelen tuin en namen
plaats aan een rustieke tafel in den begroeiden
gang, op een eveneens rustieke bank, met den rug
naar het huisje en het gelaat naar de vlakte
gekeerd. Adelina trok hare lange gemslederen
handschoenen uit, legde die met haar karwats
op een andere bank en ging met de handen over
elkaar naar het landschap, dat voor haar lag,
gitten kijken. Robert nam naast haar plaats met
heeft geduurd, zoo spoedig mogelijk overga in
een „definitieve" invoering van een nationaal
strafwetboek. En juist omdat wij nu sedert meer
dan een dubbelen menschenleeftijd een wetboek
bezaten, dat noch met onze zeden, noch met onze
denkbeelden overeenstemt, wénden wij óns tot
de staten-generaal met de bede: verlos ons zoo
spoedig mogelijk van dien provisioneelen toestand
en vergeet niet, dat de gunstige gelegenheid, die
zich nu aanbiedt om een nieuw strafwetboek vast
te stellen niet spoedig zal terugkeeren."
In een ingezonden stuk in het Handelsblad
wordt de aandacht gevestigd op de daling der
prijzen van het vee op de markt, tengevolge van
gebrek aan uitvoer, waarbij nu nog de aanvoer
van Amerikaansch slachtvee begint te komen.
De prijzen zijn langzaam maar zeker naar beneden
gegaan, van 105 tot 80 cent per kilo voor run
deren van de le en tot 70 cent voor runderen
van de 2e kwaliteit.
Niettemin houdt het monopolie der Amster-
damsche slachters nog altjd de prijzen op de
vroegere hoogte.
Hetzelfde is hier te Middelburg het geval, waar
op 't oogenblik voor het gewone rundvleesch nog
fl a f 1.10, voor biefstuk 1.50 het kilo betaald
wordt.
Bij de verheoging der prjzen, welke brood,
aardappelen en andere eerste levensbehoeften
onder den invloed van den schralen oogst onder
gaan, is deze duurte van het vleesch dubbel te
betreuren.
Slechts door vereeniging van de verbruikers
zijn deze monopoliën, die hen nu eens van de
slachters, dan weder van de bakkers, een vol
gende maal van andere verkoopers drukken, te
breken. Tot nog toe ontbreekt bet daartoe
echter aan opgewektheid en vooral aan volhar
ding.
Wij kregen heden inzage van een plan en
teekening voor een te Middelburg op te richten
dierentuin.
Bij het noemen van dit woord, is het dadelijk
noodig overdreven voorstellingen weg te nemen.
De bedoeling is niét eene diergaarde op groote
schaal, met leeuwen, tjgers, olifanten en andere
groote en kostbare dieren in 't léven te roepen-
Met eenige zeldzame en fraaie vogelsoorten, als
struisvogels, pelikanen, fazanten enz., mét eenige
apén en andere kleine dieren, zou men wenscheu
te beginnen, Een en ander, op een geschikt en
aangenaam terrein, door fraaie bloemen en planten
opgeluisterd, door een ververschiDgslokaal, muziek
tent en andere inrichtingen gezellig en aantrekke
lijk gemaakt, kan, naar men zich voorstelt, even
goed als bj voorbeeld de tuin van het Zoölogisch-
bet gelaat geheel naar haar toegekeerd, liet den
elleboog op de tafel rusten en leunde met bet
gezicht op de hand; hj zag haar met innig
verliefde blikken aan en zj liet dien blik met
welgevallen op zich rusten.
De oude vrouw bracht versche melk en bleef
staan als wilde zj iets zeggen, maar ziende hoe
stil en ernstig die beiden waren zette zj hare
glazen zacht op tafel neder en stoorde hen niet
in hunne beschouwing der natuur, waarin zij
zoo verdiept schenen. Eindeljk viel bet oog van
Adelina op het glas dat voor haar stond, zij
bracht het aan hare lippen en dronk er een paar
teugen uit, waardoor er om haar mond een geheel
witte kring achterbleef en zij begon in haar zak
te zoeken naar haar zakdoek om dien af te vegen,
toen op eens Robert, die zich nog had kunnen
bedwingen zoolang zj stil zat, maar nu zich zelve
niet meer meester, haar in zjne armen sloot
zjne lippen op haar mond drukte en met vurige
kussen den kreet smoorde dien zj op het punt
was van te slaken 1
Adelina sloot de oogen, liet het hoofd op zjn
schouder rusten en prevelde: „Robert" en hij:
„Adelina, vergeef mij, ik bemin u, ik aanbid u,
gij zijt mij dierbaarder dan het leven. Neem mj
als uw slaaf, als uw echtgenoot 1"
„Echtgenoot!" herhaalde zj het hoofd ophef
fende en wederom sloot hj haar den mond her-
haaldeljk met zjne kussen.
0 van hoeveel geluk waren in dat oogenblik
die wijngaard, die weilanden en die tuin getuigen
botanisch genootschap te 's Gravenhage, reeds
dadeljk den bezoekers het verblijf aangenaam en
het vooruitzicht van latere uitbreiding mogelijk
maken.
Het terrein, waar men voor dit doel het oog
op heeft en dat de ondernemer van de gemeente
in erfpacht zou trachten te verkrjgen, is aan
weerszjden van het zuideljk einde der stadsvest,
bj het uitkomen van de Wintèrstraat, gelegen.
De publieke weg zou aan de stadszjde, even voorb j
den molen van Minderhout, een weinig verlegd rnoe-
tenworden naar den achtersingel,en aan den overkant
mede een klein gedeelte moeten missen om langs
Poelendale achter den kanaaldjk gebracht te
worden. Op een te maken eilandje in de vest
zou de muziek-koepel, ongeveer recht daar tegen
over een net ververschiDgsgebóuw, ter linkerzjde
daarvan de kooien voor vogels en aan de rech
terhand een gebouw voor apen en andere dieren
geplaatst worden.
Het plan is door den ondernemer zei ven op touwge-
zet en zal door hem, op eigen risico en op eigen midde
len, uitgevoerd worden, wanneer hem dit niet door
tegenwerking onmogelijk wordt gemaakt. Daar
voor behoeft, naar wj m tenen te mogen veron
derstellen, geen vrees te bestaan. Wat bet verbljf
in onze stad aangenaam, de gelegenheden tot
genoegeljk samenzjn talrjker maken kan, zonder
dat daarvoor een opoffering van iemand, doch
slechts eenige welwillendheid verlangd wordt, kan
ongetwjfeld op algemeene medewerking rekenen.
Ons op dit standpunt plaatsende, kunnen wij dan
ook niet anders dan den ondernemer goedgelnk
op zjne plannen toewenschen.
Eigenaars of directeuren van eenige hier te lande
gevestigde jzerfabrieken hebben dezer dagen den
minister van oorlog bj verzoekschrift te kennen
gegeven
„dat zj niet zonder bevreemding uit de dag
bladen, o. a. in het Weekblad der Vereeniging van
en voor Ned. Industrieelen van 20 Juli 11., het be
richt hebben gelezen, als zouden er pogingen
worden aangewend om de gegoten ijzeren koepels
met pantseringen voor de verdediging der monden
van Nieuwediep, het Noordzeekanaal en den
Nieuwen Waterweg van Rotterdam naar zee in
Duitschland te doen aanmakenen dat dit werk
alleen voor het fort op de Harsens, met vervoer
enz., op f 720,000 wordt begroot;
„dat de adressanten zich allen in staat achten
om het gietwerk in hun fabrieken te vervaardigen,
terwjl het pantserwerk, dat Fried, Krupp te
Essen, zoowel als Grüsou te Maagdenburg, uit
Engeland of Frankrijk moeten ontbieden, ook
door Nederlandsche fabrikanten daar kan worden
aangeschaft, of wel in iedere buitenlandsche fa-
Hj stond het eerst op en wilde haar in zjne
armen medevoerendoch de ontroering was
Adelina te sterk geweest, zoodat zj bleek en
ontdaan op de bank neder zonk. Er stroomde
op eenigen afstand een beekje, daarin doopte
Robert haar zakdoek en drukte die met al de
teederheid eener moeder tegen hare slapen.
Zachtjes aan voelde zj zich beter en toen de
kleur op hare wangen terugkeerde gat zij den
wensch te kennen om weer te paard te stjgen.
Zj reden op een draf weg, maar begonnen
weldra weder té stappen, om des te langer te
genieten van, die zalige oogenblikken die helaas
maar al te ras voorbjvliegen.
Toen zij thuis kwamen begon de zon zich reeds
achter de bergen te verschuilen.
„En nn Robertsprak Adelina, moogt gij mj
niet verlaten! Gij wilt wel bij mij komen eten
en den avond doorbrengen, niet waar en
ziende dat hj aarzelde voegde zij er bj„wees
gerust, wij zjn geheel alleen, een geluk als het
onze verlangt geen getuigen, dat is jaloersch op
zich zeiven en wil niet door profane oogen gezien
worden."
Robert spoedde zich naar huis om zijn paard
op stal te brengen en zich te verkleeden, maar
hoe hj zich ook gehaast had, hj vond haar, ge
heel gereed om hem te ontvangen, in het aller
liefste salon dat hij zich kon voorstellen.
Zj had een kleed aan van lichtgroen fluweel
en satijn, met een bouquetje van hare geliefkoosde
bloemen in bet haar en voor Robert had zij een
briek, die U.Exc. daartoe zou gelieven aan te
wijzen
„dat zj slechts hun stem wenschen te verheffen
tegen het opdragen van een werk aan buitenland
sche fabrieken, hetwelk hier te lande volmaakt goed
kan worden vervaardigd, zoöals met tal van
voorbeelden kan worden gestaafd, ën dat de
ondervinding menigwerf beett aangetoond, dat
het in Nederland vervaardigd gietwerk in alle
opzichten de vergelijking met het buitenland kan
doorstaan
„dat hier te lande reeds zeer dringende behoefte
aan werk wordt gevoeld, zoo zelfs dat verschil
lende der adressanten het aantal hunner werklie
den reeds van week tot week moesten verminderen,
en dat die behoefte nu met iederen dag zich
sterker zal doen gevoelen, naarmate de nieuwe
tariefwet voor het Duitsch tolverbond vollediger
in werking treedt, terwjl Oostenrjk in die richting
reeds is voorgegaan en alle andere staten van
Europa's vasteland veel hoogere invoerrechten op
jzerwerk heffen dan in het Nederlandsche tarief
sedert de herziening, op 1 Juli 1877 in werking
gekomen, zijn overgebleven."
De ministèr van binnenlandsche zaken heeft op
de aanvrage van den raad van Harderwijk, om
ook na 1 Mei 1880 eene plaatseljke belasting op
het gedistelleerd te bijven heffen, medegedeeld
dat, daar geene bijzondere omstandigheid het in
die gemeente noodig maakt, de minister geene
termen heeft gevonden om die heffing aan den
koning met gunstig advies voor te dragen.
staten-generaal. Benoemd tot voorzitter van
de tweede kamer der staten-generaal voor den
duur der op den derden Maandag in September
dezes jaars geopende zitting mr. W. H. Dullert,
lid dier kamer.
universiteiten. Benoemd: tot curator, tevens
pres. van het college, aan de rijks UDivörsiteit te
Leiden, dr. A. Vrolik; en te Groningen, mr. L.
graaf van Heiden Reinensteinen tot curator aan
de rijks universiteit te Utrecht mr. H. Rojaards
van Scherpenzeel.
belastingen. Benoemd tot controleur der dir.
bel., invoerr. en ace. te Hoogezand J. H. Drielsma,
thans contr. derzelfde middelen te Groenlo,
Belast met de waarneming der controle der
dir. bel., invoerr. en ace. te Groenlo, G. J. J.
Greidanus, thans commies ter inspectie van de
zelfde middelen te Rotteidam.
pensioenen. Pensioen verleend aan C. W. van
der Pot, predikant bj de Remonstrantsche ge
meente te Rotterdam, ten bedrage van ƒ1100
's jaars, met ingang van 1 October a,, s.
ruikertje gemaakt om in zijn knoopsgat te steken.
Aan tafel dronken zij op eikaars gezondheid in
een vreemde taal, om niet door de bedienden
verstaan te worden, en maakten allerlei plannen
voor hunne toekomstige woning. Robert zou een
prachtig atelier krijgen en nu hj zijn lievelings
model, dat hj zoo vaak getracht had weer te
geven, geheel tot zijn beschikking had zou hj
een volledigen Olympus schilderen of boetseeren
en al de goddelijke figuren van Dante weergeven.
„Welk een heerlijke Beatrice zou men kunnen
maken met uw portret of welk een betooverende
Hébé", riep hij uit, terwijl hij haar zijn glas
toestak„Schenk mij nog eens in en laat mij u
daarbj steeds in de schoone oogen mogen zien!"
Na het eten keerden zij naar het salon terug
waar z j hem ontvangen had en toen alle vensters
en gordijnen goed gesloten waren, gingen zij voor
den sierlijken haard zitten en staken een hout
vuurtje aan, dat weldra vroolijk begon te flikkeren
en te knetteren ter begeleiding van hun gezelligen
kout. Eerst tegen middernacht bedacht Robert
dat hij den volgenden morgen zeer vroeg
moest opstaan en in zijn break een half dozijn
jongelieden afhalen, die met hem genoodigd waren
bij den graaf G op een groote hertenjacht
in de bosschen in de nabijheid van zijn kasteel,
dat een historische vermaardheid had.
„Goeden nacht," zei Adelina en liet voor het
laatst haar hoofdje aan zijne borst rusten. „Kom
spoedig terug, ik verwacht u overmorgen op het
dejeuner." „Tot, overmorgen!" herhaalden zj